Artikel
Algemene doelstelling
De algemene doelstelling is het scheppen van een internationaal concurrerende onderzoeksomgeving die onderzoekers uitdaagt tot optimale wetenschappelijke prestaties en die goed aansluit op maatschappelijke behoeften.
Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor het stelsel van onderzoek en wetenschap.
Financieren: De Minister bekostigt het onderzoeks- en wetenschapsbestel.
Stimuleren: De Minister stimuleert in het wetenschappelijk onderzoek:
-
• kwaliteit en excellentie;
-
• zwaartepuntvorming en profilering. De afspraken die hierover gemaakt zijn met de universiteiten staan vermeld in het hoofdlijnenakkoord;
-
• samenwerking in de gouden driehoek van bedrijven, kennisinstellingen en overheid. In het topsectorenbeleid zijn hiervoor innovatiecontracten ontwikkeld;
-
• aansluiting op het maatschappelijk belang.
Regisseren: De Minister schept voorwaarden voor:
-
• een klimaat voor universiteiten en kennisinstellingen voor het doen van excellent onderzoek;
-
• borging van het vernieuwend vermogen en de kwaliteit van het Nederlandse onderzoek;
-
• het doelmatig functioneren van wetenschappelijke instellingen die, zowel zelfstandig als in relatie tot universiteiten en bedrijven, een belangrijke plaats innemen;
-
• de Nederlandse onderzoeksfaciliteiten;
-
• de coördinatie en positionering van het wetenschapsbeleid op nationaal en internationaal niveau.
De Minister is verantwoordelijk voor het toezicht op een efficiënte besteding van publieke middelen en op voldoende verspreiding van kennis naar de maatschappij.
Indicatoren/kengetallen
Indicatoren en overige informatie over de toerusting en de prestaties voor het onderzoekstelsel worden beschreven in Trends in Beeld. De kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en op basis hiervan de kwaliteit van het wetenschapssysteem kan onder meer bezien worden op basis van citaties naar wetenschappelijke publicaties. De wetenschappelijke artikelen die in de periode 2009–2012 in Nederland zijn geproduceerd worden in de jaren daarna 52 procent vaker geciteerd dan het mondiale gemiddelde. Nederland neemt op basis hiervan mondiaal een vooraanstaande (tweede) positie in wat betreft de wetenschappelijke kwaliteit van het onderzoek.
De kwaliteit van de Nederlandse wetenschap blijkt ook uit het hoge aandeel van Nederlandse wetenschappers over de volle breedte van het Europese programma voor onderzoek en innovatie, zowel als het gaat om de maatschappelijke uitdagingen als bijvoorbeeld de European Research Council.
Doelstelling/Indicator | Basiswaarde | 2015 | Streefwaarde | |
---|---|---|---|---|
Behoud van kwaliteit wetenschap en wetenschappelijk talent en versterken impact wetenschap | 2 (2009–2012) | 2 (2009–2012) | kleiner of gelijk 5 (2010–2013)». | WTI2 (Thomson Reuters/CWTS Web of Science. Bewerking CWTS/NIFU) |
Wetenschapsagenda
Beleidswijzigingen
Strategische keuzes en samenwerking zijn nodig om de toppositie van de Nederlandse wetenschap verder te versterken. Het kabinet wil middelen gerichter gaan inzetten, met oog voor wetenschappelijke sterktes, maatschappelijke vraagstukken en economische kansen. Het kabinet stelt daartoe samen met kennisinstellingen, bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheid in 2015 De Nationale Wetenschapsagenda op.
De Nationale Wetenschapsagenda zal een inspiratiebron zijn voor de Nederlandse wetenschap. Op de korte en middellange termijn zal De Nationale Wetenschapsagenda doorwerken in de profilering van de universiteiten en hogescholen, de programmering van de partners van de kenniscoalitie, de ontwikkelingsrichting van de nationale onderzoeksinstituten en in investeringen in grote onderzoeksfaciliteiten.
De agenda zal uitdagende thema’s benoemen waar de wetenschap zich op gaat richten, met een actieve betrokkenheid van bedrijven en maatschappelijke organisaties. De agenda stimuleert samenwerking, creativiteit en vernieuwing. In de Nationale Wetenschapsagenda zal worden aangesloten bij bestaande internationale onderzoeksagenda’s zoals het Europese Horizon2020.
Het kabinet heeft aan de Kenniscoalitie de opdracht gegeven om De Nationale Wetenschapsagenda te ontwikkelen. De stuurgroep bestaat uit de universiteiten (VSNU), de hogescholen (VH), de Universitair Medische Centra (NFU), KNAW, NWO, VNO-NCW, MKB-Nederland en de instituten voor toegepast onderzoek (TNO/TO2).
Via www.wetenschapsagenda.nl heeft iedereen in Nederland tot 1 mei 2015 zijn of haar vragen aan de wetenschap kunnen stellen. Deze vragen leveren input voor het opstellen van De Nationale Wetenschapsagenda. In totaal zijn meer dan 11.000 vragen ingediend en ter beoordeling aan wetenschappelijke jury’s voorgelegd. Eind 2015 zal het kabinet de nationale wetenschapsagenda vaststellen en haar naar de Kamer zenden.
Onderzoek houdt niet op bij de grens: onderzoekers werken grensoverschrijdend samen en gebruiken elkaars kennis en technologieën. Om dit optimaal te faciliteren wordt in de EU nauw samengewerkt op het terrein van onderzoek en innovatie. Nederland is tijdens de eerste helft van 2016 Voorzitter van de Raad van de Europese Unie. Centraal daarbij staat open toegang tot wetenschappelijke publicaties en onderzoeksdata, die alleen gerealiseerd kan worden via Europese samenwerking. Een andere prioriteit is de nieuwe ESFRI-Roadmap voor grootschalige onderzoeksfaciliteiten, waarvoor geldt dat via Europese bundeling van krachten grote meerwaarde kan worden bereikt voor de wetenschap, economie en samenleving.
Budgettaire gevolgen van beleid en budgetflexibiliteit
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 1.342.276 | 967.620 | 934.735 | 930.902 | 929.176 | 928.892 | 928.584 | ||
Totale uitgaven | 926.503 | 1.025.759 | 953.579 | 934.716 | 930.395 | 929.176 | 928.892 | ||
Waarvan juridisch verplicht (%) | 99,8% | ||||||||
Bekostiging | 756.167 | 901.486 | 836.922 | 819.354 | 816.363 | 814.913 | 814.621 | ||
• | Hoofdbekostiging | 504.082 | 652.035 | 590.395 | 574.852 | 571.869 | 571.269 | 571.069 | |
NWO-wet en WHW | |||||||||
– | NWO | 365.891 | 476.705 | 457.552 | 443.971 | 442.091 | 441.491 | 441.291 | |
– | KNAW | 91.331 | 88.220 | 87.193 | 86.034 | 85.359 | 85.359 | 85.359 | |
– | KB | 46.860 | 87.110 | 45.650 | 44.847 | 44.419 | 44.419 | 44.419 | |
• | Aanvullende bekostiging | 252.085 | 249.451 | 246.527 | 244.502 | 244.494 | 243.644 | 243.552 | |
– | NWO Talentenontwikkeling | 165.865 | 162.318 | 161.409 | 161.246 | 160.885 | 160.885 | 160.885 | |
– | NWO STW | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | |
– | NWO Grootschalige researchinfrastructuur | 61.963 | 54.243 | 55.295 | 55.382 | 55.380 | 55.380 | 55.380 | |
– | Nationaal RG onderwijsonderzoek | 16.257 | 19.448 | 17.823 | 15.874 | 16.229 | 15.379 | 15.287 | |
– | Poolonderzoek | 0 | 2.942 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | |
– | Kust- en Zeeonderzoek | 0 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | |
Subsidies | 83.131 | 27.986 | 27.783 | 26.507 | 25.184 | 25.415 | 25.423 | ||
• | Kaderregeling exploitatiesubsidies onderzoek en wetenschap | 26.494 | 18.100 | 18.100 | 18.100 | 18.100 | 18.100 | 18.100 | |
– | CPG | 261 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Montesquieu Instituut | 559 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | NBC/Nationaal Herbarium | 10.235 | 6.235 | 6.235 | 6.235 | 6.235 | 6.235 | 6.235 | |
– | BPRC | 8.635 | 8.303 | 8.303 | 8.303 | 8.303 | 8.303 | 8.303 | |
– | NCWT/NEMO | 3.520 | 3.343 | 3.343 | 3.343 | 3.343 | 3.343 | 3.343 | |
– | STT | 231 | 219 | 219 | 219 | 219 | 219 | 219 | |
– | NTU/INL | 3.053 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
• | Subsidieregeling St.AAP | 1.027 | 1.028 | 1.028 | 1.028 | 1.028 | 1.028 | 1.028 | |
• | Kaderregeling subsidiëring projecten t.b.v. onderzoek en wetenschap | 55.610 | 8.858 | 8.655 | 7.379 | 6.056 | 6.287 | 6.295 | |
– | Kust en zeeonderzoek | 2.500 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Poolonderzoek | 2.942 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Genomics | 40.500 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Nationale coördinatie | 6.098 | 6.108 | 5.905 | 6.129 | 6.056 | 6.287 | 6.295 | |
– | Bilaterale samenwerking | 3.570 | 2.750 | 2.750 | 1.250 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 676 | 835 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | ||
– | opdrachten | 676 | 835 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | |
Bijdrage aan agentschappen | 303 | 301 | 286 | 267 | 260 | 260 | 260 | ||
– | Dienst Uitvoering Onderwijs | 303 | 301 | 286 | 267 | 260 | 260 | 260 | |
Bijdrage aan medeoverheden | 480 | 488 | 488 | 488 | 488 | 488 | 488 | ||
– | Nationaal contactpunt Kaderprogramma | 480 | 488 | 488 | 488 | 488 | 488 | 488 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 85.746 | 94.663 | 87.800 | 87.800 | 87.800 | 87.800 | 87.800 | ||
– | EMBC | 775 | 812 | 812 | 812 | 812 | 812 | 812 | |
– | EMBL | 4.732 | 4.846 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | |
– | ESA | 30.362 | 30.950 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | |
– | CERN | 41.363 | 46.868 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | |
– | ESO | 8.514 | 8.615 | 8.500 | 8.500 | 8.500 | 8.500 | 8.500 | |
– | NTU/INL | 0 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | |
Ontvangsten | 117 | 101 | 101 | 101 | 101 | 101 | 101 |
Budgetflexibiliteit
Van het totale budget voor artikel 16 is in 2016 99,8 procent juridisch verplicht.
Bekostiging: Het beschikbare budget voor 2016 is 100 procent juridisch verplicht. De verplichtingen hebben betrekking op de betalingen aan de nationale onderzoeksinstellingen NWO, KNAW en KB alsmede een aantal bijdragen met een structureel karakter. De wettelijke grondslag van de bekostiging is vastgelegd in de NWO-wet en de WHW. Het moment van juridisch verplichten vindt plaats voorafgaand aan het jaar waarop de bekostiging betrekking heeft.
Subsidies: Van het beschikbare budget is in 2016 98 procent juridisch verplicht. Het betreft hier subsidies aan stichtingen en centra met een specifieke rol in de kennisinfrastructuur zoals NBC Nationaal Herbarium, BPRC en NCWT/NEMO.
Opdrachten: Van het beschikbare budget is voor 2016 20 procent juridisch verplicht op grond van in 2015 of eerder gesloten overeenkomsten.
Bijdrage aan agentschappen, aan medeoverheden en aan (inter)nationale organisaties: Het beschikbare budget is voor 100 procent juridisch verplicht.
Bekostiging
Toelichting op de financiële instrumenten
Het Ministerie van OCW bekostigt de nationale onderzoeksinstellingen NWO, KNAW en KB. Hiermee stelt de Minister deze organisaties in staat om binnen de wettelijke kaders en in lijn met de vierjaarlijkse strategische agenda en strategische plannen van de instellingen hun missies en doelstellingen te realiseren. Die zijn gericht op het bevorderen van de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en het initiëren en stimuleren van nieuwe ontwikkelingen daarin.
OCW draagt met een structureel karakter bij aan:
-
• NWO voor grote infrastructurele onderzoeksvoorzieningen voor de uitvoering van projecten die geselecteerd zijn op grond van de resultaten van de nationale roadmap commissie grootschalige researchinfrastructuur. Met de inzet van deze middelen worden onze onderzoekers in de gelegenheid gesteld om te kunnen werken met onderzoeksfaciliteiten van wereldniveau;
-
• NWO voor het uitvoeren van een integraal persoonsgebonden talentprogramma waarin naast de «Vernieuwingsimpuls» ook de voormalige middelen voor de specifieke doelgroepen zijn opgegaan. Doelen zijn om via competitie op basis van wetenschappelijke kwaliteit voldoende ruimte te geven aan (jonge) veelbelovende onderzoekers, excellentie in het onderzoek te bevorderen en te zorgen voor een adequate in- en doorstroom van onderzoekers zodat er verbetering optreedt in hun loopbaanperspectieven;
-
• Vanaf 2014 is er een aanvullende bekostiging voor NWO bijgekomen voor het Nationaal Regieorgaan Onderwijs Onderzoek.
Subsidies
Voor het stimuleren en realiseren van de centrale doelstelling van het Onderzoek en Wetenschapsbeleid (OWB) worden subsidies verstrekt.
Diverse subsidies voor stichtingen en centra met een specifieke rol in de kennisinfrastructuur, het gaat hier o.a. om bijdragen aan:
-
• Naturalis voor de totstandkoming van het Naturalis Biodiversity Center (NBC);
-
• het Biomedical Primate Research Centre (BPRC) voor het primatenonderzoek en de huisvesting van primaten en subsidie aan de Stichting AAP voor het verzorgen van de opvang van de BPRC-chimpansees;
-
• Stichting Nationaal Centrum voor Wetenschap en Technologie (NCWT) voor het ontwikkelen van Science Museum NEMO, het organiseren van het Weekend van de Wetenschap, het faciliteren van andere regionale science centra en wetenschapsmusea en overige gerelateerde landelijke wetenschaps- en techniekcommunicatie-activiteiten.
Bijdrage aan baten/lastendienst
De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van OCW en levert producten en diensten op het terrein van bekostiging van instellingen, financiering van studenten en informatievoorziening. Het betreft het aandeel in de uitvoeringskosten van DUO voor dit begrotingsartikel.
Bijdrage internationale organisaties
Contributies aan de grote internationale onderzoeksorganisaties EMBC, EMBL, ESA, CERN en ESO. Door deelname van Nederland aan deze intergouvernementele organisaties krijgen onze wetenschappelijke onderzoekers toegang tot unieke grootschalige onderzoeksfaciliteiten en internationale netwerken van toponderzoekers. Deze deelname is mede van groot belang voor het functioneren van ons nationale onderzoeksbestel.
Bijdrage aan mede overheden
Opdracht aan Expertisecentrum Internationaal Onderzoek en Innovatie (EIOI, voorheen EG-Liaison) voor het ondersteunen en stimuleren van een zo groot mogelijke Nederlandse participatie in het EU-Kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling en het programma voor Onderzoek en Innovatie «Horizon 2020» alsmede voor de ondersteuning van het Europese voorzitterschap. De medewerkers van EIOI blijven hierdoor het Nationaal contactpunt Kaderprogramma in Nederland.
Artikel