Artikel
Algemene doelstelling
Bevorderen van internationale samenwerking en uitwisseling ter ondersteuning en versterking van de kwaliteit van onderwijs, cultuur en wetenschap en ter verdere ontwikkeling van internationale competenties van lerenden, docenten, kunstenaars en wetenschappers.
Rol en verantwoordelijkheid
Stimuleren: Bij het uitvoeren van de algemene doelstelling ligt de nadruk op het zoveel mogelijk stimuleren en ondersteunen van instellingen en burgers om zich op een internationale omgeving te oriënteren. Daartoe zorgt de Minister vanuit zijn stelselverantwoordelijkheid voor de benodigde internationaal-bestuurlijke randvoorwaarden, bijvoorbeeld door afspraken over wederzijdse beroepserkenning, kwaliteitszorg en grensverkeer en door de uitwisseling van best practices. De Minister opereert hierbij binnen multilaterale kaders als de Europese Unie, OESO en de Unesco en andere – vaak daarbij aangesloten – organisaties, alsmede via bilaterale contacten, verdragen, Memorandums of Understanding, etc. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van stimuleringsmaatregelen in de vorm van fondsen en beurzen en worden faciliterende en uitvoerende instanties gesubsidieerd, zoals het Europees Platform, Neth-ER en het Duitsland Instituut. De bevordering van internationale samenwerking is ondersteunend aan de beleidsdoelstellingen van OCW. De activiteiten zijn dan ook voor een belangrijk deel opgenomen bij de betreffende beleidsartikelen.
De internationale activiteiten van OCW geven tenslotte mede-ondersteuning aan de doelstellingen en ambities van het bredere buitenlandse beleid, specifiek op de terreinen van OCW.
Indicatoren en kengetallen
Internationale – ondersteunende – maatregelen laten zich moeilijk vangen in «harde» cijfers en beleidsconclusies. In gevallen waar dit wel mogelijk is, bijvoorbeeld bij de bevordering van in- en uitgaande studiemobiliteit of bij de bevordering van culturele activiteiten in het buitenland zijn relevante cijfers te volgen op de Monitor Trends in Beeld.
Beleidsconclusies
Bij de ten uitvoerlegging van de in de begroting opgenomen voornemens zijn er geen bijzondere ontwikkelingen opgetreden die een aanpassing of afwijking van die voornemens noodzakelijk maakten.
Relevante kwantitatieve gegevens zijn te volgen op de Monitor Trends in Beeld.
Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Verschil | HGIS realisatie | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2014 | 2014 | 2014 | |||
Verplichtingen | 54.274 | 12.591 | 7.312 | 8.673 | 13.973 | 11.652 | 2.321 | 2.082 | ||
Waarvan garantieverplichtingen | ||||||||||
Uitgaven | 20.794 | 16.543 | 16.215 | 15.704 | 12.330 | 13.421 | – 1.091 | 705 | ||
Subsidies | 1.717 | 1.641 | 1.345 | 1.422 | 1.297 | 1.608 | – 311 | 24 | ||
• | Subsidieregelingen | 1.717 | 1.641 | 1.345 | 1.422 | 1.297 | 1.608 | – 311 | 24 | |
– | Duitsland Instituut Amsterdam (DIA) | 800 | 800 | 732 | 842 | 773 | 774 | – 1 | ||
– | Frans-Nederlandse academie (FNA) | 118 | 194 | 114 | 20 | 20 | ||||
– | Netherlands house for Education and Research (Neth-ER) | 484 | 500 | 450 | 450 | 450 | 450 | |||
– | Incidentele subsidies voor het uitwisselen van cultuur | 315 | 147 | 49 | 130 | 24 | 364 | – 340 | 24 | |
– | Overige incidentele subsidies | 30 | 30 | |||||||
Opdrachten | 353 | 140 | 283 | 262 | 6 | 290 | – 284 | |||
– | Beleidsonderzoek en benchmarking | 150 | 18 | 143 | 153 | 6 | 100 | – 94 | ||
– | Incidentele Internationale activiteiten | 203 | 122 | 140 | 109 | 190 | – 190 | |||
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties | 13.915 | 14.262 | 14.087 | 13.520 | 10.577 | 11.073 | – 496 | 231 | ||
– | OCW-vertegenwoordiging in het buitenland | 1.411 | 1.549 | 1.777 | 1.631 | 141 | 141 | 141 | ||
– | Europees Platform | 5.584 | 5.677 | 5.410 | 5.455 | 4.690 | 4.560 | 130 | ||
– | Nederlandse Taalunie | 3.252 | 3.287 | 3.124 | 3.179 | 3.224 | 3.186 | 38 | ||
– | Europa College Brugge | 30 | 30 | 30 | 30 | 30 | 30 | |||
– | Unesco | 20 | 20 | 40 | 8 | 20 | – 20 | |||
– | OESO CERI | 74 | 74 | 73 | 70 | 67 | 76 | – 9 | ||
– | Fulbright Center | 428 | 408 | 408 | 408 | 388 | 388 | |||
– | DCICC (voorheen SICA) Cultural Contact Point | 90 | 90 | 90 | 90 | 90 | 90 | 90 | ||
– | Stichting Ons Erfdeel | 205 | 205 | 205 | 185 | 185 | 185 | |||
– | Nationaal Agentschap Leven Lang Leren (EU-programma) | 1.724 | 1.731 | 1.748 | 1.748 | 1.762 | 1.762 | |||
– | Programma's Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. (inclusief uitvoeringskosten) | 1.097 | 1.161 | 1.162 | 716 | 585 | – 585 | |||
– | Incidentele EU-programma's en activiteiten | 30 | 20 | 50 | – 50 | |||||
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken | 500 | 500 | 500 | 500 | 450 | 450 | 450 | |||
– | Vlaams-Nederlandshuis DeBuren (Hoofdstuk V BuZa) | 500 | 500 | 500 | 500 | 450 | 450 | 450 | ||
Integreren van de BES-eilanden in Nederland 1 | 4.309 | |||||||||
Ontvangsten | 183 | 16 | 41 | 754 | 310 | 99 | 211 |
De realisatie van de uitgaven in 2014 ligt € 1,1 miljoen lager dan oorspronkelijk begroot. De realisatie van de ontvangsten is € 0,2 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot. De verplichtingen zijn met € 2,3 miljoen verhoogd. De belangrijkste verhoging van de verplichtingen is ontstaan door een tweejarige verplichting aan het Europees Platform met kasgevolgen in 2015. Bij de toelichting op de financiële instrumenten worden de grootste verschillen toegelicht.
Subsidies
Toelichting op de instrumenten
Duitsland Instituut Amsterdam
Het Duitsland Instituut Amsterdam (DIA) genereert en verspreidt kennis in Nederland over de ontwikkelingen in Duitsland op het raakvlak van onderwijs, wetenschap en maatschappij. Het instituut doet dat onder meer met behulp van wetenschappelijk onderzoek, onderwijsprojecten en voorlichtingsactiviteiten (cofinanciering met Universiteit van Amsterdam en Deutsche Akademische Austausch Dienst (DAAD)). Daarnaast voert het DIA een pilotprogramma studiemobiliteit uit, die de samenwerking moet stimuleren tussen Nederlandse en Duitse instellingen van hoger onderwijs, alsook de mobiliteit van Nederlandse studenten naar Duitsland moet vergroten. Hier is sprake van cofinanciering van Duitse zijde (50/50). In totaal is er voor de jaren 2013 t/m 2015 € 0,4 miljoen toegekend voor het actieprogramma Bevordering Onderwijsmobiliteit naar Duitsland.
Frans-Nederlandse Academie
De financiering van de Frans-Nederlandse Academie is, conform de subsidietaakstelling, stopgezet.
Neth-ER
Neth-ER is opgericht in 2006 door acht Nederlandse veldorganisaties werkzaam op de gebieden onderzoek, onderwijs en innovatie (onder andere TNO, KNAW, VSNU, MBO-Raad, NWO, Europees Platform). Hun gezamenlijke doel is om de Nederlandse participatie aan de Europese programma’s te vergroten.
Incidentele subsidies voor het uitwisselen van cultuur
Dit betreft middelen gereserveerd voor incidentele activiteiten en verplichtingen ter bevordering van de samenwerking op het gebied van cultuur. In 2014 is beperkt een beroep gedaan op deze middelen. Er zijn subsidies verstrekt aan de Nationale Jeugdraad en aan de Speciaal Gezant Geletterdheid voor UNESCO.
Overige incidentele subsidies
Dit betreft middelen gereserveerd voor overige incidentele internationale subsidies. Er is een subsidie verstrekt aan Stichting News en een subsidie voor activiteiten van het presidentschap International Council on Archives.
Opdrachten
Beleidsonderzoek en benchmarking
Dit betreft middelen ten behoeve van beleidsonderzoek, onder meer naar de effectiviteit van internationalisering en ten behoeve van benchmarking in het kader van de relevante internationale organisaties. In 2014 is beperkt gebruik gemaakt van deze middelen: er is een onderzoek uitgevoerd naar de gevolgen van de ratificatie Facultatief Protocol bij het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (Onderzoek Facultatief protocol bij de VN (SIM Utrecht)).
Incidentele internationale activiteiten
Dit betreft middelen gereserveerd voor incidentele activiteiten en verplichtingen ter bevordering van de samenwerking welke bij het opstellen van de begroting niet zijn te voorzien. In het jaar 2014 zijn geen uitgaven op dit artikelonderdeel gedaan.
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties
OCW-vertegenwoordiging
In 2014 betreft het de kosten voor de Permanente Vertegenwoordiging bij de Unesco.
Europees Platform
Het Europees Platform ondersteunt de internationalisering in het primair en voortgezet onderwijs met kennis en kleine financiële bijdrages voor onder meer expertiseontwikkeling en mobiliteit van leerlingen, onderwijzend personeel, voor vroegtijdig vreemdetalenonderwijs, tweetalig onderwijs en internationale uitwisseling. In 2014 is er een bedrag van € 0,2 miljoen extra toegekend aan het Europees Platform. Dit betreft een subsidie in het kader van het plan van aanpak Engels in het primair onderwijs.
Nederlandse Taalunie
De Nederlandse Taalunie is de verdragsorganisatie waarin Nederland, Vlaanderen en Suriname samenwerken op het gebied van het Nederlands. Ze ondersteunt het leren van de Nederlandse taal in het buitenland, bewaakt de kwaliteit daarvan en houdt zomercursussen voor buitenlanders die Nederlands doceren of willen blijven spreken.
Europa College Brugge
Het Europa College te Brugge is een postuniversitaire opleiding voor onderzoek naar Europese eenwording, gefinancierd door EU en EU-Lidstaten.
Unesco
Dit betreft de deelname aan diverse projecten in het kader van de Unesco.
OESO CERI
OESO CERI betreft de deelname aan diverse onderwijsprojecten en -onderzoeken in het kader van het Centre for Educational Research and Innovation (CERI), onderdeel van de OESO.
Fulbright Center
Het Fulbright Center verzorgt mobiliteitsprogramma’s voor het hoger onderwijs via beurzen voor uitwisseling met de Verenigde Staten (met bijdragen van de Amerikaanse regering).
Cultural Contact Point
Het Cultural Contact Point geeft advies over de subsidieregelingen van het EU-cultuurprogramma en biedt begeleiding bij het doen van een aanvraag. Het is een uitvoerend orgaan ten behoeve van het EU-Cultuurprogramma en ondergebracht bij het Dutch Centre for International Cultural Cooperation (DCICC), voorheen de Stichting Internationale Culturele Activiteiten (SICA).
Stichting Ons Erfdeel
De Vlaams-Nederlandse vereniging Ons Erfdeel wil de cultuur van Vlaanderen en Nederland in het buitenland bekend maken en de culturele samenwerking tussen de Nederlandssprekenden bevorderen, onder meer met behulp van het tijdschrift Ons Erfdeel en het Jaarboek The Low Countries.
Nationaal Agentschap Erasmus+
Het Agentschap is belast met het beheer en de uitvoering in Nederland van het EU programma Erasmus+. Het Nationaal Agentschap Erasmus+ Onderwijs en Training is de opvolger van het voormalige Agentschap Leven Lang Leren.
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland verricht uitvoerende taken, vooral waar het gaat om internationalisering van het (beroeps-)onderwijs op het scheidsvlak tussen onderwijs en bedrijfsleven. In het jaar 2014 is ingespeeld op de subsidietaakstelling door geen nieuwe activiteiten meer te starten. Deze post is in het najaar reeds met € 0,5 miljoen verlaagd, de resterende € 70.000 zijn niet besteed.
Incidentele EU-programma’s en activiteiten
Dit betreft middelen gereserveerd voor incidentele activiteiten en verplichtingen in het kader van de EU en deelname aan EU-programma’s, welke bij het opstellen van de begroting niet zijn te voorzien. In het jaar 2014 zijn geen uitgaven op dit artikelonderdeel gedaan.
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken
Vlaams-Nederlands Huis De Buren
Het Vlaams-Nederlands Huis De Buren is in 2004 opgericht door de Nederlandse en Vlaamse regering als een culturele organisatie en als ruimte voor debat en reflectie (subsidiëring vindt plaats via begrotingshoofdstuk V (Buitenlandse Zaken)).
Internationale Uitgaven OCW – breed
Het vergroten van internationale mobiliteit en grensoverschrijdende samenwerking tussen instellingen is een inzet die niet alleen plaatsvindt op dit artikel. Veel internationaliseringsbeleid is elders ondergebracht binnen de OCW-begroting. Hieronder is een overzicht opgenomen van de totale internationale uitgaven van OCW per beleidsartikel en daaraan gekoppeld, welk deel daarvan deel uitmaakt van de Homogene groep internationale samenwerking (HGIS), die wordt gecoördineerd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Realisatie | oorspronkelijk vastgestelde begroting | Verschil | HGIS realisatie | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2014 | 2014 | 2014 | |
Primair onderwijs (artikel 1) | 22.008 | 20.291 | 20.992 | 22.015 | 16.854 | 12.295 | 4.559 | |
Voortgezet onderwijs (artikel 3) | 3.518 | 4.660 | 4.631 | 4.179 | 4.083 | 3.381 | 702 | |
Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (artikel 4) | 862 | 830 | 1.217 | 1.181 | 820 | 820 | ||
Hoger beroepsonderwijs (artikel 6) | 3.453 | 3.453 | 3.453 | 3.453 | 3.155 | 3.155 | 3.155 | |
Wetenschappelijk onderwijs (artikel 7) | 86.503 | 87.582 | 74.813 | 72.759 | 67.727 | 64.968 | 2.759 | 54.338 |
Internationaal beleid (artikel 8) | 16.485 | 16.543 | 16.215 | 15.704 | 12.171 | 13.421 | – 1.250 | 705 |
Studiefinanciering (artikel 11) | 2.162 | 55.165 | 63.775 | 68.783 | 73.524 | 65.000 | 8.524 | |
Kunsten (artikel 14) | 18.334 | 19.211 | 18.017 | 12.847 | 12.174 | 11.764 | 410 | 4.765 |
Cultureel erfgoed (artikel 14) | 2.096 | 2.129 | 2.578 | 2.336 | 2.399 | 2.506 | – 107 | 395 |
Media (artikel 14 en 15) | 50.872 | 50.306 | 49.891 | 2.140 | 1.849 | 1.831 | 18 | 299 |
Onderzoek en wetenschappen (artikel 16) | 79.226 | 91.964 | 99.359 | 91.438 | 92.848 | 92.848 | 524 | |
Totaal | 285.519 | 352.134 | 354.941 | 296.835 | 287.604 | 271.989 | 15.615 | 64.181 |
Toelichting:
De uitgaven op de Homogene groep internationale samenwerking (HGIS) zijn begrepen in de totale realisaties in het jaar 2014.
De beleidsprestaties zijn – waar nodig en relevant – toegelicht bij de betreffende beleidsartikelen.
Voor artikel 11 (Studiefinanciering) geldt dat de bedragen indicaties zijn van de omvang van uitgaven aan internationale studiefinanciering (diplomamobiliteit). Het betreft zowel de relevante als niet-relevante uitgaven voor meeneembare studiefinanciering (dit is uitgaande studentenmobiliteit) en voor inkomende mobiliteit (EU-studenten die een vorm van collegegeldvergoeding krijgen).
Artikel