2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 126 449 | 122 852 | 122 885 | 122 048 | 121 822 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 5 183 | 470 | ‒ 30 | 245 | 400 | ||
Nieuwe mutaties | 1 000 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 124 879 | 132 632 | 123 322 | 122 855 | 122 293 | 122 222 | 122 222 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 284 188 | 281 797 | 281 746 | 280 758 | 285 875 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | ‒ 1 150 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 20 675 | 2 204 | 1 237 | 1 090 | 1 058 | ||
Nieuwe mutaties | ‒ 5 | ‒ 5 | ‒ 5 | ‒ 5 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 233 297 | 262 358 | 283 996 | 282 978 | 281 843 | 286 933 | 286 584 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 1 242 | 1 242 | 1 242 | 1 242 | 1 242 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Nieuwe mutaties | ‒ 242 | ‒ 242 | ‒ 242 | ‒ 242 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 0 | 1 000 | 1 000 | 1 000 | 1 000 | 1 242 | 1 242 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 10 053 535 | 9 888 614 | 9 893 324 | 10 252 718 | 10 537 596 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 177 137 | ‒ 18 052 | ‒ 135 | 7 958 | 11 555 | ||
Nieuwe mutaties | 383 358 | 532 327 | 559 077 | 493 756 | 571 253 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 9 905 692 | 10 614 030 | 10 402 889 | 10 452 266 | 10 754 432 | 11 120 404 | 11 272 349 |
Afdrachten aan de Europese Unie
Negende- en tiende aanvullende begroting 2020
Bij de eerste suppletoire begroting 2021 is het budgettaire effect van de negende- en tiende aanvullende EU-begroting uit 2020 (Draft Amending Budget (DAB) 9 en DAB 10) en de nacalculatie verwerkt. De betalingen uit DAB 9 en DAB 10 zijn over de jaargrens heen geschoven waardoor het budgettaire kaseffect niet in 2020 maar in 2021 neerslaat. DAB 9 leidt tot een verhoging van de BNI-afdracht van EUR 36 miljoen als gevolg van de inzet van het Europees Solidariteitsfonds en een verhoging van de BTW-afdracht van EUR 4 miljoen als gevolg van de herberekening van de Britse korting. DAB 10 leidt tot een bijstelling van de BNI-afdracht met EUR 105 miljoen als gevolg van een versnelling van betalingen op de EU-begroting door de COVID-19-crisis. Ook is het resultaat van de nacalculatie over de periode 2016-2019 verwerkt. De nacalculatie betreft een jaarlijkse herverdeling van afdrachten tussen lidstaten op basis van realisaties van het BNI en de BTW en is dus niet het gevolg van extra EU-uitgaven. Dit leidt voor Nederland tot een nabetaling van EUR 45 miljoen in 2021.
Surplus
In de derde aanvullende Europese begroting (DAB 3) heeft de Europese Commissie het verschil tussen de inkomsten en uitgaven van de Europese begroting van het jaar 2020 (het surplus) in de Europese begroting voor het jaar 2021 verwerkt. De definitieve implementatie van de Europese begroting 2020 heeft tot een surplus geleid van EUR 1.769 miljoen. Het surplus is een resultaat van lager dan verwachte uitgaven (- EUR 121 miljoen) en hoger dan verwachte ontvangsten (+ EUR 1.647 miljoen) zoals inkomsten van invoerrechten, hogere dan verwachte boete-ontvangsten en ontvangen rente op late betalingen. Voor Nederland leidt het surplus tot EUR 101 miljoen lagere afdrachten in 2021.
Technische aanpassing
In het akkoord tussen de Raad, de Commissie en het Europees Parlement over het Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2021-2027 is afgesproken jaarlijks een bedrag gelijk aan de opbrengsten uit mededingingsboetes van twee jaar geleden zowel in vastleggingen als betalingen toe te voegen aan de EU-begroting en de uitgavenplafonds, voor een totaalbedrag van EUR 11 miljard (prijzen 2018 over de gehele periode). Voor 2022-2026 geldt een minimum van EUR 1,5 miljard (prijzen 2018) en een maximum van EUR 2 miljard (prijzen 2018) per jaar. In 2020 lagen de boete-inkomsten van de Unie lager dan het minimumbedrag van EUR 1,5 miljard (prijzen 2018). Dit minimumbedrag omgerekend naar lopende prijzen bedraagt EUR 1,6 miljard en wordt daarom toegevoegd aan de MFK-plafonds en de Europese begroting voor 2022. De raming van de Nederlandse afdrachten neemt hierdoor in 2022 toe met circa EUR 0,1 miljard. Een dergelijke bijstelling van de afdrachtenraming zal tot en met 2027 jaarlijks plaatsvinden en is daarom structureel verwerkt in de begroting van Buitenlandse Zaken. De Tweede Kamer is hierover reeds per brief geïnformeerd.9 Met de structurele verwerking van de technische aanpassing van de MFK-plafonds acht het kabinet het verstandig om in lijn met de raming van de Europese Commissie tevens een conservatieve raming van de boete-inkomsten te behouden in de raming van de Nederlandse afdrachten aan de EU-begroting. Derhalve heeft het kabinet de geraamde boete-inkomsten, in tegenstelling tot eerder voornemen10, niet geschrapt bij 1e suppletoire begroting 2021.
In de door de Europese Commissie gepresenteerde technische aanpassing wordt verder cf. de MFK-verordening een resterend bedrag van EUR 48 miljoen voor speciale instrumenten uit 2020 overgeheveld naar 2021. Dit leidt tot een stijging van de verwachte Nederlandse BNI-afdracht van EUR 2,8 miljoen.
Flexibiliteitsinstrument
In de onderhandelingen tussen de Raad en het Europees Parlement (EP) over het Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2021-202711 is afgesproken om het jaarlijks beschikbare budget voor het flexibiliteitsinstrument (een speciaal instrument voor onvoorziene omstandigheden buiten de MFK-plafonds) met circa EUR 144 miljoen per jaar te verhogen ten opzichte van de eerder bereikte conclusies van de Europese Raad van 21 juli 202012. Voor Nederland leidt dit tot een verhoging van de BNI-afdracht van circa EUR 9 miljoen in 2021 oplopend tot circa EUR 10 miljoen in 2027 (lopende prijzen).
Aanpassing kasritme Brexit Adjustment Reserve
Voor de Brexit Adjustment Reserve (BAR) is een totaalbudget van EUR 5,4 miljard beschikbaar in de periode 2021-2027. De BAR is een speciaal instrument buiten de plafonds van het Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 (MFK) dat dient ter ondersteuning van de lidstaten, regio’s en sectoren die het hardst geraakt worden door het vertrek van het Verenigd Koninkrijk (VK) uit de Europese Unie. Ten tijde van het vaststellen van de Miljoenennota 2021 was er nog geen informatie beschikbaar over de verdeling van het totaalbudget over de periode 2021-2027 en daarom is destijds uitgegaan van een evenredige verdeling van het totaalbedrag van de BAR over de afzonderlijke jaren van het MFK. Inmiddels is er op 17 juni jl. een akkoord bereikt tussen de Raad en het Europees Parlement over de verdeling van de middelen.13 Dit leidt tot een wijziging van het kasritme t.o.v. het uitgangspunt in de Nederlandse begroting. Daarom wordt de raming van de Nederlandse afdrachten in 2021 verhoogd met EUR 54 miljoen, in 2022 en 2023 met EUR 30 miljoen en in 2025 met EUR 19 miljoen. De genoemde verhogingen in de raming worden volledig gecompenseerd door verlagingen van de raming in de jaren 2024, 2026 en 2027. Doordat er in het MFK gerekend wordt met een jaarlijkse deflator van 2%, ontstaat bij het naar voren halen van middelen een prijsverschil. In dit geval resulteert dit in een meevaller van EUR 9 miljoen over de totale MFK-periode.
Vierde aanvullende begroting – Lenteraming en overige inkomsten
In de vierde aanvullende Europese begroting (DAB 4) actualiseert de Commissie de Europese begroting op basis van de meest recente economische ramingen voor de lidstaten, de Lenteraming (Spring Forecast) en worden de overige inkomsten van de Europese Unie geactualiseerd.
Op basis van de Lenteraming van de Europese Commissie worden in het Advisory Committee on Own Resources (ACOR) de ramingen voor de invoerrechten, plastic-, BTW- en BNI-afdracht van de lidstaten geactualiseerd. De Nederlandse economie, uitgedrukt in BNI, doet het beter dan vorig jaar werd verwacht, ook in verhouding tot de economieën van andere lidstaten. Als gevolg hiervan is het Nederlandse aandeel in het totale BNI van de EU gestegen van 5,7% tot 5,9%. Dit heeft een stijging van de afdrachten als gevolg.
Als gevolg van DAB 4 stijgt de raming voor de Nederlandse BTW-afdracht met EUR 47 miljoen. De plasticraming daalt met EUR 7 miljoen. Om een zo realistisch mogelijke raming te presenteren heeft het kabinet ervoor gekozen om incidenteel af te wijken van de gebruikelijke ramingsmethodiek (aansluiten bij de Commissieraming) en de Nederlandse raming van de invoerrechten eenmalig te corrigeren ten opzichte van de Commissieraming voor het effect van de voorlopige betalingen in de zonnepanelenzaak die eind 2020 hebben plaatsgevonden. De Commissieraming van de Nederlandse invoerrechten zijn in 2021 en 2022 14namelijk hoger dan gebruikelijk, omdat de Commissie de raming voor deze jaren baseert op het aandeel van de lidstaat in de totale opbrengst van de invoerrechten in de EU in 2020. Het aandeel van Nederland van de invoerrechten in 2020 (18,4%) is hoger dan gebruikelijk (14,5% gemiddeld over de periode 2016-2020) onder andere als gevolg van de voorlopige betaling van EUR 824 miljoen die Nederland in 2020 gedaan heeft inzake het geschil met de Commissie over de invoer van zonnepanelen.15De invoerrechten die Nederland int worden één-op-één afgedragen aan de Commissie, minus de perceptiekostenvergoeding van 25% die Nederland krijgt voor de kosten van het innen van de invoerrechten. Nederland betaalt dus nooit meer invoerrechten dan dat het ophaalt. Naar verwachting zal deze verhoging van de raming van de invoerrechten door de Commissie in de realisatie dan ook niet volledig tot stand komen. De door Nederland gemaakte correctie op de Commissieraming in deze begroting vindt plaats door te rekenen met het gemiddelde aandeel van Nederland in de totale invoerrechten in de periode 2016-2020. Deze raming is met onzekerheid omgeven omdat het onbekend is of andere lidstaten, net zoals Nederland, eveneens incidentele betalingen hebben gedaan die eenzelfde vertekenend effect hebben op hun aandeel in de totale opbrengst van de invoerrechten in de EU en eventuele andere effecten. Hierdoor is het tevens onzeker wat het tweede orde effect van de correctie op de raming van de invoerrechten is op de (raming van de) BNI-afdracht; de sluitpost van de EU-begroting.
De Commissie actualiseert in DAB 4 ook de bijdrage van het Verenigd Koninkrijk aan de Europese begroting 2021 en de overige ontvangsten op de Europese begroting 2021. De overige ontvangsten bestaan voornamelijk uit inkomsten door mededingingsboetes. De stijging van de ontvangsten heeft een neerwaarts effect op de verwachte Nederlandse BNI-afdracht, als sluitpost van de Europese begroting, van EUR 28 miljoen.
TEM afdracht lage waarde textiel
Tevens wordt een uitgave verwerkt van EUR 185,4 miljoen aan invoerrechten. Over deze afdracht wordt een perceptiekostenvergoeding van 20%16 ontvangen voor de inningskosten onder artikel 3.10, waardoor de netto verwerking EUR 148,3 miljoen bedraagt. Het betreft een afdracht onder voorbehoud aan de Europese Commissie vanwege een geschil met de Commissie over of Nederland in de periode 2012-2019 te weinig douanerechten (Traditionele Eigen Middelen, TEM) heeft geheven en afgedragen over zendingen lage waarde textiel en schoenen uit China.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 817 219 | 833 558 | 850 224 | 867 223 | 884 564 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Nieuwe mutaties | 2 992 | 35 358 | 36 066 | 36 786 | 37 522 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 787 047 | 820 211 | 868 916 | 886 290 | 904 009 | 922 086 | 940 523 |
TEM afdracht lage waarde textiel
De ontvangst betreft de perceptiekostenvergoeding van 20% voor de inningskosten van de afdracht onder voorbehoud aan de Europese Commissie vanwege een geschil met de Commissie over of Nederland in de periode 2012-2019 te weinig douanerechten heeft geheven en afgedragen over zendingen lage waarde textiel en schoenen uit China.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 53 810 | 52 760 | 52 760 | 53 285 | 53 179 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 18 650 | ‒ 956 | ‒ 1 256 | ‒ 356 | 1 044 | ||
Nieuwe mutaties | 3 180 | 1 680 | 1 458 | 672 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 80 244 | 75 640 | 53 484 | 52 962 | 53 601 | 54 223 | 54 223 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 71 074 | 71 074 | 71 074 | 73 574 | 73 574 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 40 500 | ‒ 38 400 | ‒ 27 300 | ‒ 5 900 | 0 | ||
Nieuwe mutaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 21 241 | 30 574 | 32 674 | 43 774 | 67 674 | 73 574 | 73 574 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Nieuwe mutaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Nieuwe mutaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 4 255 | 21 956 | 55 565 | 90 627 | 116 701 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | ‒ 3 285 | ‒ 21 212 | ‒ 14 887 | ‒ 16 941 | ‒ 17 350 | ||
Nieuwe mutaties | 10 778 | 2 124 | ‒ 155 | 2 631 | 2 206 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 0 | 11 748 | 2 868 | 40 523 | 76 317 | 101 557 | 122 401 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 871 129 | 863 851 | 860 652 | 860 636 | 856 136 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 1 150 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 80 754 | 28 579 | ‒ 6 327 | 14 720 | 20 485 | ||
Nieuwe mutaties | ‒ 11 071 | ‒ 11 189 | ‒ 11 430 | ‒ 11 457 | ‒ 11 519 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 806 524 | 941 962 | 881 241 | 842 895 | 863 899 | 865 102 | 865 844 |
De mutatie bestaat grotendeels uit een structurele overheveling van ongeveer EUR 11 miljoen aan FMHaaglanden ten behoeve van de facilitaire dienstverlening op Rijkskantoor Rijnstraat 8. In het verleden werd dit jaarlijks gefactureerd.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2021 | 31 750 | 31 750 | 31 750 | 31 750 | 31 750 | ||
Mutatie Nota van wijziging 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie amendement 2021 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutatie 1e suppletoire begroting 2021 | 42 430 | 31 430 | 530 | 530 | 530 | ||
Nieuwe mutaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerpbegroting 2022 | 54 434 | 74 180 | 63 180 | 32 280 | 32 280 | 32 280 | 32 280 |
Geen opmerkelijke nieuwe mutaties.