Base description which applies to whole site

3. Beleidsprioriteiten

De impact van Covid-19 op het Caribische deel van het Koninkrijk

Het Caribische deel van het Koninkrijk is ook in 2021 ongekend hard getroffen door de pandemie en de nasleep daarvan. Dat heeft gevolgen voor vrijwel alle aspecten van de maatschappij. Covid-19 heeft niet alleen op medisch en sociaalmaatschappelijk gebied grote consequenties gehad, maar ook economisch en financieel: de inkomsten van zowel overheden als private sectoren zoals het toerisme – de belangrijkste economische activiteit - stonden zwaar onder druk. Hierdoor zijn de landen en eilanden van het Koninkrijk meer dan ooit op elkaar aangewezen.

Invloed van Covid-19 op de Caribische landen van het Koninkrijk

Samen met andere departementen heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) zich ingezet om de landen te ondersteunen in deze pandemie. In opdracht van het ministerie is het voedselhulpprogramma van het Rode Kruis in de drie landen ook in 2021 doorgegaan en overgedragen aan de lokale overheden. Het aantal hulpbehoevenden is fors gedaald gedurende de overname, onder andere door de aantrekkende economie en de controle op dubbelingen. Het Ministerie van BZK heeft in 2021 de landen tot oktober subsidie gegeven voor dit programma. Daarna is de verantwoordelijkheid in financiële zin overgedragen aan de landen. De landen kunnen sinds oktober 2021 eventueel nodige financiering voor voedselhulp opnemen in een verzoek tot liquiditeitssteun. Nederland heeft zich verder in 2021 onverminderd ingezet om de landen te ondersteunen bij de Covid-19 zorg, onder andere door het leveren van vaccins en ic-personeel.

Door het dalen van het aantal besmettingen werden maatregelen versoepeld en toeristen weer verwelkomd. Het herstel van het toerisme kwam langzaam op gang, maar ligt nog onder het niveau van voor de pandemie. Tegen het eind van 2021 liepen de besmettingen met de komst van de Omikron-variant weer op. Ondanks het voorzichtige herstel van het toerisme zijn de gevolgen en de afhankelijkheid van Nederland in heel 2021 groot gebleven. Het economisch herstel van de landen zal nog lange tijd duren.

Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO) en de landspakketten

Het kabinet heeft liquiditeitssteun beschikbaar gesteld om de sociaaleconomische weerbaarheid van de landen te vergroten. Hieraan zijn wel voorwaarden gekoppeld. Van de landen wordt verwacht dat zij hervormingen doorvoeren uit de landspakketten. Dit strekt zich uit tot het financieel beheer, de kosten en effectiviteit van de publieke sector, de belastingen, de financiële sector, de economische hervormingen, de zorg, het onderwijs en het versterken van de rechtsstaat (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 111, nr. 186, nr. 203, nr. 216). Voor de ondersteuning bij en toezicht op de hervormingen wordt een bestuursorgaan met zelfstandige taken en bevoegdheden opgericht: het Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkelingen (COHO).

Het Ministerie van BZK heeft in 2021 met de landen nieuwe stappen gezet in de oprichting van het COHO. Op 3 september 2021 is de Rijksministerraad akkoord gegaan met de consensusrijkswet (CRW) COHO. Het Ministerie van BZK ontving van de afdeling Advisering van de Raad van State van het Koninkrijk (RvSK) in maart 2021 het eerste advies op het ontwerp van Rijkswet en in september 2021 aanvullend advies op het onderdeel begrotingstoezicht.

Vooruitlopend op de oprichting van het COHO is de Tijdelijke werkorganisatie (TWO) gestart met het uitvoeren van de landspakketten. Deze landspakketten bevatten maatregelen voor de korte termijn en structurele hervormingen voor de langere termijn. Die zijn noodzakelijk om de economieën van de landen weerbaar en veerkrachtig te maken.

In 2021 is begonnen met periodieke uitvoeringsrapportages van de landspakketten. Het Ministerie van BZK heeft de Kamer op die manier ieder kwartaal geïnformeerd over de voortgang (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 343, nr. 407 en nr. 456). In de uitvoeringsrapportages zijn de afspraken uit de landspakketten vertaald naar concrete afspraken en actiepunten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 216).

In 2021 zijn er ook onderzoeken naar mogelijke verbeteringen uitgevoerd naar de thema´s uit de landspakketten. Zo is onderzocht hoe in Aruba en Curaçao op eenvoudigere wijze een onderneming kan worden bedreven door de costs of doing business te verlagen en bureaucratie weg te nemen. Ook is in de landen onderzoek gedaan naar de kwaliteit van zowel het basis- als het voortgezet onderwijs. In 2021 is begonnen met de invoering van een aantal van de verbeterpunten. In Aruba heeft de raad van ministers een principebesluit genomen over een nieuw, vereenvoudigd belastingstelsel met de introductie van btw. In Curaçao is begonnen met een herijking van het grondbeleid en versterking van de wetgevingsfunctie. In Sint Maarten zijn diverse projecten in gang gezet om het financieel beheer te verbeteren. Denk hierbij aan de noodzakelijke opschoning van balansposten. Daarnaast is op Sint Maarten besloten om per 1 januari 2023 (streefdatum) een algemene ziektekostenverzekering in te voeren.

Invloed van Covid-19 op Caribisch Nederland

De pandemie heeft ook in 2021 grote impact gehad op de samenleving van Caribisch Nederland. Caribisch Nederland is daarom ondersteund met verschillende maatregelen zoals de Tijdelijke subsidieregeling loonkosten- en inkomensverlies Caribisch Nederland, de Regeling subsidie financiering vaste lasten getroffen ondernemingen Covid-19 BES en verschillende liquiditeitsregelingen, zoals uitstel van betaling rijksbelastingen. Deze generieke instrumenten liepen in het derde kwartaal van 2021 af. Vanaf het vierde kwartaal van 2021 zijn deze regelingen – net als in Europees Nederland – op basis van de epidemiologische en economische situatie in Caribisch Nederland stopgezet.

Om deze overgang naar een situatie zonder steun van het Rijk soepel te laten verlopen, kregen de openbare lichamen in het vierde kwartaal van 2021 een eenmalig incidenteel bedrag. Daarnaast zijn de openbare lichamen, net als gemeenten, gecompenseerd via de vrije uitkering van het BES-fonds voor het mislopen van belastingen van de eilanden zelf en gemaakte directe kosten in verband met de coronapandemie. Ook is via de vrije uitkering extra geld beschikbaar gesteld voor aanvullend beleid per eiland. Omdat de luchthavenbelasting op Bonaire binnenkomt bij overheidsNV Bonaire International Airport, is laatstgenoemde rechtstreeks gecompenseerd vanuit de begroting van Koninkrijksrelaties.

BES-eilanden: meer dan ooit onderdeel van Nederland

Bonaire, Saba en Sint Eustatius zijn sinds 2010 onderdeel van Nederland. Er geldt een rechtstreekse verantwoordelijkheid voor de openbare lichamen. Het Ministerie van BZK heeft zich ingespannen - en zal dat blijven doen - om dit met de vakdepartementen in te vullen vanuit ieders eigen rol en rekening houdend met de ministeriële verantwoordelijkheid. Het uitgangspunt is dat de aanpak van maatregelen en initiatieven in samenhang plaatsvinden, rekening houdend met de behoeften van de openbare lichamen.

Coördinerende verantwoordelijkheid bij eilandgerichte aanpak

De coördinerende rol van het Ministerie van BZK bij de eilandgerichte aanpak is ook in 2021 van onverminderd belang geweest. Op basis van het advies van de Raad van State en het Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Koninkrijksrelaties hebben verschillende werkgroepen aanbevelingen uitgewerkt op terreinen als wetgeving, begroting/financiën, de publieke dienstverlening en de verdeling van verantwoordelijkheden tussen het Rijk en de openbare lichamen (Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 11). Dit heeft bijvoorbeeld geleid tot een strategie voor het versterken van de uitvoeringskracht voor elk openbaar lichaam. De resultaten van de werkgroepen vormen een bouwsteen voor nader uit te werken afspraken tussen het kabinet en de openbare lichamen op hoofdthema’s. Het doel is deze in akkoorden en uitvoeringsagenda’s vast te leggen. Het regeerakkoord is leidend bij de realisatie daarvan, inclusief afspraken over de investeringen om tot gerichte resultaten te komen op de hoofdthema’s.

Sinds 2021 is het principe ‘comply-or-explain' leidend. Dit houdt in dat beleid, intensiveringen en regelgeving die gelden in Europees Nederland ook toegepast wordt in Caribisch Nederland, tenzij er gegronde redenen zijn om dat niet te doen. Na een periode van wetgevende terughoudendheid – mede met het oog op de geringe uitvoeringskracht – zet dit het feit dat Bonaire, Saba en Sint Eustatius onderdeel van Nederland zijn, extra kracht bij.

Het ministerie heeft zijn coördinerende rol ook op lopende dossiers uitgevoerd. Zo coördineerde BZK de verdere uitwerking van de meerjarenakkoorden met Bonaire (Bestuursakkoord Bonaire) en Saba (Saba Package) (Kamerstukken II 2018/19, 31568, nr. 207 en Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 66). Met deze pakketten wil het ministerie er samen met de andere departementen en de openbare lichamen voor zorgen dat gericht wordt gewerkt aan prioriteiten op de eilanden. Daaronder valt ook het wegwerken van infrastructurele achterstanden. Een mooi voorbeeld is de opzet en invoering van een verbetertraject voor de directie Ruimte en Ontwikkeling (RO) op Bonaire, een gezamenlijk traject van het Ministerie van BZK, het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en het openbaar lichaam. De geboekte resultaten, aandachtspunten en de lessen uit de Bestuursakkoorden zullen worden betrokken bij het bepalen van de rijksinzet voor Caribisch Nederland en de nieuw op te stellen akkoorden.

2021 stond in het teken van de stijgende energieprijzen in heel Nederland, dus ook in Caribisch Nederland. Het kabinet heeft daarom in 2021 maatregelen genomen om die stijging te compenseren door het aanpassen van belastingen. Het Ministerie van BZK heeft ervoor gezorgd dat Caribisch Nederland ook is gecompenseerd (Kamerstukken II 2020/21, 29023, nr. 272).

Herstel van verhoudingen op Sint Eustatius

In 2018 greep Nederland in bij het lokale bestuur op Sint Eustatius wegens grove taakverwaarlozing. Een regeringscommissaris vormt sindsdien het tijdelijk bestuur van Sint Eustatius. Ook in 2021 zijn er belangrijke stappen gezet in het herstel van reguliere democratische verhoudingen. De regeringscommissaris heeft in 2021 de eilandraad uitgebreid geïnformeerd over de criteria die opgenomen zijn in de memorie van toelichting van de Wet Herstel Voorzieningen Sint Eustatius (Kamerstukken II 2019/20, 35422, nr. 3). Deze criteria gaan over zaken als de ambtelijke organisatie, lokale wetgeving en financieel beheer.

In overleg met de eilandsraad werd er in 2021 een route-tijdtabel opgesteld. Hierin is voor ieder criterium een deelresultaat en een streefdatum bepaald. In de route-tijdtabel zijn ook de stappen bepaald voor de terugkeer naar een volwaardige democratie (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 34). In 2021 werd er verder gewerkt aan de invoering en uitvoering van deze criteria. Zo is vooruitgang geboekt in het verbeteren van het financieel beheer. Daardoor kwam Sint Eustatius een stap dichter bij een goedgekeurde accountantsverklaring voor de jaarrekening 2021.

In 2021 werd ook de infrastructuur verder verbeterd, onder andere door het opleveren van de nieuwe luchthaven. Ook is er gewerkt aan het creëren van een robuust ambtenarenapparaat voor het openbaar lichaam en zijn de voorzieningen voor ambtenaren gemoderniseerd.

Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht

Ook het afgelopen jaar was het versterken van de bestuurs- en uitvoeringskracht op de openbare lichamen een speerpunt voor het Ministerie van BZK. Er wordt sinds jaar en dag geïnvesteerd in capaciteitsopbouw, het delen van kennis en kunde en het opleiden van bestuurders, raadsleden en ambtenaren. Ook is er gezorgd voor de juiste randvoorwaarden voor de organisatieontwikkeling van de openbare lichamen, denk hierbij aan ICT-faciliteiten. In de bestuursakkoorden (Bonaire, Saba) en de Wet Herstel Voorzieningen Sint Eustatius was en is bestuurs- en uitvoeringskracht een centraal thema. Deze lijn wordt doorgetrokken in de nieuw op te stellen akkoorden en afspraken om zo de openbare lichamen te ondersteunen bij hun taken.

Het opleidingstraject voor bestuurs- en eilandsraadsleden werd voortgezet. Op Bonaire zijn nieuwe trainees en lokale ambtenaren begonnen met het tweejarige leer- en ontwikkeltraject van het Talent Ontwikkel Programma (TOP). Dit programma heeft een structureel karakter. Daarmee is de verdere uitbreiding van de lokale expertise en versterking van de uitvoeringskracht de komende jaren geborgd.

Voor de uitvoeringskracht zijn rijkstrainees gestationeerd geweest bij de openbare lichamen. Daarnaast werd gewerkt aan het gerichte versterken van capaciteit en kennisuitwisseling door het detacheren van expertise naar de eilanden en zogenaamde ‘twinning-projecten’ tussen de openbare lichamen en gemeenten. Deze projecten hielden in dat een ambtenaar van een Nederlandse gemeente voor een bepaalde tijd gekoppeld werd aan een ambtenaar van een openbaar lichaam, om de kennisoverdracht te bevorderen. Op die manier kon bijvoorbeeld de griffie op Bonaire verder worden geprofessionaliseerd.

In het kader van de landspakketten zijn er met de Caribische landen ook afspraken gemaakt over het verhogen van de effectiviteit van de publieke sector. Zo zijn er afspraken gemaakt over het doorlichten van overheidsorganisaties en het versterken van het Human Resources instrumentarium. Ook bij het uitwerken van andere maatregelen uit het landspakket is steeds expliciet gekeken naar de beschikbare uitvoeringskracht en wordt, waar nodig, technische assistentie ingezet. 

Financieel toezicht

Nederland heeft in 2021 de landen en eilanden van het Koninkrijk gesteund om ervoor te zorgen dat de economieën en maatschappijen bleven draaien. Nadat de landen eind 2020 hadden ingestemd met de voorwaarden van Nederland voor de derde tranche liquiditeitssteun, werd in 2021 in vier tranches liquiditeitssteun verstrekt via ‘zachte’ leningen. Dat zijn aflossingsvrije leningen tegen 0% rente en met een looptijd tot 10 april 2022. Hierdoor beschikten de landen over voldoende geld om noodzakelijke overheidstaken uit te kunnen voeren en dat deel van de bevolking te helpen dat het zwaarst getroffen was. Het College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Cft) en het College Aruba financieel toezicht (CAft) hebben advies uitgebracht aan de Rijksministerraad of aan de gestelde voorwaarden en de daaraan gekoppelde liquiditeitssteun werd voldaan. De Tweede Kamer wordt hierover geïnformeerd middels uitvoeringsagenda’s en – rapportages (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nrs. 216, 276, 343, 407, 456).

Financieel toezicht Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Op basis van de adviezen van het College financieel toezicht BES (Cft BES) heeft de Minister van BZK toegezien op de financiën van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Het financieel beheer op de BES-eilanden bleef ook in 2021 een aandachtspunt. Voor Bonaire en Sint Eustatius heeft de accountant voor de jaarrekeningen van 2020, net als voor de jaren daarvoor, een zogenaamde «controleverklaring van oordeelsonthouding» afgegeven. De accountant meende dat er te veel onzekerheden zijn om een oordeel uit te kunnen spreken.

Zowel Bonaire als Sint Eustatius hebben op basis van de verbeterplannen in 2021 gewerkt aan het zo snel mogelijk op orde brengen van het financieel beheer. Ter ondersteuning van het uitvoeren van de verbeterplannen heeft Nederland extra geld in de vorm van een bijzondere uitkering beschikbaar gesteld. Bonaire heeft dit besteed aan diverse activiteiten opgenomen in het 'Plan van aanpak voor het versterken van de financiële organisatie van het Openbaar Lichaam Bonaire'. Sint Eustatius heeft het geld aangewend voor het inrichten van de interne controle, het innen van achterstallige vorderingen en het opschonen van de debiteurenadministratie. 

Daarentegen gold voor Saba dat in 2021 al voor het zesde jaar op rij een goedkeurende verklaring werd afgegeven. Hoewel Saba het financieel beheer dus op orde heeft, werd het beheer in 2021 verder verbeterd in lijn met de aanbevelingen van de externe accountant.

De Tweede Kamer wordt jaarlijks geïnformeerd over de stand van het financieel- en begrotingsbeheer Caribisch Nederland, op basis van indicatoren en de voortgang van verbeterplannen. In december 2021 is dat voor het eerst gebeurd in de vorm van een nulmeting (Kamerstukken II 2020/21, 35925 IV, nr. 33).

Versterken van de rechtsstaat op Aruba, Curaçao en Sint Maarten

Een rechtsstaat waarborgt (grond)rechten en vrijheden, normeert gedrag en legitimeert overheidsoptreden. Met betrouwbaar, lerend en onpartijdig bestuur wordt maatschappelijk vertrouwen gestimuleerd. De landen hadden ook in 2021 te kampen met grensoverschrijdende criminaliteit. Daarnaast vormt de verwevenheid tussen de boven- en onderwereld een serieuze bedreiging voor het goed functioneren van de democratische rechtsstaat. Hoewel de landen zelf verantwoordelijk zijn voor hun rechtsstaat en de rechtshandhavings-diensten, zijn zij (nog) onvoldoende in staat om deze uitdagingen zelfstandig het hoofd te bieden.

Aanpak van ondermijnende criminaliteit

De uitvoeringsorganisaties Recherche Samenwerkingsteam (RST), Parket Procureur-Generaal (PPG) en Gemeenschappelijk Hof van Justitie (Hof) zijn net als de afgelopen jaren (2016-2021) betaald om extra capaciteit in te zetten op de aanpak van ondermijning.

Dat de ondermijningsaanpak afgelopen jaren zijn vruchten heeft afgeworpen staat in de resultatenbrief die in december 2021 aan de Kamer is gestuurd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 IV, nr. 37). In 2021 zijn daarnaast met de uitvoeringsorganisaties afspraken gemaakt over het verdelen van geld. Dat komt in 2022 beschikbaar naar aanleiding van afspraken uit de landspakketten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 177 en nr. 186).

Dit heeft in mei 2021 geleid tot het vaststellen van het budget per organisatie. Daarmee komt in 2022 extra capaciteit beschikbaar voor de ondermijningsaanpak. Het Justitieel Vierpartijenoverleg (JVO) van juli 2021 heeft een werkgroep bestuurlijke aanpak ondermijning ingericht (Kamerstukken II 2021/22, 35570 IV, nr. 53). Deze heeft in 2021 een probleemanalyse uitgevoerd en de maatregelen die vallen onder de bestuurlijke aanpak geïnventariseerd.

Versterking grenstoezicht

De landen van het Koninkrijk erkennen het onbetwistbare belang van sterk toezicht op de grenzen van het Koninkrijk. Als onderdeel van de landspakketten hebben de landen met Nederland afspraken gemaakt op het gebied van de inzet, capaciteit en de aansturing/commandovoering van de Koninklijke Marechaussee, de Douane en de Kustwacht.

Het Ministerie van BZK heeft hiertoe namens Nederland met de Caribische landen van het Koninkrijk op 4 februari 2021 het Protocol inzake de versterking grenstoezicht in de Caribische landen van het Koninkrijk getekend (Kamerstukken II 2020/21, 35300 IV, nr. 48).

Voor de uitvoering van dit protocol heeft het Ministerie van BZK met Aruba, Curaçao en Sint Maarten afzonderlijk samengewerkt aan een plan van aanpak voor de versterking van grenstoezicht in het desbetreffende land. In deze plannen maakt Nederland met het desbetreffende land afspraken over de verbetering van de samenwerking, het versterken van de capaciteit van de lokale diensten en het benodigde geld en investeringen. In december 2021 zijn de plannen van aanpak van Aruba en Curaçao vastgesteld. Het schrijven van het plan van aanpak Sint Maarten zit in de eindfase.

Gevangeniswezen Sint Maarten

In 2021 is het gevangeniswezen in de landen verder verbeterd. Het Ministerie van BZK heeft een verzoek om hulp, bijstand en samenwerking ontvangen op grond van artikel 38 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden. Dit verzoek is afkomstig van de Minister van Justitie van Sint Maarten. Samen met het Ministerie van Justitie en Veiligheid is aan het verzoek voldaan. In dat kader zijn een programmamanager en adviseur human resources geworven en uitgezonden en is er een assistent-programmamanager aangenomen. Ook zijn er subsidies verstrekt voor het opleiden van gevangenispersoneel en voor verschillende bouwkundige verbeteringen. Samen met Sint Maarten en de United Nations Office for Project Services (UNOPS) is er gewerkt aan de plannen voor het bouwen van een nieuwe gevangenis (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 315).

Venezuela/ondersteuning Benedenwindse Eilanden

In 2019 maakte het kabinet, mede gelet op de situatie in Venezuela én de pandemiebeheersing in de regio, geld vrij voor het ondersteunen van de benedenwindse eilanden. Het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV), het Ministerie van Defensie en het Ministerie van BZK hebben deze ondersteuning geleverd. In 2021 heeft het Ministerie van BZK bijgedragen aan de uitvoering van de plannen voor het uitbreiden en verbeteren van de vreemdelingenbewaring in Curaçao. Ook heeft het Ministerie van BZK een financiële bijdrage geleverd aan verschillende sociaal-maatschappelijke projecten, zoals opvang van en onderwijs voor kwetsbare groepen. Door de Covid-19 pandemie hebben helaas enkele bijstandsprojecten vertraging opgelopen.

Wederopbouw Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba

Wederopbouw Sint Maarten

Sint Maarten heeft nog te maken met de nasleep van de orkanen Irma en Maria die in 2017 over de bovenwindse eilanden trokken. Nederland heeft zich in 2021, net zoals in voorgaande jaren, ingezet om Sint Maarten te ondersteunen bij de wederopbouw. Dit doet Nederland grotendeels via het trustfonds bij de Wereldbank, maar ook met bilaterale projecten.

Hoewel de voortgang is vertraagd door onder andere de pandemie, zijn er in 2021 toch concrete resultaten behaald. Zo zijn er elf schuilplaatsen opgeleverd, zijn er daken, woningen en publieke gebouwen opgeknapt, zijn de eerste drie scholen inmiddels opgeleverd en zijn de eerste kinderen dit schooljaar weer begonnen op hun eigen school. Daarbij hebben meer dan zestig lokale MKB-bedrijven een lening ontvangen voor hun activiteiten. Ook hebben 24 lokale niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) subsidies gekregen om zeer kleine betekenisvolle projecten uit te voeren en verder te professionaliseren. Verder zijn 109 scheepswrakken zorgvuldig geruimd in de Simpson Bay Lagoon en Mullet Bay (Kamerstukken II 2020/21, 34773, nr. 24).

De grote lopende infrastructurele projecten zijn nog in volle gang: de nieuwbouw van het ziekenhuis verloopt voorspoedig, het aanbesteden van het herstel van de luchthaven is afgerond en de herstelwerkzaamheden zijn gestart. Nederland heeft de laatste tranche van het beschikbare wederopbouw geld overgeboekt naar het Trustfonds bij de Wereldbank. Ook heeft Nederland in 2021 de laatste bijdrage aan de integriteitskamer Sint Maarten geleverd.

Wederopbouw op Sint Eustatius

Na afronding van de eerste fase van de klifstabilisatie in mei 2021 restten nog aanvullende werkzaamheden aan de klif. Deze werkzaamheden zijn nodig voor het verankeren van eerder genomen maatregelen (afwatering en onderhoud aan de cascade), het verder stabiliseren van de klif en ten behoeve van de algemene veiligheid (zoals hekwerk). Eind 2021 is hiervoor geld beschikbaar gesteld.

Wederopbouw op Saba

In 2021 is de wederopbouw van Saba voortvarend voortgezet. Er zijn maatregelen genomen voor het orkaanbestendig (her)bouwen van de zeehaven en de hersteloperaties aan het vliegveld. Ook zijn er nieuwe verbeteringen doorgevoerd op het gebied van afvalbeheer.

Licence