Aangeboden 20 mei 2009
A. | Algemeen | 4 |
1. | Dechargeverlening | 4 |
B | Jaarrekening | 7 |
2. | Verantwoordingsstaat van het Huis der Koningin | 7 |
3. | Financiële toelichting bij de verantwoordingsstaat | 8 |
4. | Saldibalans met toelichting | 9 |
Bijlage: | ||
Overige uitgaven in andere jaarverslagen | 10 |
Verzoek tot dechargeverlening van de Minister van Algemene Zaken aan de Voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.
Onder verwijzing naar de artikelen 63 en 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verzoek ik de beide kamers van de Staten-Generaal de Minister van Algemene Zaken decharge te verlenen over het in het jaar 2008 gevoerde financiële beheer met betrekking tot de uitvoering van de begroting van het Huis der Koningin.
Dechargeverlening door de Tweede Kamer
Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal dat de Tweede Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van
De Voorzitter van de Tweede Kamer,
Handtekening:
Datum:
Op grond van artikel 64, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, ter behandeling doorgezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer.
Dechargeverlening door de Eerste Kamer
Onder verwijzing naar artikel 64 van de Comptabiliteitswet 2001 verklaart de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal dat de Eerste Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van
De Voorzitter van de Eerste Kamer,
Handtekening:
Datum:
Op grond van artikel 64, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, doorgezonden aan de Minister van Financiën.
2. VERANTWOORDINGSSTAAT VAN HET HUIS DER KONINGIN
Verantwoordingsstaat 2008 van het Huis der Koningin (I)Bedragen x € 1000
(1) | (2) | (3) = (2) – (1) | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Omschrijving | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie1 | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | |||
Verplich-tingen | Uitgaven | Verplich-tingen | Uitgaven | Verplich-tingen | Uitgaven | ||
Totaal | 6 120 | 6 102 | + 24 | ||||
01 | Uitkering aan de leden van het Koninklijk Huis | 6 102 | 6 102 | 6 126 | 6 126 | + 24 | + 24 |
1 De gerealiseerde bedragen zijn steeds naar boven afgerond op € 1 000
3. FINANCIËLE TOELICHTING BIJ DE VERANTWOORDINGSSTAAT
Een hogere loon- en prijsontwikkeling dan waarmee bij het opstellen van de begroting rekening is gehouden leidt tot een hogere realisatie t.o.v. het bedrag dat is begroot.
De realisatie zoals opgenomen in de verantwoordingsstaat, is als volgt samengesteld waarbij wordt opgemerkt dat de totale uitkering is samengesteld uit drie componenten n.l. een A-, een B- en een C-component.
De A-component heeft betrekking op de uitgaven van personeel. Dit betreft personeelsuitgaven van degenen, die hun instructie rechtstreeks van de Koningin ontvangen en/of in de onmiddellijke omgeving van de Koningin verkeren en voor wie het dienstverband zich grotendeels in de familiesfeer voltrekt.
De B-component heeft betrekking op de overige niet personele uitgaven terwijl de C-component betrekking heeft op het inkomensbestanddeel.
Uitkering aan:
Bedragen x € 1000 | ||||
---|---|---|---|---|
A | B | C | Totaal | |
De Koningin | 1 582 | 1 856 | 781 | 4 219 |
Prins Willem-Alexander | 309 | 473 | 231 | 1 013 |
Prinses Máxima | 309 | 354 | 231 | 894 |
6 126 |
4. SALDIBALANS MET TOELICHTING
Saldibalans van het Huis der Koningin (I) per 31 december 2008Bedragen x € 1000 | |||||
---|---|---|---|---|---|
1) | Uitgaven ten laste van de begroting | 6 126 | 2) | Ontvangsten ten gunste van de begroting | 0 |
3) | Liquide middelen | 0 | |||
4) | rekening-courant RHB KH Begr. I | 0 | 4a) | rekening-courant Min v AZ RHB | – 6 126 |
5) | Uitgaven buiten begrotingsverband | 0 | 6) | Ontvangsten buiten begrotingsverband | 0 |
(= intra-comptabele vorderingen) | (= intra-comptabele schulden) | ||||
7) | Openstaande rechten | 0 | 7a) | Tegenrekening openstaande rechten | 0 |
8) | Extra-comptabele vorderingen | 0 | 8a) | Tegenrekening extra-comptabele Vordering | 0 |
9a) | Tegenrekening extra-comptabele schulden | 0 | 9) | Extra-comptabele schulden | 0 |
10) | Voorschotten | 0 | 10a) | Tegenrekening voorschotten | 0 |
11a) | Tegenrekening garantieverplichtingen | 0 | 11) | Garantieverplichtingen | 0 |
12a) | Tegenrekening openstaande verplichtingen | 0 | 12) | Openstaande verplichtingen | 0 |
13) | Deelnemingen | 0 | 13a) | Tegenrekening deelnemingen | 0 |
Totaal | 6 126 | Totaal | – 6 126 |
Voor een toelichting wordt verwezen naar hoofdstuk 3 van deze financiële verantwoording.
BIJLAGE: OVERIGE UITGAVEN IN ANDERE JAARVERSLAGEN
Bij de behandeling van de begroting 2008 van het Huis der Koningin in de Tweede Kamer alsmede naar aanleiding van het verantwoordingdebat over 2007 is toegezegd een inzage te geven in de functionele declarabele en overige uitgaven in andere begrotingen die te relateren zijn aan het Koninklijk Huis.
In deze verantwoording over 2008 is aangesloten bij de opzet zoals die gekozen is voor de begroting 2009 in afwachting van de in de begroting 2010 op te nemen nieuwe opzet van de begroting. Ten behoeve van de voorbereiding van de nieuwe opzet is een interdepartementale stuurgroep ingesteld en voormalig minister van Financiën dr. G. Zalm was bereid om als onafhankelijk voorzitter van deze stuurgroep op te treden. Het rapport van deze stuurgroep alsmede het kabinetsstandpunt daarbij is op 6 maart 2009 naar de Tweede Kamer gezonden (Kamerstukken II, 2008–2009, 31 700 I, nr. 5). Tot de verantwoording over de begroting 2010 zal echter nog op de tot nu toe gebruikelijke wijze worden gerapporteerd.
In de toelichting op de declarabele uitgaven wordt informatie verstrekt over de aard van de materiële uitgaven. Voor wat betreft de overige uitgaven wordt ten opzichte van voorgaande jaren een onderscheid gemaakt in een aantal uitgavencategorieën per ministerie en worden de uitgavencategorieën nader toegelicht.
A) Functioneel declarabele uitgaven 2008 in andere jaarverslagen
In onderstaande tabel zijn de bedragen vermeld die zijn opgenomen in de begroting van het in de tabel vermelde ministerie. Het betreft uitgaven die door de Dienst Koninklijk Huis worden verricht en op declaratiebasis in rekening worden gebracht bij het desbetreffende ministerie. Jaarlijks wordt een accountantsverklaring opgesteld over de hiervoor bedoelde declaraties.
bedragen * € 1 000 | |||
---|---|---|---|
omschrijving | begroot inclusief wijzigingen* | realisatie | overschot, tekort (-) |
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | |||
personeel en materieel | 10 241 | 11 294 | – 1 053 |
Verkeer en Waterstaat | |||
personeel en materieel | 5 374 | 5 374 | 0 |
Wonen, Wijken en Integratie | |||
personeel en materieel | 4 874 | 4 874 | 0 |
totaal | 20 489 | 21 542 | – 1 053 |
* Betreft mutaties zoals opgenomen in de eerste en tweede suppletore begrotingswet.
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
De personeelsuitgaven hebben betrekking de personeelsinzet ten behoeve van o.a. telefonie/ICT, departement van de Hofmaarschalk, Koninklijk Huisarchief en de ondersteunende functies zijnde de secretariaten, personeelszaken en thesaurie. De materiële uitgaven betreffen uitgaven van facilitaire aard, zoals bureauvoorzieningen en uitgaven voor accountantscontrole en advisering.
Het verschil tussen begroting en realisatie wordt onder andere verklaard doordat de begroting van BZK niet overeenkomstig de raming van het Koninklijk Huis is. Met ingang van begrotingsjaar 2009 is dit gecorrigeerd.
De uitgaven voor personeel betreffen de personeelsinzet voor het Koninklijk staldepartement. Hierbij is te denken aan leiding, ondersteunende functies, chauffeurs/monteurs, koetsiers en onderhoudspersoneel. De materiële uitgaven hebben betrekking op de instandhouding van het rijtuigenpark (auto’s, trein, paarden en rijtuigen) en uitgaven voor de accountantscontrole en telecommunicatie.
De personeelsinzet betreft ondersteunende en facilitaire functies voor de locaties Paleis Huis den Bosch, Paleis Noordeinde en het Koninklijk Paleis te Amsterdam. De materiële uitgaven betreffen de beheerskosten voor paleizen en parken alsmede de verwarming en verlichting voor de drie hiervoor genoemde locaties.Tenslotte is hier ook sprake van een tegemoetkoming aan de infrastructuuruitgaven (zoals wildroosters) voor het faunabeheer van Kroondomein Het Loo en van uitgaven voor accountantscontrole en -advies.
De Rijksgebouwendienst verwerkt de declaratie(s) en ontvangt daarvoor jaarlijks een voorschot van het moederdepartement. Het voorschot wordt na afloop van het betreffende jaar met het moederdepartement afgerekend op basis van de werkelijk door de Rijksgebouwendienst gemaakte kosten.
B) Overige uitgaven 2008 in andere jaarverslagen
De bedragen zoals opgenomen in het navolgende overzicht betreffen uitgaven die door de in het overzicht genoemde ministeries worden verricht en verantwoord ten laste van de begroting van dat ministerie. Deze uitgaven vallen derhalve onder de reguliere accountantscontrole van het betreffende ministerie.
bedragen * € 1 000 | |||
---|---|---|---|
omschrijving | begroot inclusief wijzigingen* | realisatie | overschot tekort(–) |
Kabinet der Koningin | 2 358 | 2 315 | 43 |
personeel | 1 769 | 1 775 | – 6 |
materieel | 589 | 540 | 49 |
Algemene Zaken/Rijksvoorlichtingsdienst | 1 095 | 987 | 108 |
personeel | 900 | 908 | – 8 |
materieel | 195 | 79 | 116 |
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | 13 000 | 14 352 | – 1 352 |
beveiliging, personeel | 10 000 | 11 027 | – 1 027 |
beveiliging, materieel | 3 000 | 3 325 | – 325 |
Buitenlandse Zaken | 1 580 | 1 554 | 26 |
staatsbezoeken | 1 295 | 1 065 | 230 |
overige bezoeken | 120 | 247 | – 127 |
evenementen | 165 | 242 | – 77 |
Defensie | 28 967 | 28 595 | 372 |
personeel | 1 509 | 1 862 | – 353 |
beveiliging | 27 098 | 26 187 | 911 |
luchttransport | 220 | 478 | – 258 |
onderhoud Groene Draeck | 140 | 68 | 72 |
Verkeer en Waterstaat | 329 | 317 | 12 |
inzet regeringsvliegtuig | 226 | 202 | 24 |
inhuur civiele luchtvaartuigen | 103 | 115 | – 12 |
Wonen, Wijken en Integratie | 43 177 | 43 177 | |
structurele uitgaven paleizen | 4 756 | 4 756 | 0 |
investerings-/ en renovatieprojecten | 38 421 | 38 421 | 0 |
Totaal | 90 506 | 91 297 | – 791 |
* betreft mutaties van eerste en tweede suppletore begrotingswet
Dit betreft de uitgaven die noodzakelijk zijn voor de ambtelijke ondersteuning van de Koningin bij de uitoefening van haar staatsrechtelijke taken en de bewaring van alle oorspronkelijke staatsstukken.
De personele inzet voor de uitvoering van deze taken was in 2008 30 fte’s. De materiële uitgaven betreffen voornamelijk apparaatsuitgaven.
Algemene Zaken/Rijksvoorlichtingsdienst (RVD)
De personele en materiële uitgaven van de RVD zijn in overwegende mate toe te schrijven aan mediabegeleiding, begeleiding bij bezoeken, communicatie-advisering en publiciteit. De personeelsinzet voor de uitvoering van deze activiteiten was in het verslagjaar ca. 10 fte’s.
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Dit betreft de uitgaven voor de beveiliging van leden van het Koninklijk Huis en gasten van het Koninklijk Huis door de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging van het Korps Landelijke Politiediensten. De stijging van de personeelsuitgaven wordt met name veroorzaakt door effecten als gevolg van de CAO politie Nederland en de toename van opleidingsuitgaven.
De post staatsbezoeken omvat zowel de inkomende als uitgaande staatsbezoeken. Onder de overige bezoeken zijn de uitgaven vermeld van officiële bezoeken en werkbezoeken door onder meer de Prins van Oranje en Prinses Máxima. De evenementen betreffen o.a. uitgaven voor de jaarlijkse Nieuwjaarsontvangst door Hare Majesteit de Koningin en diners met leden van het corps diplomatiek.
Evenals in voorgaande jaren hebben bovengenoemde uitgaven uitsluitend betrekking op door het Koninklijk Huis gedeclareerde uitgaven betreffende deze activiteiten.
De post personeel heeft betrekking op de uitgaven van de inzet van defensiepersoneel. De post beveiliging heeft betrekking op de uitgaven van de inzet van de marechaussee die de beveiliging van leden van het Koninklijk Huis als taak heeft. De post luchttransport betreft de uitgaven van het luchttransport van Hare Majesteit de Koningin en overige leden van het Koninklijk Huis. Deze komen voor rekening van Defensie indien de vluchten in het openbaar belang worden uitgevoerd, of indien privévluchten binnen de bij ministeriële regeling vastgestelde franchise blijven van 65 uur vastvleugelige inzet (Gulfstream of Fokker 50) en 30 uur helikopterinzet (Alouette III). Het verschil tussen begroting en realisatie wordt veroorzaakt door een verschil in de presentatie. In de begroting 2008 voor het luchttransport zijn de uitgaven verbonden aan vluchten in het openbaar belang niet opgenomen. In de realisatie zijn deze uitgaven echter wel opgenomen; dit met het oog op de consistentie met realisatie over 2007. De uitgaven van het onderhoud aan de Groene Draeck bestaan uit het materiaal en de uren die door het marinebedrijf aan het onderhoud zijn besteed alsmede de uitgaven verbonden aan uitbestede werkzaamheden.
Op de begroting van het ministerie van Verkeer en Waterstaat (VenW) staan op grond van het ’Besluit gebruik regeringsvliegtuig en andere luchtvaartuigen in beheer bij het Rijk’, de uitgaven voor de inzet van het regeringsvliegtuig voor het vervoer van leden van het Koninklijk Huis en de uitgaven voor de inhuur van civiele luchtvaartuigen in het geval dat het regeringsvliegtuig niet beschikbaar is. Inzet van luchtvaartuigen onder verantwoordelijkheid van andere departementen wordt op de desbetreffende begrotingen verantwoord. Zoals toegezegd bij de beantwoording van de Kamervraag bij de begroting 2008 van het Huis der Koningin (Kamerstukken II, 2007–2008, 31 200 I, nr. 9), is de raming voor de inzet van luchtvaartuigen voor het vervoer van leden van het Koninklijk Huis in de tweede suppletore begroting op basis van de realisatie bijgesteld.
De structurele uitgaven zijn uitgaven voor het reguliere onderhoud en de instandhouding van paleizen en kroonmeubilair waarvan de Staat der Nederlanden eigenaar is en die ter beschikking zijn gesteld aan de Koning. Het gaat om het Paleis Noordeinde, inclusief de Koninklijke Stallen en Noordeinde 66 en 70–72 en Paleis Huis ten Bosch in ’s-Gravenhage en het Koninklijk Paleis te Amsterdam. Tevens zijn uitgaven verricht om onderhoud uit te voeren aan beveiligingselementen voor woon- en werkverblijven van de leden van het Koninklijk Huis. Tot slot is huur betaald voor een gedeelte van een pand aan het Noordeinde dat in gebruik is als secretariaat van Prinses Máxima. Op dit moment vindt een grote renovatie plaats van het Koninklijk Paleis te Amsterdam.
De uitgaven voor de investerings- of grote renovatieprojecten zijn niet structureel maar eenmalig. De Rijksgebouwendienst voert de werkzaamheden uit en ontvangt daarvoor jaarlijks een voorschot van het moederdepartement. Het voorschot wordt na afloop van het betreffende jaar met het moederdepartement afgerekend op basis van de werkelijk door de Rijksgebouwendienst gemaakte kosten.