Artikel 8 Apparaat Kerndepartement
Vastgestelde begroting | Stand 1e suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 256.491 | 256.362 | 11.352 | – 8.219 | 259.495 |
Uitgaven | 256.491 | 256.362 | 11.352 | – 8.219 | 259.495 |
Personeel Kerndepartement | 174.632 | 176.648 | 7.669 | – 5.702 | 178.615 |
Eigen personeel | 164.757 | 167.314 | 5.999 | – 11.055 | 162.258 |
Inhuur externen | 9.402 | 8.843 | 1.655 | 4.630 | 15.128 |
Overig personeel | 473 | 491 | 15 | 723 | 1.229 |
Materieel Kerndepartement | 81.859 | 79.714 | 3.683 | – 2.517 | 80.880 |
waarvan ICT | 13.806 | 12.200 | 125 | – 948 | 11.377 |
waarvan bijdrage aan SSO's | 39.173 | 39.310 | 567 | 1.719 | 41.596 |
waarvan overig materieel | 28.880 | 28.204 | 2.991 | – 3.288 | 27.907 |
Ontvangsten | 52.953 | 53.468 | 0 | – 4.656 | 48.812 |
Toelichting
Verplichtingen
Zie de toelichting onder uitgaven.
Uitgaven
Eigen personeel (– € 5,1 mln.)
Per saldo dalen de verwachte personele uitgaven met € 5,1 mln. De personele uitgaven dalen met name (– € 11,1 mln.) omdat het vanwege de krappe arbeidsmarkt lastig is om personeel te werven en te behouden. Aan de andere kant is het budget voor personele uitgaven met € 6 mln. toegenomen vanwege de uitgedeelde loonbijstelling.
Inhuur externen (+ € 6,3 mln.)
De inhuur van externen is toegenomen door de behoefte aan specifieke expertise en een tekort aan eigen personeel, onder andere vanwege de krappe arbeidsmarkt.
Ontvangsten
Ontvangsten (– € 4,7 mln.)
Het budget voor de ontvangsten is verlaagd met € 4,7 mln. Dit wordt voornamelijk verklaard door een wijziging van het budget voor de ontvangsten van gedetacheerde trainees en gedetacheerde medewerkers van de Auditdienst Rijk (ADR). De trainees en medewerkers van de ADR vallen formeel onder het Ministerie van Financiën. In plaats van facturering – waarvoor het ontvangstenbudget was geraamd – is budget overgeheveld vanuit andere departementen via de uitgaven. Dit ter vermindering van de administratieve lasten.
Artikel 10 Nog onverdeeld
Vastgestelde begroting | Stand 1e suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 77.956 | 122.729 | – 111.162 | – 11.567 | 0 |
Uitgaven | 98.411 | 112.684 | – 111.162 | – 1.522 | 0 |
Programma onvoorzien | 40.873 | 8.936 | – 8.936 | 0 | 0 |
Apparaat onvoorzien | 42.659 | 0 | 1.522 | – 1.522 | 0 |
Loonbijstelling | 4.466 | 87.928 | – 87.928 | 0 | 0 |
Prijsbijstelling | 10.413 | 15.820 | – 15.820 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
Verplichtingen (– € 122,7 mln.)
De verplichtingen lopen gelijk aan de uitgaven. Daarnaast is er een overheveling van het extra verplichtingenbudget op artikel 10, ter grootte van € 10 mln., naar artikel 1 ter dekking van de verplichtingen van de Belastingdienst.
Uitgaven
Programma onvoorzien (– € 8,9 mln.)
Voor het opstartbudget van Invest-NL wordt € 1 mln. overgeheveld naar artikel 3. Daarnaast wordt € 5,5 mln. op artikel 10 naar latere jaren geschoven. Dit betreft onder andere de gereserveerde middelen voor uitvoeringskosten van fiscale maatregelen.
Ook de benodigde uitvoeringskosten voor de maatregelen uit het Belastingplan en overige fiscale maatregelen worden overgeboekt van artikel 10 naar artikel 1. Voor 2019 betreft het € 1,3 mln.
De in de Voorjaarsnota 2019 aangekondigde middelen voor de aanpak van witwassen, fraudebestrijding en ondermijning (w.v. € 0,5 mln. in 2019) zijn beschikbaar gesteld aan artikel 1 (Belastingen) en artikel 9 (Douane).
Tot slot zijn er enkele kleine mutaties van – € 0,2 mln.
Loonbijstelling (– € 87,9 mln.)
De loonbijstelling wordt verdeeld binnen de begroting.
Prijsbijstelling (– € 15,8 mln.)
De prijsbijstelling wordt verdeeld binnen de begroting.