Staat van baten en lasten van het baten-lastenagentschap Paresto
1 | 2 | 3=2-1 | 4 | |
---|---|---|---|---|
Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie 2014 | |
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 70.460 | 70.592 | 132 | 77.629 |
Omzet overige departementen | – | – | – | – |
Omzet derden | 781 | 645 | – 136 | 676 |
Rentebaten | 65 | 30 | – 35 | 91 |
Vrijval voorzieningen | – | 148 | 148 | 452 |
Bijzondere baten | – | 1.030 | 1.030 | 1.212 |
Totaal baten | 71.306 | 72.445 | 1.139 | 80.060 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | ||||
– Personele kosten | 39.418 | 40.321 | 903 | 41.181 |
Waarvan eigen personeel | 35.305 | 34.315 | – 990 | 35.735 |
Waarvan externe inhuur | 4.113 | 4.821 | 708 | 4.729 |
Waarvan overige personele kosten | – | 1.185 | 1.185 | 717 |
– Materiële kosten | 31.889 | 32.379 | 490 | 36.635 |
Waarvan apparaat ICT | 1.376 | 409 | – 967 | 588 |
Waarvan bijdrage aan SSO's | 972 | 872 | – 100 | 1.055 |
Waarvan overige materiele kosten | – | 673 | 673 | 2.107 |
Rentelasten | – | – | – | – |
Afschrijvingskosten | ||||
– Immaterieel | – | – | – | – |
– Materieel | – | 4 | 4 | 8 |
Overige lasten | ||||
– Dotaties voorzieningen | – | – | – | – |
– Bijzondere lasten | – | 143 | 143 | 209 |
Totaal lasten | 71.306 | 72.847 | 1.541 | 78.033 |
Saldo van baten en lasten | – | – 402 | – 402 | 2.027 |
Toelichting op de staat van baten en lasten
Omzet moederdepartement
De omzet moederdepartement bestaat uit twee delen: de omzet bedrijfsvoering (verkopen) ad € 43,6 miljoen en de omzet bijdrage defensieonderdelen ad € 27 miljoen.
Omzet bedrijfsvoering (verkopen)
Dit betreft in het boekjaar de door Paresto in rekening gebrachte opbrengst verkopen voor verrichte leveranties en diensten.
Vastgestelde begroting | Realisatie 2015 | |
---|---|---|
Omzet regulier | 24.779 | 25.273 |
Omzet niet-regulier | 7.384 | 8.900 |
Omzet logistiek ondersteuning | 10.550 | 9.446 |
Totaal opbrengst verkopen | 42.714 | 43.619 |
De omzet bedrijfsvoering is onder te verdelen in de volgende productgroepen:
-
• De omzet regulier betreft de verkopen in de bedrijfsrestaurants, de kantines en toko’s op locaties;
-
• De omzet niet-regulier is omzet van onder andere vergaderingen, diners en recepties die op locaties worden gehouden;
-
• De omzet logistieke ondersteuning betreft onder andere de leveringen van gevechtsrantsoenen door de logistieke centra in Bathmen en Den Helder.
De reguliere omzet is hoger dan begroot als gevolg van een hogere gemiddelde besteding. De niet-reguliere omzet is hoger dan begroot vanwege de invoering van de WKR, waardoor er meer activiteiten op locatie zijn gehouden.
De omzet logistieke ondersteuning is lager dan de begroting. Dit is voornamelijk veroorzaakt doordat er minder oefeningen hebben plaatsgevonden.
Omzet bijdrage Defensieonderdelen
De omzet bijdrage defensieonderdelen betreft de vergoeding die Paresto ontvangt voor de personele en materiële inzet op de locaties. Deze is € 0,8 miljoen lager dan begroot. Dit is voornamelijk veroorzaakt doordat er in de loop van 2015 meer medewerkers de dienst hebben verlaten.
Omzet derden
De omzet derden betreft de omzet die Paresto in rekening brengt bij het CDC voor cateringkosten van het Militair Revalidatie Centrum. Het CDC berekent deze als ziektekosten door aan de ziektekostenverzekeraars. Deze is lager dan begroot vanwege een lagere werkgeversbijdrage.
Rentebaten
Dit betreft de rente die is ontvangen op deposito en de lopende rekening courant met het Ministerie van Financiën. Beide percentages zijn niet noemenswaardig en veel lager dan vooraf ingeschat.
Vrijval voorziening
Dit betreft een vrijval vanuit de voorziening sourcing vanwege afronding van het project.
Bijzondere baten
Dit betreft betalingskorting en producentenbonussen conform de contractuele afspraken.
Personele kosten
De realisatie van de gemiddelde bezetting over 2015 ten opzichte van de begroting is als volgt:
Vastgestelde begroting | Realisatie | |||
---|---|---|---|---|
Vte'n | Prijs per vte | Vte'n | Prijs per vte | |
Militair personeel | 142 | 50.093 | 123 | 53.944 |
Burger personeel | 621 | 44.121 | 582 | 47.513 |
Overige categorieën: | ||||
Inhuur en uitzendkrachten | 72 | 57.120 | 84 | 57.525 |
Herplaatsers en SBK | 19 | 44.121 | 26 | 47.513 |
Totaal/Gemiddeld | 853 | 46.210 | 814 | 49.535 |
In de loop van 2015 hebben meer medewerkers de dienst verlaten dan waar in de begroting rekening mee is gehouden. Daarentegen is de gemiddelde loonsom hoger dan begroot vanwege de CAO afspraken in 2015. Tevens heeft er meer inhuur plaatsgevonden als gevolg van vervanging van personeel dat afwezig was in verband met MBO-opleidingen.
Materiële kosten
De post materiële kosten bestaat voornamelijk uit ingrediëntkosten (€ 30,4 miljoen) en is hoger dan begroot door de hogere omzet uit verkopen.
Afschrijvingskosten
In het kader van de verwachte outsourcing heeft er geen nieuwe activering plaats gevonden. De activa is in 2015 volledig afgeschreven.
Overige lasten
De post overige lasten bestaat uitsluitend uit de bijzondere lasten.
Resultaatbestemming
Het resultaat over 2015 bedraagt -/- € 0,4 miljoen. Het resultaat wordt conform de vigerende regelgeving verrekend met het eigen vermogen. Gelet op het maximaal toegestaan eigen vermogen vindt er in 2016 geen afdracht aan het moederdepartement plaats.
Balans per 31 december 2015
Omschrijving | Balans 2015 | Balans 2014 |
---|---|---|
Activa | ||
Immateriële activa | ||
Materiële vaste activa | – | 4 |
– grond en gebouwen | ||
– installaties en inventarissen | – | 4 |
– overige materiële vaste activa | ||
Voorraden | 5.815 | 3.259 |
– voorziening incourante voorraden | – | – 10 |
Debiteuren | 1.558 | 1.547 |
Nog te ontvangen | 2.200 | 2.710 |
Liquide middelen | 8.660 | 8.990 |
Totaal activa: | 18.233 | 16.500 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ||
– exploitatiereserve | 4.055 | 4.198 |
– onverdeeld resultaat | – 402 | 2.027 |
Voorzieningen | 3.215 | 3.565 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | – | – |
Crediteuren | 8.121 | 1.077 |
Nog te betalen | 3.244 | 5.633 |
Totaal passiva | 18.233 | 16.500 |
Toelichting op de balans
Materiële vaste activa
In het kader van de verwachte outsourcing heeft er geen nieuwe activering plaats gevonden. De activa is in 2015 volledig afgeschreven.
Voorraden
Op de balans zijn de voorraden van de locaties van Paresto en de voorraden van de logistieke centra Bathmen en Den Helder opgenomen. De toename wordt veroorzaakt door de ontvangst van grote bulk leveringen ten behoeve van modulaire rantsoenen voor de logistieke voorraad.
Debiteuren
De debiteuren bestaan uit vorderingen op het moederdepartement (€ 1,2 miljoen), derden (€ 0,1 miljoen) en rijksonderdelen (€ 0,2 miljoen). In januari 2016 heeft de betaling van het moederdepartement plaats gevonden.
Nog te ontvangen
Deze post is nader te specificeren in nog te ontvangen van het moederdepartement (€ 1,0 miljoen) en derden (€ 1,2 miljoen)
Liquide middelen
De post liquide middelen omvat de gelden in rekening courant bij het Ministerie van Financiën (€ 8,6 miljoen).
Eigen Vermogen
In 2015 is € 2,2 miljoen aan het moederdepartement uitgekeerd. De grens voor het eigen vermogen in 2015 is € 3,8 miljoen (maximaal 5 procent van de gemiddelde omzet over de afgelopen 3 jaar). Met een eigen vermogen van € 3,7 miljoen blijft Paresto onder deze grens. In 2016 vindt er derhalve geen afdracht plaats aan het moederdepartement.
Leningen
Alle door Paresto opgenomen gelden bij het Ministerie van Financiën (leningen) zijn volledig afgelost.
Voorzieningen
Stand 31-12-2014 | Dotaties 2015 | Vrijval 2015 | Onttrekkingen 2015 | Stand 31-12-2015 | |
---|---|---|---|---|---|
Externe expertise outsourcing | 350 | – | 148 | 202 | – |
Verlieslatende overdracht voorraad LogOst | 3.215 | – | – | – | 3.215 |
Totaal aan voorzieningen | 3.565 | – | 148 | 202 | 3.215 |
In 2015 heeft er geen dotatie aan de voorziening plaats gevonden. De onttrekking betreft uitgaven van ingehuurde partijen voor het project Outsourcing. September 2015 is dit project afgerond en het saldo vrijgevallen. De voorziening operationele catering II blijft staan op € 3,2 miljoen, vanwege de uitgestelde overdracht op 1 maart 2016.
Crediteuren
Het crediteurensaldo bestaat uitschulden op het moederdepartement (€ 6,9 miljoen), op derden (€ 1.3 miljoen) en rijksonderdelen (– € 0,1 miljoen). Deze stand is hoger dan 2014 omdat de factuur met betrekking tot salarissen van november en december nog betaald moeten worden aan het FABK.
Nog te betalen
Het saldo nog te betalen bestaat uit (€ 2,8 miljoen) aan derden en (€ 0,5 miljoen) aan het moederdepartement.
De vakantieverplichtingen aan het personeel bestaan uit € 1,2 miljoen te betalen aan vakantiedagen en € 1,0 miljoen te betalen aan vakantiegelden. De overige schulden hebben voornamelijk betrekking op suppletieaangiftes van de afgelopen jaren, het nog te factureren van inhuur extern personeel en een reservering ten behoeve van opleiding intern personeel.
Kasstroomoverzicht
1) | 2 | 3=2-1 | ||
---|---|---|---|---|
Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | ||
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2015+ stand depositorekeningen | 17.198 | 8.914 | – 8.284 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | – | 7.565 | – | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | – | 5.718 | – | |
2. | Totaal operationele kasstroom | – | 1.847 | 1.847 |
Totaal investeringen (-/-) | – | – | – | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | – | – | – | |
3. | Totaal investeringskasstroom | – | – | – |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 365- | – 2.170 | – 1.805 | |
Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | – | – | – | |
Aflossingen op leningen (-/-) | – | – | – | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | – | – | – | |
4. | Totaal financieringskasstroom | – 365 | – 2.170 | – 1.805 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december 2015+ stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 16.833 | 8.591 | – 8.242 |
Toelichting op het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode.
Kasstroom uit operationele activiteiten
De kasstroom uit operationele activiteiten bestaat uit de kasstroom bedrijfsactiviteiten, de mutatie in het werkkapitaal en de ontvangen dan wel betaalde interest. De operationele kasstroom is hoger dan begroot met name vanwege een stijging in de crediteurenstand.
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
In 2015 zijn er geen investeringen of desinvesteringen gedaan.
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
In 2015 is € 2,2 miljoen aan het moederdepartement uitgekeerd.
Doelmatigheidsparagraaf
De omzet bij Paresto bestaat uit verkopen van ingekochte producten. Er is geen sprake van productie en hierdoor dus geen kostprijs per product. De gekozen indeling in een specifiek deel en een generiek deel vloeit voort uit de aard van de dienstverlening door Paresto. Gestuurd wordt op de brutomarge van de locaties. Hiermee samenhangende indicatoren zijn daarom als specifiek benoemd.
realisatie | oorspronkelijke begroting | ||||
---|---|---|---|---|---|
Omschrijving generieke deel | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2015 |
Omzet verkopen (x € 1.000) | 45.054 | 44.568 | 49.193 | 43.619 | 42.714 |
Vte'n totaal | 1.062 | 918 | 877 | 814 | 853 |
– waarvan in eigen dienst | 1.024 | 860 | 794 | 731 | 781 |
– waarvan inhuur | 38 | 58 | 83 | 84 | 72 |
saldo baten/lasten als % van totale baten | – 1,5% | 1,4% | 2,5% | – 0,6% | 0,0% |
Omschrijving specifiek deel | |||||
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2015 | |
Aantal locaties | 108 | 85 | 82 | 77 | 81 |
Productiviteit per medewerker (omzet per vte) | 42.422 | 48.536 | 56.087 | 53.599 | 50.068 |
% Ziekteverzuim | 8,3% | 7,6% | 7,1% | 7,4% | 8,0% |
% Bruto marge locaties | 37,4% | 37,3% | 39,1% | 37,2% | 37,8% |
Het overgrote deel van de kosten van Paresto (ruim 90 procent) bestaat uit personeels- en ingrediëntkosten. De doelmatigheid komt met name tot uitdrukking in twee belangrijke graadmeters, de productiviteit per medewerker en het percentage bruto marge (inkoop ten opzichte van de omzet).
Door een lagere omzet verkopen is de productiviteit per medewerker afgenomen ten opzichte van 2014. De daling van de bruto marge wordt veroorzaakt door een andere samenstelling van de omzet verkopen. Het aantal vaste medewerkers daalt en het aantal locaties neemt af. Tevens ligt het ziekteverzuim onder de begrote norm.