Base description which applies to whole site

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)

Staat van baten en lasten

Bedragen x € 1.000

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

(4)

 

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie 2014

Baten

       

Omzet moederdepartement

293.541

314.859

21.318

303.448

Omzet overige departementen

104.616

119.877

15.261

83.206

Omzet derden

43.566

43.670

– 104

15.639

Rentebaten

10

8

– 2

184

Vrijval voorzieningen

0

0

0

8.714

Bijzondere baten

0

5.762

5.762

0

Totaal baten

441.733

484.176

42.443

411.191

         

Lasten

       

Apparaatskosten

       

– Personele kosten

243.760

298.013

54.253

259.455

Waarvan eigen personeel

189.162

212.175

23.013

177.726

Waarvan externe inhuur

42.936

68.455

25.519

65.938

Overige personele kosten

11.662

17.383

5.721

15.791

– Materiële kosten

181.562

170.176

– 11.386

136.160

Waarvan apparaat ICT

0

69.860

69.860

0

Waarvan bijdrage aan SSO’s

81.000

89.183

8.183

82.192

Rentelasten

115

443

328

193

Afschrijvingskosten

       

– Immaterieel

13.731

7.577

– 6.154

9.217

– Materieel

2.564

1.895

– 669

1.843

Overige lasten

       

– Dotaties voorzieningen

0

955

955

281

– Bijzondere lasten

0

6.927

6.927

0

Totaal lasten

441.733

485.985

44.252

407.149

Saldo van baten en lasten

0

– 1.809

– 1.809

4.042

Toelichting op de baten

Omzet moederdepartement

De gerealiseerde omzet van het moederdepartement is ten opzichte van de oorspronkelijke begroting 7,3% (€ 21,3 mln) hoger.

Bedragen x € 1.000

Oorspronkelijke vastgestelde begroting 2015

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

Realisatie 2014

DG AGRO

138.172

145.653

7.481

129.530

DG B&I

79.122

93.333

14.211

92.954

DG ETM

39.557

39.180

– 377

40.001

DG N&R

31.715

29.742

– 1.973

22.725

Overig

4.975

6.951

1.976

18.238

Totaal

293.541

314.859

21.318

303.448

De toename van de omzet ten opzichte van de begroting wordt veroorzaakt door DG AGRO (€ 7,5 mln) en DG B&I (€ 14,2 mln). De hogere omzet is voor beide opdrachtgevers het gevolg van aanvullende opdrachten en wijzigingen op de bestaande opdrachten. Het gaat daarbij om de uitvoering van Evaluatie schoolfruit, Investeringsregeling Garnalen Visserij, Interventie Groente & Fruit (Rusland Boycot), Verbeterplan EU Groente & Fruit, Implementatie Autonome Dierregelingen, Verduurzaming voedselproductie, meerwerk Flora fauna Wet en aanvullende opdrachten Dienst Landelijk Gebied (DLG). In de omzet moederdepartement is ook de opdracht voor het Inkoop Uitvoering Centrum EZ (IUC) opgenomen.

Omzet overige departementen

De omzet overige departementen betreft de uitvoering van opdrachten voor diverse ministeries, waarbij de ministeries van Buitenlandse Zaken en Binnenlandse Zaken in 2015 de grootste zijn. De omzet overige departementen is ten opzichte van de begroting toegenomen met 14,6% (€ 15,3 mln).

Bedragen x € 1.000

Oorspronkelijke vastgestelde begroting 2015

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

Realisatie 2014

Ministerie van BUZA

83.233

84.189

956

55.696

Ministerie van BZK

8.000

18.644

10.644

12.858

Ministerie van I&M

8.677

10.698

2.021

10.120

Ministerie van OCW

2.924

3.306

382

2.643

Ministerie van SZW

380

372

– 8

385

Ministerie van V&J

1.402

139

– 1.263

481

Ministerie van VWS

155

155

302

Overige

2.374

2.374

721

Totaal

104.616

119.877

15.261

83.206

De stijging van de omzet ten opzichte van de begroting wordt voornamelijk veroorzaakt door onder meer de uitbreiding van de opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Het betreft aanvullende opdrachten voor het energielabel. Daarnaast heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken de uitvoering van enkele regelingen in opdracht aan RVO.nl gegeven. De regeling Vermindering Verhuurdersheffingen, Stimuleringsregeling Energieprestatie Huursector en Fonds Energiebesparing Huursector omvatten € 1,9 mln. De vaste opdrachten BEW en EGO hadden ieder € 1,0 mln extra realisatie. De uitvoering van de Wet Bevordering Eigenwoningbezit had door de vijfjaarlijkse inkomenstoets een piek in de werkzaamheden en Energie in Gebouwde Omgeving door intensivering werkzaamheden voor beleidsdoelen. Deze piek leverde € 1,0 mln extra omzet op. Voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn enkele kleine aanvullende opdrachten ter waarde van € 1,0 mln extra omzet uitgevoerd (onder andere voor Holland Branding en Starters Internationaal Business).

Omzet derden

Omzet derden betreft omzet van de provincies en uit de Europese Unie. De leges betreffen uitsluitend financiering en geen autonome opbrengsten. De basis voor de volledigheid van omzet wordt berekend op basis van de uren. De leges worden gepresenteerd in de afrekening met de opdrachtgever. De opdrachtgever krijgt de totale uitvoeringskosten gepresenteerd, waarop de ontvangen leges in mindering worden gebracht.

Bedragen x € 1.000

Oorspronkelijke vastgestelde begroting 2015

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

Realisatie 2014

Leges dierenregistraties

6.000

5.319

– 681

4.361

Leges overige regelingen

3.500

5.436

1.936

5.425

Vergunningen

424

0

– 424

Provincie

29.100

24.590

– 4.510

EU

2.476

4.991

2.515

Overig

2.066

3.334

1.268

5.853

Totaal

43.566

43.670

104

15.639

De omzet is ten opzichte van de begroting nagenoeg gelijk gebleven. De opbrengsten uit leges zijn gesaldeerd € 1,2 mln hoger dan geraamd door meer aanvragen. De omzet van Provincies is daarentegen lager door enerzijds afronding van het oude stelsel van het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer waardoor minder omzet ad. € 6,8 mln gerealiseerd werd en anderzijds door extra omzet vanwege meerwerkopdrachten voor de regeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland, Plattelands Ontwikkelingsprogramma 3 en diverse kleinere opdrachten van in totaal € 2,6 mln. Opdrachten van overige opdrachtgevers hebben geleid tot een stijging van de omzet ten opzichte van 2014.

Bijzondere baten

De bijzondere baten zijn diverse oorzaken ontstaan.

  • Door afwikkeling van oude balansposten die betrekking hebben op de schuld en vorderingen op opdrachten. Dit levert een bijzondere bate van € 2,2 mln op.

  • In de post nog te factureren aan opdrachtgevers niet zijnde departementen heeft een tegenboeking in 2014 plaatsgevonden om de omzet juist te kunnen laten boeken in 2015, wat tot een bate van € 0,5 mln heeft geleid.

  • De opheffing van Dienst Landelijk Gebied (DLG) heeft geleid tot overdracht van een deel van het werkpakket van voormalig DLG naar RVO.nl. Het moederdepartement heeft een bijdrage beschikbaar gesteld voor frictiekosten van € 2,9 mln, samenhangend met de invaring van de DLG-organisatie.

Toelichting op de lasten

Algemeen

De lasten zijn ten opzichte van de begroting met 10% gestegen. Hieronder worden de lasten toegelicht.

Personele kosten

De personele kosten vallen in totaal € 54,3 mln (22,3%) hoger dan begroot uit. Dit verschil wordt door de volgende zaken verklaard:

  • De kosten voor eigen personeel vallen onder meer hoger uit (€ 23 mln) door de invaringen van het CBI en delen van de DLG. In de begroting was uitgegaan van 2.539 fte in ambtelijke dienst. Per 31-12-2015 waren 2.844 fte in ambtelijke dienst. De gemiddelde loonkosten per fte bedragen in 2015 € 74.800, ten opzichte van 2014 een stijging van 5,8%.

  • De kosten van externe inhuur zijn € 25,6 mln hoger dan begroot. Enerzijds betreft dit de externe inzet in verband met een groter dan bij de begroting bekende werkpakket. Anderzijds heeft inhuur plaatsgevonden in verband met het op orde krijgen van de bedrijfsvoering.

Materiële kosten

De materiële kosten zijn in totaal € 11,4 mln lager dan begroot. De huisvestingskosten zijn in 2015 € 4,1 mln lager uitgevallen dan geraamd. Dit komt met name door het afstoten van panden in Den Haag (Juliana van Stolberglaan), Assen en Sittard. Hierdoor kon bespaard worden op onder andere de gebruikersvergoeding en servicekosten.

Afschrijvingskosten

De afschrijvingskosten voor zowel immateriële als materiële vaste activa zijn lager dan begroot. Voor de materiële vaste activa is € 0,7 mln minder afgeschreven. Dit houdt verband met een lager investeringsvolume in materiële vaste activa dan geraamd. De afschrijvingskosten voor de immateriële vaste activa zijn € 6,2 mln lager dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door fors lager investeringsvolume door minder gedechargeerde projecten vanuit de activa in aanbouw dan verwacht.

Bijzondere lasten

In 2015 zijn diverse bijzondere lasten ontstaan. Dit wordt door de volgende zaken verklaard:

  • Opslag DICTU kosten op de BZK opdracht. Deze kosten zijn ontstaan na het uitbrengen van de offerte aan BZK voor het jaar 2015. RVO.nl heeft besloten deze kosten niet in rekening te brengen bij de opdrachtgever. Deze kosten bedragen € 1,0 mln.

  • De financiële afwikkeling van het omzetten van CapitalP medewerkers naar ambtelijke medewerkers heeft over 2015 meer kosten met zich mee gebracht dan voorzien. De meerkosten bedragen € 1,5 mln.

  • Door de afwikkeling van oude balansposten heeft in 2015 een opschoning plaatsgevonden van de balansposten die betrekking hebben op de schuld en vorderingen op opdrachten. De afwikkeling betekent dat € 3,2 mln aan kosten niet declarabel zijn en afgeboekt worden.

  • RVO voert als onderdeel van haar opdrachtenpakket een aantal opdrachten uit waarmee zij naar het oordeel van de belastingdienst wellicht in concurrentie is met andere ondernemers. De BTW kan niet alsnog in rekening worden gebracht bij opdrachtgevers en komt daarmee voor rekening van RVO.nl. De BTW afdracht over afgelopen 5 jaar wordt geraamd op € 1,0 mln. Hiervan betreft € 0,8 mln de periode 2011–2014 welke is opgenomen onder de bijzondere lasten. De omzet over 2015 is gecorrigeerd met € 0,2 mln.

Saldo van baten en lasten

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland sluit het jaar met een negatief resultaat van € 1,8 mln. In dit resultaat zijn éénmalige bijzondere baten en lasten verwerkt, per saldo € 1,6 mln aan lasten. Het operationele resultaat bedraagt derhalve € 0,2 mln negatief.

Balans per 31 december 2015

Vóór resultaatsbestemming, Bedragen x € 1.000

Balans 2015

Balans 2014

Activa

   

Immateriële vaste activa

42.966

30.071

Materiële vaste activa

   

* grond en gebouwen

7.940

9.050

* installaties en inventarissen

2.135

2.784

* overige materiële vaste activa

459

0

Voorraden

0

0

Debiteuren

4.243

4.848

Nog te ontvangen

25.108

15.967

Liquide middelen

48.306

96.537

Totaal Activa

131.157

159.257

     

Passiva

   

Eigen vermogen

   

* exploitatiereserve

20.114

20.115

* onverdeeld resultaat

– 1.809

4.356

Voorzieningen

0

0

Leningen bij het MvF

90

2.163

Egalisatierekening

0

0

Crediteuren

8.864

9.438

Nog te betalen

103.898

123.185

Totaal Passiva

131.157

159.257

Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit een exploitatiereserve en het onverdeeld resultaat. Het onverdeeld resultaat over 2015 bedraagt € 1,8 mln negatief. Het eigen vermogen ultimo jaar bedraagt € 18,3 mln. De maximale toegestane omvang van de exploitatiereserve bedraagt € 22,0 mln, zijnde 5% van € 440,3 mln gemiddelde omzet over 2014 en 2015. Het eigen vermogen ultimo jaar blijft hierdoor onder het toegestane maximum.

Tabel Vermogensontwikkeling 2015

Bedragen x € 1.000

2015

2014

2013

Eigen vermogen op 1 januari

24.471

25.044

0

       

Saldo van baten en lasten

– 1.809

4.042

0

     

Directe mutaties in het eigen vermogen:

     

– uitkering aan moederdepartement

– 4.357

– 4.615

0

– bijdrage moederdepartement

0

0

0

– overige mutaties:

0

0

0

Eigen vermogen op 31 december

18.305

24.471

0

Crediteuren en nog te betalen bedragen

Onder de crediteuren en de nog te betalen bedragen zijn de volgende bedragen begrepen voor schulden aan het kerndepartement EZ en overige departementen:

Bedragen x € 1.000

31-12-2015

31-12-2014

Kerndepartement

36.844

2.319

Agentschap RVO.nl

9.045

0

Agentschap DICTU

8.366

8.375

Rijksvastgoedbedrijf

0

0

Belastingdienst

18

0

Rijkswaterstaat

90

0

Rijksdienst voor het Wegverkeer

5

0

Dienst Publiek en Communicatie

7

0

Ministerie van Buitenlandse Zaken

3.206

26.641

Ministerie van Binnenlandse Zaken

0

2.487

Ministerie van Financiën

2

41

Ministerie van Volksgezondheid

0

129

Ministerie van OCenW

60

310

Ministerie van Algemene Zaken

0

20

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

1.096

0

Derden

1.856

92.301

Overige posten

52.145

0

Totaal

112.762

132.623

Debiteuren en nog te ontvangen bedragen

Onder de debiteuren en de nog te ontvangen bedragen zijn de volgende bedragen begrepen voor vorderingen op het kerndepartement EZ en overige departementen (exclusief voorziening dubieuze debiteuren):

Bedragen x € 1.000

31-12-2015

31-12-2014

Kerndepartement

2.791

15.967

Agentschap DICTU

121

0

Agentschap NVWA

249

94

Agentschap RVO.nl

6.065

0

Agentschap DLG

0

26

Rijkswaterstaat

57

0

Dienst Uitvoering Onderwijs

27

0

Dienst Justis

30

0

Rijksvastgoedbedrijf

0

86

Ministerie van Binnenlandse Zaken

545

6

Ministerie van Buitenlandse Zaken

6.141

150

Ministerie van Defensie

0

70

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

134

260

Ministerie van Sociale Zaken

312

16

Ministerie van Veiligheid en Justitie

71

372

Ministerie van Volksgezondheid

86

13

Ministerie van Financiën

37

19

Ministerie van OCenW

19

0

Derden

3.399

4.335

Overige posten

10.660

0

Totaal

30.744

21.414

Kasstroomoverzicht over 2015

 

Bedragen x € 1.000

(1)

(2)

(3)=(2)–(1)

 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

1.

Rekening courant RHB en overige liquide middelen per 1 januari 2015

78.003

96.537

18.534

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

31.295

– 11.182

– 42.477

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom

(-/-)

– 26.000

– 36.725

– 10.725

2.

Totaal operationele kasstroom

5.295

– 47.907

– 53.202

 

Totaal investeringen (-/-)

– 9.950

– 39.986

– 30.036

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

46.092

46.092

3.

Totaal investeringskasstroom

– 9.950

6.106

16.056

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

– 4.357

– 4.357

 

Eenmalige storting door moederdepartement (+)

0

0

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 2.894

– 2.073

821

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

0

0

0

4.

Totaal financieringskasstroom

– 2.894

– 6.430

– 3.536

5.

Rekening courant RHB en overige liquide middelen per 31 december 2015

70.454

48.306

– 22.148

De operationele kasstroom bestaat uit het saldo van baten en lasten, gecorrigeerd voor afschrijvingen en mutaties in de voorzieningen en het werkkapitaal. De gerealiseerde operationele kasstroom is € 53,2 mln lager dan begroot door afwikkeling oude projecten en afschrijvingen desinvesteringen. De gerealiseerde investeringskasstroom is € 16,1 mln hoger. Dit wordt veroorzaakt door enerzijds hogere investeringen in de activa in aanbouw (€ 30,0 mln meer) en anderzijds door desinvesteringen (€ 46,1 mln meer).

Doelmatigheidsindicatoren

Omschrijving

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Begroting 2015

Inputindicatoren

     

Kernindicatoren

     

Verhouding direct/indirect personeel

81,2%

83%

85%

       

Outputindicatoren

     

Kernindicatoren

     

Tariefindex in reële termen

101,1

98,6

100

Totaal aantal ambtelijk fte werkzaam excl. externe inhuur

2.611

2.816

2.539

Saldo baten en lasten als percentage van totale baten

0,7%

– 0,4%

0%

       

Kwaliteitsindicatoren

     

Kernindicatoren

     

Klanttevredenheid

7,2

7,2

7,3

Gehonoreerde bezwaarschriften

30%

30%

25%

Inputindicatoren

De verhouding direct indirect is ten opzichte van 2014 gewijzigd doordat vanaf 2015 fte’s op interne projecten onder indirecte fte’s vallen.

Outputindicatoren

De tariefindex is in 2015 in de begroting gesteld op 100%. Rekening houdend met het resultaat is de realisatie positiever uitgevallen dan begroot waarmee de index daalt naar 98,6%.

Kwaliteitsindicatoren

De klanttevredenheid is met 7,2 gelijk aan voorgaande jaren van de voormalige gefuseerde agentschappen.

In 2015 heeft RVO 8.279 bezwaren afgehandeld. Daarvan zijn 2.508 bezwaren (deels) gegrond verklaard (30%).

Licence