De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is programmaminister voor het stedenbeleid. Vanuit die coördinerende verantwoordelijkheid heeft hij onderhavige overzichtsconstructie tot zijn beschikking, conform de Rijksbegrotingsvoorschriften 2012. Het overzicht heeft een informatiefunctie voor de Staten-Generaal. Op deze wijze wordt het integrale overheidsbeleid zichtbaar gemaakt, ook al wordt het beleid door meer ministers uitgevoerd. De individuele ministeriële verantwoordelijkheid blijft daarbij gehandhaafd.
Beleidsterrein/instrument | Type uitkering 2013 | Ministerie | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(indicatieve bedragen x € miljoen)1 | ||||||||
Sociaal domein | ||||||||
Maatschappelijke opvang, openbare geestelijke gezondheidszorg en verslavingsbeleid 2 | decentralisatie-uitkering | VWS | 255 | 254 | 254 | 254 | 254 | 254 |
Gezond in de stad | decentralisatie-uitkering | VWS | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 |
Onderwijsachterstandenbeleid | specifieke uitkering 3 | |||||||
OAB-Besluit van 23 augustus 2010 4 | OCW | 182 | 182 | 182 | 182 | 182 | 182 | |
OAB-Besluit tot wijziging van 28 november 20115 | OCW | 70 | 95 | 95 | 95 | 95 | 95 | |
Participatiebudget 6 | specifieke uitkering | |||||||
Inburgering | BZK | 98 | 46 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Volwasseneneducatie 7 | OCW | 43 | 21 | 21 | 21 | 21 | 21 | |
Aanpak Marokkaans-Nederlandse probleemjongeren | decentralisatie-uitkering | |||||||
Voorkomen criminele loopbaan allochtone jongeren (G4) | V&J | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Jeugd | decentralisatie-uitkering | |||||||
Voortijdig schoolverlaten (accent op aanpak overbelaste jongeren) 8 | OCW | 22 | 22 | 22 | 22 | 22 | 22 | |
Vrouwenopvang/huiselijk geweld 9 | decentralisatie-uitkering | VWS | 90 | 90 | 90 | 90 | 90 | 90 |
Totaal beschikbare middelen sociale domein | 770 | 715 | 669 | 669 | 669 | 669 | ||
Fysiek domein | ||||||||
Investeringsbudget stedelijke vernieuwing | decentralisatie-uitkering | BZK | 148 | 153 | 139 | 0 | 0 | 0 |
Budget voor stedelijke vernieuwing (bodem) | decentralisatie-uitkering | I en M | 21 | 21 | 21 | 0 | 0 | 0 |
Totaal beschikbare middelen sociale en fysieke domein | 939 | 889 | 829 | 669 | 669 | 669 |
Met het oog op de vergelijkbaarheid met de reeksen in voorgaande jaren wordt uitgegaan van de G4/G27 (G31), tenzij anders vermeld.
In eerste instantie geldt de specifieke uitkering voor een periode van vier jaar (tot en met 2014); bij de evaluatie kan worden bezien of oormerking langer wenselijk of nodig is (Staatsblad 2010, 687).
De specifieke uitkering gaat naar alle gemeenten met onderwijsachterstandleerlingen (n.a.v. de som van de schoolgewichten in de desbetreffende gemeente); het betreft hier het bedrag voor de G31.
Het betreft hier een aanvullende bekostiging bestemd voor vve, schakelklassen en zomerscholen aan G37 (G31, Ortega-gemeenten en gemeente Delft); Staatsblad 2011, 582.