Activa | Passiva | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
31-12-2021 | 31-12-2020 | 31-12-2021 | 31-12-2020 | |||||
Intra-comptabele posten | ||||||||
1) | Uitgaven ten laste van de begroting | 33.112.558 | 27.249.828 | 2) | Ontvangsten ten gunste van de begroting | 784.853 | 751.309 | |
3) | Liquide middelen | 0 | 0 | |||||
4) | Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding | 0 | 0 | 4a) | Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding | 32.292.891 | 26.584.171 | |
5) | Rekening-courant RHB Begrotingsreserve | 275.000 | 262.700 | 5a) | Begrotingsreserves | 275.000 | 262.700 | |
6) | Vorderingen buiten begrotingsverband | 16.900 | 85.942 | 7) | Schulden buiten begrotingsverband | 51.714 | 290 | |
8) | Kas-transverschillen | 0 | 0 | |||||
Subtotaal intra-comptabel | 33.404.458 | 27.598.470 | Subtotaal intra-comptabel | 33.404.458 | 27.598.470 | |||
Extra-comptabele posten | ||||||||
9) | Openstaande rechten | 0 | 0 | 9a) | Tegenrekening openstaande rechten | 0 | 0 | |
10) | Vorderingen | 686.038 | 510.337 | 10a) | Tegenrekening vorderingen | 686.038 | 510.337 | |
11a) | Tegenrekening schulden | 0 | 0 | 11) | Schulden | 0 | 0 | |
12) | Voorschotten | 21.559.620 | 15.292.953 | 12a) | Tegenrekening voorschotten | 21.559.620 | 15.292.953 | |
13a) | Tegenrekening garantieverplichtingen | 297.146 | 829.374 | 13) | Garantieverplichtingen | 297.146 | 829.374 | |
14a) | Tegenrekening andere verplichtingen | 22.502.408 | 20.239.329 | 14) | Andere verplichtingen | 22.502.408 | 20.239.329 | |
15) | Deelnemingen | 34.188 | 0 | 15a) | Tegenrekening deelnemingen | 34.188 | 0 | |
Subtotaal extra-comptabel | 45.079.400 | 36.871.993 | Subtotaal extra-comptabel | 45.079.400 | 36.871.993 | |||
Totaal | 78.483.858 | 64.470.463 | Totaal | 78.483.858 | 64.470.463 |
Toelichting op de saldibalans
Het intracomptabele deel van de saldibalans (financiële posten 1 t/m 8) bevat het resultaat van de financiële transacties in de departementale administratie die een directe relatie hebben met de kasstromen. Deze kasstromen worden via de rekening-courant met het Ministerie van Financiën bijgehouden.
Het extracomptabele deel bevat het saldo van de overige rekeningen die met sluitrekeningen in evenwicht worden gehouden.
De cijfers in de saldibalans zijn vermeld in duizendtallen en afgerond naar boven. Hierdoor kunnen bij het subtotaal en het totaal afrondingsverschillen optreden.
ad 1 en 2) Uitgaven ten laste en –ontvangsten ten gunste van de begroting
Onder de post uitgaven en ontvangsten zijn de per saldo gerealiseerde begrotingsuitgaven en -ontvangsten opgenomen. Deze komen overeen met de totaalbedragen uit de verantwoordingsstaat en zijn reeds toegelicht in het beleidsverslag.
ad 3) Liquide middelen
De post liquide middelen is opgebouwd uit het saldo van de banken en de contante gelden.
Het ministerie van VWS heeft vanwege saldoregulatie geen saldo op haar bankrekeningen.
ad 4 en 4a) Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding
Deze post geeft per saldo de financiële verhouding met de Rijkshoofdboekhouding weer. Het bedrag is per 31 december 2021 in overeenstemming met de opgave van de Rijkshoofdboekhouding.
Ad 5 en 5a) Begrotingsreserves
Een begrotingsreserve is een meerjarige budgettaire voorziening die op een afzonderlijke rekening-courant bij het Ministerie van Financiën wordt aangehouden. Het gaat om een budgettaire voorziening of reserve binnen de Rijksbegroting. De reserve blijft meerjarig beschikbaar voor het doen van uitgaven in latere jaren. Voor de begrotingsreserves wordt een rekening-courant aangehouden bij het Ministerie van Financiën.
Saldo 1-1-2021 | Toevoegingen 2021 | Ontrekkingen 2021 | Saldo 31-12-2021 | Artikel | |
---|---|---|---|---|---|
VWS begrotingsreserve WFZ | 20.000 | 5.000 | 0 | 25.000 | 9 |
Totaal | 20.000 | 5.000 | 0 | 25.000 |
Saldo 1-1-2021 | Toevoegingen 2021 | Ontrekkingen 2021 | Saldo 31-12-2021 | Artikel | |
---|---|---|---|---|---|
VWS begrotingsreserve Stimuleringsregeling wonen en zorg | 42.700 | 7.300 | 0 | 50.000 | 3 |
Totaal | 42.700 | 7.300 | 0 | 50.000 |
Saldo 1-1-2021 | Toevoegingen 2021 | Ontrekkingen 2021 | Saldo 31-12-2021 | Artikel | |
---|---|---|---|---|---|
VWS begrotingsreserve Pallas | 200.000 | 0 | 0 | 200.000 | 4 |
Totaal | 200.000 | 0 | 0 | 200.000 |
Begrotingsreserve WFZ
In het kader van de verdere beperking van de risico’s rond de achterborgstelling van het Rijk bij het WFZ wordt er vanaf het jaar 2017 een begrotingsreserve aangelegd voor eventuele schade.
Begrotingsreserve Stimuleringsregeling wonen en zorg
Dit betreft de overheveling binnen artikel 3 van per saldo € 50 miljoen van de stimuleringsregeling woonzorg arrangementen naar het instrument storting/onttrekking begrotingsreserve. De stimuleringsregeling bestaat voor een deel uit een borgstellingsregeling. Voor eventuele verliezen worden middelen gereserveerd.
Begrotingsreserve Pallas
Er wordt een begrotingsreserve garanties aangehouden.
ad 6) Vorderingen buiten begrotingsverband
Deze post betreft het saldo van de vorderingen waarvan verrekening met derden nog zal plaatsvinden.
Het RIVM en het CIBG voeren namens VWS een aantal opdrachten uit waarbij het RIVM en het CIBG de kassiersfunctie hebben. Hierbij dienen de saldi van de uitgaven, ontvangsten en openstaande posten overeen te komen. Naar aanleiding van een correctieboeking in de eindejaarsperiode is een vordering buiten begrotingsverband van € 1,0 miljoen ontstaan op het RIVM en € 15,8 miljoen op het CIBG.
Personeel | 102 | |||
Vordering RIVM | 964 | |||
Vordering CIBG | 15.834 | |||
Totaal | 16.900 |
ad 7) Schulden buiten begrotingsverband
Deze post betreft het saldo van de schulden waarvan verrekening met derden nog zal plaatsvinden.
Ten opzichte van vorig jaar is deze post een stuk hoger omdat de afdrachten met betrekking tot salarissen december in januari 2022 zijn betaald.
Loonheffing/ABP | 41.699 | |||
Te betalen BTW | 9.459 | |||
Overig | 556 | |||
Totaal | 51.714 |
ad 8) Kas-transverschillen
Op deze post worden bedragen opgenomen welke zijn verantwoord in de uitgaven en ontvangsten, maar nog niet daadwerkelijk per kas zijn uitgegeven en ontvangen. Het Ministerie van VWS heeft geen kas-transverschillen.
ad 9 en 9a) Openstaande rechten
Openstaande rechten zijn vorderingen die niet voortkomen uit met derden te verrekenen begrotingsuitgaven, maar die op andere wijze zijn ontstaan. Rechten kunnen ontstaan doordat conform wettelijke regelingen vastgestelde aanslagen aan derden worden opgelegd of op grond van doorberekening van de kosten van verleende diensten of geleverde goederen. Beiden doen zich bij het Ministerie van VWS niet voor.
ad 10 en 10a) Vorderingen
Vorderingen kunnen zijn voortgevloeid uit wettelijke heffingen, vorderingen van eerder gedane voorwaardelijke uitgaven en vorderingen uit verkoop of dienstverlening.
Vanaf verantwoordingsjaar 2017 worden de vorderingen met betrekking tot de zorgtoeslag niet meer opgenomen in de saldibalans van het Ministerie van Financiën maar verwerkt in de saldibalans van VWS (budgettair verantwoordelijke departement). Het totaal aan vorderingen zorgtoeslag bedraagt € 458,6 miljoen.
Toeslagjaar | Openstaand 1-1-2021 | Ingestelde vorderingen | Ontvangsten | Afboekingen | Openstaand 31-12-2021 |
---|---|---|---|---|---|
t/m 2018 | 173.226 | 14.919 | 45.760 | 15.829 | 126.555 |
2019 | 118.918 | 60.044 | 83.776 | 1.996 | 93.190 |
2020 | 50.609 | 354.961 | 220.815 | 2.309 | 182.446 |
2021 | 0 | 148.746 | 92.154 | 171 | 56.421 |
Totaal | 342.753 | 578.670 | 442.505 | 20.305 | 458.612 |
Kwijtschelding vorderingen toeslaggedupeerden
In mei 2021 is besloten dat schulden van gedupeerden in de toeslagenaffaire kunnen worden kwijtscholden (Stcrt. 2021, 28304). Deze kwijtschelding raakt de vorderingenstand op de saldibalans van het ministerie van VWS voor de zorgtoeslag. In 2021 is in totaal € 4.517.799 aan vorderingen kwijtgescholden. Het besluit is genomen vooruitlopend op de Wet hersteloperatie Toeslagen die met terugwerkende kracht in werking zal treden. Mocht het besluit onverhoopt niet bij wet geformaliseerd worden, dan zullen de kwijtscheldingen onrechtmatig zijn wegens het ontbreken van een wettelijke grondslag.
t/m 2018 | 41.247 | |||
2019 | 3.492 | |||
2020 | 19.347 | |||
2021 | 163.340 | |||
Totaal | 227.426 |
Het vorderingensaldo (exclusief zorgtoeslag) van € 227,4 miljoen bestaat uit:
• vorderingen voor een bedrag van € 97,6 miljoen voornamelijk in verband met afgerekende subsidie-voorschotten;
• vordering uit hoofde van een geëffectueerde aanspraak op een garantie van € 21,6 miljoen. Een civielrechtelijke procedure door de Landsadvocaat loopt, naar verwachting zal het grootste gedeelte van deze vordering niet te verhalen zijn;
• vordering van € 43,4 miljoen wegens niet nagekomen leveringsplicht van mondkapjes;
• vorderingen met betrekking tot het innen van opgelegde bestuurlijke boetes uit hoofde van de Warenwet, Drank- en Horecawet, Tabakswet van € 6,0 miljoen;
• vordering voor de lening van € 6,0 miljoen aan Sanquin Holding BV;
• vordering van € 8,0 miljoen in verband met een lening aan Stichting Voorbereiding Pallas;
• overige vorderingen lager dan € 5 miljoen: tellen op tot € 32,7 miljoen;
• de op termijn opeisbare vorderingen van € 12,1 miljoen. Deze zijn hierna toegelicht.
Direct opeisbaar | 673.950 | |||
Op termijn opeisbaar | 12.088 | |||
Geconditioneerd | 0 | |||
Totaal | 686.038 |
• een vordering die op termijn opeisbaar is, betreft een vordering van € 9,2 miljoen met betrekking tot correctie aansluitverschil AFBZ bij het CAK. Dit bedrag zal met ingang van het jaar 2019 tot en met 2025 met gelijke bedragen van € 2,3 miljoen worden verlaagd. In 2021 is een bedrag van € 2,3 ontvangen. De stand per 31-12-2021 was € 6,9 miljoen;
• een vordering die op termijn opeisbaar is, betreft en lening uit 2008 van € 3,2 miljoen aan de NZa waarbij jaarlijks een bedrag van 0,2 miljoen wordt afgelost. De stand per 31-12-2021 was € 0,2 miljoen;
• een vordering die op termijn opeisbaar is, betreft een vordering van € 5,0 miljoen van PD-ALT (onderdeel VWS) op de eigenaar van het RIVM terrein (PSP). Deze wordt verrekend met toekomstige verplichtingen rondom het schoon opleveren van het terrein (na verhuizing RIVM naar de nieuwbouw) aan PSP.
ad 11 en 11a) Schulden
Schulden zijn voortgekomen uit ontvangsten ten gunste van de begroting.
Het Ministerie van VWS heeft geen schulden.
ad 12 en 12a) Voorschotten
Onder de post voorschotten zijn per saldo de bedragen opgenomen die aan derden zijn betaald vooruitlopend op later definitief vast te stellen of af te rekenen bedragen.
Vanaf verantwoordingsjaar 2017 worden de voorschotten met betrekking tot de toeslagregeling zorgtoeslag niet meer opgenomen in de saldibalans van het Ministerie van Financiën, maar verwerkt in de saldibalans van VWS (budgettair verantwoordelijk departement). De uitgaven die hiermee samenhangen zijn verantwoord onder de post uitgaven van artikel 8. In de onderstaande specificaties worden de openstaande voorschotten van het Ministerie verantwoord naar ouderdom, artikel en instrument. Het totaal aan voorschotten zorgtoeslag bedraagt € 6.045,7 miljoen.
Saldo 1-1-2021 | Verstrekt | Afgerekend | Openstaand 31-12-2021 | ||
---|---|---|---|---|---|
t/m 2018 | 595.886 | 0 | 180.567 | 415.319 | |
2019 | 1.307.999 | 0 | 731.087 | 576.913 | |
2020 | 7.371.378 | 0 | 2.351.483 | 5.019.895 | |
2021 | 0 | 10.570.859 | 1.069.077 | 9.501.783 | |
Totaal | 9.275.263 | 10.570.859 | 4.332.214 | 15.513.910 |
Toeslagjaar | Openstaand 1-1-2021 | Verstrekt in 2021 | Afgerekendin 2021 | Openstaand 31-12-2021 | |
---|---|---|---|---|---|
t/m 2017 | 4.668 | 0 | 3.761 | 907 | |
2018 | 36.473 | 0 | 32.433 | 4.041 | |
2019 | 348.673 | 0 | 302.101 | 46.572 | |
2020 | 5.164.371 | 85.158 | 5.004.489 | 245.040 | |
2021 | 463.503 | 4.828.104 | 0 | 5.291.607 | |
2022 | 0 | 457.543 | 0 | 457.543 | |
Totaal | 6.017.688 | 5.370.805 | 5.342.784 | 6.045.710 |
In de onderstaande tabel is het saldo van de openstaande voorschotten per instrument op artikelniveau groter dan € 50,0 miljoen weergegeven.
Art | Omschrijving | Instrument | 31-12-2021 |
---|---|---|---|
1 | Volksgezondheid | Bijdrage aan agentschappen | 1.087.035 |
Bijdrage aan medeoverheden | 2.040.524 | ||
Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s | 393.924 | ||
Opdrachten | 2.522.418 | ||
Subsidies | 1.007.986 | ||
2 | Curatieve Zorg | Bekostiging | 87.131 |
Bijdragen aan agentschappen | 76.374 | ||
Opdrachten | 1.224.908 | ||
Subsidies | 518.799 | ||
3 | Langdurige zorg en ondersteuning | Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s | 159.461 |
Subsidies | 427.805 | ||
4 | Zorgbreed beleid | Bekostiging | 340.671 |
Bijdrage aan agentschappen | 78.631 | ||
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s | 438.163 | ||
Subsidies | 3.500.913 | ||
5 | Jeugd | Bijdragen aan medeoverheden | 177.411 |
Subsidies | 145.426 | ||
6 | Sport en bewegen | Bijdragen aan medeoverheden | 464.282 |
Subsidies | 300.357 | ||
7 | Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II | Inkomensoverdrachten | 195.129 |
8 | Tegemoetkoming specifieke kosten | Inkomensoverdrachten | 6.045.710 |
9 | Algemeen | Bijdrage aan (int.)nationale organisaties | 65.024 |
Voorschotten groter dan € 100,0 miljoen zijn hieronder toegelicht:
Artikel 1 Volksgezondheid
De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op bijdragen aan het RIVM (€ 966,2 miljoen), Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (€ 108,1 miljoen), GGD regio Utrecht (€ 200,9 miljoen), GGD Hart voor Brabant - vestiging (€ 111,0 miljoen), GGD Rotterdam Rijnmond (€ 162,0 miljoen), Gemeente Amsterdam ((€ 104,6 miljoen) en Zorgonderzoek Nederland (€ 393,9 miljoen) en opdrachten aan Mediq Nederland BV (€ 376,0 miljoen), Stg. Projectenbureau Publieke Gezondheid en Veiligheid NL (€ 1.294,0 miljoen) en Stichting Open Nederland (€ 631,0 miljoen). Verder hebben de openstaande voorschotten op dit artikel betrekking op de subsidie aan Stichting Nationaal Programma Griep (€ 252,6 miljoen).
Artikel 2 Curatieve Zorg
De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op opdrachten aan Mediq Nederland BV (€ 1.126,6 miljoen) en een subsidie aan Stichting Voorbereiding PALLAS-reactor (€ 108,0 miljoen).
Artikel 3 MO en LZ
De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op bijdragen aan Centrum Indicatiestelling Zorg (€ 105,7 miljoen) en subsidie aan Stichting VILANS (€ 108,3 miljoen).
Artikel 4 Zorgbreed beleid
De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op bijdragen aan het CAK (€ 256,3 miljoen) en subsidie aan de Coöperatief Samenwerkende Regio’s (€ 164,2 miljoen) en bekostiging van RCN Zorgcontracten ZICN voor verschillende organisaties (€ 340,3 miljoen).
Artikel 6 Sport
De openstaande voorschotten hebben met name betrekking op subsidie aan het NOC*NSF (€ 128,9 miljoen).
Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II
De openstaande voorschotten op dit artikel hebben met name betrekking op de wetten Wereldoorlog II aan de Sociale Verzekeringsbank (€ 193,7 miljoen).
Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten
De openstaande voorschotten op dit artikel hebben met name betrekking op de zorgtoeslag (€ 6.045,7 miljoen).
ad 13 en 13a) Garantieverplichtingen
Onder deze post is het saldo van de garantieverplichtingen opgenomen. Een garantieverplichting wordt gezien als een voorwaardelijke financiële verplichting aan een derde, die pas tot uitbetaling komt als zich bij de wederpartij een bepaalde omstandigheid (realisatie van een risico) voordoet. Een verschil tussen een garantieverplichting en een andere verplichting is dat de hoofdsom van een garantie veelal niet of slechts gedeeltelijk tot uitbetaling zal komen.
In de onderstaande tabel is het verloop van de uitstaande garantieverplichtingen weergegeven. De uitstaande garantieverplichtingen worden in het beleidsverslag verder toegelicht.
Stand per 1 januari 2021 | 863.761 |
Aanpassing beginstand in verband met de doorlichting van de leningsgegevens door het waarborgfonds voor de Zorgsector | 0 |
Verleende garanties in het verslagjaar | 908 |
Verleende garanties in het verslagjaar als gevolg van herfinanciering | 0 |
Vervallen garanties in het verslagjaar | 57.029 |
Vervallen garanties in het verslagjaar als gevolg van herfinancieringen | 0 |
Stand per 31 december 2021 | 807.640 |
Het feitelijk risico van de garantieverplichtingen wordt gevormd door de som van de schuldrestanten van leningen die instellingen met een garantie hebben afgesloten. Het feitelijk risico –welke in de saldibalans tot uiting komt- is in de onderstaande tabel weergegeven.
Stand per 1 januari 2021 | 224.142 |
Aanpassing beginstand in verband met de doorlichting van de leningsgegevens door het waarborgfonds Aanpassing beginstand in verband met de doorlichting van de leningsgegevens door het waarborgfonds voor de Zorgsector en correcties op voorgaande jaren die nog niet waren verwerkt. | 0 |
Stortingen in het verslagjaar (inclusief herfinancieringen) | 908 |
Aflossingen in het verslagjaar (inclusief herfinancieringen) | 38.337 |
Stand per 31 december 2021 | 186.713 |
Daarnaast is sprake van een garantiestelling voor een lening aan NRG Petten van € 22,6 miljoen.
Stand per 1 januari 2021 | 22.624 |
Stortingen in het verslagjaar | 0 |
Aflossingen/afboekingen in het verslagjaar | 0 |
Stand per 31 december 2021 | 22.624 |
Verder zijn er garantieverplichtingen voor COVID-19 maatregelen. Deze worden toegelicht onder de tabel.
Stand per 1 januari 2021 | 582.6081 |
Aangegaan in het verslagjaar | 297.692 |
Tot betaling gekomen of vervallen in het verslagjaar | 792.491 |
Stand per 31 december 2021 | 87.809 |
De Staat is in 2020 een aantal principeovereenkomsten aangegaan met verschillende leveranciers voor zogeheten polymerase chain reactiontests (hierna PCR-testen). Het betreft garantstellingen vanuit het Ministerie van VWS zodat GGD-en de afgenomen testmonsters kunnen sturen naar gecontracteerde laboratoria. De leveranciers garanderen beschikbaarheid van een afgesproken hoeveelheid testen per dag. Deze contracten lopen door tot 15 februari 2022.
Voor één contract met een vaccinleverancier is een garantieverplichting aangegaan.
Met de garantieregeling Landelijk Consortium Hulpmiddelen (Mediq) is er beoogd de inkoop van medische hulpmiddelen (waaronder mondkapjes en andere beschermingsmaterialen) te borgen (geen garantiebedrag vermeld).
De garantieregeling met de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA) beoogt om de aankoop van geneesmiddelen, grondstoffen en andere geneeskundige middelen voor de gezondheidszorg gerelateerd aan de behandeling van COVID-19 patiënten te borgen.In het voorjaar van 2020 zijn afspraken gemaakt met onder andere DSM voor de opstart van productie in Nederland van beschermingsmiddelen. VWS heeft destijds garant gestaan voor de investeringsrisico's voor het in productie brengen van een meltblown machine, bedoeld voor de levering van een essentiële grondstof van medische mondkapjes. Door gedaalde grondstofprijzen heeft DSM aangeven dat de exploitatie niet kostendekkend tot stand kan worden gebracht. Er is op basis van de afgegeven garantie een beroep op het Rijk gedaan om tegemoet te komen in de investeringsrisico's.
Verder heeft het Ministerie van VWS de Stichting Open Nederland (SON) de opdracht gegeven de testcapaciteit voor toegangstesten te organiseren om de samenleving zoveel mogelijk open te houden. De Stichting heeft een verzekering die met terugwerkende kracht per 21 april 2021 ingaat. Deze verzekering dekt echter niet alles. Het Ministerie van VWS heeft daarom een garantie verstrekt met een plafond van € 2,5 miljoen voor mogelijke juridische kosten en claims die niet gedekt worden door de verzekering. Met deze garantie wordt voorkomen dat de leden van de raad van toezicht en de leden van het bestuur dat zij persoonlijke schade kunnen ondervinden van hun functie.
ad 14 en 14a) Andere verplichtingen
De post openstaande verplichtingen vormt het saldo van de aangegane verplichtingen, hierop verrichte betalingen en negatieve bijstellingen van in eerdere begrotingsjaren aangegane verplichtingen.
Stand per 1 januari 2021 | 20.239.328 |
Aangegane verplichtingen | 35.375.6381 |
Tot betaling gekomen verplichtingen | 33.112.558 |
Stand per 31 december 2021 | 22.502.408 |
In de onderstaande tabel is het saldo van de openstaande verplichtingen per instrument op artikelniveau groter dan € 50,0 miljoen weergegeven.
Art | Omschrijving | Instrument | 31-12-2021 |
---|---|---|---|
1 | Volksgezondheid | Bijdrage aan agentschappen | 538.740 |
Bijdrage aan medeoverheden | 93.887 | ||
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s | 1.167.988 | ||
Opdrachten | 1.589.098 | ||
Subsidies | 516.948 | ||
2 | Curatieve Zorg | Bekostiging | 2.870.900 |
Opdrachten | 90.051 | ||
Subsidies | 330.658 | ||
3 | Langdurige zorg en ondersteuning | Bekostiging | 13.484.600 |
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s | 116.468 | ||
Subsidies | 197.585 | ||
4 | Zorgbreed beleid | Bekostiging | 130.995 |
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s | 250.160 | ||
Subsidies | 501.303 | ||
6 | Sport | Subsidies | 86.166 |
7 | Oorlogsgetroffenen | Inkomensoverdrachten | 182.300 |
10 | Apparaatskosten | Personeel | 81.413 |
Er zijn in 2021 zes omvangrijke negatieve bijstellingen van eerder aangegane verplichtingen geweest. Hierbij is een grens gehanteerd van € 25 miljoen voor de beleidsartikelen en 10% voor het apparaatsartikel met een minimum van € 1 miljoen.
Aan het RIVM is een opdracht verleend voor de vaccinimplementatie COVID-19. In deze goedkeuring was voorzien dat het RIVM ook de betaling van de entvergoedingen zou verzorgen. Deze opdracht is in 2021 herzien. Van nog een andere verplichting met betrekking tot infectieziektebestrijding van het RIVM was de uitputting lager en om die reden negatief bijgesteld.
Verder is een verplichting negatief bijgesteld in verband met het aangaan van een nieuwe verplichting met de betreffende rechtsopvolger. Een verplichting van Publieke Gezondheid en Veiligheid Nederland is bijgesteld, omdat er sprake was van onderbenutting ontstaan door perioden met lagere besmettingsgraad. Op twee verplichtingen van Coöperatief Samenwerkende Regio’s was een kasschuif van toepassing vanwege de betalingssystematiek die wordt toegepast.
Openstaande verplichtingen groter dan € 100,0 miljoen zijn hieronder toegelicht:
Artikel 1 Volksgezondheid
De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben met name betrekking op bijdragen aan NVWA (€ 106,8 miljoen) en RIVM (€ 429,3 miljoen) en ZonMw (€ 1.168,0 miljoen). Verder hebben de openstaande verplichtingen op dit artikel betrekking op opdrachten aan twee vaccinleveranciers (€ 1.060,3 miljoen).
Artikel 2 Curatieve Zorg
De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben betrekking op Rijksbijdrage tot 18 jaar (€ 2.831,9 miljoen).
Artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning
De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben betrekking op bijdrage kosten in kortingen (€ 4.184,6 miljoen) en Rijksbijdrage Wlz (€ 9.300,0 miljoen).
Artikel 4 Zorgbreed beleid
De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben grotendeels betrekking op bijdragen aan CAK (€ 109,6 miljoen), subsidie aan Coöperatief Samenwerkende Regio’s (€ 287,6 miljoen) en bekostiging van RCN Zorgcontracten ZICN voor verschillende organisaties (€ 131,0 miljoen)
Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II
De openstaande verplichtingen op dit artikel hebben betrekking op de uitkeringslasten aan de Sociale Verzekeringsbank (€ 182,3 miljoen).
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Achterborg
Het Ministerie van VWS is achterborg voor het Waarborgfonds voor de Zorgsector (WFZ). Het totaalbedrag aan uitstaande verplichtingen is, volgens informatie van het WFZ, € 6.277,9 miljoen. Dit bedrag is de uitstaande restschuld per 2021. Het Ministerie van VWS staat daadwerkelijk borg, indien het risicovermogen van het WFZ en de obligoverplichting van 3% van het restant geborgde leningen van de deelnemers tezamen niet voldoende is om het WFZ aan zijn verplichtingen jegens geldgevers te laten voldoen. Via renteloze leningen van VWS aan het WFZ wordt in die situatie invulling gegeven aan het borg staan.
Garantie Ondernemingsfinanciering
De tijdelijke regeling Garantie Ondernemingsfinanciering Curatieve Zorg (GO Cure) is in het kader van de kredietcrisis ingesteld om de bouw in de gezondheidszorg te stimuleren. Ziekenhuizen, categorale instellingen, geestelijke gezondheidszorg en zelfstandige behandelcentra hebben tot en met 2012 gebruik kunnen maken van de regeling. Bij de Go cure heeft de overheid garanties verstrekt voor 50% van een nieuwe banklening vanaf € 1,5 tot € 50,0 miljoen, met een maximale looptijd van 8 jaar. Voor de gedeeltelijke garantie van de overheid betalen de banken een kostendekkende provisie aan de Staat. Vanwege het beperkte beroep op de regeling is voor 2014 geen garantieplafond beschikbaar gesteld. De verstrekte garanties lopen af in 2020.
Per 31 december 2021 bedraagt de omvang van de verstrekte garanties € 0,=.
Artikel | Omschrijving | Uitstaande garanties 2020 | Verleend 2021 | Vervallen 2021 | Uitstaande garanties 2021 | Garantie plafond 2021 | Totaal plafond |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Artikel 2 Curatieve zorg | GO Cure | 510.485 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 510.485 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Lopende geschillen
De lopende juridische geschillen hebben een mogelijke financiële impact van circa € 60,0 miljoen.
BTW risico
Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van invoerrechten en BTW voor de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen in verband met de uitbraak van Covid-19 dient VWS de ingevoerde goederen gratis of tegen kostprijs ter beschikking te stellen aan de zorg of andere onderdelen van de Rijksoverheid. De huidige vergunning loopt t/m 30 juni 2022. Indien VWS niet voldoet aan deze voorwaarde dient VWS alsnog de BTW aan de Belastingdienst af te dragen. Het ingeschatte BTW risico bedraagt circa 18,3 miljoen exclusief rente en eventuele boete.
Risico invoerrechten en BTW
Mediq Nederland BV heeft namens VWS persoonlijke beschermingsmiddelen aangeschaft en heeft hierbij gebruik gemaakt van een douanevergunning, zodat geen BTW of invoerrechten verschuldigd zijn. Een van de vergunningvoorwaarden is dat de ingevoerde goederen gratis of tegen kostprijs ter beschikking gesteld worden aan de zorg. Deze vergunning loopt t/m 30 juni 2022. Na de overdracht van de persoonlijke beschermingsmiddelen per 30 november 2021 van Mediq naar VWS is VWS verantwoordelijk voor de fiscale risico’s. Het totale geschatte bedrag aan latent mogelijke invoerrechten bedraagt € 68,8 miljoen. Dit is exclusief rente en eventuele boete.
Het totale geschatte bedrag aan latent mogelijk BTW-risico bedraagt € 55,6 miljoen exclusief rente en eventuele boete.
ad 15 en 15a) Deelnemingen
Per 1 januari 2021 is Intravacc B.V. operationeel en formeel de eerste beleidsdeelneming van het Ministerie van VWS. Begin 2020 was Intravacc in een ver gevorderd stadium om geprivatiseerd te worden. In verband met deze beoogde privatisering heeft het ministerie toen besloten om een CEO aan te stellen. Als gevolg van het uitbreken van de coronapandemie heeft de toenmalige minister dit verkoop proces «on hold» gezet. De pandemie was de belangrijkste aanleiding om de voorgenomen verkoop uit te stellen en de B.V. voorlopig in de handen van de staat te houden. In de raamovereenkomst van december 2020 die is afgesloten tussen Intravacc B.V. en het Ministerie van VWS is vastgelegd dat Intravacc maximaal 2 jaar als beleidsdeelneming wordt aangehouden en dat een missionair kabinet hierover een formeel een besluit zal nemen. Met het besluit om Intravacc verder op afstand te plaatsen blijft de afspraak gelden dat publieke belangen dienen worden gewaarborgd. Deelnemingen dienen volgens de Rijksbegrotingsvoorschriften in beginsel gewaardeerd te worden op basis van de oorspronkelijke aankoopprijs. Aangezien Intravacc BV niet is aangekocht, is een aankoopprijs niet voorhanden. Een benadering van de aankoopkosten is de waarde van het eigen vermogen op de openingsbalans 01-01-2021 (€ 34,2 miljoen.). Deze waarde vormt overigens geen indicatie voor de waarde die bij een eventuele verkoop van Intravacc BV kan worden verkregen.