In deze paragraaf worden de uitgaven van de Rijksbegroting in 2022 besproken. De paragraaf start met een overzicht van de uitgaven binnen het reguliere uitgavenplafond. Daarnaast is er aandacht voor uitgaven die gedaan zijn buiten het reguliere uitgavenplafond, zoals de uitgaven gerelateerd aan de coronacrisis en aan de oorlog in Oekraïne. Ook wordt de totale onderuitputting in 2022 toegelicht.
Het kabinet voert beleid om de welvaart van zowel de huidige als toekomstige generaties te waarborgen. Naast de maatschappelijke uitdagingen van vandaag ligt er een grote investeringsopgave. In het coalitieakkoord heeft het kabinet zich gecommitteerd aan een ambitieuze investeringsagenda. Op deze agenda staan onder andere stikstofreductie, onderwijs, woningbouw en verduurzaming.
Het blijft echter belangrijk om de maatregelen en uitgaven zorgvuldig af te wegen. De overheid werkt iedere dag aan het maken van (nieuw) beleid en het realiseren van de ambitieuze plannen. Het afgelopen jaar hebben we gemerkt dat er ook buiten de financiële kaders restricties zijn waar we rekening mee moeten houden. Zo zit de overheid wat betreft uitvoeringskracht aan haar grenzen. Dit zien we onder meer terug in de zeer hoge onderuitputting op de begroting. Daarnaast vormt de historisch krappe arbeidsmarkt een uitdaging. Door de krapte is het voor zowel bedrijven als de overheid moeilijker om gekwalificeerd personeel aan te trekken. Hierdoor kunnen er vertragingen optreden in de planning en uitvoering van beleid en investeringsprojecten.
Daarnaast moeten we ons realiseren dat het leven voor iedereen duurder is geworden door de hogere energieprijzen mede als gevolg van de oorlog in Oekraïne. De middelen en de capaciteit van de overheid zijn omvangrijk, maar niet oneindig. Het is de taak van de overheid om in ieder geval de kwetsbaren in onze samenleving te beschermen. In deze tijd zijn het echter niet alleen de kwetsbare groepen die moeite hebben om rond te komen; ook worden de lage middeninkomens relatief hard getroffen. Koopkrachtmaatregelen worden – voor zover in de uitvoering mogelijk – zo veel mogelijk op deze groepen gericht, omdat generieke compensatie een groter risico met zich meebrengt om de inflatie verder aan te wakkeren. Bovendien werkt generieke compensatie van bedrijven tegen de dynamiek van de economie in. Het is van belang dat op termijn economische processen worden ingericht op nieuwe situaties. De Nederlandse economie heeft dit innovatievermogen.
In het coalitieakkoord heeft het kabinet afgesproken hoeveel er elk jaar maximaal mag worden uitgegeven. Met plafondtoetsen controleert het kabinet of het verwachte uitgavenniveau binnen het vastgestelde uitgavenplafond blijft. De plafondtoetsen in deze nota worden opgemaakt ten opzichte van de Voorjaarsnota 2022, omdat de plafonds van dit kabinet toen zijn vastgesteld. Tabel 2.1 geeft de plafondtoets weer van de vier verschillende deelplafonds en het totale uitgavenplafond. Ten opzichte van de Voorjaarsnota 2022 is er een onderschrijding op de plafonds Rijksbegroting, Sociale Zekerheid en Zorg, en een overschrijding op het plafond Investeringen. De onderschrijding op de deelplafonds Rijksbegroting, Sociale Zekerheid en Zorg compenseert de overschrijding op het deelplafond Investeringen. Per saldo is het totale uitgavenplafond in 2022 met 3,7 miljard euro onderschreden. Bij de Najaarsnota was dit nog een onderschrijding van per saldo 0,8 miljard euro; deze is toegenomen door de sindsdien gemelde onderuitputting. De ontwikkeling van de uitgaven onder de vier deelplafonds wordt in deze paragraaf nader toegelicht.
Voorjaarsnota 2022 | FJR 2022 | Verschil | |
---|---|---|---|
Rijksbegroting | |||
Uitgavenplafond regulier | 156,4 | 164,6 | 8,3 |
Uitgavenniveau regulier | 156,4 | 162,3 | 5,9 |
Uitgaven coronamaatregelen | 18,9 | 13,5 | ‒ 5,3 |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,0 | ‒ 2,3 | ‒ 2,3 |
Sociale Zekerheid | |||
Uitgavenplafond regulier | 89,8 | 89,1 | ‒ 0,7 |
Uitgavenniveau regulier | 89,8 | 88,5 | ‒ 1,3 |
Uitgaven coronamaatregelen | 3,6 | ‒ 2,6 | ‒ 6,2 |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,0 | ‒ 0,6 | ‒ 0,6 |
Zorg | |||
Uitgavenplafond regulier | 82,1 | 82,1 | 0,0 |
Uitgavenniveau regulier | 82,1 | 81,2 | ‒ 0,9 |
Uitgaven coronamaatregelen | 0,3 | 0,3 | 0,0 |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,0 | ‒ 0,9 | ‒ 0,9 |
Investeringen | |||
Uitgavenplafond regulier | 14,1 | 13,7 | ‒ 0,4 |
Uitgavenniveau regulier | 14,1 | 13,8 | ‒ 0,3 |
Uitgaven coronamaatregelen | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,0 | 0,1 | 0,1 |
Totale uitgavenplafond | |||
Uitgavenplafond regulier | 342,4 | 349,6 | 7,2 |
Uitgavenniveau regulier | 342,4 | 345,9 | 3,4 |
Uitgaven coronamaatregelen | 22,8 | 11,2 | ‒ 11,6 |
Over-/onderschrijding reguliere uitgaven | 0,0 | ‒ 3,7 | ‒ 3,7 |
Het totale uitgavenplafond is sinds de Voorjaarsnota met 7,2 miljard euro verhoogd voor de reguliere uitgaven. Conform de reguliere systematiek is het uitgavenplafond aangepast voor de loon- en prijsontwikkeling en voor de WW en bijstand. De verhoging komt onder andere door Oekraïne-gerelateerde uitgaven, uitgaven gerelateerd aan het Norg-Akkoord, de mijnbouwheffing en de ontvangsten van Energie Beheer Nederland (EBN). De uitgaven en plafondaanpassingen onder de verschillende deelplafonds worden in figuur 2.1 weergegeven.
Figuur 2.1 Totale uitgaven per deelplafond (in miljarden euro)