De minister van Financiën en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) dragen een bijzondere verantwoordelijkheid. Zij hebben kaderstellende en voorwaardenscheppende bevoegdheden voor de rijksbrede bedrijfsvoering.
De minister van Financiën heeft op grond van de Comptabiliteitswet 20163 een coördinerende en kaderstellende taak (systeemverantwoordelijkheid) bij het begrotingsbeheer en de rijksbrede financiële bedrijfsvoering. Op grond van het ‘Coördinatiebesluit organisatie en bedrijfsvoering Rijksdienst 2011’4 heeft de minister van BZK coördinerende bevoegdheden voor de rijksbrede niet-financiële bedrijfsvoering. Daarbij gaat het om zaken als personeel, informatie- en communicatietechnologie, huisvesting, inkoop, facilitaire dienstverlening en beveiliging. In dit besluit staat ook dat de minister van BZK in de Jaarrapportage Bedrijfsvoering Rijk (JBR) een beeld geeft van de organisatie en de bedrijfsvoering van het Rijk. De minister van BZK overhandigt deze rapportage op Verantwoordingsdag aan de Staten-Generaal.
Het eerdergenoemde Coördinatiebesluit is met ingang van 8 oktober 2018 aangevuld met nieuwe kaderstellende bevoegdheden voor de minister van BZK5. Vanuit deze bevoegdheden coördineert de minister de ontwikkeling en uitbreiding van informatiesystemen. Het doel hiervan is dat de minister ook hier de noodzakelijke rijksbrede eenheid, kwaliteit en efficiëntie kan bevorderen en borgen. In 2021 was de coördinatie van de rijksbrede bedrijfsvoering aan de staatssecretaris gedelegeerd.
Figuur 3.1.1 (Systeem)verantwoordelijkheden