A. | ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL | 2 |
Wetsartikelen 1 en 2 (uitgaven/verplich- tingen en ontvangsten) | 2 | |
B. | ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE BEGROTING(SSTAAT) | 3 |
1. | Inleiding | 3 |
2. | Toekomst in samenwerking | 3 |
2.1 | Inhoud nieuwe samenwerkingsrelatie | 4 |
2.2 | Randvoorwaarden | 6 |
3. | Actuele beleidsonderwerpen | 6 |
3.1 | De Koraalspechtgevangenis | 6 |
3.2 | De nota Migratie Antilliaanse Jongeren | 7 |
3.3 | Het onderzoek naar Non-Gouvernemental Organisations | 8 |
3.4 | Het nieuwe LGO-besluit | 8 |
3.5 | Forward Operating Locations | 9 |
3.6 | Het Solidariteitsfonds | 9 |
4. | Nieuwe beleidsvoornemens | 10 |
4.1 | Staatkundige vernieuwing | 10 |
4.2 | Personele samenwerking | 11 |
4.3 | Voortgangsrapportage rechtshandhaving en veiligheidsbeleid | 11 |
4.4 | Herschikking van de projectenportefeuille | 11 |
4.5 | De internationale context | 11 |
5. | De vernieuwde samenwerkingsrelatie met Aruba | 12 |
6. | Het beheer van de samenwerkings-middelen | 12 |
6.1 | Stand van zaken professionalisering van het financiële beheer | 13 |
C. | TOELICHTING PER BEGROTINGSARTIKEL | 14 |
1. | Algemeen | |
1.1 | Begrotingspresentatie 2000 | 14 |
1.2 | Meerjarencijfers | 15 |
1.3 | Nieuwe wijzigingen | 16 |
2. | Uitgaven en verplichtingen | 17 |
01. | Algemeen | 17 |
02. | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba | 18 |
3 | Ontvangsten | 34 |
02. | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba | 34 |
D. | TOELICHTING BIJ DE AGENTSCHAPSBEGROTINGEN | n.v.t. |
E. | BIJLAGEN BIJ DE BEGROTING | 39 |
Bijlage 1. | Personeelsgegevens | n.v.t. |
Bijlage 2. | Wetgeving | 39 |
Bijlage 3. | Moties en toezeggingen | 40 |
Bijlage 4. | Circulaires | 46 |
Bijlage 5. | Aanbevelingen Nationale ombudsman | 47 |
Bijlage 6. | Subsidies | 48 |
Bijlage 7. | Evaluatieonderzoek | 51 |
Bijlage 8. | Economische en functionele classificatie | 53 |
Bijlage 9. | Voorlichtingsuitgaven | n.v.t. |
Bijlage 10 | Convenanten | 55 |
Bijlage 11. | Samenwerkingsprojecten | 56 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)
De begrotingen die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begroting van Koninkrijksrelaties voor het jaar 2000 vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2000. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2000.
Met de vaststelling van deze wetsartikelen wordt de in de begrotingsstaat opgenomen begroting van de uitgaven en de ontvangsten voor het jaar 2000 vastgesteld. De in die begroting opgenomen begrotingsartikelen worden door middel van een algemene toelichting en een toelichting per begrotingsartikel toegelicht in de onderdelen B en C van deze memorie van toelichting.
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van het bepaalde in artikel 25a, derde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A. Peper
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
G. M. de Vries
B. ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE BEGROTING(SSTAAT)
De begroting van hoofdstuk IV voor het jaar 2000 is opgesteld tegen de achtergrond van een vernieuwing van het samenwerkingsbeleid met de Nederlandse Antillen en Aruba. De concrete voorstellen hiertoe heeft de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties neergelegd in de op 14 juni 1999 aan de Tweede Kamer verzonden nota «Toekomst in samenwerking» (nr. KR99U072365).
De voorstellen tot vernieuwing van de samenwerkingsrelatie met de Nederlandse Antillen en Aruba zijn ingediend op een moment dat met name de Nederlandse Antillen te kampen hebben met grote financieel-economische en maatschappelijke problemen. De Nederlandse regering baren deze problemen grote zorg. Genoemd kunnen worden de alarmerende toestand van de overheidsfinanciën, de stagnerende economische groei, de hoge werkloosheid en de groeiende criminaliteit. Een krachtdadige aanpak van de Nederlands-Antilliaanse regering is noodzakelijk. Het rapport van de Commissie Nationaal Herstelplan beoordeelt de regering positief. Waar het evenwel op aankomt zijn de besluiten die de Nederlands-Antilliaanse regering terzake neemt en op de uitvoering daarvan.
Aruba maakt op dit moment een gezonde economische ontwikkeling door. Aruba heeft een bloeiende economie en een bijna volledige werkgelegenheid. Het IMF heeft zich in zijn consultatie van januari 1999 positief over Aruba uitgelaten. De openbare financiën op Aruba ontwikkelen zich echter minder voorspoedig dan aanvankelijk werd gedacht. Het financieringstekort zal in 1999 naar verwachting toenemen. De regering van Aruba heeft voor 1999 een herstructureringsprogramma aangekondigd. Verdere resultaten inzake de sanering van de openbare financiën en de uitvoering van de maatregelen ter verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur zoals genoemd in het rapport Calidad zijn voor de toekomst van Aruba van groot belang.
In de nota «Toekomst in samenwerking» is aangegeven dat de centrale doelstelling van het samenwerkingsbeleid met de Nederlandse Antillen en Aruba is het bevorderen van de zelfredzaamheid van de Koninkrijkspartners. Het bevorderen van zelfredzaamheid vloeit voort uit het Statuut dat de Koninkrijkspartners bindt. De Koninkrijkspartners hebben op basis van het Statuut een verplichting tot het verstrekken van hulp en bijstand. Nederland zal die verplichting naar vermogen nakomen, op basis van heldere afspraken. Belangrijkste doel daarbij is een effectieve inzet van de middelen.
Een andere belangrijke doelstelling is dat beter wordt aangesloten op de autonome bevoegdheden van de Koninkrijkspartners. Via de projectfinancieringsstructuur heeft Nederland een grote invloed op de (kapitaal)investeringen van de Nederlandse Antillen en Aruba. Dit werkt de zelfredzaamheid van de Koninkrijkspartners niet in de hand en sluit onvoldoende aan bij de autonomie van de landen binnen het Koninkrijk. In de nota wordt voorgesteld een andere en modernere werkwijze te introduceren.
Op de korte en middellange termijn moeten gezamenlijk overeengekomen, voortschrijdende samenwerkingsprogramma's de kern vormen van het samenwerkingsbeleid. De samenwerkingsmiddelen zullen in fondsen worden gestort, die worden beheerd en gealloceerd door onafhankelijke, regionale instanties, bijvoorbeeld ontwikkelingsbanken. Het beheer van de samenwerkingsmiddelen wordt op afstand van Nederland geplaatst en over de daadwerkelijke aanwending van de samenwerkingsmiddelen krijgen de Nederlandse Antillen en Aruba een grotere zeggenschap dan nu het geval is. Aldus wordt aangesloten bij de aanbevelingen van de commissies Wawoe en Biesheuvel in hun in juni 1997 uitgebrachte rapporten «Ontwikkeling in vertrouwen» en «Op eigen benen».
2.1 Inhoud nieuwe samenwerkingsrelatie
In de nota is aangegeven dat Nederland in overleg met de Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse regering zal voorstellen prioriteit te geven aan een aantal beleidsterreinen. Het gaat om die beleidsterreinen waar de Nederlandse regering een gezamenlijk belang van de Koninkrijkspartners ziet. Nederland wil aan de volgende beleidsterreinen prioriteit geven:
• de verbetering van de kwaliteit van het bestuur (good governance);
• duurzame economische ontwikkeling;
• onderwijs;
• rechtshandhaving.
De samenwerkingsmiddelen die bestemd zijn voor de eerste drie beleidsterreinen, zullen in fondsen worden gestort en door een onafhankelijke, regionale instantie worden beheerd en gealloceerd op basis van door de Nederlandse en Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse regeringen overeengekomen samenwerkingsprogramma's. Op welke wijze dit concreet zal worden ingevuld, zal in overleg met de Koninkrijkspartners moeten worden bepaald.
De verbetering van de kwaliteit van het bestuur (good governance)
Nederland zal in de samenwerking het accent leggen op de verbetering van de kwaliteit van het bestuur. Wat Nederland betreft, zal hierbij onder meer de nadruk worden gelegd op de beheersing van de openbare financiën. De resultaten van de huidige samenwerking op dit terrein (versterking departement van Financiën, de samenwerking tussen de Belastingdiensten) zullen bij de beleidsvorming worden betrokken. Hetzelfde geldt voor de ervaringen die de afgelopen jaren op het terrein van bestuursondersteuning (Bestuursaccoord Sint Maarten, samenwerking tussen de Rekenkamers, de BBI-operatie, brandweerzorg en rampenbestrijding) zijn opgedaan.
Duurzame economische ontwikkeling
De zelfredzaamheid van de Koninkrijkspartners kan op de lange termijn alleen worden gerealiseerd indien er in alle landen van het Koninkrijk sprake is van een duurzame economische ontwikkeling. De komende periode zal het beleid inzake duurzame economische ontwikkeling nader worden geconcretiseerd, mede tegen de achtergrond van de regionale context. De Tweede Kamer zal hierover separaat worden geïnformeerd.
De Wereldbank publiceert op korte termijn een studie naar «small island states». De uitkomsten van deze studie, waarin de economieën van eilanden (bijvoorbeeld Jamaica, de Bahama's, Bermuda, West Samoa etc.) worden onderzocht die in meerdere opzichten vergelijkbaar zijn met de Nederlandse Antillen en Aruba, kunnen interessante aanknopingspunten bieden voor de samenwerking in Koninkrijksverband.
Bij het nader definiëren van duurzame economische ontwikkeling zal tevens gebruik worden gemaakt van de kennis van internationale organisaties die georiënteerd zijn op het Caraïbisch gebied. Gedacht kan worden aan de Wereldbank en de Inter American Development Bank (IDB).
De IDB meent dat het stimuleren van duurzame economische ontwikkeling ingebed moet zijn in een evenwichtig macro-economisch beleid. Versterking van de private sector is een van de maatregelen die de IDB wat de Nederlandse Antillen betreft, noodzakelijk acht. Bevordering van marktwerking en vermindering van bureaucratie zijn hierbij essentieel.
De Nederlandse Antillen en Aruba zijn zelf verantwoordelijk voor het aanbod aan scholingsmogelijkheden en voor de kwaliteit ervan. Dit is het centrale uitgangspunt bij het te voeren onderwijsbeleid. Nederland is daarbij in beginsel bereid met name die initiatieven te ondersteunen die door de Nederlandse Antillen en Aruba gedragen en onderhouden kunnen worden en welke zijn gericht op vergroting van de ontplooiingsmogelijkheden in eigen land of regio.
Aan de hand van deze uitgangspunten zal het Nederlandse beleid op het onderwijsterrein de komende jaren in Koninkrijksverband verder worden uitgewerkt en ontwikkeld.
Ten behoeve van de ontwikkeling van een nieuwe en meer succesvolle onderwijsstrategie van de Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse overheid zijn de ministers van Onderwijs van de Koninkrijkspartners op 12 mei 1999 overeengekomen dat de OESO een onderzoek uit zal voeren naar de huidige staat van het Antilliaanse en Arubaanse onderwijs. Het onderzoek zal een analyse geven van de sterktes en zwakten van het huidige onderwijsbeleid, zowel inhoudelijk als bestuurlijk. De onderzoeksvragen zullen worden geformuleerd door de Nederlandse Antillen en Aruba.
Daarnaast zullen de Koninkrijkspartners gezamenlijk een sectorgewijze evaluatie uitvoeren naar de resultaten van het samenwerkingsbeleid tot op heden. De uitkomsten van deze evaluatie zullen worden betrokken bij het vormgeven van het toekomstige samenwerkingsbeleid.
De sectorgewijze evaluatie zal zich niet alleen uitstrekken tot de rol van het formele onderwijs, maar in algemene zin een relatie leggen naar de problematiek van onderwijs aan illegalen, aan «tweede kans»-onderwijs en aan de specifiek problematiek van de leerling. Hierbij wordt aangesloten bij de inhoud van de nota Migratie Antilliaanse Jongeren (zie paragraaf 3.2. van deze memorie van toelichting).
Het onderzoek zal zich in eerste instantie richten op de Nederlandse Antillen en in een later stadium op Aruba.
De uitkomsten van het OESO-onderzoek en de sectorgewijze evaluatie zullen onderwerp van gesprek zijn met de Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse actoren op het onderwijsterrein. Doel is om tot een gezamenlijk gedragen visie over de toekomstige samenwerking op onderwijsterrein te komen.
Totdat een vernieuwd samenwerkingsbeleid is overeengekomen zal de regering binnen de beschikbare middelen van dit begrotingshoofdstuk zich met name richten op het ondersteunen van bestaande en nieuwe initiatieven op het gebied van het beroepsen het basisonderwijs.
De regering wil de huidige inzet van Nederland op het beleidsterrein rechtshandhaving continueren. Het gaat daarbij om middelen die worden ingezet op het terrein van de rechterlijke macht en het openbaar ministerie, de recherchesamenwerking, de kustwacht en het gevangeniswezen. Deze begrotingsmiddelen zullen derhalve niet worden overgebracht naar de samenwerkingsfondsen, maar blijvend via de begroting van hoofdstuk IV over de projecten worden gealloceerd.
Een bijzondere positie voor deze onderwerpen is gerechtvaardigd vanwege het belang van ontwikkeling en instandhouding van de rechtsstaat binnen de landen van het Koninkrijk. Ook vanuit de waarborgplicht van het Koninkrijk voor de kwaliteit van het bestuur, de zorg voor de fundamentele rechten van de mens en de rechtszekerheid ingevolge het Statuut vindt de regering dat het hier gaat om een bijzondere categorie van onderwerpen. De genoemde onderwerpen kunnen daarnaast raken aan internationale verplichtingen en belangen waarvoor het Koninkrijk – mede op grond van het Statuut – verantwoordelijkheid draagt.
In de nota Toekomst in samenwerking is uitgebreid aangegeven wat de huidige activiteiten van Nederland zijn op genoemde beleidsterreinen. Aan de stand van zaken op het terrein van het gevangeniswezen in de Nederlandse Antillen wordt in paragraaf 3.1 separaat aandacht besteed.
Implementatie van de in de nota Toekomst in samenwerking geschetste beleidslijn is alleen mogelijk als aan een aantal voorwaarden is voldaan. De belangrijkste voorwaarden voor de uitvoering van de nieuwe beleidslijn zijn:
• een gezond financieel-economisch beleid;
• de kwaliteit van bestuur («good governance»).
Ondanks de recent geconstateerde problemen die onder andere zullen leiden tot een stijging van het financieringstekort in 1999, lijkt Aruba voor een belangrijk deel aan deze voorwaarden te voldoen. De vernieuwde vormgeving van de inzet van de samenwerkingsmiddelen zal voor Aruba al in 2000 van start kunnen gaan. Hierop wordt in hoofdstuk 5 ingegaan.
De stand van de economie en van de overheidsfinanciën in de Nederlandse Antillen is zorgelijk. Van een gezond financieel-economisch beleid is op dit moment geen sprake. Omdat daardoor niet is voldaan aan de hiervoor gestelde voorwaarden is de vormgeving van de samenwerkingsmiddelen voor de Nederlandse Antillen vooralsnog ongewijzigd gelaten.
De regering ziet het standpunt van de Nederlands-Antilliaanse regering op het rapport van de commissie Nationaal Herstelplan met belangstelling tegemoet.
In de ministerraad van de Nederlandse Antillen van 11 maart 1999 is een aantal maatregelen vastgesteld om op korte termijn verbetering te brengen in de leefomstandigheden van de gedetineerden en werkomstandigheden van het personeel van de Koraalspechtgevangenis. In de Rijksministerraad van 19 maart 1999 zijn deze maatregelen bekrachtigd. Tevens is door de Rijksministerraad besloten dat de conclusies en aanbevelingen van de rapportage van het Committee for the Prevention of Torture (CPT) in de lijst van maatregelen zullen worden verwerkt. Op voorstel van de Gevolmachtigde Minister is een paritair samengestelde commissie ingesteld om tweemaandelijks over de voortgang te rapporteren. Daarnaast zal een nieuwbouwproject worden gestart dat medio 2000 zal zijn afgerond. De contractonderhandelingen met de bouwer zijn thans gaande.
De maatregelen die de Nederlands-Antilliaanse regering tot medio 1999 heeft getroffen, hebben tot resultaat gehad dat er op dit moment een situatie van betrekkelijke orde en rust in de gevangenis Koraal Specht heerst. Vooral de afgesproken maximale bezetting van 400 personen draagt daaraan bij. De Nederlandse medefinanciering van het nieuwbouwproject van de gevangenis zal worden getoetst aan de bijdrage die het project levert aan de integrale uitvoering van de aanbevelingen van de CPT.
3.2 De nota Migratie Antilliaanse Jongeren
De migratie van met name (kansarme) Antilliaanse jongeren blijft bron van zorg. Uit een recente enquête van de Antilliaanse Permanente Commissie voor Bevolkingsvraagstukken bleek dat de wens om te migreren toeneemt. De regeringen van de Nederlandse Antillen en Nederland onderschrijven het belang om een kentering aan te brengen in de migratie. Beide regeringen vinden dat de uitvoering van de nota Migratie Antilliaanse Jongeren (vooralsnog) hiertoe voldoende mogelijkheden biedt.
Met de Tweede Kamer is eind mei 1999 gesproken over de voortgang in de uitvoering van de nota Migratie Antilliaanse Jongeren. Dit najaar zullen daarvoor de nodige concrete stappen worden gezet. Zo treedt per 1 augustus a.s. de Voogdijregeling in werking die tussen Nederland en de Nederlandse Antillen is afgesproken. In oktober zal ook het proefproject met de inburgering in de Antillen van start gaan.
In het komende gestructureerde beleidsoverleg met de Nederlandse Antillen, gepland op 18 en 19 oktober a.s. zal verder de besluitvorming afgerond moeten worden over de zogenaamde «ketenbenadering» en over het communicatieplan voor de nota Migratie Antilliaanse Jongeren.
De migratie van Antillianen naar Nederland blijft toenemen. Ongetwijfeld is de slechte economische situatie in de Nederlandse Antillen daarvoor een van de belangrijkste factoren. Van 1 januari 1999 tot 1 augustus 1999 hebben zich 4051 personen afkomstig uit de Nederlandse Antillen laten inschrijven in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). Ten opzichte van dezelfde periode in 1998 een stijging van 17,5 %. Van de 4051 personen zijn er 1032 personen jonger dan 26 jaar. Voor deze leeftijdscategorie betekent dit een stijging van 25,2% in vergelijking met de eerste zeven maanden van 1998.
De minister voor het Grote Steden- en Integratiebeleid en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties blijven zoeken naar wegen waardoor voor met name jongeren nieuwe perspectieven in de Antillen kunnen ontstaan. Daartoe voeren de bewindslieden ook overleg met de Gevolmachtigde Ministers van de Nederlandse Antillen en Aruba. In dit overleg wordt ook verkend of er mogelijkheden zijn om in Nederland woonachtige Antillianen en Arubanen gericht te attenderen op vacatures in de West. De mogelijkheden om de arbeidsmarkt in de Antillen en Aruba te flexibiliseren en het wegnemen van belemmeringen voor vestiging in deze landen zijn eveneens onderwerpen die in het overleg met de Gevolmachtigde Ministers aan de orde zijn.
3.3 Het onderzoek naar Non-Gouvernemental Organisations (NGO's)
Niet-gouvernementele organisaties (NGO) – het particuliere initiatief – zijn in de Nederlandse Antillen en Aruba van oudsher actief op het terrein van de maatschappelijke ontwikkeling. In de loop der jaren is een wijd vertakt NGO-netwerk ontstaan van instellingen en fondsen. Zij verrichten veel en nuttig werk.
Zeer recent heeft het departement van Welzijn, Gezins- en Humanitaire Zaken van de landsregering van de Nederlandse Antillen samen met het departement voor Ontwikkelingssamenwerking (DEPOS) een analyse van de bestaande fondsen gemaakt en de regering geadviseerd een periodiek structureel overleg met de eilandgebieden en de fondsen voor sociale ontwikkeling te beleggen. Ook de subsidiënten in Nederland van het NGO-netwerk in de Nederlandse Antillen beraden zich. Mede-financieringsorganisaties als de Stichting Katholieke Noden (SKN), het Bernard van Leer Fonds en het Juliana Welzijns Fonds zullen op korte termijn de effectiviteit van de NGO-activiteiten die zij subsidiëren beoordelen.
Het NGO-netwerk in de Nederlandse Antillen is de afgelopen jaren van karakter veranderd. In het NGO-statuut van 1988 werd Sede Antia als bemiddelingsorganisatie aangewezen die verantwoordelijk is voor de prioriteitstelling en de voorbereiding en uitvoering van NGO-projecten. Inmiddels zijn er vele NGO's, fondsen, stichtingen en andere organisaties ontstaan. De rol van Sede Antia is nu minder prominent dan bij het inwerkingtreden van het NGO-statuut in 1988 het geval was.
In opdracht van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt op dit moment een onderzoek uitgevoerd naar het NGO-netwerk in de Nederlandse Antillen. Het onderzoek heeft onder meer betrekking op een beschrijving van het bestaande netwerk, de taakopdracht en de taakopvattingen van de NGO's, de bereikte resultaten en de financiële banden met Nederland. Uiteindelijke doel is te komen tot een beoordeling over de effectiviteit van het NGO-netwerk.
De uitkomsten van het onderzoek zullen mede gebruikt worden voor een aanpassing van het NGO-statuut uit 1988. Over het nieuwe ontwerp zal overleg met de betrokken actoren in de Nederlandse Antillen en Aruba plaatsvinden.
Op dit moment worden onder de primaire verantwoordelijkheid van de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken de komende onderhandelingen in Brussel over een nieuw LGO-besluit voorbereid.
In dit besluit is de associatie van de zogenaamde Landen en Gebieden Overzee, waaronder de Nederlandse Antillen en Aruba, met de EU geregeld.
Het huidige besluit dat is gebaseerd op deel IV van het EU-verdrag, en waarin de associatie van de LGO's met de EU is geregeld, loopt af per 1 maart 2000. Naar verwachting zal de Europese Commissie eind september 1999 een voorstel doen. De commissie heeft de Tweede Kamer hierover per brief geïnformeerd. Ter voorbereiding daarvan heeft in Brussel een zogenaamd Partnerschapsoverleg plaatsgevonden, waarin de Europese Commissie en de betrokken lidstaten samen met de LGO's van gedachten hebben gewisseld over de toekomstige associatie met de EU. De instructie ten behoeve van het Partnerschapsoverleg is na goed ambtelijk overleg tussen vertegenwoordigers van alle departementen met vertegenwoordigers van de regeringen van de Nederlandse Antillen en Aruba door de Rijksministerraad vastgesteld. Voorts wordt veel aandacht besteed aan het gezamenlijk ontwikkelen van standpunten en activiteiten richting de Europese Commissie, waarbij onder meer aandacht wordt besteed aan de totstandkoming van een stabiel handelsregime. De staatssecretarissen van Buitenlandse Zaken en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties overleggen regelmatig met de Gevolmachtigde Ministers van de Nederlandse Antillen en Aruba, waardoor een goede afstemming en duidelijke afspraken worden gewaarborgd.
De Tweede Kamer zal separaat worden geïnformeerd over het voorstel van de Europese Commissie en het oordeel van de regering daarover.
3.5 Forward Operating Locations (FOL's)
In april 1999 is een voorlopig verdrag gesloten tussen de Verenigde Staten van Amerika en het Koninkrijk der Nederlanden inzake het vestigen van Forward Operating Locations (FOL's) in de Nederlandse Antillen en Aruba.
FOL's zijn steunpunten in de Nederlandse Antillen en Aruba van waaruit met Amerikaanse vliegtuigen drugsbestrijdingsoperaties worden ondernomen. De nadruk bij deze operaties ligt op de monitoring en opsporing van drugstransporten. De vestiging van de FOL's betekent een verdere intensivering van de samenwerking van het Koninkrijk met de Verenigde Staten van Amerika op het terrein van de internationale drugsbestrijding. Deze samenwerking sluit aan bij overige inspanningen die het Koninkrijk zich op het terrein van de drugsbestrijding getroost, zoals de Kustwacht.
Naast een bijdrage aan de criminaliteitsbestrijding zal de Amerikaanse aanwezigheid mogelijk een positieve uitstraling hebben op investeerders en het toerisme vanuit de Verenigde Staten kunnen bevorderen.
Het voorlopige verdrag heeft een looptijd van een jaar. In de tweede helft van 1999 zullen besprekingen plaats vinden over een verdrag voor een langere periode. Bij de totstandkoming van het verdrag zal het parlement volgens de gangbare procedureregels worden betrokken.
Het Solidariteitsfonds is in 1986 ingesteld als gevolg van de status aparte van Aruba en is bedoeld als aanvulling van de zogenaamde landsbijdrage aan de begroting van de minder daadkrachtige eilanden van de Nederlandse Antillen (Bonaire, Saba en Sint Eustatius). Het fonds wordt jaarlijks met een bedrag van Naf 21,8 miljoen gevuld door bijdragen van de Nederlandse Antillen, Aruba en Nederland in een verhouding 55–25–20. Aruba heeft zijn bijdrage gemaximeerd tot 1,5% van de inkomstenkant van de begroting.
Om het Solidariteitsfonds een wettelijke grondslag te geven is er sedert 1992 een ontwerp van rijkswet Solidariteitsfonds bij de Tweede Kamer aanhangig. Eind 1997 was de procedure gevorderd tot het moment van de door de minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken uit te brengen nota naar aanleiding van het eindverslag. De regering van de Nederlandse Antillen heeft echter op dat moment laten weten dat de financiële situatie van de Nederlandse Antillen, en in het bijzonder die van het eilandgebied Curaçao, sedert de aanvankelijke besluitvorming over het Solidariteitsfonds en het verdeelmechanisme aanmerkelijk is gewijzigd. Om die reden kon de Nederlands-Antilliaanse regering niet meewerken aan de totstandkoming van de rijkswet.
Wanneer de rijkswet in haar huidige vorm van kracht wordt, betekent dit dat de goedgekeurde tekorten van de drie kleinste eilanden door het Solidariteitsfonds worden aangevuld. Dat betekent een verhoging van het fonds – de huidige tekorten van de drie kleine eilanden zijn groter dan de jaarlijkse bijdrage aan het fonds van Naf 21,8 miljoen- en daarmee dus voor zowel Nederland als voor de grootste donor, de Nederlandse Antillen, een substantiële verhoging van de bijdrage.
In het belang van de drie kleinste eilanden van de Nederlandse Antillen wil de regering de ontstane impasse doorbreken. Daartoe is een uitnodiging verstuurd om in het najaar van 1999 in overleg met alle betrokkenen te komen tot een oplossing van de ontstane problemen.
De koerswijziging die in de nota Toekomst in samenwerking is aangekondigd, geeft aanleiding tot een aantal vervolgactiviteiten. In het navolgende wordt een aantal van deze activiteiten kort beschreven.
In de najaar van 1999 zijn naar alle waarschijnlijkheid ontwikkelingen te verwachten op het gebied van de staatkundige structuur van de Nederlandse Antillen, die ook een uitstralingseffect kunnen hebben op de staatkundige verhoudingen tussen de landen van het Koninkrijk. De eilandgebieden Sint Maarten en Bonaire hebben het voornemen in het najaar van 1999 een referendum te houden over de staatkundige toekomst van hun eilandgebieden.
In de nota Toekomst in samenwerking is aangegeven dat onderzocht zou moeten worden op welke manier beleid en uitvoering van beleid zoveel mogelijk in één hand kunnen worden gebracht. Indien hetzelfde bestuur dat voor het beleid verantwoordelijk is, ook verantwoordelijk wordt voor de uitvoering, kan dat de bestuurskracht aanmerkelijk vergroten.
Aangezien voor de uitvoering van beleid het eilandsniveau in het algemeen het meest aangewezen zal zijn, ligt het voor de hand zoveel mogelijk beleid en uitvoering op dit niveau in één hand te krijgen. Dit spoort ook met het uitgangspunt van de Eilandenregeling Nederlandse Antillen, waarin wordt uitgegaan van een beperkt aantal in de regeling opgesomde taken van het Land.
Het spreekt vanzelf dat het initiatief voor een meer doelmatige taakverdeling tussen het Land en de eilanden ligt bij de eilandgebieden en het Land de Nederlandse Antillen zelf. Nederland is bereid tot een actieve dialoog met de Nederlandse Antillen op dit punt.
Het Nederlandse standpunt omtrent de te verwachten ontwikkelingen zal mede bepaald worden door de mogelijkheden die ontstaan om de nadelen van de dubbele bestuurslaag zoveel mogelijk te verminderen, de gebleken voordelen van de huidige structuren te benutten, de bestuurskracht van de Nederlandse Antillen en de eilandgebieden te vergroten en de effectiviteit van de samenwerkingsmiddelen te verbeteren.
Het gebruik van het instrument personele samenwerking zal in het najaar van 1999 worden geëvalueerd. De uitkomsten van deze evaluatie zullen worden getoetst aan de gangbare internationale praktijk en worden bezien in het licht van de specifieke Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse situatie. Aansluitend zullen voorstellen worden gedaan hoe de personele samenwerking in de toekomst zal worden vormgegeven. De Tweede Kamer zal hierover worden geïnformeerd.
De inhoud van deze voorstellen zal op hoofdlijnen aansluiten bij het beleidskader zoals dat in de nota Toekomst in samenwerking is neergelegd. In concreto betekent dit dat de Nederlands-Antilliaanse regering en de Arubaanse regering een grotere verantwoordelijkheid zullen krijgen bij het gebruik van personele samenwerking in de drie genoemde prioritaire sectoren (de verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur, duurzame economische ontwikkeling en onderwijs).
4.3 Voortgangsrapportage rechtshandhaving en veiligheidsbeleid
In paragraaf 2.1 is aangegeven dat rechtshandhaving een specifieke taak is waarvan Nederland meent dat een bijzondere positie gerechtvaardigd is vanwege het belang van de ontwikkeling en de instandhouding van de rechtsstaat binnen het Koninkrijk. Ook de samenwerking op het terrein van de politie en de recherche maken onderdeel uit van de keten van rechtshandhaving en veiligheid.
Het is vanwege deze bijzondere positie dat vanaf begin 2000 een jaarlijkse voortgangsrapportage inzake de samenwerking op het terrein van de rechtshandhaving en het veiligheidsbeleid zal worden uitgebracht. In deze rapportage zal de stand van zaken van de rechtshandhaving en het veiligheidsbeleid in de Nederlandse Antillen en Aruba worden beschreven. De voortgangsrapportage moet op een meer globaal niveau inzicht bieden in de stand van zaken en samenhang tussen deze verschillende, samenhangende terreinen. De rapportage zal worden opgesteld in samenwerking met de meest betrokken departementen.
4.4 Herschikking van de projectenportefeuille
De regering streeft ernaar om op korte termijn in nauw overleg met de betrokken autoriteiten van de Nederlandse Antillen te komen tot een herschikking van de projectenportefeuille. Deze herschikking zal ertoe moeten leiden dat projecten die betrekking hebben op de sector rechtshandhaving, alsmede de prioritaire sectoren uit de nota Toekomst in samenwerking (de kwaliteit van bestuur, duurzame economische ontwikkeling en onderwijs) tot het primaire aandachtsveld van de samenwerkingsrelatie worden gerekend. De herschikking impliceert dat de financiering van projecten in niet-prioritaire sectoren de primaire verantwoordelijkheid is van Aruba en de Nederlandse Antillen.
Zoals ook in paragraaf 1.1.1 is aangegeven, kan een nieuw perspectief voor de samenwerking tussen Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba worden verkregen door de visie van internationale organisaties te betrekken bij de toekomstige vormgeving en uitwerking van het samenwerkingsbeleid. De aanwezige kennis en ervaring van organisaties als de Wereldbank, de IDB, de OESO en andere internationale organisaties kunnen helpen de internationale context van de samenwerking binnen het Koninkrijk tastbaar te maken.
Doelstelling van deze activiteiten is de relatie van Nederland met de Nederlandse Antillen en Aruba in een internationaal perspectief te plaatsen en de samenwerkingsrelatie aan de hand van deze context te verbeteren.
De uitkomsten van deze internationale oriëntatie zullen worden gepresenteerd tijdens een Samenwerkingsconferentie.
5. De vernieuwde samenwerkingsrelatie met Aruba
In maart 1999 vond in Den Haag een beleidsdialoog plaats tussen Nederland en Aruba. Tijdens de beleidsdialoog is afgesproken dat Nederland in de periode 2000–2010 een bedrag van NLG 490 miljoen reserveert voor de samenwerking met Aruba. Het bedrag is opgebouwd uit NLG 220 miljoen voor overheidsprojecten en NLG 270 miljoen voor overige activiteiten. Tijdens de beleidsdialoog is besloten om een gezamenlijke werkgroep Nederland-Aruba in te stellen die de voorbereidingen moet treffen voor het oprichten van een fonds waarin met ingang van 2000 door Nederland over een periode van 10 jaar in totaal NLG 220 miljoen voor overheidsprojecten zal worden gestort. Een zelfde bedrag zal door de Arubaanse regering ter beschikking worden gesteld.
Op basis van een door beide regeringen vastgesteld samenwerkingsprogramma – waarin de beleidsmatige prioriteiten van zowel de Nederlandse als de Arubaanse regering zijn opgenomen – zal de Arubaanse regering een eigen verantwoordelijkheid krijgen in het besteden van de middelen van het fonds. De onafhankelijke Aruban Investment Bank zal worden belast met het beheer, de allocatie en de monitoring en evaluatie van de bereikte resultaten. Accountants zullen de financiële controle en verantwoording voor hun rekening nemen.
Het positieve oordeel van het IMF over de economische ontwikkeling van Aruba en de geboekte resultaten inzake de sanering van de overheidsfinanciën en de verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur, waren ten tijde van de beleidsdialoog voor de Nederlandse regering voldoende aanleiding om over te gaan tot bovenstaande maatregelen. Op dat moment is wel opgemerkt, dat Nederland een voorschot neemt op realisatie van de voorwaarden zoals gesteld in het kabinetsstandpunt van 30 januari 1998 over het rapport van de commissie Biesheuvel «Op eigen benen» van juni 1997. De voorwaarde die betrekking heeft op de kwaliteit van het openbaar bestuur is immers nog niet volledig vervuld. Hoewel de eerste stappen van uitvoering zijn gezet, zijn de ambitieuze doelstellingen van het rapport Calidad nog niet gerealiseerd. De recente signalen omtrent de verslechterde stand van de overheidsfinanciën geven aan dat voortgezette beleidsinspanningen op Aruba onontbeerlijk zijn.
6. Het beheer van de samenwerkingsmiddelen
De tweede helft van 1998 en de eerste maanden van 1999 hebben in het licht gestaan van de integratie van het Kabinet voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken (KabNA) in het ministerie van Binnenlandse Zaken en de conversie van de (financiële) KabNA-administratie bij het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Deze overgang heeft een aantal onvolkomenheden aan het licht gebracht. De Algemene Rekenkamer heeft hierop een vervolgonderzoek naar de afwikkeling van overheidsprojecten op de Nederlandse Antillen en Aruba ingesteld. De Rekenkamer constateerde dat het inzicht in het beheer van de ontwikkelingsprojecten verbetering behoefde, dat monitoring en evaluatie adequaat geregeld dienden te worden en dat de administratieve organisatie aan groot onderhoud toe was.
In reactie op de opmerkingen van onder meer de Algemene Rekenkamer is een verbetertraject in gang gezet. De Algemene Rekenkamer is hierover bij brief van 21 april 1999 geïnformeerd en uw Kamer bij brief van 14 juni 1999. In de brief aan de Tweede Kamer is aangegeven dat de Kamer over de verdere voortgang en voornemens met betrekking tot de professionalisering van het financiële beheer geïnformeerd zou worden in de Memorie van Toelichting bij de begroting voor het jaar 2000.
6.1 Stand van zaken professionalisering van het financiële beheer
Op 20 juli 1999 werd het protocol van overdracht tussen het ministerie van Landbouw, Visserij en Natuurbeheer en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties getekend, waarmee de conversie van de (financiële) administratie formeel werd afgerond.
In 1999 is de projectenportefeuille opgeschoond. Alle verplichtingen, waarvan vastgesteld was dat aan de voorwaarden is voldaan om tot inhoudelijke en administratieve beëindiging over te gaan, zijn afgesloten. Maatregelen zijn genomen om te voorkomen dat nieuwe achterstanden ontstaan. Een van de maatregelen is het vastleggen van het beheer van rapportageverplichtingen.
Ten aanzien van de administratieve organisatie is binnen het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een project gestart om achterstallig onderhoud in te lopen. Voor het Directoraat-generaal Constitutionele Zaken en Koninkrijksrelaties zal in 1999 een beschrijving van de administratie organisatie worden vastgesteld. Daarnaast is een project van start gegaan om de externe monitoring en evaluatie van samenwerkingsprojecten uit te werken. Een aandachtspunt zal zijn de rol van de Vertegenwoordigingen van Nederland in de Nederlandse Antillen en in Aruba.
In het najaar van 1999 zal ambtelijk overleg worden gevoerd over de herziening van de geldende protocollen uit 1987 (Nederlandse Antillen) respectievelijk 1992 (Aruba). Aandacht zal onder meer worden besteed aan de procedures voor projectbehandeling, monitoring en evaluaties alsmede de taken, positie en werkwijze van de Sector Interne Deskundige.
C. TOELICHTING PER BEGROTINGSARTIKEL
1.1 Begrotingspresentatie 2000
In het algemeen deel van de Memorie van Toelichting is ingegaan op de door de regering in de nota Toekomst in Samenwerking voorgestelde koerswijziging ten aanzien van het samenwerkingsbeleid voor de Nederlandse Antillen en Aruba. In aansluiting hierop wordt in de artikelsgewijze toelichting met ingang van het jaar 2000 de onderverdeling van de samenwerkingsmiddelen naar de in de nota genoemde prioritaire sectoren – kwaliteit van bestuur, duurzame economische ontwikkeling, onderwijs en rechtshandhaving – gehanteerd. Hiermee komt de tot en met 1999 gehanteerde indeling naar tien sectoren te vervallen. De uitgangspunten van het nieuwe beleid worden op artikel 02.13 samengevat onder de grondslag van het artikel. Tevens is hiermee een eerste aanzet gegeven in het traject van de nieuwe opzet van de begrotingsstukken, zoals verwoord in de in mei 1999 aan de Kamer gepresenteerde Regeringsnota «Van beleidsbegroting tot beleidsverantwoording».
Bij de eerste suppletore begroting 1999 heeft de overheveling van het beleidsterrein Algemeen van Hoofdstuk IV naar Hoofdstuk VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties respectievelijk Hoofdstuk II Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin plaatsgevonden. Daarmee zijn bij hoofdstuk IV de artikelen 01.01 Personeel en materieel, 01.05 Onvoorzien en 01.06 Post-actieven komen te vervallen, evenals de bijlagen één en negen, respectievelijk het Overzicht inzake personeelsgegevens en de Bijlage inzake voorlichting.
In onderstaand overzicht is de aansluiting gepresenteerd met de stand van de ontwerp-begroting 1999.
Meerjarencijfers totaal uitgaven (in NLG 1 000) | ||||||||
1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |||
Ontwerp-begroting 1999 | 270 345 | 283 523 | 286 064 | 285 841 | 285 841 | 285 841 | ||
1e suppletore begroting 1999 | ||||||||
– Overboekingen in verband met ontvlechting | – 19 325 | – 19 217 | – 19 213 | – 18 990 | – 18 990 | – 18 990 | ||
– Loonbijstelling | 219 | 299 | 266 | 253 | 253 | 253 | ||
– Prijsbijstelling | 16 | 16 | 16 | 15 | 15 | 15 | ||
– Desaldering renteopbrengst | 2 038 | |||||||
Subtotaal | 253 293 | 264 621 | 267 133 | 267 119 | 267 119 | 267 119 | ||
Nieuwe wijzigingen | ||||||||
– Overboeking loonbijstelling | – 219 | – 299 | – 266 | – 253 | – 253 | – 253 | ||
– Overboeking prijsbijstelling | – 16 | – 16 | – 16 | – 15 | – 15 | – 15 | ||
– Prijsbijstelling | 76 | 74 | 74 | 73 | 73 | 73 | ||
– Bandbreedte ex 1998 | – 3 711 | – 1 855 | – 1 855 | |||||
– Koraal Specht | 52 000 | 28 000 | ||||||
– Kustwacht | – 8 261 | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 301 423 | 282 264 | 265 070 | 266 924 | 266 924 | 266 924 | ||
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 136 779 | 128 086 | 120 284 | 121 125 | 121 125 | 121 125 |
Meerjarencijfers totaal ontvangsten (in NLG 1 000) | ||||||||
1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |||
Ontwerp-begroting 1999 | 24 995 | 27 031 | 27 975 | 24 507 | 24 507 | 24 507 | ||
1e suppletore begroting 1999 | ||||||||
– Overboekingen in verband met ontvlechting | – 150 | – 150 | – 150 | – 150 | – 150 | – 150 | ||
– Desaldering renteopbrengst | 2 038 | |||||||
Subtotaal | 26 883 | 26 881 | 27 825 | 24 357 | 24 357 | 24 357 | ||
Nieuwe wijzigingen | ||||||||
– Aanpassing meerjarenraming | – 21 403 | – 1 925 | – 770 | 3 642 | 174 | 1 462 | ||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 5 480 | 24 956 | 27 055 | 27 999 | 24 531 | 25 819 | ||
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 2 487 | 11 325 | 12 277 | 12 705 | 11 132 | 11 716 |
Bij het opstellen van de begroting 2000 is uitgegaan van de volgende koersen:
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
U.S. dollar | 1,90 | 2,05 | 2,05 | 2,05 | 2,05 |
Nederlands Antilliaanse/Arubaanse valuta | 1,06 | 1,15 | 1,15 | 1,15 | 1,15 |
De belangrijkste uitgavenwijziging betreft het Kabinetsbesluit om in totaal NLG 80 mln toe te voegen in verband met de (ver)nieuwbouw van de Koraal Specht gevangenis.
Tevens is, in verband met een vertraging in de investeringen voor de kustwacht Nederlandse Antillen en Aruba, een bedrag van NLG 8,261 mln overgeboekt naar de begroting van Defensie (Hoofdstuk X).
De belangrijkste wijziging in de ontvangstenraming heeft betrekking op een wijziging in het kasritme van de ontvangsten van rente en aflossing op begrotingsleningen, welke door tussenkomst van de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden (NIO) aan het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden afgedragen.
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
Op het artikel worden de gevolgen van de loonontwikkelingen weergegeven. De toegekende loonbijstelling wordt tijdelijk aan het artikel toegevoegd waarna toerekening plaatsvindt aan het artikel 01.01 Personeel en materieel (zie artikel 5, negende lid, van de Comptabiliteitswet).
Opbouw (verplichtingen=) uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U01.03 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | – 200 | – 500 | – 600 | – 900 | – 900 | |||
1e suppletore begroting 1999 | 419 | 799 | 866 | 1 153 | 1 153 | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Beheersmatige mutaties | ||||||||
1. Overboeking naar hoofdstuk VII | – 213 | – 289 | – 258 | – 244 | – 245 | |||
2. Overboeking naar hoofdstuk II | – 6 | – 10 | – 8 | – 9 | – 8 | |||
Stand ontwerp-begroting 2000 | Nihil | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | Nihil | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
1.-2.In verband met de gewijzigde begrotingsindeling wordt de loonbijstelling 1999 overgeboekt naar hoofdstuk VII en hoofdstuk II.
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
Het artikel dient ter verwerking van de gevolgen van prijsontwikkelingen. De toegekende prijsbijstelling wordt tijdelijk aan het artikel toegevoegd waarna toerekening plaatsvindt aan het artikel 01.01 Personeel en materieel (zie artikel 5, negende lid, van de Comptabiliteitswet).
Opbouw (verplichtingen=)uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U01.04 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | ||||||||
1e suppletore begroting 1999 | 16 | 16 | 16 | 15 | 15 | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Beheersmatige mutaties | ||||||||
1. Overboeking naar hoofdstuk VII | – 16 | – 16 | – 16 | – 15 | – 15 | |||
2. Prijsbijstelling | 76 | 74 | 74 | 73 | 73 | |||
Stand ontwerp-begroting 2000 | Nihil | 76 | 74 | 74 | 73 | 73 | 73 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | Nihil | 34 | 34 | 34 | 33 | 33 | 33 |
1. In verband met de gewijzigde begrotingsindeling wordt de eerste tranche prijsbijstelling 1999 overgeboekt naar hoofdstuk VII.
2. De tweede tranche prijsbijstelling 1999 wordt voorlopig gestald op het prijsbijstellingsartikel.
02. Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
Ten laste van dit artikel worden toeslagen op Antilliaanse pensioenen verleend krachtens de volgende regelingen:
– de Toeslagregeling pensioenen Suriname en de Nederlandse Antillen;
– de Verrekenkoersregeling voor Antilliaanse pensioenen.
De toeslagregeling is in 1967 (Stb. 260) in het leven geroepen ten behoeve van bepaalde groepen vanuit de Nederlandse samenleving afkomstige overheidsdienaren die vóór 1 juni 1967 naar Suriname of de Nederlandse Antillen zijn uitgezonden.
De regeling garandeert de pensioenverwachting die vóór die datum – onder Nederlandse verantwoordelijkheid – is gewekt. Hiertoe wordt op de pensioenen van de rechthebbenden een toeslag verleend tot in beginsel het Nederlands pensioenpeil.
De verrekenkoersregeling werd op verzoek van de Antilliaanse regering bij ministeriële brief d.d. 2 mei 1980, nr. 74 486, ingevoerd teneinde nadelige koerseffecten voor de in Nederland gevestigde Antilliaanse gepensioneerden op te vangen. Ingevolge deze regeling, die geldt voor gepensioneerden die op 1 juni 1980 metterwoon in Nederland woonachtig waren (ook voor gepensioneerden van Antilliaanse origine), worden de in Antilliaanse courant vastgestelde pensioeninkomens tegen een gegarandeerde koers van NAf 1,00=NLG 1,63 uitbetaald.
De onderverdeling naar artikelonderdelen
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de uitgaven (in NLG 1 000) en de economische en functionele codering | |||||||||
U02.01/Artikelonderdeel | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | Econ. | Funct. |
01 Toeslagregeling | 414 | 590 | 590 | 590 | 590 | 590 | 590 | 43A | 01.50 |
02 Verrekenkoersregeling | 11 611 | 11 970 | 11 970 | 10 080 | 10 080 | 10 080 | 10 080 | 43A | 01.50 |
Totaal | 12 025 | 12 560 | 12 560 | 10 670 | 10 670 | 10 670 | 10 670 |
Artikelonderdeel 01. Toeslagregeling.
Het gereserveerde bedrag voor de Toeslagregeling komt tot betaling zodra de tegenwaarde in Nederlandse guldens van het uitbetaalde Antilliaanse pensioen (inclusief toeslagen) daalt onder het vastgestelde Nederlandse pensioenpeil. De verwachte uitgaven voor 2000 bedragen NLG 0,590 mln.
Artikelonderdeel 02. Verrekenkoersregeling.
Het begrote bedrag voor de verrekenkoersregeling is gebaseerd op een totaal bedrag aan pensioenverplichtingen ad NAf 21,0 mln voor ca. 900 pensioengerechtigden, uitgaande van een begrotingskoers van NAf 1= NLG 1,06. Dit bedrag wordt betaalbaar gesteld tegen de werkelijk geldende koers. Voor zover de werkelijke koers daalt onder de vastgestelde garantiekoers ad NLG 1,63 komt het voor de pensioengerechtigden nadelige koersverschil ten laste van dit artikel. De verwachte uitgaven voor 2000 bedragen volgens de onderstaande berekening: NAf 21,0 mln x (1,63–1,06) = NLG 11,970 mln.
Opbouw verplichtingen vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.01 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 11 930 | 11 300 | 11 090 | 10 670 | 10 670 | |||
1e suppletore begroting 1999 | 1 984 | |||||||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Autonome mutaties | ||||||||
1. Koerscorrectie US$ | 630 | 1 260 | – 420 | |||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 11 301 | 14 544 | 12 560 | 10 670 | 10 670 | 10 670 | 10 670 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 5 128 | 6 600 | 5 699 | 4 842 | 4 842 | 4 842 | 4 842 |
Opbouw uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.01 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 11 930 | 11 300 | 11 090 | 10 670 | 10 670 | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Autonome mutaties | ||||||||
1. Koerscorrectie US$ | 630 | 1 260 | – 420 | |||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 12 025 | 12 560 | 12 560 | 10 670 | 10 670 | 10 670 | 10 670 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 5 457 | 5 699 | 5 699 | 4 842 | 4 842 | 4 842 | 4 842 |
1. Op grond van de gegevens inzake de macro-economische variabelen wordt voor de periode 2000–2004 de begrotingskoers als volgt vastgesteld:
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
U.S. Dollar | 1,90 | 2,05 | 2,05 | 2,05 | 2,05 |
Nederlands Antilliaanse/Arubaanse valuta | 1,06 | 1,15 | 1,15 | 1,15 | 1,15 |
Als gevolg van de koersontwikkeling wordt dit bedrag verhoogd, door middel van een reallocatie van artikel 02.13 «Samenwerkingsmiddelen» voor de jaren 1999 en 2000 en verlaagd door middel van een reallocatie naar artikel 02.13 in het jaar 2001.
U02.01 | 1998 | 1999 | 2000 |
---|---|---|---|
RAMINGSKENGETALLEN | |||
Artikelonderdeel 01. Toeslagregeling | |||
Aantal rechthebbenden | 684 | 700 | 700 |
Aantal uitkeringsgerechtigden | 67 | 80 | 80 |
Gemiddelde toeslag per gerechtigde in NLG | 6 179 | 7 375 | 7 375 |
Uitgaven toeslagregeling (in NLG 1 000) | 414 | 590 | 590 |
Artikelonderdeel 02. Verrekenkoersregeling | |||
Pensioenverplichting (x NAf 1 000) | 21 736 | 21 000 | 21 000 |
Vastgestelde garantiekoers NLG | 1,63 | 1,63 | 1,63 |
Begrotingskoers NLG | 1,10 | 1,06 | 1,06 |
Aantal uitkeringsgerechtigden | 865 | 900 | 900 |
Gemiddelde toeslag per gerechtigde in NLG | 13 424 | 13 300 | 13 300 |
Uitgaven verrekenkoersregeling (in NLG 1 000) | 11 611 | 11 970 | 11 970 |
Totaal uitgaven (in NLG 1 000) | 12 025 | 12 560 | 12 560 |
02.02 Bijstand rechterlijke macht
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
In de Nederlandse Antillen en in Aruba zijn onvoldoende personen beschikbaar die gekwalificeerd zijn voor de vervulling van een functie bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba en bij de Openbare Ministeries van beide landen. Indien voor een vacature bij het Hof of bij een Openbaar Ministerie geen gekwalificeerde Antilliaan of Arubaan beschikbaar blijkt te zijn, wordt in een dergelijke vacature voorzien door de benoeming van een lid van de Nederlandse rechterlijke macht of van het Nederlandse Openbaar Ministerie, die dan in zijn of haar Nederlandse functie buitengewoon verlof verkrijgt zonder behoud van bezoldiging. Ter aanvulling op de Antilliaanse of Arubaanse bezoldiging ontvangen deze personen een toeslag, die ten laste komt van hoofdstuk IV van de rijksbegroting. Met deze toeslag wordt in beginsel het verschil overbrugd tussen de Antilliaanse respectievelijk Arubaanse bezoldiging en de bezoldiging die zou zijn ontvangen bij een voortgezet functioneren in de Nederlandse rechterlijke macht of het Nederlands Openbaar Ministerie. Na eervol ontslag uit hun functie in de Nederlandse Antillen of Aruba ontvangen betrokkenen een aanvulling op de ten laste van de Nederlandse Antillen en Aruba toegekende terugzendpremie. Met deze regelingen wordt een adequate bezetting mogelijk van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie en van de Openbare Ministeries van de Nederlandse Antillen en Aruba, hetgeen in het belang is van een goede rechtspleging en daarmee van de rechtszekerheid.
De onderverdeling naar artikelonderdelen
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de uitgaven (in NLG 1 000) en de economische en functionele codering | |||||||||
U02.02/Artikelonderdeel* | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | Econ. | Funct. |
01 Gemeenschappelijk Hof van Justitie | 2 336 | 2 005 | 2 005 | 2 005 | 2 005 | 2 005 | 2 005 | 43A | 01.50 |
02 Openbaar Ministerie | 1 707 | 1 695 | 1 695 | 1 695 | 1 695 | 1 695 | 1 695 | 43A | 01.50 |
Totaal | 4 043 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | 3 700 |
*het betreft hier de totale uitgaven inclusief de overige uitgaven (o.a. tegemoetkoming huur en repatriëring).
Artikelonderdeel 01. Gemeenschappelijk Hof van Justitie
Het aantal leden van het Hof is sinds 1995 vastgesteld op ten hoogste 30 personen. Begin 1999 waren gemiddeld 21 leden afkomstig uit de Nederlandse rechterlijke macht werkzaam bij dit Hof, waarvan 13 leden met standplaats Curaçao, 5 leden met standplaats Aruba en 1 lid met standplaats Sint Maarten. Hiervan kwamen 19 leden in aanmerking voor de bezoldigingstoeslag. In de loop van 1999 zullen naar verwachting 4 leden terugkeren naar Nederland en even zoveel nieuwe leden vanuit Nederland worden benoemd. Naar het zich laat aanzien stabiliseren deze aantallen in 2000.
Artikelonderdeel 02. Openbaar Ministerie
Per 1 januari 1999 waren bij het Openbaar Ministerie van de Nederlandse Antillen 11 en bij het Openbaar Ministerie van Aruba 4 personen afkomstig uit het Nederlandse Openbaar Ministerie werkzaam die in aanmerking kwamen voor de bezoldigingstoeslag.
Naar verwachting zal in de loop van 1999 één officier van justitie terugkeren naar Nederland en zal één nieuwe officier uit Nederland worden aangetrokken. Het aantal voor de bezoldigingstoeslag in aanmerking komende personen zal naar het zich laat aanzien in 2000 totaal 15 zijn, waarvan 11 in de Nederlandse Antillen en 4 in Aruba.
De overige uitgaven hebben betrekking op repatriëring, huurtegemoetkoming, tegemoetkoming studerende kinderen en declaraties met betrekking tot premies volksverzekeringen.
Opbouw (verplichtingen=) uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.02 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 3 600 | 3 600 | 3 600 | 3 600 | 3 600 | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Beheersmatige mutaties | ||||||||
1. Toename aantal personen | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | |||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 4 043 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | 3 700 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 1 835 | 1 679 | 1 679 | 1 679 | 1 679 | 1 679 | 1 679 |
1. Vanwege de toenemende werkdruk bij het parket op Sint Maarten is in de loop van 1998 één persoon, van wie terugkeer naar Nederland was voorzien in 1998, vanuit Willemstad overgeplaatst naar Sint Maarten. Eind 1998 is een nieuwe officier van justitie naar Sint Maarten uitgezonden.
Dit betekent dat het aantal leden met recht op de bezoldigingstoeslag bij het Openbaar Ministerie Nederlandse Antillen met twee personen is toegenomen. Aangezien anderzijds de gemiddelde toeslag voor leden van het OM Aruba lager is geworden ten opzichte van de geraamde gemiddelde toeslag in 1999 (NLG 104 000) kan worden volstaan met een structurele verhoging van het budget met NLG 0,100 mln, door middel van een reallocatie van artikel 02.13 «Samenwerkingsmiddelen».
(in NLG 1 000) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
U02.02 | 1998 | 1999 | 2000 | |||
RAMINGSKENGETALLEN | aantal leden | gemiddelde toeslag | aantal leden | gemiddelde toeslag | aantal leden | gemiddelde toeslag |
Artikelonderdeel 01 | ||||||
Gemeenschappelijk Hof van Justitie | ||||||
Nederlandse Antillen | 16 | 68 | 15 | 69 | 15 | 69 |
Aruba | 4 | 86 | 4 | 69 | 4 | 69 |
Artikelonderdeel 02 | ||||||
Openbaar Ministerie | ||||||
Nederlandse Antillen | 9 | 68 | 11 | 87 | 11 | 87 |
Aruba | 3 | 86 | 4 | 93 | 4 | 93 |
Totaal bezoldigingstoeslag | 2 302 | 2 640 | 2 640 |
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
In 1999 zal de Nederlandse Staat, evenals in voorgaande jaren, garant staan voor verstrekte leningen aan de Nederlandse Antillen en Aruba in het kader van de financiering van samenwerkingsprojecten. Voor de bedragen wordt verwezen naar bijgaand overzicht «Risico-ontwikkeling met betrekking tot garantie-overeenkomsten van het Rijk» en artikel 02.03 van de ontvangstenbegroting.
De onderverdeling naar artikelonderdelen
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de uitgaven (in NLG 1 000) en de economische en functionele codering | |||||||||
U02.03/Artikelonderdeel | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | Econ. | Funct. |
01 Garanties van obligatieleningen | – | – | – | – | – | – | – | 63A | 01.50 |
02 Garanties NIO-leningen | 25 044 | 25 669 | – | – | – | – | – | 63A | 01.50 |
03 Garanties EIB-leningen | – | – | – | – | – | – | – | 63A | 01.50 |
04 Vervallen | 63A | 01.50 | |||||||
05 Garanties leningen OPM (max. US$ 48 mln) | – | – | – | – | – | – | – | 63A | 01.50 |
06 Garantie stand-by-krediet (NLG 100 mln) | – | – | – | – | – | – | – | 63A | 01.50 |
07 Borgstelling Sint Maarten Housing Development Foundation (NLG 36,9 mln) | – | – | – | – | – | – | – | 63A | 01.50 |
Totaal | 25 044 | 25 669 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
Artikelonderdeel 01. Garanties van obligatieleningen
Het betreft een afgegeven garantie voor rente en aflossing van obligatie- leningen van de Bank Nederlandse Gemeenten aan de regering van de Nederlandse Antillen en de regering van Aruba. Deze geldleningen zijn aangegaan ten behoeve van de financiering van projecten in de periode 1962–1966 tot een maximum van NAf 125,0 mln (wetten van 3 mei 1962, Stb. 153, en 23 april 1964, Stb. 133).
Artikelonderdeel 02. Garanties NIO-leningen
De Nederlandse Staat staat garant voor de rente- en aflossingsbetalingen van door de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden N.V. verstrekte leningsgelden aan de Nederlandse Antillen en Aruba. Het betreft leningen met een looptijd van 30 jaar en een aflossingsvrije periode gedurende de eerste 8 jaar en een rente van 2,5%:
1. periode 1972–1976 maximaal NLG 134,5 mln.
2. periode 1977–1991 maximaal NLG 890,0 mln.
Artikelonderdeel 03. Garanties EIB-leningen
De Europese Investerings Bank (EIB) heeft met Nederlandse bemiddeling leningen voor diverse projecten in de Nederlandse Antillen en Aruba afgesloten tot een totaalbedrag van ECU 19,1 mln. Nederland heeft zich garant gesteld voor rente en aflossing van deze leningen.
Artikelonderdeel 05. Garanties leningen OPM
Garantie voor de rente en aflossing van leningen tot een maximum van US$ 48 mln, ten behoeve van de Oranje Property Management N.V. voor de afbouw van Plant Hotel N.V.
Artikelonderdeel 06. Garanties stand-by-krediet
Ter versterking van de deviezenpositie van de Nederlandse Antillen is door De Nederlandsche Bank (DNB) een stand-by-krediet van NLG 100 mln beschikbaar gesteld aan de Bank van de Nederlandse Antillen (BNA). Krachtens de Bankwet is het krediet door DNB verstrekt onder staatsgarantie. De Nederlandse Staat staat derhalve garant voor het krediet.
Artikelonderdeel 07. Borgstelling Sint Maarten Housing Development Foundation
Borgstelling van NLG 36,9 mln ten behoeve van de Sint Maarten Housing Development Foundation als onderdeel van het woningbouwproject Belvédère.
Opbouw verplichtingen vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.03 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Autonome mutaties | ||||||||
1. Aflossingsverplichting NA 1998 | 25 669 | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | Nihil | 25 669 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | Nihil | 11 648 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
Opbouw uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.03 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Autonome mutaties | ||||||||
1. Aflossingsverplichting NA 1998 | 25 669 | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 25 044 | 25 669 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 11 364 | 11 648 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
1. De aflossingsverplichting van de Nederlandse Antillen is niet op de vervaldatum van 31 december 1998 aan de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden (NIO) voldaan. Ten laste van hoofdstuk IV is een garantie voor (rente) en aflossing afgegeven, derhalve wordt dit artikel met NLG 25,669 mln verhoogd, door middel van een reallocatie van artikel 02.13 «Samenwerkingsmiddelen».
Overzicht risico-ontwikkeling met betrekking tot garantieovereenkomsten van het Rijk (in NLG 1 000)
1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
01 Garantie van rente en aflossing van leningen ten behoeve van de financiering van projecten (periode 1962–1966) tot een maximum van NAf 125,0 (wetten van 3 mei 1962, Stb. 153 en 23 april 1964, Stb. 133) | |||||||
1. Vervallen | |||||||
2. Vervallen | |||||||
3. 7,75% obligatielening B.N.G. NLG 25 mln | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | 12 688 | 10 245 | 7 932 | 5 748 | 3 694 | 1 769 | |
– te vervallen garanties | 2 443 | 2 313 | 2 184 | 2 054 | 1 925 | 1 769 | |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | |
– uitstaand risico per 31 dec. | 10 245 | 7 932 | 5 748 | 3 694 | 1 769 | – | |
02 Garantie van rente en aflossing van door de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden N.V. verstrekte leningsgelden | |||||||
1. periode 1972–1976 max. NLG 134,5 mln | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | 72 207 | 64 184 | 56 161 | 48 138 | 40 115 | 32 092 | 24 069 |
– te vervallen garanties | 8 023 | 8 023 | 8 023 | 8 023 | 8 023 | 8 023 | 8 023 |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– uitstaand risico per 31 dec. | 64 184 | 56 161 | 48 138 | 40 115 | 32 092 | 24 069 | 16 046 |
2. periode 1977–1991 max. NLG 890 mln | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | 533 920 | 496 023 | 458 125 | 420 227 | 382 329 | 344 431 | 306 533 |
– te vervallen garanties | 37 897 | 37 898 | 37 898 | 37 898 | 37 898 | 37 898 | 37 898 |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– uitstaand risico per 31 dec. | 496 023 | 458 125 | 420 227 | 382 329 | 344 431 | 306 533 | 268 635 |
03 Garantie van rente en aflossing van door de Europese Investeringsbank aan de Nederlandse Antillen en Aruba verstrekte leningen | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
– te vervallen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– uitstaand risico per 31 dec. | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
04 Vervallen | |||||||
05 Garantie voor de rente en aflossing van een lening van maximaal US$ 48 mln, t.b.v. de Oranje Property Management N.V. voor de afbouw van Plant Hotel N.V. | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | 114 211 | 99 451 | 85 346 | 71 895 | 59 099 | 46 959 | 35 473 |
– te vervallen garanties | 14 760 | 14 105 | 13 451 | 12 796 | 12 140 | 11 486 | 10 832 |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– uitstaand risico per 31 dec. | 99 451 | 85 346 | 71 895 | 59 099 | 46 959 | 35 473 | 24 641 |
06 Stand-by-krediet van maximaal NLG 100 mln ter versterking van de deviezenpositie van de Nederlandse Antillen | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
– te vervallen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– uitstaand risico per 31 dec. | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
07 Borgstelling van NLG 36,9 mln ten behoeve van de Sint Maarten Housing Development Foundation als onderdeel van het Woningbouwproject Belvedère | |||||||
– uitstaand risico per 1 jan. | 81 558 | 79 875 | 77 615 | 74 843 | 72 071 | 69 299 | 66 527 |
– te vervallen garanties | 1 683 | 2 260 | 2 772 | 2 772 | 2 772 | 2 772 | 2 772 |
– verleende of te verlenen garanties | – | – | – | – | – | – | – |
– uitstaand risico per 31 dec. | 79 875 | 77 615 | 74 843 | 72 071 | 69 299 | 66 527 | 63 755 |
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
De grondslag van het te voeren beleid is artikel 36 van het Statuut waarin is vastgelegd dat de landen van het Koninkrijk elkaar wederzijdse hulp en bijstand verlenen. De autonomie van de landen vormt het centrale element van de verhouding tussen de drie landen in het Koninkrijk.
Het samenwerkingsbeleid tussen de Koninkrijkspartners moet gericht zijn op het versterken van de kracht en zelfredzaamheid van de ontvangende landen. De nota Toekomst in Samenwerking wil opnieuw richting geven aan de samenwerking tussen de landen van het Koninkrijk met als uitgangspunt de bestaande in het Statuut vastgelegde verhoudingen.
In de nota Toekomst in Samenwerking is een nieuw kader geschetst voor een effectievere inzet en een andere opzet van de bestedingswijze van de samenwerkingsmiddelen van Hoofdstuk IV. Samenwerkingsprogramma's opgesteld na overleg tussen de regeringen zullen de basis gaan vormen van het nieuwe samenwerkingsbeleid. Aan de hand van deze programma's zullen meerjarige afspraken worden gemaakt over de bijbehorende financiële middelen. De samenwerkingsmiddelen zullen zoveel mogelijk in de vorm van programmafinanciering worden verstrekt en worden gestort in fondsen die worden beheerd door een onafhankelijke, regionale instantie, bijvoorbeeld een ontwikkelingsbank.
Nederland zal voorstellen prioriteit te geven aan die sectoren waar de Nederlandse regering een gezamenlijk belang van de Koninkrijkspartners ziet. De Nederlandse regering ziet de volgende prioritaire sectoren als voorwaardenscheppend voor de zelfredzaamheid van de Nederlandse Antillen en Aruba:
• de kwaliteit van het bestuur;
• duurzame economische ontwikkeling;
• onderwijs;
• rechtshandhaving.
Een gezonde overheidshuishouding wordt door Nederland gezien als voorwaarde voor een nieuwe financiële verhouding. De Nederlandse Antillen moeten met het IMF overeenstemming hebben bereikt over het uitvoeren en monitoren van een saneringsprogramma alvorens er een aanvang kan worden gemaakt met de bovenvermelde nieuwe beleidslijn. De huidige beleidslijn om in gezamenlijk overleg prioriteiten vast te stellen bij de uitvoering van samenwerkingsprojecten wordt in 2000 vooralsnog gecontinueerd.
Voor Aruba wordt de uitvoering van de nieuwe beleidslijn vorm gegeven in de afspraken gemaakt tijdens het politieke beleidsoverleg Nederland-Aruba d.d. 11 maart 1999. Tijdens dit overleg is afgesproken dat Nederland over de periode 2000–2010 een vast bedrag van NLG 490 miljoen reserveert voor steun aan Aruba. Het bedrag is opgebouwd uit NLG 220 miljoen voor overheidsprojecten en NLG 270 miljoen voor overige activiteiten. Het laatste bedrag zal – zodra Aruba begrotingsevenwicht heeft bereikt – kunnen worden gebruikt voor schuldsanering. De precieze toewijzing van de middelen vanaf 2000 is nog niet bekend. Daarover wordt overlegd met Aruba, afhankelijk van de uitkomsten van de commissie Biesheuvel. Besluitvorming zal in het najaar van 1999 plaatsvinden.
De onderverdeling naar artikelonderdelen
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de uitgaven (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.13/Artikelonderdeel | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
01 Rechtshandhaving | 46 994 | 59 447 | vervallen | |||||
02 Bestuursondersteuning en overheidsorganisatie | 19 903 | 16 353 | vervallen | |||||
03 Openbare financiën | 40 777 | 21 241 | vervallen | |||||
04 Economische ontwikkeling | 50 863 | 47 488 | vervallen | |||||
05 Milieu, natuur en infrastructuur | 33 361 | 45 868 | vervallen | |||||
06 Volkshuisvesting en wijkverbetering | 11 814 | 17 387 | vervallen | |||||
07 Sociale ontwikkeling en gezondheidszorg | 28 588 | 16 846 | vervallen | |||||
08 Onderwijs | 47 600 | 28 766 | vervallen | |||||
09 Cultuur | 14 898 | 6 022 | vervallen | |||||
10 Overig | 924 | – | vervallen | |||||
11 Koersverschillen | 14 089 | – | vervallen | |||||
12 De kwaliteit van het bestuur | 34 270 | PM | PM | PM | PM | |||
13 Duurzame economische ontwikkeling | 96 789 | PM | PM | PM | PM | |||
14 Onderwijs | 21 149 | PM | PM | PM | PM | |||
15 Rechtshandhaving | 52 727 | PM | PM | PM | PM | |||
16 Overig | 60 995 | PM | PM | PM | PM | |||
17 Koersverschillen | – | PM | PM | PM | PM | |||
Totaal | 309 811 | 259 418 | 265 930 | 250 626 | 252 481 | 252 481 | 252 481 |
Economische en functionele codering (in NLG 1 000): | |||
Economische code: | 1998 | 1999 | 2000 |
12 | 1 009 | 900 | 900 |
31 | 29 141 | 27 190 | 25 230 |
43A | 89 334 | 60 225 | 47 223 |
63A | 185 277 | 137 194 | 192 577 |
73A | 5 050 | 33 909 | 0 |
Totaal | 309 811 | 259 418 | 265 930 |
Met ingang van het jaar 2000 zal voor de samenwerkingsmiddelen de onderverdeling in prioritaire sectoren, conform de nota Toekomst in Samenwerking worden gehanteerd en komt de oude indeling te vervallen. De onder dit artikel opgenomen kasramingen zijn voorshands gebaseerd op het huidige, aflopende beleid (projectfinanciering) en hebben betrekking op verplichtingen die tot en met 1999 zijn aangegaan en in 2000 nog doorwerken. De ramingen hebben een voorlopig karakter omdat de verdeling over Aruba en de Nederlandse Antillen nog niet vast staat en omdat over de verdeling van de aandelen over de sectoren nog overleg moet plaatsvinden. Daarnaast is onder leiding van P. Bukman een onderzoek gaande naar de effectiviteit van het NGO-netwerk en de mogelijke alternatieve toekomstscenario's.
Op termijn kunnen de meerjarige kaseffecten worden ingevuld aan de hand van de vast te stellen samenwerkingsprogramma's door Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba.
Artikelonderdeel 12. De kwaliteit van het bestuur
De kwaliteit van het bestuur wordt door de regering als de belangrijkste voorwaarde voor zelfredzaamheid beschouwd. De centrale doelstelling is het bevorderen van de transparante en verantwoordelijke aanwending van gezag en middelen door de overheid in dialoog met de bevolking. Projecten voorheen gefinancierd ten laste van de sector Bestuurlijke ondersteuning en overheidsorganisatie vallen nu onder deze prioritaire sector.
De kwaliteit van het bestuur wordt ook bepaald door de beheersing van de openbare financiën: een transparant overheidsbeleid, gebaseerd op gezonde economische en sociale verhoudingen, dat is gericht op een beheersing van inkomsten en uitgaven met behulp van een meerjarige begrotingscyclus met onafhankelijke controle en democratische verantwoording. Een goed functionerende Belastingdienst is één van de hoekstenen van deugdelijk bestuur. Projecten voorheen gefinancierd ten laste van de sector Openbare Financiën vallen nu eveneens onder deze prioritaire sector.
Artikelonderdeel 13. Duurzame economische ontwikkeling
Herstel van vertrouwen in de economische perspectieven bij binnenlandse en buitenlandse investeerders is een noodzakelijke voorwaarde voor de ontwikkeling van een structurele werkgelegenheid. Het toerisme biedt een belangrijke mogelijkheid voor duurzame economische ontwikkeling. Om niet te kwetsbaar te worden voor fluctuaties binnen deze sector is het wel noodzakelijk de economie te diversificeren. De economische ontwikkeling moet voorts passen in een duurzame ontwikkeling, waarbij economische groei samengaat met een beter beheer van ruimte, natuur, biodiversiteit en een daling van milieubelastende emissies.
Projecten voorheen gefinancierd ten laste van de sector Economische ontwikkeling en milieu, natuur en infrastructuur vallen nu onder deze sector.
Artikelonderdeel 14. Onderwijs
Nederland wil de samenwerkingsmiddelen met name concentreren op programma's op het gebied van onderwijs. Er zal een analyse plaatsvinden van de sterke en zwakke kanten van het huidige onderwijsbestel, zowel inhoudelijk als bestuurlijk. Een onderwijsstrategie voor de toekomst moet geformuleerd worden. De volgende twee beginselen zijn hierbij belangrijk:
• streven naar optimale ontplooiingsmogelijkheden voor de Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse scholieren, studenten en afgestudeerden in eigen land of regio;
• streven naar een onderwijsstructuur die binnen de reguliere kaders «onderhouden» en gefinancierd kan worden.
Projecten voorheen gefinancierd ten laste van de sector Onderwijs vallen nu onder deze sector.
Artikelonderdeel 15. Rechtshandhaving
Op het gebied van de rechtshandhaving zal de huidige betrokkenheid worden gecontinueerd. Het gaat om middelen die beschikbaar worden gesteld voor de personele ondersteuning van de rechterlijke macht en het openbaar ministerie, personele en materiële ondersteuning van de recherchesamenwerking, investerings- en exploitatiekosten voor de Kustwacht en investeringskosten voor het gevangeniswezen. Deze categorie van onderwerpen leent zich niet voor de reguliere prioriteitstelling en posterioriteitstelling in het kader van de samenwerkingsprogramma's, zoals deze in de nota «Toekomst in Samenwerking» worden aangeduid.
Een bijzondere positie is gerechtvaardigd vanwege het belang van de instandhouding en ontwikkeling van de rechtstaat binnen het Koninkrijk. Meerbepaald gaat het hier om de waarborgfunctie van het Koninkrijk ingevolge het Statuut voor de zorg voor de fundamentele rechten van de mens en de rechtszekerheid.
De sectoren Volkshuisvesting en wijkverbetering, Sociale ontwikkeling en gezondheidszorg en Cultuur zullen geen prioriteit krijgen bij de besteding van de samenwerkingsmiddelen. De Nederlandse Antillen wordt zelf verantwoordelijk geacht financiële middelen voor deze sectoren te reserveren. De hier opgenomen cijfers hebben betrekking op doorlopende verplichtingen.
Opbouw verplichtingen vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.13 | t/m 1997 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 248 341 | 231 007 | 232 161 | 252 581 | 252 581 | |||
1e suppletore begroting 1999 | 1 133 090 | – 48 000 | – 48 000 | – 48 000 | – 48 000 | |||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Beleidsmatige mutaties | ||||||||
2. Kustwacht | – 8 261 | |||||||
Beheersmatige mutaties | ||||||||
3. Bandbreedte ex 1998 | – 3 711 | – 1 855 | – 1 855 | |||||
4. Compensatie artikel 02.01 | – 630 | – 1 260 | 420 | |||||
5. Compensatie artikel 02.02 | – 100 | – 100 | – 100 | – 100 | – 100 | |||
6. Compensatie artikel 02.03 | – 25 669 | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 48 878 | 602 174 | 1 351 321 | 171 531 | 182 626 | 204 481 | 204 481 | 204 481 |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 22 180 | 273 255 | 613 203 | 77 837 | 82 872 | 92 789 | 92 789 | 92 789 |
Opbouw uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
U02.13 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 235 490 | 249 406 | 252 161 | 252 581 | 252 581 | |||
1e suppletore begroting 1999 | 2 038 | |||||||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Beleidsmatige mutaties | ||||||||
1. Koraal Specht | 52 000 | 28 000 | ||||||
2. Kustwacht | – 8 261 | |||||||
Beheersmatige mutaties | ||||||||
3. Bandbreedte ex 1998 | – 3 711 | – 1 855 | – 1 855 | |||||
4. Compensatie artikel 02.01 | – 630 | – 1 260 | 420 | |||||
5. Compensatie artikel 02.02 | – 100 | – 100 | – 100 | – 100 | – 100 | |||
6. Compensatie artikel 02.03 | – 25 669 | |||||||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 309 811 | 259 418 | 265 930 | 250 626 | 252 481 | 252 481 | 252 481 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 140 586 | 117 719 | 120 674 | 113 729 | 114 571 | 114 571 | 114 571 |
1. Nederland heeft zich verplicht substantieel bij te dragen in de financiering van het project Koraal Specht, met name om ervoor te zorgen dat de mensenrechtensituatie in deze gevangenis op een – ook internationaal – aanvaardbaar niveau kan worden gebracht. De Nederlands-Antilliaanse regering hoopt het bouwproces medio 2000 af te ronden. Om deze toezegging gestand te kunnen doen is in verband met de voorgenomen uitvoering van de nieuw- en verbouw van de gevangenis en de reorganisatie een geraamd kasbeslag voor 1999 van NLG 52 mln en voor 2000 van NLG 28 mln toegevoegd.
2. In verband met een vertraging in de investeringen voor de kustwacht Nederlandse Antillen en Aruba wordt voor het jaar 2000 een bedrag van NLG 8,261 mln overgeboekt naar de begroting van Defensie (Hoofdstuk X).
3. De overbesteding op Hoofdbeleidsterrein 02 Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba bedraagt in 1998 NLG 7,421 mln. Dit is het negatief saldo van uitgaven en ontvangsten op de HGIS-budgetten overeenkomstig de rekening 1998. Overeenkomstig de met de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking gemaakte afspraken zal de overschrijding op het programmabudget conform de bandbreedtesystematiek in de kassfeer meerjarig worden gecompenseerd in de eerstvolgende drie jaren met resp. 50%, 25% en 25%. (1999 -NLG 3,711 mln en de jaren 2000 en 2001 -NLG 1,855 mln).
4/6. Voor de toelichting wordt verwezen naar de betreffende artikelen.
Door middel van kengetallen vindt een onderbouwing plaats van de ramingen van de rentesubsidie en van het instrument «personele samenwerking»:
(in NLG 1 000) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
U02.13 rentesubsidie | 1998 | 1999 | 2000 | |||
RAMINGSKENGETALLEN | aantal leningen | gemiddeld bedrag | aantal leningen | gemiddeld bedrag | aantal leningen | gemiddeld bedrag |
23 | 1 260 | 23 | 1 177 | 23 | 1 092 | |
Totaal uitgaven | 28 991 | 27 077 | 25 116 |
(in NLG 1 000) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
U02.13 personele samenwerking | 1998 | 1999 | 2000 | |||
RAMINGSKENGETALLEN | aantal | gemiddelde kosten | aantal | gemiddelde kosten | aantal | gemiddelde kosten |
Korte missies | 115 | 83 | 51 | 76 | 38 | 76 |
Lange uitzendingen | 205 | 223 | 154 | 188 | 116 | 188 |
Bureau uitzendingen | 114 | 157 | 57 | 186 | 43 | 186 |
Totaal uitzendingen | 73 220 | 43 430 | 32 573 |
De kengetallen 2000 zijn voorlopig. Verwezen wordt naar de nog te voeren discussie over de prioriteiten met de Nederlandse Antillen en Aruba.
In bijlage 9 is een overzicht opgenomen van de samenwerkingsprojecten in de sfeer van de overheidsprojecten en de personele samenwerking die in 1998 in uitvoering waren.
02. Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
Het artikel bevat een raming voor diverse ontvangsten die verband houden met de samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba.
Opbouw ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
O02.01 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 50 | 50 | 50 | 50 | 50 | |||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 11 866 | 50 | 50 | 50 | 50 | 50 | 50 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 5 385 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
De economische code is 47 en de functionele code is 01.50.
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
Eventuele ontvangen bedragen, in het kader van garantiestellingen zullen op dit artikel worden verantwoord.
De onderverdeling naar artikelonderdelen
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de uitgaven (in NLG 1 000) en de economische en functionele codering | |||||||||
O02.03/Artikelonderdeel | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | Econ. | Funct. |
01 Contragarantie EIB | 01.50 | ||||||||
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | – | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | 77A | ||
b. rente | – | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | 26 | ||
02 Garantie van een stand-by-krediet | 01.50 | ||||||||
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | – | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | 77A | ||
b. rente | – | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | 26 | ||
Totaal | Nihil | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
Artikelonderdeel 01. Contragarantie EIB
De Europese Investerings Bank (EIB) heeft met Nederlandse bemiddeling leningen voor diverse projecten in de Nederlandse Antillen en Aruba afgesloten tot een totaalbedrag van ECU 19,1 mln. Nederland heeft zich garant gesteld voor rente en aflossing van deze leningen.
De Nederlandse Antillen en Aruba hebben een contragarantie gesteld op de garantie van rente en aflossing van door de EIB aan de Nederlandse Antillen en Aruba verstrekte leningen. Eventueel ontvangen bedragen worden op dit artikel verantwoord.
Artikelonderdeel 02. Garantie Stand-by krediet
Ter versterking van de deviezenpositie van de Nederlandse Antillen is door De Nederlandsche Bank (DNB) een stand-by-krediet van NLG 100 miljoen beschikbaar gesteld aan de Bank van de Nederlandse Antillen (BNA). Krachtens de Bankwet is het krediet door DNB verstrekt onder staatsgarantie. De Nederlandse Staat staat derhalve garant voor het krediet. De Nederlandse Staat kan, in het geval dat op de staatsgarantie wordt getrokken, de vordering van DNB op de BNA overnemen.
Opbouw ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
O02.03 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | |||
Stand ontwerp-begroting 2000 | Nihil | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | Nihil | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie | Memorie |
Het te voeren beleid en de grondslag van het artikel
Dit artikel omvat aflossingen en rente van leningen en opbrengsten uit deelnemingen. Tussen de NIO en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is een beheersovereenkomst afgesloten, waarbij de NIO onder andere de inning van de rente en aflossingen op de begrotingsleningen heeft overgenomen.
De onderverdeling naar artikelonderdelen
De onderverdeling naar artikelonderdelen van de ontvangstenramingen en -realisaties (in NLG 1 000) en de economische en functionele codering | |||||||||
O02.13/Artikelonderdeel | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | Econ. | Funct. |
01 Annuïteitenlening 1971 | 1 409 | 2 413 | 2 413 | 2 406 | – | – | 01.50 | ||
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | 1 182 | 2 241 | 2 297 | 2 347 | – | – | 77A | ||
b. rente | 227 | 172 | 116 | 59 | – | – | 26 | ||
02 Vijfjarenplan 1967–1971 | 616 | 1 889 | 1 837 | 1 609 | – | – | 01.50 | ||
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | 413 | 1 738 | 1 738 | 1 562 | – | – | 77A | ||
b. rente | 203 | 151 | 99 | 47 | – | – | 26 | ||
03 Vervallen | |||||||||
04 Vijfjarenplan 1972–1976 | 2 691 | 6 747 | 6 748 | 6 749 | 6 748 | 6 748 | 01.50 | ||
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | 1 346 | 5 538 | 5 677 | 5 820 | 5 964 | 6 113 | 77A | ||
b. rente | 1 345 | 1 209 | 1 071 | 929 | 784 | 635 | 26 | ||
05 Begrotingssteun Aruba (NLG 100 mln) | 6 100 | 6 000 | 5 900 | 5 800 | 5 700 | 5 600 | 01.50 | ||
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | 4 000 | 4 000 | 4 000 | 4 000 | 4 000 | 4 000 | 77A | ||
b. rente | 2 100 | 2 000 | 1 900 | 1 800 | 1 700 | 1 600 | 26 | ||
06 Begrotingsleningen 1991–1998 | 6 272 | 2 780 | 5 207 | 7 457 | 8 735 | 9 383 | 10 771 | 01.50 | |
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing | – | – | – | 2 187 | 3 521 | 4 254 | 5 748 | 77A | |
b. rente | 6 272 | 2 780 | 5 207 | 5 270 | 5 214 | 5 129 | 5 023 | 26 | |
07 Deelnemingen en investeringen op de Nederlandse Antillen en Aruba | 1 960 | 2 650 | 2 650 | 2 650 | 2 650 | 2 650 | 2 650 | 01.50 | |
Te verdelen als volgt: | |||||||||
a. aflossing van kredieten | 426 | 750 | 750 | 750 | 750 | 750 | 750 | 77A | |
b. rente van kredieten | 1 276 | 1 600 | 1 600 | 1 600 | 1 600 | 1 600 | 1 600 | 26 | |
c. dividenden van deelnemingen | 258 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | 27 | |
Totaal | 19 048 | 5 430 | 24 906 | 27 005 | 27 949 | 24 481 | 25 769 |
Artikelonderdeel 01. Annuïteitenlening 1971
De 2½% dertigjarige annuïteitenlening 1971 ingevolge de wet van 23 december 1960, Stb. 599 (driejarenplan), de wet van 23 april 1964, Stb. 133 (meerjarenplan 1e fase) en de extra ontwikkelingshulp 1965. De ramingen voor aflossing en rente in 2000 zijn respectievelijk NLG 2,241 mln en NLG 0,172 mln De hoofdsom per 1 januari 2000 bedraagt NLG 4,644 mln.
Artikelonderdeel 02. Vijfjarenplan 1967–1971
De in het kader van het Vijfjarenplan 1967–1971 verstrekte lening (ex artikel 3 van de wet van 17 januari 1968, Stb. 28). De hoofdsom dient in 25 jaar te worden afgelost. Voor de eenentwintigste termijn van deze zachte lening, die een rente van 3% per jaar draagt, zijn de ramingen voor aflossing en rente in 2000 respectievelijk NLG 1,738 mln en NLG 0,151 mln De hoofdsom per 1 januari 2000 bedraagt NLG 3,301 mln.
Artikelonderdeel 03. Vijfjarenplan 1967–1971
De in het kader van het Vijfjarenplan 1967–1971 verstrekte lening (ex artikel 4 van de wet van 17 januari 1968, Stb. 28) is op 1 januari 1997 geheel afgelost.
Artikelonderdeel 04. Vijfjarenplan 1972–1976
De in het kader van het Vijfjarenplan 1972–1976 verstrekte lening. Het aan deze periode verbonden leningsbedrag van NLG 113,1 mln (inclusief bijgeschreven rente) is in 1977 omgezet in een dertigjarige lening met een rente van 2½% per jaar. Gedurende de eerste acht jaren behoefde niet te worden afgelost. Met ingang van 1985 vindt betaling plaats in 22 jaarlijkse annuïteiten. De ramingen voor aflossing en rente in 2000 zijn respectievelijk NLG 5,538 mln en NLG 1,209 mln. De hoofdsom per 1 januari 2000 bedraagt NLG 42,843 mln.
Artikelonderdeel 05. Begrotingssteun Aruba (NLG 100 mln)
De door Nederland verstrekte begrotingssteun aan Aruba ad NLG 100 mln. In 1985 heeft de Nederlandse regering aan Aruba begrotingssteun verleend in de vorm van een lening van NLG 100 mln. De lening heeft een looptijd van 30 jaar met een rente van 2½%. Gedurende de eerste acht jaar behoeft op deze lening niet te worden afgelost. Met ingang van 1994 vindt aflossing plaats in 25 jaarlijkse gelijkblijvende bedragen ad NLG 4 mln. De raming van de rentebetaling in 2000 bedraagt NLG 2,0 mln. De hoofdsom per 1 januari 2000 bedraagt NLG 76,000 mln.
Artikelonderdeel 06. Begrotingsleningen 1991–1998
Verstrekte begrotingsleningen ter financiering van projecten waarvan een bepaald rendement verwacht mag worden (maatregel Tussenbalans 1991). Deze leningen hebben een looptijd van 30 jaar met een rente van 2½%. Gedurende de eerste acht jaar behoeft op deze leningen niet te worden afgelost. Na acht jaar vindt betaling plaats in de vorm van 22 jaarlijkse annuïteiten. De respectieve hoofdsommen (in NLG 1 000) bedragen:
Hoofdsom per: | Vervaldatum aflossing en rente | 1 januari 2000 | Totaal | Ned.Antillen | Aruba |
lening 1991 | 31-12-1999 | NLG | 63 102 | 48 476 | 14 626 |
lening 1992 | 31-12-1999 | NLG | 36 911 | 20 658 | 16 253 |
lening 1993 | 31-12-1999 | NLG | 18 662 | 9 301 | 9 361 |
lening 1994 | 31-12-1999 | NLG | 7 981 | 4 377 | 3 604 |
lening 1995 | 31-12-1999 | NLG | 9 940 | 9 370 | 570 |
lening 1995 (WEB) | 30-06-1999 | Afl | 28 000 | – | 28 000 |
consolidatielening 1995.01 | 31-12-1999 | NLG | 32 048 | 32 048 | – |
lening 1996.01 | 31-12-1999 | NLG | 2 889 | 2 889 | – |
lening 1997 | 31-12-1999 | NLG | 4 038 | 4 038 | – |
lening 1998 | 31-12-1999 | NLG | 3 030 | 3 030 | – |
Artikelonderdeel 07. Deelnemingen en investeringen op de Nederlandse Antillen en Aruba
De ontvangsten uit leningen en deelnemingen betreffen de eventuele opbrengsten van de NPMNA uit deelnemingen en beschikbaar gestelde kredieten aan ondernemingen op de Nederlandse Antillen en Aruba. De middelen van de via de NPMNA gepleegde investeringen zijn tot 1997 beschikbaar gesteld via artikel 02.07 van de uitgavenbegroting en worden met ingang van 1997 beschikbaar gesteld via artikel 02.13 van de uitgavenbegroting.
Opbouw ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (in NLG 1 000) | ||||||||
O02.13 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
Stand ontwerp-begroting 1999 | 24 795 | 26 831 | 27 775 | 24 307 | 24 307 | |||
1e suppletore begroting 1999 | 2 038 | |||||||
Nog niet opgenomen in een begrotingsstuk: | ||||||||
Beheersmatige mutaties | ||||||||
1. Aanpassing meerjarenraming | – 21 403 | – 1 925 | – 770 | 3 642 | 174 | |||
Stand ontwerp-begroting 2000 | 19 048 | 5 430 | 24 906 | 27 005 | 27 949 | 24 481 | 25 769 | |
Stand ontwerp-begroting 2000 in EUR 1 000 | 8 644 | 2 464 | 11 302 | 12 254 | 12 683 | 11 109 | 11 693 |
Tussen de NIO en DGCZK is een beheersovereenkomst afgesloten, waarbij de NIO onder andere de inning van de rente en aflossingen op de begrotingsleningen heeft overgenomen. Voor de leningsovereenkomsten waarvan de vervaldatum is vastgesteld op 31 december, kan de afdracht van de NIO aan DGCZK eerst in januari van het volgende jaar plaatsvinden. Door middel van de voorgestelde ramingswijziging wordt de meerjarenraming aan dit uitgangspunt aangepast.
A. Tot stand gekomen wetgeving (periode 1-7-1998 tot 1-6-1999)
Nr. | Titel | Kamer- stuknr. | Staatsblad jaar, nr. | Inwerking- treding |
---|---|---|---|---|
1. | Wijziging van artikel 55 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden in verband met de wijziging van de bepalingen in de Grondwet inzake veranderingen in de Grondwet | 1998, 579 | 09-10-1998 |
B. Bij het parlement aanhangige wetsontwerpen
Nr. | Titel | Kamer- stuknr. | Stand van zaken | Inwerking- treding |
---|---|---|---|---|
1. | Regeling van het Solidariteitsfonds | 22 594 (R 1434) | Eindverslag | Nota n.a.v. het eindverslag |
C. In voorbereiding zijnde wetsvoorstellen
Bijlage 3. Moties en toezeggingen
A. Door de Staten-Generaal aanvaarde moties
Omschrijving van de motie | Vindplaats: | Stand van zaken: |
---|---|---|
Motie van Middelkoop C.S.: waarin de regering wordt verzocht te bevorderen dat het CPT-rapport openbaar wordt gemaakt, en in elk geval ter kennis wordt gebracht aan de Staten-Generaal. | Kamerstukken II, 26 404, nr. 2, 1998/99 | Is geschied, zie brief Staatssecretaris BZK KR99/4063416, d.d. 31.3.99 en brief MinBuZa d.d. 23.3.99 aan MP NA. |
Omschrijving van de motie | Vindplaats: | Stand van zaken: |
---|---|---|
Motie Nuis: waarin de regering wordt verzocht de mogelijkheid te onderzoeken van een Instituut voor het Nederlands in de West, bij voorkeur gevestigd op een van de Bovenwindse eilanden. | Kamerstukken II, 1993/94 23 400 IV, nr. 7 | Van Antilliaanse zijde zijn initiatieven genomen voor het opzetten van algemene faculteit aan de UNA. Nieuw beleidsplan van MinOnd NA afwachten. |
Motie Te Veldhuis c.s.: waarin de regering wordt uitgenodigd een gespreksnotitie aan de Tweede Kamer te doen toekomen waarin modellen van mogelijke samenwerking in inleidende zin tussen de drie landen van het Koninkrijk aan de orde komen, inclusief de voors en tegens. | Kamerstukken II, 1996/97 25 000 IV, nr. 9 Handelingen II, 1996/97 blz. 1110–1111 en Brief KabNA 972732/SAL/YS d.d. 23.10.97 en Handelingen II, 1997/98, blz. 1277 | Motie zal vooralsnog niet worden uitgevoerd, Handelingen II, 1998/99, blz. 1280–1282 en blz. 1287. |
Motie Rosemöler c.s.: Haalbaarheidsstudie Trustfund Verzoekt de regering i.o.m. de regs van de NA en AUA een haalbaarheidsstudie te (laten) verrichten naar het opzetten van een zogeheten trustfund, teneinde het beheer van deze gebieden ook voor de lange termijn veilig te stellen. | TK, 11 november 1998 | In antwoord op de brief van de Staatssecretaris van BZK van 18 januari 1999 hebben de Antilliaanse en Arubaanse regeringen positief gereageerd op het voorstel om een haalbaarheidsstudie uit te voeren. Het initiatief voor het indienen van een voorstel ligt nu bij de Nederlandse Antillen en Aruba. |
Motie Rosemöler: BVN Wereldomroep op NA en AUA uitzenden: Verzoekt de regering te bevorderen dat zowel het BVN programma van de Wereldomroep aan NA en AUA ter beschikking wordt gesteld als dat de uitzending van Antilliaanse programma's in Nederland wordt mogelijk gemaakt. Met de Wereldomroep in contact te treden. De Kamer vóór 1 januari 1999 te informeren. | TK, 11 november 1998 | De Tweede Kamer is geïnformeerd over de voortgang bij brief van 22 januari 1999. BVN wordt sinds 1 september 1999 op zowel de Nederlandse Antillen als Aruba uitgezonden. |
Motie Scheltema-de Nie: Ambulante jeugdhulp: Verzoekt de regering bij het prioriteitsstellingoverleg met de NA en AUA ook de jeugdhulpverlening te prioriteren. | TK, 11 november 1998 | In de rapportage over de nota migratie Antilliaanse jongeren zal worden aangegeven hoe dit vorm moet krijgen. De uitwerking zal worden neergelegd in de nota samenwerkingsbeleid die in mei 1999 zal verschijnen. Staatssecretaris BZK heeft in gesprekken met verschillende Antilliaanse bewindslieden de prioriteit het onderwijs-, jeugd- en jongerenbeleid benadrukt en aangegeven daar in het kader van het priortiteitenoverleg invulling aan te willen geven. Het prioriteitenoverleg is wederom uitgesteld. In oktober 1999 zal overleg worden gepleegd over de besteding van de samenwerkingsmiddelen voor 2000. |
Motie Gortzak. Verslag overleg NAReg jongeren op 1 april. Verzoekt de regering per uiterlijk 1 april 1999 verslag te doen van het overleg met de regering van de Nederlandse Antillen en het daaruit voortgevloeide akkoord. | Aangenomen 17 november 1998 | Voortgangsrapportage is op 9 april 1999 aan de Tweede Kamer gezonden. Op 25 mei 1999 heeft de Tweede Kamer brief ontvangen over de uitvoering. |
B. Door bewindslieden gedane toezeggingen
Omschrijving van de toezegging | Vindplaats: | Stand van zaken: |
---|---|---|
Gevangenis Koraal Specht; de Staatssecretaris zal bevorderen dat de Antilliaanse regering uiterlijk 1.11.98 een aanvullende reactie aan het CPT zendt. | Verslag A.O. 30.9.98 | Is geschied, zie brief MinBuZa d.d.19.10.98 aan MinJusNa |
Staatssecretaris: Beleidsnota van de minister van Financiën van Aruba voor de regeerperiode 1999–2002 («Gezonde overheidsfinanciën op Aruba»). Aanbieding nota aan vaste Commissie NAAZ. | A.O. d.d. 30 september 1998 | Is bij brief van 17 december 1998 toegezonden. |
Staatssecretaris: Nota migratie Antilliaanse jongeren nog in november naar de Tweede Kamer te sturen. | TK 4 november 1998 | Nota is op 10 november 1998 naar de Tweede Kamer gestuurd. |
Staatssecretaris van BZK: Toezending CPT-rapportage. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | De CPT-rapportage is vertrouwelijk naar de Tweede Kamer gezonden. |
Staatssecretaris van BZK: Rampenbestrijdingsmateriaal. Containers met materiaal voor rampenbestrijding worden overgevlogen naar de Nederlandse Antillen. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | Overdracht vindt 19 mei 1999 plaats. |
Omschrijving van de toezegging | Vindplaats: | Stand van zaken: |
---|---|---|
Bezien of accountantscontrole-aspect in Rijkswet Sol.fonds geregeld dient te worden dan wel in het protocol van samenwerking. | Kamerstukken II, 1992/93 22 800 IV, nr. 7 | Zal bezien worden op moment dat de rijkswet in de Kamer aan de orde komt. Aan Tweede Kamer is gevraagd gewenste behandeling van het concept aan te geven n.a.v. verzoek NA om nieuwe discussie i.v.m. de financieel precaire situatie van de NA. |
Bij opstellen samenwerkingsprotocol in de paragraaf controle en verantwoording rekening houden met de eerder geuite wensen van de Kamer. | Kamerstukken II, 1994/95 23 833 en 23 825, nr. 3 | Afhankelijk van totstandkoming nieuw samenwerkingsprotocol. |
Onderzoeken of een Raad voor de West iets essentieels kan toevoegen bij toekomstige staatkundige herstructurering. | Handelingen I, 1994/95, blz. 775 | Zal onderdeel vormen bij besprekingen over staatkundige herstructurering. |
Eerste en Tweede Kamer het standpunt RegNA t.a.v. «make it work» mededelen. | Handelingen II, 1995/96, blz. 1082 Handelingen I, 1995/96, blz. 1466 | Na besluitvorming Nederlands-Antilliaanse regering zal standpunt worden toegezonden. |
Rijkswet Kustwacht: Ambtelijk overleg nog niet afgerond; daarna moeten de ministers van Justitie van de 3 landen het conceptvoorstel van wet bezien en in dat kader beoordelen. | Brief KabNA 98 280 d.d. 30.1.98 | Actie: Ministerie van Defensie. |
Gevangenis Koraal Specht; Resultaten van onderzoeken van de landsrecherche naar betrokkenheid van bewakingspersoneel bij diverse incidenten zijn niet bekend. Zodra dit bekend is, zal de minister de Kamer informeren. | Verslag AO 4.3.98 over Koraal Specht | Nog niet ontvangen. |
Convenant Koraal Specht: Motie van de Staten van de Nederlandse Antillen om het convenant op twee onderdelen te wijzigen. | Brief KabNA 98 715/SBZ/GJS d.d. 27.3.98 | In het AO d.d. 8.4.98 heeft de minister aangegeven bereid te zijn op een later moment deze lijn bij addendum vast te leggen. Min.JusNA heeft MinNAZ tweetal wijzigingen voorgelegd, waarmee deze akkoord ging. Nieuwe MinJusNA heeft de wijzigingen niet ondertekend. |
Antilliaanse jongeren Staatssecretaris De Vries: Het heeft onze grote voorkeur de verschillende bij dit probleem met elkaar verbonden aspecten te inventariseren en vervolgens de Kamer te informeren. Tegelijk kunnen wij eventuele beleidsvoornemens of voornemens voor aanpak op welk terrein dan ook kenbaar maken. | Begrotingsbehandeling hoofdstuk IV d.d. 11 november 1998 Hand. TK 1998–1999, nr. 23 | Nota migratie Antilliaanse jongeren is op 10 november 1998 naar de Tweede Kamer gezonden en op 2 december 1998 in een algemeen overleg met de VC NAAZ besproken. In de voortgangsrapportage (9 april 1999), de brief van 25 mei 1999 is de Kamer geïnformeerd over de wijze waarop eerstverantwoordelijke bewindslieden de nota Migratie Antilliaanse jongeren gaan uitvoeren en welke vorderingen daar inmiddels mee zijn gemaakt. |
Nadere reactie regering Nederlandse Antillen op CPT rapport Staatssecretaris: Brief te verzenden aan de Nederlands-Antilliaanse regering met het verzoek om een aanvullende reactie van het CPT vóór 1 november 1998. | A.O. d.d. 30 september 1998 | Brief van de minister van BuiZa mede namens staatssecretaris van BZK op 19 oktober aan de minister van Justitie van de Nederlandse Antillen gestuurd. Definitieve reactie NA-autoriteiten is op 6 november 1998 aan CPT aangeboden. |
Het Economische actieplan dat vóór 17/10/98 door de MP Römer zou zijn gepresenteerd aan de Tweede Kamer te doen toekomen. | TK 4 november 1998 | Gevolmachtigd minister NA heeft dit plan op 4 december 1998 aan de VC NAAZ gezonden. |
Tweede Kamer op korte termijn te berichten over nader overleg met staatssecretaris Gumbs over onderzoek mishandeling Europese Nederlanders in Koraal Specht. | TK 4 november 1998 | Is bij brief d.d. 3 november 1998 met beantwoording vragen over Koraal Specht toegezonden. |
Ingaan op de rol van NGO's en de JENA in de Nota Samenwerkingsbeleid. | TK 4 en 11 november 1998 | Nota Samenwerkingsbeleid is aangeboden op 14 juni 1999. |
Ingaan op het degressieve karakter van de hulp in de Nota Samenwerkingsbeleid. | TK 4 november 1998 | Nota Samenwerkingsbeleid is aangeboden op 14 juni 1999. |
Ingaan op de conclusies uit het proefschrift van dhr. Haan in de Nota Samenwerkingsbeleid. | TK 4 november 1998 | Nota Samenwerkingsbeleid is aangeboden op 14 juni 1999. |
Ingaan op het Solidariteitsfonds in de Nota Samenwerkingsbeleid. | TK 11 november 1998 | Nota Samenwerkingsbeleid is aangeboden op 14 juni 1999. |
Overleg aansluiting arbeidsmarkt Staatssecretaris van BZK: Er wordt een overleg gepland met organisaties die een bijdrage kunnen leveren om te komen tot betere aansluiting op de arbeidsmarkt. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | Met de Gevolmachtigde Ministers van de Nederlandse Antillen en Aruba is inmiddels tweemaal hierover gesproken (29 juni 1999 en 14 september 1999). Er zijn afspraken gemaakt om de informatie over de arbeidsmarkt in de Nederlandse Antillen en Aruba te ontsluiten. De bedoeling is om door middel van deze ontsluiting in Nederland woonachtige Antillianen en Arubanen gericht te kunnen wijzen op vacatures die zich in de West voordoen. |
Orkaan Georges Staatssecretaris van BZK: Nagaan of er enige miljoenen guldens extra beschikbaar zijn voor noodhulp t.a.v. de orkaanramp. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | In overleg met de NA regering wordt de inzet van eerder toegekende middelen geëvalueerd of en in hoeverre extra middelen nodig zijn. |
Watervoorziening St. Eustatius Staatssecretaris van BZK: De toestand van de drinkwatervoorziening op St. Eustatius wordt nader bekeken en opgenomen met het eilandgebied en eventueel het land. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | Wordt nagegaan in overleg met de regering van de NA. |
Onderwijs meer aandacht Staatssecretaris van BZK: De onderwijssector krijgt meer aandacht. Er zal worden gekeken naar de rol van het beroepsonderwijs; effectiviteit van het onderwijs dient te worden vergroot door inschakeling van onafhankelijke deskundigheid en er zal worden gekeken welke mogelijkheden de Nederlandse regering kan aanboren om de terugkeer van Nederlands-Antilliaanse studenten te bevorderen die in Nederland hun opleiding hebben genoten. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | In studie in samenwerking met het ministerie van OCenW. Door middel van een externe doorlichting zullen de resultaten die op onderwijsgebied zijn geboekt worden geëvalueerd. |
Nota toekomst in Samenwerking Staatssecretaris van BZK: Nota «Toekomst in Samenwerking» wordt spoedig aan de Kamer aangeboden. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | Is op 14 juni 1999 naar de Tweede Kamer gezonden. |
Inburgeringsoverleg Staatssecretaris van BZK: Er wordt overleg gevoerd met de minister voor GSI en de minister van Onderwijs van de Nederlandse Antillen over inburgering van uit de Nederlandse Antillen vertrekkende Antillianen. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | Is gebeurd op 18 mei 1999. Inburgeringspilots starten in oktober 1999. |
Tripartite overleg Staatssecretaris van BZK: Een afschrift van de brief inzake tripartite-overleg van de minister van Justitie d.d. 20 april 1999 en gericht aan de Tweede Kamer zal naar de Eerste Kamer worden gezonden. | EK, Hfdstuk IV d.d. 27 april 1999 | Wordt door de minister van Justitie z.s.m. afgedaan. |
Nota Migratie Antilliaanse jongeren Minister voor GSI/staatssecretaris BZK: Toezegging aan de VC's BZK en NAAZ om toezending van een afschrift van de brief aan wethouder Van der Aa, gemeente Amsterdam. | TK 27 mei 1999 | Is afgedaan met brief d.d. 2 juni 1999 aan de Tweede Kamer. |
Nota migratie Antilliaanse jongeren Minister GSI/staatssecretaris De Vries: Toezegging aan de VC's BZK en NAAZ om de overdracht van expertise van het Grote Stedenbeleid naar de Nederlandse Antillen verder te stimuleren. | A.O. TK 27 mei 1999 | Op korte termijn met deelnemende steden van het GSB en met zogenaamde Antillen-gemeenten inventariseren wat relevante aspecten zouden kunnen zijn voor de NA. Vervolgens zou moeten worden bezien of en zo ja, hoe de onderlinge uitwisseling geëffectueerd kan worden. Juni 1999 start het overleg hierover. Na de zomer zal de inventarisatie worden afgerond. |
Nota migratie Antilliaanse jongeren Minister GSI/staatssecretaris De Vries: Toezegging aan de VC's BZK en NAAZ met de NA te zullen bezien op welke wijze (voor Antilliaanse jongeren) een betere aansluiting op de arbeidsmarkt in de NA is te realiseren. | A.O. TK 27 mei 1999 | In het gestructureerde beleidsoverleg met minister Nieuw (N.A.) is afgesproken om binnenkort met de Gevolmachtigd Minister te spreken over onder andere de arbeidsmarktsituatie in de NA. |
In het afgelopen vergaderjaar is voor de externe informatievoorziening geen gebruik gemaakt van circulaires in de zin van Aanwijzing 1 van de Algemene Aanwijzingen voor de Rijksdienst voor gebruik en inrichting van circulaires (Besluit Minister-President van 7 mei 1986, nr. 366374).
Bijlage 5. Aanbevelingen Nationale ombudsman
In de periode 1 juni 1998 tot 1 juni 1999 heeft de Nationale ombudsman geen aanbevelingen gedaan.
Bijlage 6. Subsidies (bedragen x 1 000)
Naam, juridisch kader en vindplaats | artikel/artikelonderdeel | Begrotingsbedrag | Doelstelling | Doelgroep | ex ante geëvalueerd (ja/nee) | datum en aard laatste ex post evaluatie | horizonbepaling aanwezig (ja/nee; indien ja, jaar) | valt de naleving van de subsidievoorwaarden onder reikwijdte accountantsverklaring ontvanger (ja/nee) | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
A. Niet gouvernementele organisaties | |||||||||
1. Sede Antia | 02.13.07 | 1999 Naf | 5 500 | De Stichting heeft ten doel in de Nederland- | Sociaal-maatschappelijke | Nee | Juli 1997 | Nee | Ja |
1999 Hfl | 5 995 | se Antillen op te treden als bemiddelings- | organisaties buiten de overheid | ||||||
02.13.16 | 2000 Naf | 5 500 | organisatie bij de medefinanciering van | die aandacht besteden aan het | |||||
NGO-statuut 05-10-1988 ingegaan 01-01-1989 | 2000 Hfl | 5 830 | ontwikkelingsprojecten en -programma's van particuliere niet-commerciële organisaties, alsmede door te assisteren bij de voorbereiding en de uitvoering van die projecten c.q. programma's en door de overdracht van de daarvoor benodigde financiële middelen te verzorgen. | armste deel van de bevolking en de achterstandsgroepen | Evaluatie van de doelmatigheid en duurzaamheid van projecten èn effectiviteit van de organisatie van de afgelopen 10 jaar | ||||
2. Cede Aruba | 02.13.07 | 1999 Afl | 2 000 | De Stichting heeft ten doel in de Nederland- | Sociaal-maatschappelijke | Nee | Juli 1997 | Nee | Ja |
1999 Hfl | 2 180 | se Antillen op te treden als bemiddelings- | organisaties buiten de overheid | ||||||
02.13.16 | 2000 Afl | 2 000 | organisatie bij de medefinanciering van | die aandacht besteden aan het | |||||
Brief KabNA d.d. 24-04-1986, nr. 12 402 Verslag Best.Overleg 04-10-1989 | 2000 Hfl | 2 120 | ontwikkelingsprojecten en -programma's van particuliere niet-commerciële organisaties, alsmede door te assisteren bij de voorbereiding en de uitvoering van die projecten c.q. programma's en door de overdracht van de daarvoor benodigde financiële middelen te verzorgen. | armste deel van de bevolking en de achterstandsgroepen | Evaluatie van de doelmatigheid en duurzaamheid van projecten èn effectiviteit van de organisatie. In samenhang met UNOCA | ||||
3. Stichting Monumenten- | 02.13.09 | 1999 Naf | 2 000 | – Het kweken van waardering voor de oude | De bevolking van Curaçao | Nee | Juli-augustus 1997 | Nee | Ja |
zorg | 1999 Hfl | 2 180 | monumenten van de bouwkunst op het Eiland Curaçao | ||||||
02.13.16 | 2000 Naf | 2 000 | – Het behoud en herstel van monumenten | ||||||
Overeenkomst tot medefinanciering van de Stichting Monumentenzorg Curaçao d.d. 19-02-1988 | 2000 Hfl | 2 120 | – Het exploiteren van behouden en/of herstelde monumenten voor zover eigendom van de Stichting – Het kweken van begrip en waardering voor een harmonisch stadsbeeld. | Evaluatie van de doelmatigheid en duurzaamheid van projecten èn effectiviteit van de organisatie van de afgelopen 10 jaar | |||||
B. Culturele instellingen | |||||||||
4. Union di Organisa- | 02.13.09 | 1999 Afl | 1 301 | Het bereiken van een zo zelfstandig en | In engere zin: | Nee | September 1997 | Voortgang | Ja |
cionna Cultural na Aruba Procedureregels voor subsidiëring d.d. 07-07-1988 | 1999 Hfl | 1 418 | evenwichtig mogelijke ontwikkeling van de Arubaanse cultuur in al haar aspecten. | cultuurdragers op Aruba | Evaluatie door extern bureau Evaluatierapport is in het voorjaar van 1998 uitgebracht | mede afhankelijk van evaluatie | |||
02.13.16 | 2000 Afl | 1 300 | |||||||
2000 Hfl | 1 378 | In bredere zin: bevolking van Aruba | |||||||
5. Fonds voor de Podiumkunsten | 02.13.09 | 1999 Hfl | 800 | Zorgdragen voor de uitvoering van uitwisselingsactiviteiten op het gebied van de Podiumkunsten tussen Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba. | In engere zin: beeldende kunstenaars van de landen van het Koninkrijk | Nee | Nog niet gepland (overeenkomst is op 19 december 1996 gesloten) | Ja, 31 december 2000 | Ja |
Overeenkomst d.d. 19 december 1996 ingegaan 01-01-1997 | 02.13.16 | 2000 Hfl | 800 | In bredere zin: bevolking van de landen van het Koninkrijk | |||||
6. Centrum Beeldende kunst R'dam | 02.13.09 | 1999 Hfl | 268 | Zorgdragen voor de uitvoering van | In engere zin: | Nee | Nog niet gepland (overeenkomst | Ja, 31 december 2001 | Ja |
02.13.16 | 2000 Hfl | 268 | uitwisselingsactiviteiten op het gebied van beeldende kunst tussen Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba. | beeldende kunstenaars van de landen van het Koninkrijk | is op 14 mei 1998 gesloten) | ||||
In bredere zin: bevolking van de landen van het Koninkrijk | |||||||||
C. Overig | |||||||||
7. Stichting Studie Commissie Nederlandse Antillen | 02.13.09 | 1999 Hfl | 100 | De Stichting is in het leven geroepen voor de opvang en begeleiding van Antilliaanse studenten, die in Nederland een opleiding volgen. | Nederlands-Antilliaanse studenten in Nederland | Nee | Evaluatie gepland in 2000 | Nee | Ja |
Bij brief van 08-10-1975, nr. 62 106, van KabNA is deze subsidie geregeld | 02.13.16 | 2000 Hfl | 100 | ||||||
8. Nederlands Antilliaanse Stichting voor Klinisch Hoger Onderwijs Post doctorale artsenopleiding/cursussen | 02.13.07 02.13.16 | 1999 Naf 1999 Hfl 2000 Naf 2000 Hfl | 2 284 2 490 2 284 2 421 | De opleiding van doctorandi in de geneeskunde tot basisarts respectievelijk specialist op Curaçao mogelijk te maken. Uitbreiding van werkzaamheden van de stichting naar de gehele Nederlandse Antillen en Aruba (pm). Bevordering van het houden van medische cursussen voor afgestudeerden in de Nederlandse Antillen. | Nederlandse en Antilliaanse co-assistenten, artsen en medici op de Antillen, Nederlandse specialisten | Nee | November 1998 Inhoudelijke en financiële evaluatie | Nee | Ja |
Bij brief d.d. 06-05-1976 van KabNA is deze subsidie geregeld. Bij brief d.d. 31-07-1996 is uitbreiding geregeld naar de andere eilanden van de Nederlandse Antillen en is in een toekomstige uitbreiding naar Aruba voorzien. | |||||||||
Overeenkomst tussen NASKHO en de R.U.G. d.d. 20-04-1980 | |||||||||
9. Algemeen Nederlands Persbureau | 02.13.09 | 1999 Hfl | 150 | Het ANP verzorgt de nieuwsgaring in de | Media in Nederland, | n.v.t. | Evaluatie gepland in 2000 | Nee | Ja |
Bij brief nr. 879 d.d. 02-06-1982 van KabNA is deze subsidie geregeld | 02.13.16 | 2000 Hfl | 150 | Nederlandse Antillen en Aruba t.b.v. de media in Nederland en verspreidt nieuwsberichten vanuit Nederland in de Nederlandse Antillen en Aruba. | Nederlandse Antillen en Aruba | ||||
10. Luchtverkeersbeveili- | 02.13.09 | 1999 Naf | 300 | Het leveren van een financiële bijdrage in de | Nee | Evaluatie gepland in 2000 | Nee | Ja | |
ging | 02.13.16 | 1999 Hfl | 327 | kosten die de Nederlandse Antillen maken t.b.v. de luchtverkeersbeveiliging | |||||
Toezegging bijdrage betaling | 2000 Naf | 300 | in het toegewezen vluchtinformatiegebied. | ||||||
in exploitatiekosten door KabNA | 2000 Hfl | 318 | |||||||
11. Koninkrijksspelen voor de jeugd | 02.13.09 | 1999 Hfl | 340 | Het kweken van een saamhorigheidsgevoel tussen de jeugd van het Koninkrijk. Positieve uitstraling van het Koninkrijk bevorderen. | De jeugd van de Nederlandse Antillen, Aruba en Nederland | Nee | n.v.t. | Ja, 1999 | Ja |
Bij brief nr. 97420 d.d. 12 februari 1997 van KabNA is deze subsidie geregeld |
Gehanteerde begrotingskoers 1999: (N)Af 1,00 = Hfl 1,09
Gehanteerde begrotingskoers 2000: (N)Af 1,00 = Hfl 1,06
Artikel | (Hoofd)beleidsterrein | Realisatie (jaar) | Titel en doelstelling | Karakter | M&O-aspecten | Kosten of uitgaven |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Bestuurs-ondersteuning en overheidsorganisatie | 1999 | Evaluatie reorganisatie Ambtenarenapparaat Aruba; Vaststellen of met de inzet van Berenschot een optimaal resultaat is bereikt in het project reorganisatie van het ambtelijk apparaat van Aruba | Ex post | Nee | Kosten intern: (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Openbare Financiën | nog niet bekend | Evaluatie Technische samenwerking belastingdienst; Effectiviteit technische samenwerking belastingdienst | Ex post | nog niet bekend | Kosten extern (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Openbare Financiën | 1999 | Beheers- en beleidsinstrumentarium Nederlandse Antillen; Inhoudelijke en financiële evaluatie | Ex post | Nee | Kosten extern: f 59 000 |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Volkshuisvesting en wijkverbetering | 1999 | Onderzoek Statia Housing Foundation; Evaluatie van de besteding en verantwoording van de Samenwerkingsmiddelen | Ex post | Ja | Kosten extern: f 51 900 |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Onderwijs | 2000 | Onderwijssamenwerking met de Nederlandse Antillen; Vaststellen van de resultaten van de onderwijssamenwerking tot nu toe. Op welke wijze zou de onderwijssamenwerking kunnen worden verbeterd | Ex post | Nee | Kosten: extern (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Onderwijs | 1999/2000 | Stichting studiecommissie Nederlandse Antillen; Effectiviteit onderzoeken van de BZK-subsidie aan deze Stichting | Ex post | Nee | Kosten: intern (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Cultuur | nog niet bekend | Centrum Beeldende Kunst Rotterdam; Evalueren van de culturele uitwisselingsactiviteiten op het gebied van de beeldende kunst tussen Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba | Ex post | Nee | Kosten: intern (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Cultuur | nog niet bekend | Fonds voor de podiumkunsten; Evalueren van de culturele uitwisselingsactiviteiten op het gebied van de podiumkunsten tussen Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba | Ex post | Nee | Kosten: intern (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Overig | 2000 | Luchtverkeersbeveiliging jaarlijkse bijdrage; Nut en noodzaak van de jaarlijkse bijdrage aan de Luchtverkeersbeveiliging | Ex post | Nee | Kosten intern (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Overig | 2000 | ANP-jaarlijkse bijdrage; Nut en noodzaak jaarlijkse bijdrage aan het Algemeen Nederlands Persbureau | Ex post | Nee | Kosten intern: (nog niet bekend) |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba | 1999 | NGO-statuut; Vernieuwing van het NGO-statuut | Ex post | Nee | Kosten extern: f 100 000 |
Artikel | (Hoofd)beleidsterrein | Realisatie (jaar) | Titel en doelstelling | Karakter | M&O-aspecten | Kosten of uitgaven |
U02.13 | Samenwerking met de Nederlandse Antillen en Aruba/Sociale ontwikkeling en gezondheidszorg | 1998 | Nederlands-Antilliaanse Stichting van Klinisch Hoger Onderwijs (NASKHO); Het bepalen van de beleidsmatige betekenis, de effectiviteit, de doelmatigheid en de duurzaamheid van de resultaten van de uit de middelen van Hoofdstuk IV van de Rijksbegroting mede gefinancierde onderwijsvormen die door de NASKHO worden vormgegeven | Ex post | Nee | Kosten extern: f 146 300 |
Bijlage 8. Economische en functionele classificaties
Overzicht A. Uitgaven en ontvangsten per (macro-)economische categorie met totalen per economische hoofdgroep (in NLG 1 000)
Code | Omschrijving | Uitgaven | Ontvangsten | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1998 | 1999 | 2000 | 1998 | 1999 | 2000 | ||
01 | Niet verdeeld | 0 | 76 | 74 | |||
1 | Niet verdeeld | 0 | 76 | 74 | |||
12 | Overige goederen en diensten | 1 009 | 900 | 900 | |||
1 | Output, intermediair verbruik, afschrijvingen en beloningen van werknemers | 1 009 | 900 | 900 | 0 | 0 | 0 |
26 | Rente | 11 423 | 4 380 | 10 339 | |||
27 | Winstuitkering | 258 | 300 | 300 | |||
2 | Inkomen uit vermogen | 11 681 | 4 680 | 10 639 | |||
31 | Subsidies (producenten) | 29 141 | 27 190 | 25 230 | |||
3 | Primaire inkomensoverdrachten | 29 141 | 27 190 | 25 230 | |||
43A | Overige inkomensoverdrachten | 105 402 | 76 485 | 63 483 | |||
47A | Overige inkomensoverdrachten | 11 866 | 50 | 50 | |||
4 | Secundaire inkomensoverdrachten | 105 402 | 76 485 | 63 483 | 11 866 | 50 | 50 |
63A | Overige kapitaaloverdrachten | 210 321 | 162 863 | 192 577 | |||
6 | Kapitaaloverdrachten en aan- en verkopen van niet-geproduceerde niet-financiële activa | 210 321 | 162 863 | 192 577 | |||
73A | Aankoop van aandelen en overige deelnemingen | 5 050 | 33 909 | 0 | |||
77A | Aflossing van langlopende leningen | 7 367 | 750 | 14 267 | |||
7 | Investeringen en afschrijvingen | 5 050 | 33 909 | 0 | 7 367 | 750 | 14 267 |
Totaal hoofdstuk IV | 350 923 | 301 423 | 282 264 | 30 914 | 5 480 | 24 956 |
Overzicht B. Uitgaven en ontvangsten per functionele categorie (in NLG 1 000)
Code | Omschrijving | Uitgaven | Ontvangsten | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1998 | 1999 | 2000 | 1998 | 1999 | 2000 | ||
Algemeen Bestuur, buitenlandse betrekkingen en ontwikkelingssamenwerking | 350 923 | 301 423 | 282 264 | 30 914 | 5 480 | 24 956 | |
01.50 | Ontwikkelingssamenwerking: | ||||||
Algemeen | 350 923 | 301 423 | 282 264 | 30 914 | 5 480 | 24 956 | |
Totaal hoofdstuk IV | 350 923 | 301 423 | 282 264 | 30 914 | 5 480 | 24 956 |
In de periode 1 juni 1998 tot 1 juni 1999 zijn de volgende convenanten gesloten.
Doelstelling | Betrokken partijen | Datum van ondertekening | Inwerkingtreding |
---|---|---|---|
Oprichting van een fonds dat een einde moet maken aan de Nederlandse detail- bemoeienis door middel van projectfinanciering van ontwikkelingsactiviteiten op Aruba. | De Minister-president van Aruba De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | 11 maart 1999 | 1 januari 2000 |
Bijlage 11. Samenwerkingsprojecten
In deze bijlage is een overzicht opgenomen van de samenwerkingsprojecten die in 1998 in uitvoering waren.
Het overzicht toont de activiteiten in de sfeer van de personele samenwerking en overheidsprojecten gerangschikt naar beleidssector en binnen de sector naar entiteit.
Het betreffen zowel projecten waarvan de instemming met (mede) financiering reeds voor 1998 plaatsvond, als activiteiten waarvan de instemming tot (mede) financiering in 1998 tot stand kwam.
PERSONELE SAMENWERKING | |||
Sector | Instru- ment | Projecttitel | Kosten in NLG |
Rechtshandhaving | |||
Land | LU | Militaire Bijstand Politie Bovenwinden door de KMAR, 1997/1998 | 1 700 000 |
LU | Parket Procureur Generaal, coördinator politiezaken | 821 800 | |
LU | Procureur Generaal, parketsecretaris | 442 100 | |
LU | Parketsecretaris Sint Maarten | 495 300 | |
LU | Openbaar Ministerie NA, 2 parketsecretarissen | 854 700 | |
LU | Reorganisatie Voogdijraden, projectleider | 374 800 | |
LU | Gemeenschappelijk Hof van Justitie, gerechtssecretaris | 577 600 | |
LU | Departement van Justitie, junior wetgevingsjurist strafrecht | 518 378 | |
LU | Politie-inzet Bovenwinden | 1 110 179 | |
LU | Gevangeniswezen, begeleiding nieuwbouw- en uitbreidingsprogramma | 469 400 | |
LU | Gevangeniswezen, deskundige | 575 000 | |
LU | Landsrecherche, 2 rijksrechercheurs | 369 000 | |
BU | Meldpunt Ongebruikelijke Transacties, automatisering | 123 200 | |
BU | Wetboek van Strafvordering, BOA's en BAP's, hoofdtraject | 596 229 | |
BU | Maritiem beheer | 29 400 | |
KU | Ministerie van Justitie, reorganisatie KPNA | 1 745 900 | |
KU | Recherche Samenwerkingsteam i.o. (RST i.o.) | 1 800 000 | |
KU | Hof van Justitie, plv. belastingrechters 1998 | 48 300 | |
KU | Chemisch Wapenverdrag, deskundige | 155 700 | |
KU | (NA)VAS Sint Maarten | 218 400 | |
KU | Gevangeniswezen NA, technische bijstand | 131 300 | |
KU | Gevangeniswezen NA, korte termijnmaatregelen Koraal Specht | 707 800 | |
KU | Opleidings- en stageprogramma PGNA | 51 058 | |
KU | Reorganisatie Voogdijraden NA, fase II | 170 000 | |
OKD | Global Maritime Distress and Safety System (GMDSS) | 2 448 750 | |
OKD | Recherche Samenwerkingsteam i.o. deel 97/98 (PAROS) deel NA | 6 049 100 | |
OKD | Militaire bijstand Koraal Specht | 681 542 | |
OKD | Salariskosten begeleider Nieuw Burgerlijk Wetboek | 89 750 | |
Subtotaal Land | 23 354 686 | ||
Aruba | LU | Landsrecherche, 4 rechercheurs | 2 552 134 |
LU | Landsrecherche, hoofdinspecteur | 989 661 | |
LU | Openbaar Ministerie, 2e parketsecretaris | 536 660 | |
LU | Directie Wetgeving Aruba, wetgevingsjurist | 563 500 | |
BU | VDA, Informatieplan | 133 000 | |
BU | Arubaanse Veiligheidsdienst, interim-hoofd | 820 745 | |
KU | Korps Politie Aruba, uitwisselingsprogramma politie Amsterdam-Amstelland | 879 800 | |
KU | Korps Politie Aruba, uitzending politie-ambtenaren | 1 627 200 | |
KU | Doorlichtingsonderzoek vrije zone en casino's | 347 200 | |
KU | VDA (eerste deel), beveiligingsadviseur | 31 700 | |
KU | VDA, stages hoofd en plv. hoofd | 21 500 | |
KU | Wetgevingsjurist persoonsregistratie | 12 450 | |
OKD | Global Maritime Distress and Safety System (GMDSS) | 816 250 | |
OKD | Recherche Samenwerkingsteam i.o. deel 97/98 (PAROS) deel AUA | 1 282 303 | |
OKD | Oriëntatiereis | 17 200 | |
Subtotaal Aruba | 10 631 303 | ||
Totaal Rechtshandhaving | 33 985 989 | ||
Bestuursondersteuning en overheidsorganisatie | |||
Land | LU | Bureau Interne Deskundige, medewerker | 804 264 |
LU | Bureau Interne Deskundige, beg. uitv. projecten Sint Maarten | 525 700 | |
LU | Sector Interne Deskundige, 2 adviseurs | 1 109 400 | |
LU | Centraal bureau Juridische Zaken, wetgevingsjurist | 535 800 | |
LU | Kabinet Gezaghebber Sint Maarten, bestuursjurist | 890 000 | |
LU | Scheepvaartinspectie en maritieme zaken, adviseur | 219 300 | |
LU | Verificateur ASYCUDA | 357 500 | |
LU | Brandweer Saba St. Eustatius | 219 200 | |
LU | Rampenbestrijding en Brandweerzorg, brandweerofficier | 207 885 | |
LU | Wachtgeld deskundige | 307 000 | |
BU | PIVA-programma | 2 910 000 | |
BU | Rampenbestrijdingsorganisatie, deskundige | 282 632 | |
BU | Programma uitzending managers (PUM) | 500 000 | |
BU | «FUWASYS; invoering functiewaarderingsysteem NA» | 1 206 672 | |
BU | Bureau Overheidsinnovatie, hoofd | 313 956 | |
BU | Automatisering Hypotheekkantoor | 43 500 | |
KU | Actualisering Nationale rekeningen, CBS | 36 100 | |
KU | Ondersteuning stichting Overheids Accountants Bureau | 53 400 | |
KU | Rampenbestrijding en brandweerzorg, deskundige | 168 360 | |
KU | Rampenbestrijding en brandweerzorg, ondersteuning | 352 255 | |
KU | Interim-manager Sector Interne Deskundige | 122 892 | |
OKD | Raamcontract VNG | 936 950 | |
OKD | Raamcontract HEC | 752 232 | |
OKD | Onderzoek verwachting Koninkrijk, studieconferentie | 50 000 | |
Subtotaal Land | 12 904 998 | ||
Bonaire | LU | Dienst Ruimtelijke Ordening en Beheer, hoofdafdeling ROV | 639 800 |
KU | Herstructurering Brandweerzorg Bonaire, dhr Mooij | 149 500 | |
Subtotaal Bonaire | 789 300 | ||
Sint Maarten | LU | Beleidsmedewerker POI | 314 500 |
LU | Wetgevingsjurist Sint Maarten | 563 300 | |
BU | Bestuurscollege SXM, projectleider verbetering bestuur | 184 750 | |
BU | Kabinet Gezaghebber SXM, organisatie-adviseur | 1 335 000 | |
BU | Wederopbouw Sint Maarten, interim-financiering, inzet KPMG | 541 475 | |
BU | Ontwikkelingskosten stappenplan SXM | 742 000 | |
BU | Afdeling Financiën SXM, hoofd financiën | 714 600 | |
BU | Interim sectordirecteur Welzijn | 400 000 | |
KU | 2 Personeelsconsulenten stappenplan SXM | 219 900 | |
KU | Beleidsplan Brandweer | 50 000 | |
KU | Ondersteuning afdeling automatisering SXM | 119 900 | |
KU | Rampenbestrijding/Brandweerzorg SXM, verrekenstuk | 800 000 | |
Subtotaal Sint Maarten | 5 985 425 | ||
Saba | BU | Eilandssecretaris Saba, dhr Vlieg | 52 600 |
Subtotaal Saba | 52 600 | ||
Sint Eustatius | LU | Ondersteuning EUX, bestuursjurist | 357 400 |
LU | Ondersteuning EUX, HRD deskundige | 331 600 | |
Subtotaal Sint Eustatius | 689 000 | ||
Curaçao | LU | Dienst Informatie Voorziening, hoofd ITS | 415 400 |
LU | CBPZ, senior formatieadviseur | 598 400 | |
LU | DEZ, opzetten afdeling Informatievoorziening, deskundige | 330 000 | |
LU | Dienst BSB&V | 378 300 | |
BU | Functiewaardering Curaçao, voor- en vervolgtraject | 601 272 | |
BU | Functiewaardering Curaçao, fase 2 | 2 281 815 | |
BU | Eilandgebied Curaçao, outplacementbureau | 102 120 | |
BU | Personeelszaken Curaçao, projectleider | 373 600 | |
BU | Programma Uitzending Managers (PUM) | 250 000 | |
BU | Kerntaken programmamanagers Curaçao | 323 200 | |
Subtotaal Curaçao | 5 654 107 | ||
Aruba | LU | SCC, beleidsmedewerker | 358 400 |
LU | Dienst Brandweer Aruba, deskundige | 307 300 | |
BU | Ondersteuning Projectbureau Reorganisatie, Berenschot | 229 500 | |
BU | Herziening Bezoldigingsregeling, functiewaardering | 218 200 | |
BU | Herziening Bezoldigingsregeling, Berenschot | 359 600 | |
BU | PIVA-programma (Arubaans deel) | 970 000 | |
BU | Training Dienst Landmeetkunde en Vastgoedregistratie | 158 750 | |
BU | Masterplan operationele administratie | 4 002 200 | |
KU | Dienst Brandweer, interim brandweerofficier, 4 personen | 317 800 | |
Subtotaal Aruba | 6 921 750 | ||
Totaal Bestuursondersteuning en overheidsorganisatie | 32 997 180 | ||
Overheidsfinanciën | |||
Land | LU | Directie Belastingen, 4 organisatiemedewerkers | 1 781 200 |
LU | Dir. Belastingen, staffunctionaris P&O | 493 235 | |
LU | Dir. Belastingen, projectleider PGB | 890 173 | |
LU | Dir. Belastingen, medewerker wetgeving | 176 500 | |
LU | Dir. Belastingen, medewerker automatisering | 544 700 | |
LU | Dir. Belastingen, beleidsmedewerker afdeling organisatie | 431 200 | |
LU | Dir. Belastingen, beleidsmedewerker AO/IC | 123 300 | |
LU | Inspectie Belastingen, chef de bureau | 591 500 | |
LU | Insp. Belastingen BON, 3 controleurs | 1 319 500 | |
LU | Insp. Belastingen BON, commies controle | 246 000 | |
LU | Insp. Belastingen BON, aanslagregelaar | 516 400 | |
LU | Insp. Belastingen SXM, controleur LB | 435 700 | |
LU | Insp. Belastingen SXM, chef de bureau | 512 000 | |
LU | Insp. Belastingen SXM, 6 controleurs | 2 954 700 | |
LU | Insp. Belastingen SXM, hoofd afdeling controle | 396 800 | |
LU | Insp. Belastingen SXM, chef LB & WB | 414 100 | |
LU | Insp. Belastingen SXM, systeembeheerder | 321 800 | |
LU | Insp. Belastingen CUR, douane medew. I&A | 728 621 | |
LU | Insp. Belastingen CUR, inspecteur | 823 600 | |
LU | Insp. Belastingen CUR, chef de bureau | 483 300 | |
LU | Landsontvanger Curaçao, ontvanger/teamleider | 529 700 | |
LU | Landsontvanger Curaçao, commies bijz. invordering | 271 400 | |
LU | Landsontvanger SXM, commies bijzondere invordering | 311 600 | |
LU | Landsontvanger SXM, deurwaarder | 313 400 | |
LU | Landsontvanger SXM, ontvanger | 327 900 | |
LU | Belasting Accountantsbureau, 2 teamleiders | 1 305 500 | |
LU | Belasting Accountantsbureau, 4 controle medewerkers | 1 977 800 | |
LU | Belasting Accountantsbureau, accountant | 477 100 | |
LU | Belasting Accountantsbureau, p-functionaris | 430 200 | |
LU | FFT, 4 opsporingsambtenaren | 2 877 600 | |
LU | Douane Sint Maarten, verificateur | 577 000 | |
LU | Douane Sint Maarten, 3 medewerkers douane-controle | 1 888 900 | |
LU | Douane Sint Maarten, teamleider surveillance | 465 900 | |
LU | Sales Tax NA. 3 commies | 852 000 | |
LU | Sales Tax NA. 4 controleurs | 1 215 300 | |
LU | Sales Tax NA. 4 verificateurs | 1 254 300 | |
LU | Sales Tax NA. adjunct accountant | 330 300 | |
LU | Sales Tax NA. ondersteuning projectleider | 281 000 | |
LU | Insp. Belastingen CUR, 3 medewerkers | 1 120 900 | |
LU | Sociale Verzekeringsbank, ontvanger | 587 600 | |
LU | DepFinNA, algemeen medewerker | 420 600 | |
LU | DepFinNA, medewerker beleid | 476 900 | |
LU | DepFinNA, medewerker, afdeling begroting | 231 600 | |
LU | Verbetering BBI NA 1996–2000, SOAB, inzet deskundige | 217 600 | |
LU | Belastingdienst Lange Uitzendingen Nederlandse Antillen | 13 744 940 | |
BU | Departement van Financiën, hoofd financiële adm. VB Accountants | 498 663 | |
BU | DepFin, IMF-programma, VB Accountants | 591 360 | |
BU | DepFin, IMF-programma, VB Accountants | 702 400 | |
BU | DepFin, Centrale kredietbewaking, VB Accountants | 949 676 | |
BU | DepFin, sector Interne Deskundige, ondersteuning | 615 060 | |
BU | Interim manager afdeling lonen en salarissen | 528 528 | |
KU | Directie Belasting, budget korte missies 1998 | 200 000 | |
KU | Evaluatiereizen belastingdienst 1998 | 61 900 | |
KU | Landsontvanger Curaçao, deskundige | 70 500 | |
KU | Landsontvanger Sint Maarten, ondersteuning | 67 000 | |
KU | BBI programmacoördinatie | 202 000 | |
OKD | Monitoring Openbare Financiën, IMF vertegenwoordiger | 29 662 | |
Subtotaal Land | 51 188 118 | ||
Bonaire | LU | Eilandsontvanger BON, systeembeheerder | 648 000 |
LU | Eilandsontvanger BON, deurwaarder | 280 000 | |
LU | Eilandsontvanger BON, chef invordering | 433 300 | |
LU | Eilandsontvanger BON, ontvanger | 420 300 | |
BU | Functiewaardering Bonaire | 942 000 | |
Subtotaal Bonaire | 2 723 600 | ||
Sint Maarten | LU | Eilandsontvanger SXM, bakhouder | 433 100 |
LU | Eilandsontvanger SXM, chef deurwaarder | 464 600 | |
LU | Eilandsontvanger SXM, 2 commies bijzondere invordering | 970 900 | |
LU | Eilandsontvanger SXM, applicatiebeheerder | 375 100 | |
LU | Eilandsontvanger SXM, ontvanger/fiscaal jurist | 549 500 | |
LU | Eilandsontvanger SXM, zaalchef | 258 700 | |
LU | Dep. Financiën Sint Maarten, hoofd afdeling financieel beleid | 354 200 | |
LU | Dep. Financiën Sint Maarten, medewerker financiële administratie | 314 800 | |
LU | Inspectie der Belastingen SXM, systeembeheerder | 313 300 | |
LU | Inspectie der Belastingen SXM, chef administratie ib | 308 800 | |
BU | Afdeling Financiën SXM, beleidsmedewerker, VB Accountants | 784 911 | |
BU | Projectmedewerker grondaankoopcommissie, VB Accountants | 469 490 | |
Subtotaal Sint Maarten | 5 597 401 | ||
Sint Eustatius | BU | Afdeling Financiën Statia-Saba, VB Accountants | 1 618 389 |
Subtotaal Sint Eustatius | 1 618 389 | ||
Curaçao | LU | Eilandsontvanger Curaçao | 325 700 |
LU | Leges en Lokale belastingen, projectleider | 200 500 | |
BU | Monitoring Structureel Aanpassingsprogr. controller | 1 098 344 | |
BU | Versterking comptabele functie Eilandgebied Curaçao (EGC), deskundige | 823 140 | |
BU | Ondersteuning financieel systeem EGC | 724 600 | |
KU | Ondersteuning selectie controllers | 11 100 | |
OKD | Privatisering Land NA en EGC, deskundige | 130 700 | |
Subtotaal Curaçao | 3 314 084 | ||
Aruba | LU | Algemene Rekenkamer, registeraccountant | 975 200 |
LU | Algemene Rekenkamer, controle ambtenaar | 530 600 | |
LU | Directie Financiën, begrotingsdeskundige | 759 100 | |
LU | Centrale Accountants Dienst, registeraccountant | 1 028 606 | |
LU | Directie Belastingen, automatiseringsdeskundige | 725 456 | |
LU | Directie Belastingen, deskundige | 563 900 | |
LU | Directie Belastingen, registeraccountant | 553 000 | |
LU | Directie Belastingen, beleidsmedewerker AO/IC | 455 400 | |
LU | Inspectie Belastingen, teamleider WB | 831 200 | |
LU | Inspectie Belastingen, aanslagregelaar IB | 427 400 | |
LU | Belastingdienst, chef deurwaarder | 224 200 | |
LU | Belasting Accountants Dienst, controleur WB | 625 600 | |
LU | Belasting Accountants Dienst, hoofd | 430 800 | |
LU | Belasting Accountants Dienst, accountant | 507 600 | |
LU | Belasting Accountants Dienst, adjunct-accountant | 510 700 | |
LU | Belasting Accountants Dienst, commies | 440 500 | |
LU | Belasting Accountants Dienst, controleur | 378 400 | |
LU | Belastingdienst Lange Uitzendingen Aruba | 2 161 000 | |
BU | Nationale rekeningen, deskundige CBS | 1 211 500 | |
KU | Inspectie I&A, speurhondenproject | 212 150 | |
OKD | Samenwerking Rekenkamers NL – AUA | 320 000 | |
Subtotaal Aruba | 13 872 312 | ||
Totaal Overheidsfinanciën | 78 313 904 | ||
Economische Ontwikkeling | |||
Land | BU | Permanente Cie Bevolkingsvraagstukken en telling, deskundige | 879 700 |
BU | Permanente Cie Bevolkingsvraagstukken en telling, CBS-NIDI | 112 500 | |
OKD | International Development Bank (IDB), adviesmissie | 16 013 | |
OKD | Korte missie IDB | 16 519 | |
Subtotaal Land | 1 024 732 | ||
Curaçao | BU | FIAC, Businessplan plan 1996/1998 | 1 050 000 |
BU | Dienst Economische Zaken (DEZ), Economische modelbouw | 658 030 | |
BU | Macro Economisch model, vervolgproject | 306 107 | |
BU | Hato groeipoel | 680 000 | |
BU | Levering marketing- en organisatieondersteuning aan Curinde NV | 4 568 600 | |
BU | Adviesmissie financieel economische beleidsdialoog | 67 700 | |
BU | Economische Ontwikkeling Curaçao, adviesmissie | 68 500 | |
OKD | Samen in de Markt (LSG) | 250 000 | |
Subtotaal Curaçao | 7 648 937 | ||
Aruba | BU | National Development Plan Aruba/United Nations Development Program | 2 986 863 |
Subtotaal Aruba | 2 986 863 | ||
Totaal Economische Ontwikkeling | 11 660 532 | ||
Natuur, Milieu en Infrastructuur | |||
Land | LU | Vomil, milieucoördinator | 636 300 |
BU | Vegetatiekartering | 231 225 | |
BU | Seismologische- en Vulcanologische bewaking Saba en St. Eustatius | 603 500 | |
KU | Modernisering Weerradars Nederlandse Antillen, inzet KNMI | 95 400 | |
Subtotaal Land | 1 566 425 | ||
Bonaire | BU | Consulting Assistency Selibon N.V. | 104 500 |
Subtotaal Bonaire | 104 500 | ||
Sint Maarten | LU | VROM, coördinator natuur & milieu | 444 400 |
BU | Rioleringsdeskundige SXM | 713 700 | |
Subtotaal Sint Maarten | 1 158 100 | ||
Sint Eustatius | BU | Statia Oil Terminal, onderhandelingsmissie | 176 900 |
BU | Ondersteuning DCMR DROB | 65 200 | |
Subtotaal Sint Eustatius | 242 100 | ||
Curaçao | BU | Milieudienst Curaçao, vervolgmissie 9, ISLA/DCMR | 25 400 |
BU | Milieudienst, DCMR, twinningcoördinator | 1 038 323 | |
BU | Samenwerking Milieudienst Curaçao-DCMR 1998 fase 1 | 736 355 | |
BU | Activiteit 100, fact-finding missie TNO | 36 100 | |
Subtotaal Curaçao | 1 836 178 | ||
Aruba | BU | DOW, afdeling afvalwaterverwerking, interim manager | 1 253 288 |
BU | LVV Aruba, PUDRENA/NiLi | 573 600 | |
KU | VROM, milieujurist | 56 500 | |
Subtotaal Aruba | 1 883 388 | ||
Totaal Natuur, Milieu en Infrastructuur | 6 790 691 | ||
Volkshuisvesting en Wijkverbetering | |||
Sint Maarten | LU | Projectmanager Volkshuisvesting | 575 700 |
BU | Wederopbouw SXM, organisatorische en financiële infrastructuur, advisering | 75 500 | |
BU | Projectbureau Wederopbouw SXM | 1 911 597 | |
Subtotaal Sint Maarten | 2 562 797 | ||
Curaçao | BU | Evaluatie Stadsvernieuwing, deskundige | 98 500 |
OKD | Beoordelingsmissie Bureau Domeinbeheer, deskundige | 25 100 | |
Subtotaal Curaçao | 123 600 | ||
Totaal Volkshuisvesting en Wijkverbetering | 2 686 397 | ||
Sociale ontwikkeling en Gezondheidszorg | |||
Land | LU | Landslaboratorium, introductie/bestendiging laboratoriumtechniek | 350 100 |
LU | Caprilleskliniek, Chef de Clinique | 536 200 | |
BU | Herziening krankzinnigenlandsverordening | 110 500 | |
BU | Caprilleskliniek, forensische psychiatrie | 96 800 | |
BU | Inspectie Werkplan «Werk aan Toezicht» | 528 200 | |
OKD | Evaluatie Sede Antia | 320 000 | |
Subtotaal Land | 1 941 800 | ||
Curaçao | LU | SEHOS, Chef de Clinique Interne Geneeskunde | 557 700 |
LU | SEHOS, Chef de Clinique Gynaecologie | 656 900 | |
LU | SEHOS, Chef de Clinique Kindergeneeskunde | 553 400 | |
LU | SEHOS, Chef de Clinique Chirurgie | 600 000 | |
BU | Hoofd Medische Zorg | 134 516 | |
BU | Deskundigheidsbevordering, SZGG | 265 021 | |
KU | Medische consulenten 1998 | 71 100 | |
OKD | Sociaal noodprogramma- en Task-Force projecten | 403 915 | |
Subtotaal Curaçao | 3 242 552 | ||
Aruba | LU | Bedrijfsgezondheidsdienst, bedrijfsarts | 432 919 |
LU | Medisch adviseur AZV | 142 135 | |
BU | Evaluatie Cede Aruba, Unoca | 89 728 | |
KU | Medisch consulenten 1998 | 74 800 | |
Subtotaal Aruba | 739 582 | ||
Totaal Sociale ontwikkeling en Gezondheidszorg | 5 923 934 | ||
Onderwijs | |||
Land | BU | Begeleiding vernieuwing taal- en rekenonderwijs BON/SXM/EUX | 4 040 830 |
BU | Opstellen integraal onderwijsplan | 92 600 | |
KU | Ondersteuning wetgeving funderend onderwijs | 21 201 | |
OKD | Onderwijsdeskundigen Nederlandse Antillen | 702 750 | |
OKD | Workshop CITES | 34 000 | |
OKD | KANS | 2 227 500 | |
Subtotaal Land | 7 118 881 | ||
Curaçao | BU | Feffik, managementondersteuning | 632 768 |
BU | Invoering methode taal kabaal op 4 curaçaose basisscholen | 494 172 | |
BU | Innovatiemanagement trainingen deel II | 753 980 | |
KU | Ontwikkeling nieuw bekostigingssysteem onderwijs Curaçao | 413 250 | |
Subtotaal Curaçao | 2 294 170 | ||
Aruba | BU | LBO/MBO, bouwcoördinator | 1 112 277 |
BU | Versterking/actualisering MTO, 3e en 4e fase | 415 089 | |
BU | Bijscholing MAVO-docenten Nederlands, ACTA consult | 131 300 | |
BU | Directie Onderwijs; zorgverbreding | 559 165 | |
OKD | Onderwijsdeskundigen | 234 250 | |
OKD | KANS | 742 500 | |
Subtotaal Aruba | 3 194 581 | ||
Totaal Onderwijs | 12 607 632 | ||
Cultuur | |||
Aruba | LU | Monumentenzorg, bureauhoofd | 504 500 |
BU | Waardestellingen Arubaanse Monumenten | 310 000 | |
KU | Herinrichting Archeologisch Museum, deskundige | 13 000 | |
Subtotaal Aruba | 827 500 | ||
Totaal Cultuur | 827 500 | ||
Overige | |||
Land | OKD | Ondersteuning PS Lange Uitzendingen 1998 | 260 250 |
Subtotaal Land | 260 250 | ||
Aruba | OKD | Ondersteuning PS Lange Uitzendingen 1998 | 86 750 |
Subtotaal Aruba | 86 750 | ||
Totaal Overige | 347 000 | ||
TOTAAL PERSONELE SAMENWERKING | 186 140 759 |
OVERHEIDSPROJECTEN | ||
Sector | Projecttitel | Kosten in (N)Af. |
Rechtshandhaving | ||
Land | Eenmalige primaire opleiding (PD-I SXM) | 1 600 000 |
Top mat. behoeften Korps Politie NA | 2 618 717 | |
Politiepost Simpsonbay, uitvoeringskosten | 2 330 394 | |
Arrestatieteam N.A., materiële aanschaffingen | 466 792 | |
Automatisering Stichting reclassering Curaçao | 110 000 | |
Juridische documentatie N.A. | 644 900 | |
Huis van bewaring Bonaire | 1 700 000 | |
Landsrecherche N.A. | 177 300 | |
Penitentiaire jeugdinrichting Curaçao | 1 200 000 | |
Resocialisatie jonge gedetineerden | 2 261 758 | |
Koraal Specht, korte termijn maatregelen | 1 389 000 | |
Vreemdelingenadministratiesysteem | 626 413 | |
(NA)VAS Sint Maarten | 646 337 | |
Subtotaal Land | 15 771 611 | |
Aruba | Juridische documentatie Aruba | 476 400 |
Implementatie meldpunt ongebruikelijke transacties | 31 574 | |
Subtotaal Aruba | 507 974 | |
Totaal Rechtshandhaving | 16 279 585 | |
Bestuursondersteuning en overheidsorganisatie | ||
Land | Postkantoor Sint Eustatius | 710 466 |
Stageregeling, vierde tranche | 200 000 | |
Stageregeling, vijfde tranche | 200 000 | |
Stageregeling, zesde tranche | 650 000 | |
Voorbereidingskosten DepOS | 1 000 000 | |
Kwaliteitsontwikkeling Landsambtenaren | 585 400 | |
Invoering functiewaarderingsysteem (FUWASYS) | 218 400 | |
Toekomstperspectief Antilliaanse Militie + suppletie | 2 169 298 | |
Reinventing Government | 976 734 | |
Reinventing Government, tweede fase | 2 297 100 | |
Reinventing Government, investeringskosten | 3 000 000 | |
Reinventing Government, Caprilleskliniek | 2 000 000 | |
Subtotaal Land | 14 007 398 | |
Saba | Brandweer Saba | 885 030 |
Bestuurskantoor Saba | 120 000 | |
Subtotaal Saba | 1 005 030 | |
Sint Eustatius | Brandweer Sint Eustatius | 1 474 480 |
Subtotaal Sint Eustatius | 1 474 480 | |
Aruba | Stageregeling, jaarbudget 1997 | 100 000 |
Stageregeling, jaarbudget 1998 | 100 000 | |
Subtotaal Aruba | 200 000 | |
Totaal Bestuursondersteuning en overheidsorganisatie | 16 686 908 | |
Overheidsfinanciën | ||
Land | Operatie BBI – N.A. 1996–2000 | 6 848 948 |
BBI-NA programmacoördinatie 1997 | 1 310 500 | |
BBI-uitvoeringsprogramma 1997 | 1 078 300 | |
BBI-uitvoeringsprogramma 1997 Curaçao | 951 504 | |
BBI Bestedingsplan Saba 1997 | 463 758 | |
BBI Bestedingsplan EUX 1997 | 463 758 | |
BBI uitvoeringskosten St. OAB 1997 | 879 490 | |
BBI programma coördinatie | 1 110 400 | |
Automatisering belastingdienst SXM | 520 000 | |
Automat. Inspectie Invoer & Accijnzen (ASYCUDA) | 1 613 600 | |
Subtotaal Land | 15 240 258 | |
Sint Maarten | Accountantscontrole wederopbouw SXM | 488 600 |
Subtotaal Sint Maarten | 488 600 | |
Totaal Overheidsfinanciën | 15 728 858 | |
Economische Ontwikkeling | ||
Land | Bevordering betere arbeidsverhoudingen | 28 218 |
Sociaal Noodprogramma 1998 – Economische Ontwikkeling | 10 000 000 | |
Training Grants scheme | 1 240 000 | |
Subtotaal Land | 11 268 218 | |
Sint Maarten | Wederopbouw, haven SXM, vbk + suppletie | 2 700 000 |
Renovatie landingsbaan luchthaven | 8 800 000 | |
Luchthaven, fase 1 dempen Flamingo pond | 11 500 000 | |
Subtotaal Sint Maarten | 23 000 000 | |
Bonaire | Zeepromenade Bonaire, fase II | 6 896 900 |
Subtotaal Bonaire | 6 896 900 | |
Totaal Economische Ontwikkeling | 41 165 118 | |
Milieu, Natuur en Infrastructuur | ||
Land | Urgentieplan GEBE Saba | 674 570 |
Lichtboei Sint Maarten | 36 168 | |
Sociaal Noodprogramma 1997 – milieu, natuur en infrastructuur | 600 000 | |
Werkbudget Milieu en Natuurbeleid N.A. | 1 160 000 | |
Seismologische/vulkanologische bewaking Saba/EUX | 651 277 | |
Aanschaf radarsysteem Curaçao | 1 500 000 | |
KNAP-fonds 1998–1999 | 99 010 | |
Milieufonds N.A. 1998–1999 | 148 515 | |
Modernisering weerradars N.A., uitvoeringskosten | 1 182 000 | |
Subtotaal Land | 6 051 540 | |
Bonaire | Marine park Bonaire | 448 000 |
Windturbine | 758 768 | |
Sloopwerk ruines hotels Sorobon | 213 000 | |
Luchthaven Bonaire uitbreiding platform | 5 316 200 | |
Subtotaal Bonaire | 6 735 968 | |
Sint Eustatius | Statia Oil terminal, inkl. suppletie Cie SOT | 728 000 |
Vuilniswagen en -containers | 287 000 | |
Bescherming klifwanden, voorbereiding | 180 000 | |
Drinkwatervoorziening voorbereiding | 430 000 | |
Stage heer Tearr bij DCMR | 7 800 | |
Subtotaal Sint Eustatius | 1 632 800 | |
Saba | Vastvuilverwerking Saba | 1 033 793 |
Landslide projekt | 350 000 | |
Drinkwaterdistributie Saba | 566 000 | |
Upgrading vliegveld Saba, uitvoeringskosten | 5 380 000 | |
Luchthaven Saba, voorbereidingskosten gebouwen | 162 000 | |
Overlaging runway airport Saba | 1 817 000 | |
Wederopbouw, herstel haven Saba, uvk | 2 609 287 | |
Renovatie wegennet Windwardside Saba | 570 000 | |
Meerboei Fort Saba | 43 000 | |
Vuilnistruck Saba | 170 000 | |
Subtotaal Saba | 12 701 080 | |
Sint Maarten | Riolering St P-burg, ontvangstput + suppletie | 1 073 172 |
Verb. RWZI Medical Centrum SXM + suppletie | 868 611 | |
Wederopbouw, afval en hemelwaterbeh. vbk | 4 460 000 | |
Wederopbouw, ondergr. bekabeling van nutsv. | 2 500 000 | |
Wederopbouw, vuilverwerk., afvalcentr., vbk | 200 000 | |
Wederopbouw persleiding Belvedere + suppletie | 4 072 000 | |
Wederopbouw baggeren Freshpoint | 3 655 000 | |
Wederopbouw isolatie Pondfill | 3 265 000 | |
Afvalcontainers Sint Maarten | 1 427 500 | |
Wederopbouw, afval- en hemelwaterbeheer Fort William, uvk | 840 000 | |
Subtotaal Sint Maarten | 22 361 283 | |
Aruba | Verlenging Ringweg 4 | 5 014 830 |
RWZI-Bubali, upgrading fase I en fase II | 12 960 000 | |
Saneringsplan Vogelplas | 148 900 | |
Subtotaal Aruba | 18 123 730 | |
Totaal Milieu, Natuur en Infrastructuur | 67 606 401 | |
Volkshuisvesting en Wijkverbetering | ||
Land | Kadaster Bovenwinden, fase III | 4 445 510 |
Kadaster Bovenwinden, fase III en IV + suppletie | 4 651 015 | |
Sociaal Noodprogramma 1997 – volkshuisvesting en wijkverbetering | 1 150 000 | |
Sociaal Noodprogramma 1998 – volkshuisvesting en wijkverbetering | 6 250 000 | |
Subtotaal Land | 16 496 525 | |
Bonaire | 300 woningen FCB, voorbereiding | 371 000 |
Woningbouw Bonaire | 5 312 359 | |
Subtotaal Bonaire | 5 683 359 | |
Saba | Volkshuisvesting Saba 1996–2000; bestedingsplan '96 | 1 900 000 |
Subtotaal Saba | 1 900 000 | |
Sint Eustatius | Volkshuisvesting St. Eustatius, bestedingsplan | 500 000 |
Subtotaal Sint Eustatius | 500 000 | |
Sint Maarten | Aanpak volkshuisvesting, fase I | 776 700 |
Wederopbouw, 200 noodwoningen | 7 640 000 | |
Wederopbouw, vbk, Belvedere volkshuisvesting | 528 000 | |
Wederopbouw, woningverbetering | 2 000 000 | |
Wederopbouw, volkshuisvesting | 16 590 000 | |
Wederopbouw, aanloopkosten SMHDF | 2 300 000 | |
Wederopbouw, zelfbouw | 7 570 000 | |
Wederopbouw, bejaardenwoningen Belvedere | 840 000 | |
Wederopbouw, PPP-Shanty Town | 3 000 000 | |
Wederopbouw, Hope Estate | 1 920 000 | |
Subtotaal Sint Maarten | 43 164 700 | |
Aruba | Renovatie Village/Esso Heights, bouw 100 huurw. | 5 236 364 |
Subtotaal Aruba | 5 236 364 | |
Totaal Volkshuisvesting en Wijkverbetering | 72 980 948 | |
Sociale ontwikkeling en Gezondheidszorg | ||
Land | Sociaal Noodprogramma 1997 – soc. ontwikkeling en gezondheidszorg | 4 200 000 |
Sociaal Noodprogramma 1998 – soc. ontwikkeling en gezondheidszorg | 3 500 000 | |
Nieuwbouw Caprilleskliniek | 11 000 000 | |
Nieuwbouw Caprilleskliniek – 1998 | 8 550 000 | |
Inspectie werkplan «werk aan toezicht» | 195 000 | |
Gezondheidsonderzoek Bovenwinden en Bonaire | 1 033 025 | |
Subtotaal Land | 28 478 025 | |
Bonaire | Lionquest Bonaire | 114 380 |
Subtotaal Bonaire | 114 380 | |
Sint Maarten | Wederopbouw, medical centre + suppletie | 3 410 450 |
Wederopbouw, Rode Kruis | 990 000 | |
Stormschade Luis; fonds voor acute aanschaffingen | 5 040 620 | |
Subtotaal Sint Maarten | 9 441 070 | |
Aruba | Inrichting slachthuis + marge ID | 612 790 |
Subtotaal Aruba | 612 790 | |
Totaal Sociale ontwikkeling en Gezondheidszorg | 38 646 265 | |
Onderwijs | ||
Land | Schooltelevisie Bovenwindse eilanden, mat. kosten | 439 022 |
«Antilliaanse Schil» werkschriften Taal Kabaal | 603 500 | |
Anders Nederlands/MAVO scholen + suppletie | 1 002 000 | |
Atlassen Bovenwindse Eilanden | 510 870 | |
Sociaal Noodprogramma 1997 – onderwijs | 14 050 000 | |
Sociaal Noodprogramma 1998 – onderwijs | 5 250 000 | |
«Basisvorming, bij- en nascholing; urgent traject» | 124 230 | |
Innovatiemanagement cursus Bonaire/Bovenwinden | 126 063 | |
Basisvorming | 5 700 000 | |
Subtotaal Land | 27 805 685 | |
Bonaire | Experimentele klassen anderstaligen | 122 613 |
Rehab. scholen Bonaire, fase II | 3 163 200 | |
Vernieuwing LBO Bonaire | 2 886 700 | |
Atlassen «Nos Tera Nobo» Bonaire | 185 326 | |
Nieuwbouw kleuter- en basisschool te Nikiboko | 7 045 654 | |
Nieuwbouw kleuter- en basisschool te Nikiboko II | 1 167 117 | |
Computers t.b.v. de Scholengemeenschap Bonaire | 251 000 | |
Subtotaal Bonaire | 14 821 610 | |
Saba | Vernieuwing taalonderwijs Saba | 33 400 |
Comprehensive school Saba | 1 656 475 | |
Saba comprehensive school, form 4 | 52 760 | |
Project onderwijs Saba (SKOSABA) | 476 145 | |
Subtotaal Saba | 2 218 780 | |
Sint Eustatius | Onderwijs op Sint Eustatius + suppletie | 884 759 |
Gwendolyn van Puttenschool + 2 suppleties | 1 769 291 | |
Subtotaal Sint Eustatius | 2 654 050 | |
Sint Maarten | Vernieuwing taal- en rekenonderwijs | 1 911 865 |
Computers in het voortgezet onderwijs (CVO) te SXM | 801 974 | |
Wederopbouw, Onderwijs vbk + suppletie | 2 800 000 | |
Wederopbouw, herstel 4 scholen | 7 491 075 | |
Wederopbouw, Onderwijs vervanging inventaris | 3 700 000 | |
Wederopbouw, nieuwbouw Lionel Conor school | 1 500 000 | |
Wederopbouw, nieuwbouw zr. Borgiaschool | 1 395 000 | |
Wederopbouw, MAC Betty's estate + suppletie | 936 000 | |
Wederopbouw, reparatie Sundial School | 750 000 | |
Wederopbouw, St. Peters Public School | 3 500 000 | |
Wederopbouw, verplaatsbare noodlokalen | 108 000 | |
Wederopbouw, reparatie Milton Peters College | 6 400 000 | |
Wederopbouw, reparatie Vocational Training School | 850 000 | |
Wederopbouw, St. John's Estate | 5 473 294 | |
Subtotaal Sint Maarten | 37 617 208 | |
Aruba | Versterking/actualisering MTO f-II en III | 1 399 704 |
Zelfvervaardigde leermiddelen | 182 648 | |
Herstrukturering LBO, architektenkosten | 2 694 800 | |
Versterking/actualisering MTO f-III | 1 502 306 | |
Herstrukturering LBO, werkplan 1995 | 1 362 500 | |
Herstrukturering LBO, deeldoss. insch. architect | 1 193 400 | |
Bouw en inrichting 6 klassige kleuterschool te Noord | 1 856 340 | |
Bouw en inrichting 12 klassige basisschool te Noord | 3 099 252 | |
Niveau-lezen | 301 118 | |
Herstructurering LBO, inventaris 2e leerjaar EPB | 880 512 | |
Herstructurering LBO, werkplan schooljaar 1996/1997 | 588 082 | |
Herstructurering LBO, nieuwbouw Oranjestad + 2e bijdr. | 17 447 350 | |
Inrichting IPA | 460 000 | |
Nieuwbouw en renovatie EPB San Nicolas | 6 700 000 | |
Herstrukturering LBO, inventaris 3e leerjaar | 2 370 000 | |
Herstructurering LBO, werkplannen 1997–1998 | 505 000 | |
Herstructurering LBO, inventaris 4e leerjaar EPB, CT-bovenbouw Oranjestad | 1 000 000 | |
Herstr. LBO, inv. 4e l.j., sporthal Oranjestad | 200 000 | |
Herstr. LBO, inv. 4e l.j., overige onderdelen | 1 300 000 | |
Subtotaal Aruba | 45 043 012 | |
Totaal Onderwijs | 130 160 345 | |
Cultuur | ||
Land | Zoutschade onderzoek, fase III + suppletie | 1 184 710 |
Fort Oranje EUX | 1 324 049 | |
Subtotaal Land | 2 508 759 | |
Bonaire | Restauratie Fort Oranje t.b.v. gerechtsgebouw Bon. | 279 000 |
Restauratie Fort Oranje t.b.v. gerechtsgebouw Bon., uvk | 2 000 000 | |
Nieuwbouw bibliotheek Bonaire | 165 000 | |
Subtotaal Bonaire | 2 444 000 | |
Sint Eustatius | Masterplan Historic Core | 1 800 000 |
Historic Core, tranche 1998 | 2 000 000 | |
Subtotaal Sint Eustatius | 3 800 000 | |
Aruba | Restauratie Eloy Arends/hotel Colombia complex + suppletie | 2 272 930 |
Subtotaal Aruba | 2 272 930 | |
Totaal Cultuur | 11 025 689 | |
TOTAAL OVERHEIDSPROJECTEN | 410 280 117 |