Algemeen
Voor haar financiële verantwoording volgt de Inspectie Werk en Inkomen (IWI) de inrichtingseisen zoals die zijn opgenomen in de Regeling baten-lastendiensten 2011. De waarderingsgrondslagen zijn als volgt:
-
• De materiële en immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen aanschafwaarde onder aftrek van lineaire afschrijvingen. De afschrijvingstermijnen passen binnen de aangegeven bepalingen zoals opgenomen in artikel 17 van de Regeling baten-lastendiensten 2011.
-
• De waardering van het onderhanden werk geschiedt tegen vervaardigingsprijs. Hiertoe wordt het aantal aan de producten bestede uren in 2011 vermenigvuldigd met het uurtarief.
-
• De voorziene detacheringsopbrengsten in de voorzieningen voor reorganisatie zijn onder de vorderingen opgenomen.
-
• IWI heeft geen voorziening opgenomen voor vakantiedagen en jubileumuitkeringen vanwege een onevenredige beheerslast.
-
• Er is geen verdeling naar productgroepen opgenomen vanwege het onevenredige meerwerk in relatie tot het extra inzicht dat dit oplevert.
-
• De overige balansposten worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
-
• De baten en lasten worden zoveel mogelijk toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben.
De Inspecteur Generaal en de Secretaris Generaal maken jaarlijks afspraken over de te leveren producten en de prijs hiervan. IWI rapporteert periodiek over de voortgang van de werkzaamheden en de prognose van de opbrengsten voor geleverde producten en het exploitatieresultaat 2011. In deze rapportages wordt tevens ingegaan op de beheersmaatregelen van benoemde risico’s.
Staat van baten en lasten Inspectie Werk en Inkomen
Begroting 2011 | Realisatie 2011 | Verschil 2011 | Realisatie 2010 | |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 10 530 | 9 647 | – 883 | 12 622 |
Omzet overige departementen | – | – | – | – |
Omzet derden | – | – | – | – |
Rentebaten | 35 | 104 | 69 | 76 |
Vrijval voorzieningen | – | 2 032 | 2 032 | 399 |
Exploitatiebijdrage | – | – | – | – |
Totaal baten | 10 565 | 11 783 | 1 218 | 13 097 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | ||||
– personele kosten | 8 300 | 7 321 | – 979 | 9 141 |
– materiële kosten | 2 150 | 1 548 | – 602 | 2 030 |
Afschrijvingskosten | ||||
– immaterieel | 75 | 74 | – 1 | 74 |
– materieel | 40 | 71 | 31 | 46 |
Overige lasten | ||||
– dotaties voorzieningen | – | 576 | 576 | 1 682 |
– rentelasten | – | 17 | 17 | 12 |
– bijzondere lasten | – | – | – | – |
Totaal lasten | 10 565 | 9 607 | – 958 | 12 985 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 2 176 | 2 176 | 112 |
Baten
Omzet moederdepartement
De omzet moederdepartement in 2011 ad € 9 647 000 betreft geleverde producten uit de tarievennota 2011 voor € 9 260 000 en uit de tarievennota 2010 voor € 387 000. Hierbij is de mutatie op het onderhanden werk verdisconteerd. Ultimo 2011 lopen er 18 projecten waarvoor in totaal een voorschot van € 1 513 000 is ontvangen. Dit bedrag is in de balans onder de vooruit ontvangen bedragen opgenomen.
Rentebaten
De rentebaten hebben nagenoeg geheel betrekking op de tijdelijk uitgezette middelen op deposito’s bij het Ministerie van Financiën. Gezien de lage rentestanden op kortlopende deposito’s zijn de tijdelijk overtollige middelen op deposito’s met een looptijd van 6 maanden uitgezet. Op de rekening courant is in 2011 slechts een geringe rentevergoeding ontvangen.
Vrijval voorzieningen
De vrijval voorzieningen ad € 2 032 000 betreft de vrijval uit de voorziening onderhanden werk en de vrijval uit enkele reorganisatie voorzieningen. De vrijval uit de voorziening voor onderhanden werk ad € 1 022 000 is grotendeels het gevolg van het afronden in 2011 van twee producten uit de tarievennota 2009. Omdat deze producten niet in 2010 konden worden afgerond moest er in de jaarrekening 2010 een dotatie plaatsvinden aan de voorziening onderhanden werk. Deze valt nu in zijn geheel vrij.
De herwaarderingen van de voorzieningen voor diverse reorganisaties hebben geleid tot een vrijval van in totaal € 1 010 000. In het plaatsingsproces van de Inspectie SZW zijn alle medewerkers die waren opgenomen in de reorganisatievoorziening betrokken. Omdat veel van de betreffende medewerkers zijn geplaatst binnen de nieuwe inspectie, kan € 821 000 vrijvallen uit de voorziening voor de reorganisatie in 2009. Daarnaast valt er in totaal € 189 000 vrij uit de voorziening voor de reorganisatie 2007 en de wachtgeldvoorziening voor voormalige Ctsv-medewerkers.
Lasten
Personele kosten
De personele lasten ad € 7 321 000 komen € 979 000 lager uit dan begroot.
Van de gemiddelde bezetting over 2011 ad 118,8 fte komen de salariskosten van 76,7 fte ten laste van de salarisbegroting. De formatie 2011 was 83,7 fte. De onderbezetting leidt tot een besparing op de salariskosten van € 577 000. Daarnaast is in 2011 € 138 000 ontvangen voor gedetacheerde medewerkers en ziektewetuitkeringen. De salariskosten van boventallige en gedetacheerde medewerkers, alsmede die van de medewerkers met bijzondere taken zijn ten laste van de voorzieningen voor de reorganisaties 2009 en 2007 gebracht.
In de begroting 2011 is in totaal € 620 000 opgenomen voor de inhuur van personeel en deskundigen. De uitgaven komen € 229 000 lager uit en betreft voornamelijk de inhuur van onderzoekscapaciteit voor twee programma’s waar in 2011 een tekort aan was. De besparing komt met name doordat in 2011 minder externe deskundigheid is ingehuurd dan waar in de begroting rekening mee was gehouden.
De overige personeelskosten (onder meer vergoedingen woon-werkverkeer, opleidingen, bedrijfsgeneeskundige verzorging, vergaderkosten en kosten salarisverwerking) bedragen € 545 000 en komen daarmee per saldo € 35 000 lager uit dan begroot. De besparing op de opleidingen wordt grotendeels teniet gedaan door de hogere kosten van de salarisverwerking.
Materiële kosten
De materiële kosten (kosten voor automatisering/ICT, huisvestingskosten en overige bureaukosten) belopen € 1 548 000 en komen daarmee € 602 000 lager uit dan de begroting.
De kosten voor automatisering/ICT komen € 318 000 lager uit dan begroot. Dit komt grotendeels door de lagere afrekening voor de dienstverleningsovereenkomst kantoorautomatisering over 2010. De definitieve afrekening komt ruim € 160 000 lager uit dan waarmee in de jaarrekening 2010 rekening mee was gehouden. Daarnaast komen de kosten voor de ontwikkeling van software lager uit als gevolg van het in eigen beheer uitvoeren van de herbouw/modernisering van het ARS-systeem en blijven de kosten voor (mobiele) telefonie ruim onder de begroting.
De huisvestingskosten komen € 186 000 lager uit dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de onderverhuur van 23 werkplekken aan het Agentschap SZW en de lagere kosten voor facilitaire dienstverlening.
De bureaukosten komen per saldo € 98 000 lager uit dan begroot. De onderbesteding komt door besparingen op alle onderliggende kostencategorieën, met uitzondering van de niet begrote uitgaven voor datavergaring.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten materiële vaste activa betreffen voornamelijk kantoormeubilair. De afschrijvingskosten van de immateriële vaste activa betreft het documentaire informatiesysteem. De afschrijvingskosten van materiële vaste activa komt hoger uit als gevolg van de versnelde afschrijving van de verbouwingsinvestering. Dit in verband met de verhuizing naar het hoofdkantoor.
Dotaties voorzieningen
De dotatie voorzieningen betreft een dotatie aan een nieuw te vormen voorziening reorganisatie 2011 voor een vijftal medewerkers die bij de vorming van de Inspectie SZW tijdelijk boven de sterkte zijn geplaatst voor een bedrag van € 473 000. Daarnaast is er € 103 000 gedoteerd aan de voorziening onderhanden werk voor de meeruren die in 2011 zijn besteed aan lopende onderzoeken in vergelijking met het aantal in de tarievennota 2011 opgenomen uren.
Rentelasten
De rentelasten hebben betrekking op een dotatie aan de voorziening voor wachtgeldverplichtingen van voormalige Ctsv-medewerkers.
Balans Inspectie Werk en Inkomen
2011 | 2010 | |
---|---|---|
Activa | ||
Immateriële vaste activa | 198 | 273 |
Materiële vaste activa | ||
– grond en gebouwen | – | 41 |
– installaties en inventarissen | 61 | 90 |
– overige materiële vaste activa | – | – |
Voorraden | – | – |
Onderhanden werk | 990 | 2 314 |
Debiteuren | 272 | 1 657 |
Nog te ontvangen/vooruitbetaald | 40 | 82 |
Liquide middelen | 9 051 | 12 453 |
Totaal activa | 10 612 | 16 910 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ||
– exploitatiereserve | 388 | 652 |
– onverdeeld resultaat | 2 176 | 112 |
Voorzieningen | 4 412 | 8 904 |
Leningen bij het MvF | – | – |
Crediteuren | 1 176 | 1 679 |
Nog te betalen / vooruitontvangen | 2 460 | 5 563 |
Totaal passiva | 10 612 | 16 910 |
Onderhanden werk
De opgenomen post onderhanden werk ad € 990 000 betreft 18 ultimo 2011 lopende projecten. Het saldo van de voorziening onderhanden werk is op deze post in mindering gebracht.
Debiteuren
De debiteuren betreffen de vorderingen uit de detacheringsovereenkomsten van medewerkers die buiten IWI zijn gedetacheerd en waarvan de lasten zijn opgenomen onder de voorzieningen voor reorganisatie 2007 en 2009. De voorzieningen aan de passiefzijde van de balans zijn met deze bedragen verhoogd. Van de vorderingen heeft een bedrag van € 254 000 een looptijd van korter dan 1 jaar. Er zijn geen vorderingen met een looptijd van meer dan 5 jaar.
IWI heeft geen vorderingen op het kerndepartement.
2009 | 2010 | 2011 | |
---|---|---|---|
1. Eigen vermogen per 1 januari | 1 513 | 989 | 764 |
2. Saldo van baten en lasten | 2 | 112 | 2 176 |
3a. Uitkering aan moederdepartement | – 526 | – 337 | – 375 |
3b. Bijdrage moederdepartement ter versterking van eigen vermogen | – | – | – |
3c. Overige mutaties in eigen vermogen | – | – | – |
3. Totaal directe mutaties in eigen vermogen | – | – | – |
4. Eigen vermogen per 31 december (1+2+3) | 989 | 764 | 2 565 |
Begin 2011 is op grond van een besluit van de eigenaar van IWI (SG) € 375 000 uit het eigen vermogen overgeboekt aan het moederdepartement als bijdrage aan budgettaire problematiek binnen het departement. Door het positieve exploitatieresultaat stijgt het eigen vermogen tot € 2 565 000.
Het maximale eigen vermogen is begrensd op 5% van de gemiddelde omzet van de afgelopen 3 jaar, te weten € 648 000. Dit betekent dat er minimaal € 1 917 000 terug zal vloeien naar het departement. De eigenaar besluit over de resultaatsverdeling na overleg met de IG.
Stand 1-1-2011 | Saldo uitgaven | Vrijval of dotatie | Mutatie vordering op derden | Stand 31-12-2011 | ||
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Voorziening wachtgeldverplichting voormalige Ctsv’ers | 1 685 | – 493 | – 114 | – | 1 078 |
2 | Voorziening voor reorganisatie 2007 | 449 | – 57 | – 75 | – 126 | 191 |
3 | Voorziening voor reorganisatie 2009 | 6 770 | – 2 159 | – 821 | – 1 120 | 2 670 |
4 | Voorziening voor reorganisatie 2011 | – | – | 473 | – | 473 |
Totaal voorzieningen | 8 904 | – 2 709 | – 537 | – 1 246 | 4 412 |
Onder de vorderingen zijn de te verwachten opbrengsten van de gedetacheerde medewerkers toegelicht. Van de voorziening heeft een bedrag van € 1 908 000 een looptijd van korter dan 1 jaar en € 234 000 van langer dan 5 jaar.
De voorziening onderhanden werk ad € 103 000 is gesaldeerd met de voorraad onderhanden werk in de balans opgenomen.
Crediteuren
Onder de crediteuren is onder meer opgenomen de aan het departement te betalen salariskosten over december 2011, de doorbelasting voor P&O-diensten en de kosten van de ICT-dienstverlening. Van de crediteuren heeft € 1 068 000 betrekking op het kerndepartement.
Nog te betalen kosten/vooruit ontvangen bedragen
De nog te betalen kosten bevat onder meer de ultimo 2011 opgebouwde vakantietoeslag en eindejaarsuitkering en de door te belasten kosten van de ICT dienstverlening van het kerndepartement aan IWI. Van de nog te betalen kosten heeft € 213 000 betrekking op het kerndepartement.
De post vooruit ontvangen bedragen betreft onder meer de van het kerndepartement ontvangen voorschotten op de ultimo 2011 lopende projecten uit de tarievennota 2011. Deze projecten worden met het departement afgerekend na afronding ervan in 2012. Ultimo 2011 heeft IWI € 123 000 te veel aan voorschotten ontvangen voor de over de jaargrens lopende projecten. Dit bedrag zal in 2012 aan het departement worden terugbetaald.
De post vooruit ontvangen bedragen omvat daarnaast € 116 000 voor de kosten die verband houden met het flexibel werken in de jaren 2012 tot en met 2014.
Kasstroomoverzicht Inspectie Werk en Inkomen
Begroting 2011 | Realisatie 2011 | Verschil 2011 | ||
---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2011 (incl. depositorekeningen) | 12 616 | 12 453 | – 163 |
2. | Totaal operationele kasstroom | – 4 257 | – 3 057 | 1 200 |
3a. | Totaal investeringen (–/–) | – | – | – |
3b. | Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | – | 30 | 30 |
3. | Totaal investeringskasstroom | – | 30 | 30 |
4a. | Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–) | – | – 375 | – 375 |
4b. | Eenmalige storting door moederdepartement (+) | – | – | – |
4c. | Aflossingen op leningen (–/–) | – | – | – |
4d. | Beroep op leenfaciliteit (+) | – | – | – |
4. | Totaal financieringskasstroom | – | – 375 | – 375 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december 2011 (=1+2+3+4) (incl. depositorekeningen) | 8 359 | 9 051 | 692 |
De operationele kasstroom is het saldo van enerzijds de uitgaven en vrijval uit de verschillende voorzieningen en diverse mutaties in de vorderingen en schulden en anderzijds het saldo van baten en lasten over 2011.
De desinvestering betreft de versnelde afschrijving van de investering in het kantoorpand Beatrixpark in verband met de verhuizing naar het hoofdkantoor van SZW.
De eenmalige uitkering aan het moederdepartement betreft de bijdrage van IWI aan de budgettaire problematiek van het kerndepartement. Dit op basis van een besluit van de eigenaar.
Doelmatigheid Inspectie Werk en Inkomen
Doelstelling | Realisatie 2008 | Realisatie 2009 | Realisatie 2010 | Realisatie 2011 |
---|---|---|---|---|
Tarieven/uur (prijsniveau 2011) (x € 1,–) | 149,33 | 156,37 | 143,83 | 131,85 |
Ontwikkeling tarief (2008 = 100%) | 100,0% | 104,7% | 96,3% | 88,3% |
Bezetting ultimo jaar (excl. externe inhuur) (in fte) | 179,9 | 156,3 | 125,7 | 114,0 |
Saldo baten en lasten (x € 1 000) | 344 | 2 | 112 | 2 176 |
Idem in percentage van totale baten | 1,6% | 0,0% | 0,9% | 18,5% |
Kwaliteitsindicator 1: tijdigheid afronding projecten | 47% | 47% | 38% | 100% |
Verklarende variabelen: | ||||
Declarabiliteit toezichtsmedewerkers (%) | 65% | 63% | 65% | 67% |
Inhuur extern (in % van loonsom inclusief inhuur) | 8,8% | 6,4% | 7,3% | 5,7% |
Overhead (in % van totale bezetting) | 33% | 31% | 30% | 29% |
In de tabel zijn de tarieven zoals berekend in de tarievennota’s 2008 tot en met 2011 geïndexeerd naar het loon- en prijsniveau van 2011 opgenomen. Tevens is de ontwikkeling ervan weergegeven ten opzichte van 2008. Hieruit blijkt dat het tarief 2011 ten opzichte van 2008 met circa 12% is gedaald. De daling ten opzichte van 2010 komt met name door de hogere norm voor declarabiliteit, een afname van de overhead voor leiding en ondersteuning en door de lagere kosten.
De bezetting van IWI is de afgelopen jaren als gevolg van diverse reorganisaties en taakstellingen fors afgenomen. Ultimo 2011 is de totale bezetting 114,0 fte. Hiervan zijn 20,7 fte gedetacheerd, 8,0 fte met bijzondere taken en 6,4 fte boven de sterkte geplaatst. De feitelijke bezetting van IWI in december 2011 was daardoor 78,9 fte’s.
IWI stuurt op het tijdig afronden van haar producten. Sinds de invoering van de bundeling van rapporten van het gehele departement aan de Kamer is de uiterste leverdatum voor de bundelmomenten de maatstaf voor de tijdigheid van levering van de rapporten. Hiervan uitgaande zijn alle rapporten van IWI in 2011 tijdig geleverd.
In tabel 10.16 is slecht één kwaliteitsindicator opgenomen. Naast de tijdigheid van oplevering van de rapporten zijn er thans geen andere betekenisvolle kwaliteitsindicatoren.
Het opleidingsplan van IWI is de basis voor de verdere ontwikkeling van het kennisniveau van de IWI-medewerkers. De tweede mastercourse toezichtonderzoek en een opleidingsprogramma voor het programma Informatieprocessen zijn in 2011 afgerond. Eind 2011 zijn enkele vervolgopleidingen (interviewvaardigheden en een verdieping onderzoeksvaardigheden) gestart. Evenals de interne kenniskring die adviseert over de opzet, analyse en conclusies van onderzoeken en de feedback bijeenkomsten, laten deze activiteiten zich niet meten in indicatoren.