Algemene doelstelling
De landstrijdkrachten leveren operationeel gerede grondgebonden expeditionaire capaciteit voor nationale en internationale operaties.
Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor de vaststelling van de omvang en samenstelling van de landstrijdkrachten en van de mate van gereedheid van de grondgebonden eenheden. Voor de grondgebonden capaciteit van de krijgsmacht is het Commando Landstrijdkrachten (CLAS) verantwoordelijk voor het operationeel gereedstellen en in stand houden van de eenheden. De landstrijdkrachten zijn inzetbaar voor zowel expeditionaire als voor nationale taken.
Beleidsconclusies
Het CLAS heeft een bijdrage geleverd aan de drie hoofdtaken van de krijgsmacht en daarmee aan het halen van het Nederlandse ambitieniveau. Het CLAS heeft in 2013 met diverse onderdelen deelgenomen aan grote en kleine internationale operaties. Daarnaast is zowel gegarandeerde als niet-gegarandeerde capaciteit ter beschikking gesteld voor de uitvoering van structurele nationale taken en bijstand en steunverlening zowel in Nederland als in het Caribische deel van het Koninkrijk.
Het behalen van de algemene doelstelling hangt af van de beschikbaarheid van voldoende opgeleid, geoefend en gemotiveerd personeel, voldoende materieel dat voldoet aan de operationele vereisten en de mogelijkheden hier realistisch mee op te leiden en te oefenen. De knelpunten die zich hebben voorgedaan in de personele vulling zijn vooral van kwalitatieve aard, personeel heeft in dat geval niet de juiste functieopleiding(en). Dit geldt vooral bij technisch personeel. Daarnaast is er met name sprake van een tekort aan specifiek personeel op medisch gebied (kwantitatief).
De materiële gereedheid is negatief beïnvloed door lange levertijden van bepaalde reserveonderdelen en de impact van lopende reorganisaties in de materieeldienst. Ook het tekort aan gekwalificeerd technisch personeel speelt hierin een rol.
Realisatie Operationele Doelstellingen
De operationele doelstellingen waar het CLAS conform de begroting aan moet voldoen, zijn gekwantificeerd en gekwalificeerd naar aantallen operationeel gerede (OG) eenheden en voortzettingsvermogen. In onderstaande matrix is per organieke eenheid de realisatie tegen de doelstellingen afgezet.
Groep | Organieke eenheid | Totaal aantal eenheden | Operationeel gerede (OG) eenheden (inclusief inzet) | Voortzettingsvermogen | ||
---|---|---|---|---|---|---|
Doelstelling | Realisatie | Doelstelling | Realisatie | |||
HRF(L)HQ | NL deel staf HRF HQ | 1 | 1 | 1 | ||
CIS Battalion | 1 | 1 | 1 | |||
Staff Support Battalion | 1 | 1 | 1 | |||
Korps Commandotroepen | Commandotroepen-compagnie | 4 | 2 | 2,3 | 2 | 1,8 |
Brigade HK | Brigade Hoofdkwartier | 3 | 1 | 1 | 2 | 2 |
Luchtmobiele Brigade | Infanteriebataljon Luchtmobiel | 3 | 1 | 1,1 | 2 | 1,9 |
Geniecompagnie | 1 | 0,3 | 0,7 | 0,7 | 0,3 | |
Bevoorradingscompagnie | 1 | 0,3 | 0,4 | 0,7 | 0,6 | |
Geneeskundige compagnie | 1 | 0,3 | 0,5 | 0,7 | 0,5 | |
Herstelcompagnie | 1 | 0,3 | 0,4 | 0,7 | 0,6 | |
Natres-bataljon | 1 | 1 | 1 | |||
Gemechaniseerde Brigades (13, 43 Mechbrig) | Pantserinfanteriebataljon | 4 | 1 | 1 | 3 | 3 |
Brigade verkenningseskadron | 2 | 1 | 1 | 1 | 1 | |
Pantsergeniebataljon | 2 | 1 | 0,7 | 1 | 1,3 | |
Geneeskundige compagnie | 2 | 1 | 0,8 | 1 | 1,2 | |
Herstelcompagnie | 2 | 1 | 0,5 | 1 | 1,5 | |
Natres-bataljons | 2 | 2 | 2 | |||
Operationeel Ondersteunings Commando Land (OOCL) | Staf OOCL + Stafcompagnie | 1 | 0,4 | 1 | 0,6 | |
VuursteunCommando 1 | 1 | 0,3 | 0,4 | 0,7 | 0,6 | |
Geniebataljon | 1 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | 0,5 | |
JISTARC-modules | 5 | 2 | 2,7 | 3 | 2,3 | |
CIS-bataljon (CIS-compagnie) | 3 | 1 | 0,7 | 2 | 2,3 | |
Civil Effects Support Element | 6 | 2 | 2,3 | 4 | 3,7 | |
Bevoorradings- en Transportbataljon | 2 | 1 | 0,7 | 1 | 1,3 | |
Geneeskundig bataljon (Role 2 MTF) | 4 | 1 | 1 | 3 | 3 | |
Defensie Grondgebonden Luchtverdedigings Commando (DGLC) | Commando element | 1 | 1 | 1 | ||
Patriot | 3 | 2 | 2 | 1 | 1 | |
AMRAAM | 2 | 1 | 1,5 | 1 | 0,5 | |
Stinger | 3 | 2 | 2,5 | 1 | 0,5 | |
Explosieven Opruimingsdienst (EOD) | Ploegen | 48 | 12 | 29,3 | 36 | 18,7 |
Toelichting
Inzet
Gedurende het jaar is door eenheden van het CLAS deelgenomen aan diverse crisisbeheersingsoperaties. Deze operaties worden vermeld onder beleidsartikel 1 Inzet. Het CLAS heeft aan alle inzetopdrachten voldaan.
Pantsergenie bataljons Gemechaniseerde Brigades
Sinds de reorganisatie van het CLAS is er binnen de pantsergeniebataljons gekozen de compagnieën aan de bataljonstaakgroepen te koppelen en de eenheden met een deels gezamenlijk oefenprogramma gereed te stellen. Door deze verandering is de doelstelling niet volledig gehaald.
Geneeskundige compagnieën Gemechaniseerde Brigades
Sinds de reorganisatie van het CLAS is er binnen de Geneeskundige eenheden gekozen de pelotons (van de geneeskundige compagnieën) aan de bataljonstaakgroepen te koppelen en zodoende met een deels gezamenlijk oefenprogramma gereed te stellen. Hierdoor is de doelstelling niet volledig gehaald.
Herstelcompagnieën Gemechaniseerde Brigades
De doelstelling is niet gehaald vanwege de reorganisatie van de herstelcompagnieën (juni 2013). De reorganisatie heeft geleid tot het opnieuw samenstellen van de eenheden. Het nieuwe personeel dient opnieuw opgewerkt te worden op het gewenste niveau. Op materieel gebied is er een achterstand in het onderhoudsproces ontstaan. Door de nadruk te leggen op het inhalen van het vredesonderhoud van het materieel, kon het opwerken van de pelotons niet worden bespoedigd.
101 CIS bataljon
De interne reorganisatie van 101 CIS bataljon heeft geleid tot veel vacatures op specialistische functies. Dit gecombineerd met de slechte materiele inzetbaarheid van de voertuigen en de lange herstelduur van het specifieke verbindingsmateriaal (TITAAN, SATCOM en MRRS), heeft ervoor gezorgd dat de eenheid de doelstelling niet heeft kunnen realiseren.
Bevoorradings- en Transportbataljon
De beperkingen in de materiële gereedheid en de lage inzetbaarheid van wielvoertuigen (diverse typen vrachtauto’s en aanhangwagens) heeft ertoe geleid dat de doelstelling niet gehaald is.
Artikel 3 Taakuitvoering Landstrijdkrachten (bedragen x € 1.000) | Realisatie 2009 | Realisatie 2010 | Realisatie 2011 | Realisatie 2012 | Realisatie 2013 | Begroting 2013 | Verschil |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 1.392.558 | 1.349.347 | 1.261.386 | 1.273.299 | 1.175.948 | 1.135.839 | 40.109 |
Uitgaven | 1.371.357 | 1.384.682 | 1.280.930 | 1.277.277 | 1.155.056 | 1.135.839 | 19.217 |
Programma-uitgaven | 89.411 | 93.227 | 76.631 | 92.598 | 154.992 | 163.007 | – 8.015 |
Opdracht Gereedstelling en instandhouding Commando LAS | 89.411 | 93.227 | 76.631 | 92.598 | 154.992 | 163.007 | – 8.015 |
– waarvan inzet | 0 | ||||||
– waarvan gereedstelling | 84.640 | 89.408 | 73.157 | 89.325 | 87.150 | 91.824 | – 4.674 |
– waarvan instandhouding | 4.771 | 3.819 | 3.474 | 3.273 | 67.842 | 71.183 | – 3.341 |
Apparaatsuitgaven | 1.281.946 | 1.291.455 | 1.204.299 | 1.184.679 | 1.000.064 | 972.832 | 27.232 |
Staven 1 | 6.825 | 5.857 | 6.236 | 7.950 | 8.098 | 18.048 | – 9.950 |
Operationele eenheden Commando LAS 2 | 1.251.551 | 1.265.478 | 1.180.399 | 1.159.744 | 991.966 | 954.784 | 37.182 |
Bijdragen aan SSO's 3 | 23.570 | 20.120 | 17.664 | 16.985 | |||
Apparaat per uitgavencategorie | 1.281.946 | 1.291.455 | 1.204.299 | 1.184.679 | 1.000.064 | 972.832 | 27.232 |
personele uitgaven | 967.883 | 1.026.819 | 966.045 | 951.777 | 931.372 | 877.185 | 54.187 |
materiële uitgaven | 314.063 | 264.636 | 238.254 | 232.902 | 68.692 | 95.647 | – 26.955 |
Apparaatsontvangsten | 17.382 | 21.017 | 21.470 | 18.346 | 26.772 | 20.523 | 6.249 |
Toelichting op de instrumenten
De posten met een verschil groter dan € 5,0 miljoen worden hieronder nader toegelicht.
Verplichtingen
De verplichtingen zijn € 40,1 miljoen hoger gerealiseerd dan begroot. De hogere realisatie wordt voor een deel verklaard door de hogere gerealiseerde uitgaven (€ 19,2 miljoen). Daarnaast heeft het CLAS in 2013 een meerjarige verplichting geboekt voor het uitbestede onderhoud voor het project «Defensiebrede Vervanging Operationele Wielvoertuigen» (€ 23 miljoen voor een periode van 10 jaar). Daarnaast is als gevolg van de oprichting van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando bij het CLAS de contributie voor de «Nato Missile Firing Installation» vastgelegd (€ 1,2 miljoen ten behoeve van Patriots). Het resterende verschil wordt veroorzaakt door neerwaarts bijgestelde verplichtingen.
Uitgaven
Gereedstelling
De realisatie van de gereedstelling is € 4,7 miljoen lager dan begroot, omdat oefeningen en activiteiten zijn gecombineerd en hierdoor zijn de uitgaven voor operationele toelages en voeding lager.
Instandhouding
De instandhouding is € 3,3 miljoen lager gerealiseerd door de invoering van SAP. Daarom konden gedurende zes weken door het materieellogistieke bedrijf geen verwervingsmutaties in de logistieke systemen worden verwerkt.
Apparaatsuitgaven
De hogere apparaatsuitgaven van € 27,2 miljoen worden veroorzaakt door de hogere personeelsuitgaven (€ 54 miljoen) vanwege het deels repareren van de nadelige effecten van de invoering van de Wet Uniformering Loonbegrip (WUL), de gewijzigde herstelpremie ABP en sociale lasten. De lagere materiële exploitatie (– € 26 miljoen) is deels het gevolg van een neerwaartse bijstelling van de opleidingsbudgetten in verband met de reorganisatie. Verder zijn er diverse ontvlechtingen naar andere defensieonderdelen, zoals de budgetten voor gezondheidszorg (€ 5 miljoen) en facilitaire activiteiten (€ 4,4 miljoen) naar het CDC.
Ontvangsten
De hogere realisatie (€ 6,3 miljoen) op het ontvangstenbudget wordt vooral veroorzaakt door de verkoop van boventallige reservedelen aan Navo-partners.