Over het voorstel voor de correctie van het box 2-tarief is gesproken met MKB-Nederland, Ondernemend Nederland (ONL) en VNO-NCW. De door de partijen geuite zorgen over de effecten van de correctie van het box 2-tarief op de investeringscapaciteit van dga's zijn meegewogen.
Over het voorstel voor het verhogen van het verlaagde btw-tarief heeft overleg plaatsgevonden met VNO-NCW en MKB-Nederland. Het overleg strekte ertoe inzicht te krijgen in de gevolgen van de verhoging van het verlaagde btw-tarief voor ondernemers en dan met name met betrekking tot het al dan niet opnemen van overgangsrecht. Voorts heeft MKB-Nederland een aantal rapporten aangeboden aan de Staatssecretaris van Financiën over de gevolgen van de verhoging van het verlaagde tarief voor een aantal specifieke sectoren. De inbreng van VNO-NCW en MKB-Nederland is betrokken bij de afwegingen rondom de vormgeving van de maatregel. Het kabinet komt ondernemers tegemoet door geen aanvullende wetgeving op te stellen voor de overgangssituaties.
In de kabinetsreactie op de evaluatie van de 30%-regeling is expliciet benoemd dat de voorgestelde maatregel per 1 januari 2019 in werking treedt en dat niet is voorzien in overgangsrecht. Naar aanleiding van deze kabinetsreactie zijn vele reacties ontvangen, zowel van belangenorganisaties als van individuele werkgevers en werknemers. Nadien heeft overleg plaatsgevonden over de voorgestelde maatregel met betrokkenen bij de 30%-regeling. Op ambtelijk niveau hebben sessies plaatsgevonden met vertegenwoordigers van werknemers, werkgevers, belastingadviseurs, (semi-)overheid, buitenlandse Kamers van Koophandel, een ambassade en individuele bedrijven. Daarnaast is bij enkele reguliere contacten met stakeholders de 30%-regeling mede onderwerp van gesprek geweest. Betrokkenen hebben aangegeven dat de verkorting van de looptijd van de 30%-regeling het moeilijker zal maken om talent uit het buitenland aan te trekken, zeker met de huidige krapte op de (mondiale) arbeidsmarkt. Internationale scholen geven voorts aan dat de voorgestelde maatregel het lastiger maakt om goede docenten te vinden. Dat kan ten koste gaan van de kwaliteit van het onderwijs en kan een negatieve invloed hebben op de keuze van werknemers om naar Nederland te komen. Voorts stellen die internationale scholen dat het niet langer onbelast kunnen vergoeden of verstrekken van schoolgelden leidt tot terugloop in leerlingenaantal. Verder is naar voren gebracht dat het ook voor bestaande gevallen verkorten van de looptijd van de 30%-regeling schadelijk is voor de betrouwbaarheid van de Nederlandse overheid en nadelig is voor het Nederlandse vestigingsklimaat. Daarnaast wordt aangegeven dat zeker de werkgevers en werknemers die door de verkorting vanaf 2019 of gedurende 2019 de 30%-regeling niet meer kunnen toepassen een relatief korte periode hebben om zich aan te passen aan de voorgestelde maatregel.
Alles overwegend heeft het kabinet ervoor gekozen om op dit punt overgangsrecht op te nemen waardoor de schoolgelden voor internationale scholen voor het schooljaar 2018/2019 ook na de verkorting van de looptijd van de 30%-regeling onbelast kunnen worden vergoed of verstrekt, mits deze schoolgelden binnen de oorspronkelijke looptijd worden vergoed of verstrekt.