Base description which applies to whole site

4.3. Operationele doelstelling

De Belastingdienst compenseert gemeenten, provincies en Wgr-plusregio’s voor betaalde btw over niet-ondernemersactiviteiten.

Activiteiten

2011

Realisatie 

1. Het verstrekken en verzamelen van opgaafformulieren en het compenseren van de btw over niet-ondernemersactiviteiten.

Ja

2. Controles op de toepassing van de Wet op het BTW-compensatiefonds door de Belastingdienst

Ja

Controles op de toepassing van de Wet op het BTW-compensatiefonds door de Belastingdienst

Rol van de Belastingdienst

Bij de uitvoering van de Wet op het BTW-compensatiefonds is een centrale rol toegekend aan de Belastingdienst. Dit vanwege de nauwe relatie tussen de heffing van de omzetbelasting op grond van de Wet op de Omzetbelasting en de compensatie van de omzetbelasting op grond van het BTW-compensatiefonds. Uit het oogpunt van eenvoud en doelmatigheid is ervoor gekozen de Wet op het BTW-compensatiefonds in belangrijke mate aan te laten sluiten bij het systeem van heffing van omzetbelasting in de Algemene wet inzake rijksbelastingen. Dit betekent onder meer dat de controle van het BTW-compensatiefonds onderdeel uitmaakt van de reguliere controle bij gemeenten en provincies van de aangiften omzetbelasting2. De handelwijze van de Belastingdienst met betrekking tot de opgaaf BTW-compensatiefonds is, gezien de nauwe relatie met het systeem van heffing van omzetbelasting, niet anders dan die met betrekking tot de aangifte omzetbelasting. Dit betekent de mogelijkheid van controle achteraf gedurende een periode van vijf jaar. Inherent aan het systeem van heffing van omzetbelasting (voldoening op aangifte met slechts beperkte informatie) is dat de controle op de juistheid van de ingediende aangiften achteraf en op basis van risicoafweging plaatsvindt. Dit is ook het geval indien sprake is van een zogenoemde negatieve aangifte (de voorbelasting overtreft de verschuldigde belasting). Slechts in uitzonderingsgevallen vormt de aangifte omzetbelasting zelf aanleiding tot het instellen van een boekenonderzoek. Voornoemde handelswijze met betrekking tot het BTW-compensatiefonds betekent dat de Belastingdienst niet per uitkeringsjaar vaststelt in welke mate de uitbetaalde bedragen rechtmatig zijn geweest, maar binnen het algemene handhavingsbeleid zich er op richt om in de actualiteit te beoordelen welke gemeenten en provincies op welke aspecten het meest voor nadere toezichtsactiviteiten in aanmerking komen.

Toezichtsbeleid

De algemene beleidsdoelstelling van de Belastingdienst is het onderhouden en versterken van de compliance bij belastingplichtigen. Het streven is om bij zoveel mogelijk provincies en gemeenten een horizontaal toezichtstraject te starten. In een traject naar horizontaal toezicht werkt een gemeente of provincie aan haar interne procedures met als doel het opstellen en indienen van aanvaardbare opgaven voor het BTW-compensatiefonds. De Belastingdienst bespreekt met de gemeenten en provincies hoe zij hun verantwoordelijkheid invullen met betrekking tot hun opgave. Daarbij wordt vastgesteld hoe zij omgaan met fiscaliteit en of de randvoorwaarden aanwezig zijn om te komen tot een adequate beheersing daarvan. De gemeenten en provincies beoordelen zelf daarna cyclisch de opzet, het bestaan en de werking van de interne beheersing van de (fiscaal relevante) bedrijfsprocessen en delen de resultaten daarvan met de Belastingdienst. De Belastingdienst monitort dit en bepaalt in welke mate gesteund kan worden op deze interne beheersing. Vervolgens wordt dit getoetst. De Belastingdienst voert verder toezicht uit gericht op grote afwijkingen in de opgaven BTW-compensatiefonds ten opzichte van eerdere periodes. Tot slot vinden traditionele boekenonderzoeken plaats naar de juistheid van de door gemeenten en provincies ingediende opgaven BTW-compensatiefonds wanneer daar gerede aanleiding toe is.

Uitkomsten horizontaal toezicht en traditionele controles

Bij 249 gemeenten en provincies zijn de mogelijkheden beoordeeld tot horizontalisering van het toezicht. Bij 105 gemeenten en provincies heeft de Belastingdienst zicht op de opzet van de fiscale beheersing. Bij 39 gemeenten en provincies heeft de Belastingdienst zicht op bestaan en werking van de fiscale beheersing.

Door de Belastingdienst zijn in 2011 18 traditionele controles afgerond naar de juistheid van de door gemeenten en provincies ingediende opgaven BTW-compensatiefonds.

In de tabel zijn de naar aanleiding van de uitkomsten van deze controles aangebrachte correcties in 2010 en 2011 weergegeven.

Bedragen x € 1 mln.

Controles, waarvan uitgevoerd in:

Aantal

Gecorrigeerd bedrag t.l.v. compensatie-gerechtigden

Gecorrigeerd bedrag t.g.v. compensatie-gerechtigden

Per saldo gecorrigeerd

2010

32

15

3

12

2011

18

7

3

4

Een traditionele controle werd in 2011 alleen nog ingesteld indien daar gerede aanleiding voor was. In 2011 zijn door de Belastingdienst 18 traditionele controles afgerond. Per saldo is daarbij in 2011 4 miljoen euro gecorrigeerd ten laste van gemeenten, provincies en Wgr-plusregio’s.

2

Tweede Kamer, vergaderjaar 1999–2000, 27 293, nr. 3, Memorie van Toelichting, Algemene deel, Uitvoering van het BTW-compensatiefonds en Artikelsgewijze toelichting, Artikel 9, algemeen en eerste lid.

Licence