Base description which applies to whole site

3.2. Dienst Vastgoed Defensie

Algemeen

De Dienst Vastgoed Defensie (DVD) is verantwoordelijk voor het doelmatige en maatschappelijk verantwoorde beheer en inrichting van het defensievastgoed. De DVD geeft adviezen en treedt op als intermediair voor de waarborging van de ruimtelijke belangen van de klanten bij Defensie. De DVD staat de klanten bij in hun zorg voor de beschikbaarheid en bruikbaarheid van het vastgoed.

De DVD maakt samen met de Defensie Bewakings- en Beveiligingsorganisatie (DBBO) en de Divisiestaf deel uit van de Divisie Vastgoed & Beveiliging. Deze begroting heeft betrekking op de DVD inclusief de Divisiestaf. De DBBO is een kasverplichtingen eenheid en valt buiten het bestek van de Baten en Lasten Dienst.

De DVD bevindt zich momenteel in een fusietraject. Defensie en het Ministerie van BZK hebben op 1 juli 2014 een overdrachtsconvenant getekend waarin is afgesproken dat de DVD samen met de RGD, het RVOB en de Directie Vastgoed wordt gefuseerd tot het Rijksvastgoedbedrijf (RVB). In 2015 zal de formele integratie tot één agentschap RVB een feit zijn. Hiertoe wordt in het najaar van 2014 formeel instemming van de Tweede Kamer gevraagd.

Om niet vooruit te lopen op formele besluitvorming over agentschapsvorming van het RVB, is de ontwerpbegroting 2015 nog opgesteld met de DVD als een zelfstandig agentschap. Een deel van de huidige DVD organisatie blijft achter bij Defensie en wordt opgenomen in de begroting van het CDC. De nu voorliggende ontwerpbegroting DVD wordt vervangen door een nieuwe begroting RVB bij de 1e suppletoire begroting 2015.

Begroting baten en lasten

(Bedragen x € 1.000)

realisatie

2013

begroting

2014

ramingen

2015

2016

2017

2018

2019

BATEN

             

Omzet moederdepartement

70.866

61.010

63.537

61.125

60.625

59.625

58.965

Programmagelden instandhouding

140.267

75.588

125.290

117.290

117.290

117.290

117.290

Programmagelden Expertise & Advies

   

1.828

1.828

1.828

1.828

1.828

Omzet huisvestingsactiviteiten

4.508

9.637

9.800

10.600

11.500

11.600

11.900

Omzet overige departementen

1.438

           

Omzet derden

1

           

Mutatie onderhanden projecten

– 193

           

Rentebaten

43

           

Vrijval voorzieningen

             

Bijzondere baten

2.388

           
               

Totaal baten

219.318

146.235

200.455

190.843

191.243

190.343

189.983

               

LASTEN

             

Apparaatskosten

             

Personele kosten

56.379

55.080

52.100

50.123

49.713

48.893

48.351

– waarvan eigen personeel

53.343

50.136

49.133

48.150

48.187

47.223

– waarvan inhuur

3.036

1.964

990

1.563

706

1.128

Materiële kosten

15.214

1.639

9.143

8.790

8.700

8.520

8.402

– waarvan apparaat ICT

159

           

– waarvan bijdrage aan SSO» s

3.774

           

Kosten uitbesteding

2.500

1.500

1.500

1.500

1.500

1.500

Programmagelden instandhouding

142.261

75.588

125.290

117.290

117.290

117.290

117.290

Programmagelden expertise & advies

   

1.828

1.828

1.828

1.828

1.828

Rentelasten

985

776

312

312

312

312

312

Rentelasten huisvestingsactiviteiten

2.681

6.042

9.800

10.600

11.500

11.600

11.900

Rentelasten rekening-courant

             

Afschrijvingskosten

             

– materieel

631

515

482

400

400

400

400

waarvan apparaat ICT

           

– materieel huisvestingsactiviteiten

1.730

3.595

0

0

0

0

0

– immaterieel

             

Overige kosten

             

– Dotaties voorzieningen

 

500

         

– Bijzondere lasten

306

           
               
               

Totaal lasten

220.187

146.235

200.455

190.843

191.243

190.343

189.983

               

saldo van baten en lasten

– 869

0

0

0

0

0

0

Toelichting begroting baten en lasten

Algemeen

Het budget van CDC is opgehoogd om een duurzaam financieel evenwicht te bereiken tussen de omvang van de vastgoedportefeuille en de defensiebrede vraag naar huisvesting en infrastructuur.

Baten

Omzet moederdepartement

De omzet van het moederdepartement is opgebouwd uit het honorarium voor het totale dienstverleningspakket van de DVD. Door het krimpende vastgoedbestand, vanwege afstotingen, daalt de omzet meerjarig.

Programmagelden instandhouding

De programmagelden Instandhouding zijn de vergoedingen die de DVD ontvangt voor de aannemerskosten voor het planbaar en niet-planbaar onderhoud.

Omzet huisvestingsactiviteiten

De omzet huisvestingsactiviteiten bestaat uit de vergoeding die de divisie binnen Defensie ontvangt voor de met de leenfaciliteit gefinancierde projecten. De vergoeding dekt de rentelasten en afschrijvingskosten van de leningen.

Lasten

Apparaatskosten

De apparaatskosten omvatten alle capaciteitskosten, zowel van direct personeel als indirect personeel en de overige exploitatiekosten.

De personele lasten hebben een relatie met de werklast die tot uitdrukking komt in de begrotingspost «Omzet Moederdepartement». De daling van de personele lasten in 2015 houdt verband met de reorganisatie van de DVD die per 1 juni 2014 zijn beslag heeft gekregen. Deze reorganisatie staat los van de vorming van het Rijksvastgoedbedrijf. In de daaropvolgende jaren is uitgegaan van een lichte daling. Weliswaar is er sprake van natuurlijk verloop, er is ook behoefte aan extra technische expertise bij capaciteitsknelpunten. De werklast ligt de komende jaren hoger dan de omvang van het personeelsbestand en daarom blijft externe capaciteit (inhuur) noodzakelijk (flexibele schil).

Programmagelden instandhouding

Zie baten.

Rentelasten huisvestingsactiviteiten

De rentelasten huisvestingsactiviteiten vormen een component van de kosten die samenhangen met de financiering vanuit de leenfaciliteit.

Afschrijvingskosten

De afschrijvingen zijn terug te voeren op de materiële vaste activa van de bedrijfsgroep.

Kasstroomoverzicht

(Bedragen x € 1.000)

realisatie

2013

begroting

2014

ramingen

2015

2016

2017

2018

2019

1. Rekening courant RHB 1 janauri

58.569

46.884

47.340

43.759

41.791

42.926

40.317

               

2. Totaal operationele kasstroom

– 18.570

4.050

557

2.386

5.825

2.118

4.500

               
 

–/– totaal investeringen

– 30.482

– 26.415

– 12.564

– 24.049

– 14.340

– 2.890

– 600

 

–/– totaal boekwaarde desinvesteringen

1.543

15.000

         

3. Totaal investeringskasstroom

– 28.939

– 11.415

– 12.564

– 24.049

– 14.340

– 2.890

– 600

               
 

–/– eenmalige uitkering aan moederdepartement

             
 

–/– eenmalige storting door moederdepartement

             
 

–/– aflossingen op leningen

– 6.532

– 18.594

– 4.138

– 4.354

– 4.690

– 4727

– 4.839

 

+/+ beroep op leenfaciliteit

35.575

26.415

12.564

24.049

14.340

2.890

600

4. Totaal financieringskasstroom

29.043

7.821

8.426

19.695

9.650

– 1.837

-4.239

               

5. Rekening courant RHB 31 december

40.103

47.340

43.759

41.791

42.926

40.317

39.978

(inclusief deposito) (=1+2+3+4)

             

Toelichting bij het kasstroomoverzicht

Operationele kasstroom

De operationele kasstroom bestaat onder andere uit het jaarlijkse bedrijfsresultaat, aangevuld met de afschrijvingen op de materiële activa en de dotaties aan de voorzieningen.

Investeringskasstroom

De investeringskasstroom vloeit voort uit de financiering van «Nieuwbouw CKmar Schiphol», Opleidingscentrum KMar en Hoger onderhoud Woensdrecht. Voor de periode 2014 en verder zijn ook investeringen gepland.

Financieringskasstroom

De financieringskasstroom representeert het (vreemd) vermogen dat aangetrokken wordt voor de financiering van de investeringen via de leenfaciliteit. Deze correspondeert met de investeringskasstroom.

De verwachting is dat de totale liquiditeitspositie van het agentschap op een voldoende niveau zal blijven.

Doelmatigheidsparagraaf

Doelmatigheidsindicatoren c.q. kengetallen

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

Omschrijving generieke deel

             

Vte'n totaal

858,5

810

831

805

795

781

770

– waarvan in eigen dienst

 

810

796

780

764

749

734

– waarvan inhuur

   

35

25

31

32

36

Saldo van baten en lasten (%)

– 0,4%

0,0%

0,3%

0,1%

0,1%

0,1%

0,0%

               

Omschrijving specifiek deel

             
               

Kostprijzen per product(groep) DVD

             

Expertise &advies

76

69

72

66

69

62

65

Verwerving & Afstoting excl. COVO

71

69

67

66

64

62

61

COVO

63

58

60

55

57

52

54

Instandhouding

61

52

58

49

55

47

53

Gemiddelde kostprijs product

65

64

62

61

59

58

56

               

Tarieven

zie kostprijzen per product

           
               

Omzet per productgroep (pxq) in K€

             

Expertise &advies

6.509

6.821

6.793

6.793

6.793

6.793

6.793

Verwerving & Afstoting excl. COVO

15.366

17.300

16.300

16.000

15.500

14.500

14.000

COVO

3.666

1.400

1.600

1.600

1.600

1.600

1.600

Instandhouding

44.770

33.400

30.260

28.260

28.260

28.260

28.260

Categoriemanagement Energie& Water

700

700

700

700

700

PPS

390

390

390

390

390

Storingsdienst

8.750

8.750

8.750

8.750

8.750

Overig

1.090

1.090

460

460

460

460

300

               

Servicelevels (norm = 80%)

85%

83%

83%

83%

83%

83%

83%

Productiviteit (omzet K€ per directe medewerker)

87,9

90

90

90

90

90

90

Projecttevredenheid (norm = 90%)

94%

95%

95%

95%

95%

95%

95%

Toelichting

Het aantal vte’n daalt fors in 2015, omdat dan de regionale eenheden binnen de DVD zijn opgeheven als gevolg van de in 2014 doorgevoerde reorganisatie.

De kostprijzen per uur dalen licht, omdat de tijdregistratie methodiek enige verandering heeft ondergaan met ingang van 2014. Dit is niet te zien in de kolom 2014, omdat in deze kolom conform de begrotingsregels de cijfers uit de oorspronkelijke begroting 2014 zijn opgenomen. De daling treedt voor het eerst op in 2015 en moet worden afgezet tegen de realisatie 2013.

De categorie «overig» in de tabel «omzet per productgroep» laat een lagere omzet zien vanaf 2015. Vanaf 2015 betreft dit slechts de instandhoudingactiviteiten voor de Uitvoeringsorganisatie Vriezenveen die overtollig materieel van Defensie afstoot. In 2013 en 2014 betrof deze post meer – vooral lokaal afgesloten – opdrachten. Deze zijn voor de daaropvolgende jaren verwerkt in de overige productregels.

De productiviteit wordt vanaf 2014 vooralsnog constant verondersteld in verband met de ontwikkelingen waarin de DVD zich momenteel bevindt.

De aandacht voor de klant op projectniveau scoort onverminderd hoog. De inspanningen zijn gericht op het handhaven van dit ambitieniveau.

Licence