Base description which applies to whole site

4.12 Artikel 24 Inspectie Leefomgeving en Transport

De Inspectie Leefomgeving en Transport werkt aan veiligheid, vertrouwen en duurzaamheid in transport, infrastructuur, milieu en wonen.

Samenvatting budgettaire gevolgen van beleid

In onderstaande tabel is een samenvatting opgenomen van de totale verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van dit artikel. De onderverdeling naar de financiële instrumenten is opgenomen in de totaal tabel van de budgettaire gevolgen van beleid.

Tabel 78 Samenvatting budgettaire gevolgen van beleid art.24
     

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2019

2020

2021

2022

2023

2023

2023

Verplichtingen

134.798

131.881

151.220

166.157

195.959

203.598

‒ 7.639

        

Uitgaven

134.798

131.881

151.220

168.400

196.662

203.598

‒ 6.936

        

1 Personele uitgaven

0

0

0

144.451

166.091

170.735

‒ 4.644

2 Materiele uitgaven

0

0

0

23.949

30.571

32.863

‒ 2.292

        

Ontvangsten

0

0

0

15.162

14.666

24.700

‒ 10.034

In onderstaande tabel is een overzicht en toelichting opgenomen op de rol en verantwoordelijkheid van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat bij dit artikel. Voor een nadere toelichting op de verschillende typologieën stimuleren, regisseren, financieren en (doen) uitvoeren wordt verwezen naar de leeswijzer.

Tabel 79 Rol en verantwoordelijkheden

Rol

Toelichting

Stimuleren

De Minister is verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving in het transport en de leefomgeving.

Regisseren

De Minister heeft een nationale coördinatie- c.q. verantwoordingsverplichting richting de EU ten aanzien van internationale milieuregelgeving. Binnen het departement is de uitvoering van de handhaving en het toezicht opgedragen aan de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT).

(doen) uitvoeren

De Minister is verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van wet- en regelgeving in het transport en de leefomgeving. De Minister heeft een nationale coördinatie- c.q. verantwoordingsverplichting richting de EU ten aanzien van internationale milieuregelgeving. Binnen het departement is de uitvoering van de handhaving en het toezicht opgedragen aan de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Naast de activiteiten die de inspectie voor het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat uitvoert, worden ook taken verricht voor andere ministeries. De Minister is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken van de ILT. Deze wettelijke taken hebben betrekking op:–Vergunningverlening;–Toezicht;–Opsporing;–Dienstverlening: afhandeling van vragen en meldingen;–Incidentafhandeling;–Onderzoek.

Onderstaand wordt ingegaan op de beleidsconclusies van artikel 24 Inspectie Leefomgeving en Transport.

Afval

In 2023 heeft de ILT inspecties uitgevoerd op producten en het heffen van statiegeld door importeurs. De ILT heeft het Afvalfonds Verpakkingen een waarschuwing gegeven voor het niet halen van het inzameldoel voor plastic flessen. Het inzamelpercentage bedraagt 68%; de wettelijke inzamelnorm is 90%. Om het inzamelpercentage te verhogen heeft de ILT het Afvalfonds Verpakkingen verzocht om met een verbeterplan te komen. Een eerste versie van dit verbeterplan heeft de ILT als onvoldoende beoordeeld. Voorts heeft de ILT een last onder dwangsom opgelegd aan Heineken voor het niet naleven van de regels rondom statiegeld. Het bedrijf bracht blikjes zonder statiegeld op de markt na de invoering van de statiegeldverplichting op blik. Ook heeft de ILT naast producenten, diverse marktpartijen gecontroleerd om te toetsen hoe het statiegeldsysteem functioneert.

Met ingang van 1 juli 2023 zijn er extra regels van kracht geworden voor wegwerpbekers en -bakjes. Klanten van afhaal- en bezorghoreca betalen een toeslag voor voedselverpakkingen voor eenmalig gebruik die plastic bevatten. In oktober heeft de ILT een signaalrapportage gepubliceerd met als hoofdboodschap dat veel bedrijven de regels voor hergebruik van plastic drank- en voedselverpakkingen ontwijken. Zolang dit ontwijkgedrag aanhoudt worden de doelen van de regelgeving niet gehaald. In december 2023 heeft de staatssecretaris de ILT geïnstrueerd om de handhaving op deze regelgeving voor een deel tijdelijk niet toe te passen. In 2024 wordt de regeling geëvalueerd.

Chemische stoffen en biociden

In 2023 is samen met Omgevingsdiensten gestart met het verscherpen van toezicht op de uitstoot van PFAS’en. De ILT heeft samen met de Universiteit van Utrecht de PFAS-gehaltes van het oppervlaktewater van de Rijn en Maas in kaart gebracht, als twee belangrijke drinkwaterbronnen. Hierbij is ook een database aangelegd met data van mogelijke lozers van PFAS op deze wateren.

Voorts heeft de ILT een start gemaakt met het toezicht op het verbod van PFOA in blusschuim en de juiste afvoer van deze stoffen. Ook heeft de ILT bijgedragen aan de verminderen van risico’s bij de afvalverwerking van Chemours en Indaver in België. Voor het nationale dreigingsbeeld Milieucriminaliteit coördineert de ILT de bestuurlijke en strafrechtelijke aanpak ten aanzien van Zeer Zorgwekkende Stoffen. Voor Chroom 6 heeft de ILT toezicht gehouden op de hiervoor verleende autorisaties en wordt de import, het gebruik en de toepassing hiervan nationaal verder in kaart gebracht.

OAS en F-gassen

Om illegale handel van OAS (ozonlaag afbrekende stoffen) en F-gassen (gefluoreerde broeikasgassen) tegen te gaan is door de ILT in 2023 ingezet op de ontmoediging van internethandel, het toezicht op het naleven van de door de EU vastgestelde handelsquota en het natrekken van signalen vanuit diverse bronnen. Op nationaal niveau werkt de inspectie hierbij samen met onder meer Douane, Politie en omgevingsdiensten. Het toezicht van de ILT heeft ertoe geleid dat handelaren zijn opgespoord aan de hand van hun gedrag op internet en Douane-data, verkregen op basis van door de ILT opgestelde risicoprofielen. Er zijn afspraken met bedrijven gemaakt die over een vergunning beschikken voor vernietiging van illegale drukhouders. Daarnaast heeft de inspectie ingezet op het verhogen van de bewustwording voor illegale handel in drukcilinders door het geven van presentaties en briefings en meedoen aan transportcontroles van onder meer de politie.

De ILT heeft informatie over importeurs c.q. aanbieders in Nederland doorgegeven aan IOD, Europol, het Europees anti-fraude bureau OLAF en instanties in Polen, Turkije en Spanje. De strafrechtelijke samenwerking op EU-niveau in het kader van EMPACT (Europees multidisciplinair platform tegen criminele bedreigingen) is in nauwe samenwerking met de ILT-IOD voortgezet.

In 2023 heeft de ILT een medaille ontvangen van het VN-Milieuprogramma UNEP voor het stoppen van de import van een partij van 1.600 cilinders met illegale koelgassen. De medaille wordt ervaren als een compliment voor de inzet van de inspecteurs én wordt gezien als een stimulans om door te gaan op de ingeslagen weg.

Scheepvaart

In 2022 hebben er twee ongevallen met dodelijke afloop plaatsgevonden aan boord van een historisch zeilschip, de zogenaamde bruine vloot. Als reactie daarop heeft de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) deze incidenten onderzocht. De ILT heeft in 2023 een aantal acties ondernomen:

  • Met de keuringsinstanties is afgesproken dat zij hun klanten tijdig informeren over de vervaldatum van het Certificaat van Onderzoek en het Bewijs van Tuigage.

  • Betere monitoring van het verlopen van certificaten.

  • Publicatie sinds 18 januari 2023 van een register van historische zeilende passagiersschepen die zowel over een geldig Certificaat van Onderzoek als een geldig Bewijs van Tuigage beschikken.

  • De ILT treedt handhavend op bij ontbreken van geldige certificaten.

  • Voor 1 april 2023 (aanvang ‘vaarseizoen-2024’) zijn door de ILT en de keuringsinstanties 23 schepen geïnspecteerd waarbij bijzonderheden waren opgemerkt;

  • Tijdens het vaarseizoen is (bijna) de gehele vloot geïnspecteerd door de ILT en de keuringsinstanties;

  • In september 2023 is een intensiveringsmaatregel afgestemd, inspecteurs van de ILT en de keuringsinstanties hebben wederom de schepen bezocht.

  • Er zijn met behulp van dronepiloten 250 zichtwaarnemingen uitgevoerd (bijvoorbeeld na een ongeval).

De bruine vloot is onderdeel van het certificeringsstelsel binnenvaart. De ILT heeft in 2023 het volgende geconstateerd:

  • De verschillende uitvoerenden die moeten samenwerken wisselen onvoldoende informatie uit; er is onvoldoende inzicht in elkaars werk en kwaliteit.

  • De ILT kan onvoldoende toezicht houden op de certificerende instellingen, omdat informatie ontbreekt en omdat zij niet altijd toezichthouder is die informatie kan opvragen.

  • Betrokken organisaties hebben niet altijd scherp wat hun rol en verantwoordelijkheid is, waardoor ze deze in sommige gevallen onvoldoende invullen. Zo hebben sommige partijen in één stelsel nu en dan meerdere rollen die niet altijd goed bij elkaar passen. Bijvoorbeeld dat een partij niet alleen inspecties uitvoert, maar ook optreedt als adviseur of verzekeraar. Dat kan de onafhankelijkheid en onpartijdigheid beïnvloeden wanneer deze partij onderzoek doet en certificaten afgeeft.

Luchtvaart

De ILT heeft haar rol als luchtvaartautoriteit verder versterkt, onder andere door de capaciteit te vergroten. Met de versterking is gewerkt aan het ontwikkelen van een Kenniscentrum Luchtvaart. Dit Kenniscentrum heeft in 2023 bijgedragen aan de Staat van de Luchtvaart.

Op Schiphol heeft de ILT bijna wekelijks inspecties uitgevoerd op de vliegtuigopstelplaatsen (VOP’s). Deze inspecties zijn bedoeld om de veiligheid op de grond te verzekeren. Uit de inspecties bleek dat Schiphol niet volledig voldeed aan Europese regelgeving over toezicht op de VOP’s. Schiphol werkt aan verbetermaatregelen en de ILT houdt de voortgang hiervan goed in de gaten.

Daarnaast werkt de ILT samen met de Nederlandse Arbeidsinspectie om de werkomstandigheden op de VOP’s te verbeteren. Speciale aandacht is er hierbij voor Auxiliary Power Units (APU’s). Dit zijn hulpmotoren die in een vliegtuig de energie leveren voor verschillende functies behalve de voortstuwing. De APU’s hebben een negatief effect op de luchtkwaliteit en geluidsoverlast. De ILT heeft Schiphol gevraagd om te zorgen dat er voldoende alternatieve voorzieningen voor APU’s zijn. Op de VOP’s waar er in 2023 al goede alternatieve voorzieningen waren, hield de ILT toezicht op het gebruik hiervan door de luchtvaartmaatschappijen. De inspectie handhaaft waar dat nodig is.

De Staat van Schiphol is in de loop van 2023 inhoudelijk verdiept en doorontwikkeld tot de Staat van de Luchtvaart. Ook onderwerpen die niet direct om Schiphol gaan, komen aan de orde. Voorbeelden hiervan zijn drones en General Aviation, een veelomvattende sector binnen de luchtvaart. Naast de recreatieve luchtvaart vallen hier commerciële activiteiten onder zoals ballonvaren, zweefvliegen en rondvluchten.     

IOD (Inlichtingen- en opsporingsdienst)

Om de aanpak van milieucriminaliteit te kunnen versterken is de ILT-IOD in 2023 op volle sterkte gekomen. Eind 2023 liepen er bij de ILT-IOD rond de 20 onderzoeken. Daarbij horen twee omvangrijke onderzoeken naar zware milieucriminaliteit, namelijk onderzoek naar Dupont/Chemours.

De ILT-IOD investeert ook in het oppakken en afronden van kleine onderzoeken. In het Fraude Expertise Knooppunt (FEK) ondersteunt de IOD de (BOA) inspecteurs bij complexe handhaving.

Ook met kleine onderzoeken kan maatschappelijk effect behaald worden. De aanhouding van een verdachte in een onderzoek naar fraude met energielabels is dankzij een goede communicatiestrategie en afstemming met persvoorlichting onder de aandacht gekomen.

Tabel 80 Budgettaire gevolgen van beleid art. 24 Handhaving en Toezicht (bedragen x € 1.000)
     

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 
 

2019

2020

2021

2022

2023

2023

2023

 

Verplichtingen

134.798

131.881

151.220

166.157

195.959

203.598

‒ 7.639

1

Uitgaven

134.798

131.881

151.220

168.400

196.662

203.598

‒ 6.936

 
         

1 Personele uitgaven

0

0

0

144.451

166.091

170.735

‒ 4.644

 

Waarvan eigen personeel

0

0

0

122.777

140.140

149.455

‒ 9.315

 

waarvan inhuur externen

0

0

0

21.674

25.951

20.755

5.196

 

Waarvan overige personele uitgaven

0

0

0

0

0

525

‒ 525

 
         

2 Materiele uitgaven

0

0

0

23.949

30.571

32.863

‒ 2.292

 

Waarvan ICT

0

0

0

4.825

5.060

2.679

2.381

 

waarvan bijdrage SSO's

0

0

0

6.785

8.085

12.652

‒ 4.567

 

Waarvan overige materiële uitgaven

0

0

0

12.339

17.426

17.532

‒ 106

 

Bijdrage aan agentschappen

134.798

131.881

151.2201

0

0

0

0

 

Bijdragen aan het agentschap ILT

134.798

131.881

151.220

0

0

0

0

 
         

Ontvangsten

0

0

0

15.162

14.666

24.700

‒ 10.034

2

1

Conform de Ontwerpbegroting 2020 vervalt vanaf het verslagjaar 2020 de uitsplitsing van de Bijdrage aan het agentschap ILT naar categorieën.

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en ontvangsten een toelichting gegeven op de verschillen (de mutaties) tussen de begroting en de realisatie. Zie voor de gehanteerde norm de toelichting ‘normering jaarverslag’ zoals opgenomen in de leeswijzer.

  • 1. Verplichtingen: de lagere verplichtingen worden als volgt veroorzaakt:

    • De hogere realisatie op personele verplichtingen komt door

      de uitbreiding van capaciteit voor Toezicht Bodem en Versterking Stelsel Kwaliteit Bodembeheer (Kwalibo) (€ 1,7 miljoen) voor toezicht op de energielabels van woningen (€ 1,0 miljoen) en toezicht op Ozonlaagafbrekende stoffen en gefluoreerde broeikasgassen (€ 1,0 miljoen), dit zijn taken die in 2023 aan ILT zijn toegewezen waar extra middelen voor beschikbaar zijn gesteld. Verder zijn middelen ter beschikking gesteld voor medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt (€ 1,4 miljoen), Daarnaast zijn er nog een aantal kleinere mutaties voor diverse taken (totaal € 3,1 miljoen).

    • Lagere realisatie van materiele verplichtingen door compensatie aan Kiwa voor de producten die niet kunnen doorbelast naar de afnemers (€ 2,1 miljoen) en een budgetoverheveling voor de jaarlijkse bijdrage ad ‒ € 17,9 miljoen voor bedrijfsvoering voor de dienstverleningsovereenkomst tussen ILT en de ICT en Human Resource directies van het ministerie van IenW.

  • 4. De lagere realisatie van de ontvangsten (- € 10,0 miljoen) komen doordat de opbrengsten voor de Autoriteit Wonen voor ‒ € 14,4 miljoen buiten berotingsverband zijn geboekt. Daarnaast is er sprake van hogere ontvangsten van € 4,4 miljoen, ten behoeve van onder meer de bijdragen voor inspectieview, heffingen NSA (luchtvaart), Bureau Inspectieraad en Secretariaat Paris MOU.

Onderstaand is per artikelonderdeel, zoals opgenomen in de budgettaire tabel, voor het jaar 2023 een toelichting op de personele en materiële uitgaven van de Inspectie Leefomgeving en Transport opgenomen.

1. Personele uitgaven (€ 166,1 miljoen)

De personele uitgaven betreft alle uitgaven van het eigen personeel, de externe inhuur en overige personele uitgaven.

  • 1. Eigen personeel (€ 140,1 miljoen). Onder uitgaven eigen personeel vallen de loonkosten en de uitgaven voor de personele exploitatie.

    • Onder loonkosten wordt verstaan alle uit de rechtspositiebepalingen en aanverwante (wettelijke) regelingen voortvloeiende uitgaven aan en voor de werknemers.

    • Onder personele exploitatie worden andere personele uitgaven verstaan zoals verhuiskosten, uitbesteding arbo-dienstverlening, bedrijfshulpverlening, opleiding, uitgaven sociaal flankerend beleid en dergelijke.

  • 4. Externe inhuur (€ 26,0 miljoen). Dit betreft de uitgaven voor externe inhuur voor interim-management, organisatie- en formatieadvies, beleidsadvies, communicatieadvisering, juridisch advies, advisering opdrachtgevers automatisering, accountancy, financiën en administratieve organisatie en de inhuur van uitzendkrachten.

2. Materiële uitgaven (€ 30,6 miljoen)

Onder de materiële uitgaven vallen uitgaven op het gebied van de ondersteunende processen.

  • 1. ICT (€ 5,1 miljoen). Bevat zowel de uitgaven voor projecten als structurele uitgaven zoals onderhoud en licenties.

  • 2. Bijdrage SSO's (€ 8,1 miljoen). De bijdrage aan de Shared Service Organisaties betreft onder andere P-Direkt (Salarisbedrijf van het Rijk), FM Haaglanden en het Rijksvastgoedbedrijf.

  • 3. Overige materiële uitgaven (€ 17,4 miljoen). Dit betreft materiele uitgaven van de ILT voor activiteiten ter ondersteuning van het primaire proces.

Ontvangsten (€ 14,7 miljoen). Dit betreffen ontvangsten voor vergunningverlening (€ 10,0 miljoen) en overige bijdragen (€ 4,7 miljoen), zoals voor inspectieview, heffingen NSA (luchtvaart), Bureau Inspectieraad en secretariaat Paris MOU.

Licence