In onderstaande tabel worden de budgettaire gevolgen van beleid weergegeven.
Gemeentefonds | Realisatie | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Verschil | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2014 | 2014 | |
Verplichtingen: | 18.607.147 | 18.389.983 | 18.470.631 | 17.995.671 | 18.728.390 | 18.381.232 | 347.158 |
Uitgaven: | 18.381.101 | 18.576.432 | 18.500.791 | 17.988.793 | 18.741.101 | 18.381.232 | 359.869 |
Opdracht | |||||||
1.1.1. Kosten Financiële-verhoudingswet | 1.451 | 2.361 | 1.646 | 1.593 | 2.276 | 1.841 | 435 |
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | |||||||
1.1.2. Kosten Waarderingskamer | 1.328 | 1.255 | 1.200 | 2.148 | 1.938 | 1.951 | – 13 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | |||||||
1.1.3. Budget A+O-fonds | 5.996 | 6.032 | 6.261 | 6.239 | 6.301 | 6.301 | 0 |
1.1.4. Bijdrage aan VNG | 1.000 | 2.610 | 17.298 | 6.692 | 14.861 | 7.298 | 7.563 |
1.1.5. Bijdrage gemeenten inzake KING | 6.436 | 7.464 | 7.464 | 7.464 | 7.464 | 7.464 | 0 |
Bijdragen aan medeoverheden | |||||||
1.2.1. Algemene uitkering c.a. en de aanvullende uitkeringen | 15.549.679 | 16.029.602 | 15.690.738 | 15.089.649 | 15.615.031 | 15.663.259 | – 48.228 |
1.2.2. Integratie-uitkeringen | 1.643.813 | 1.477.836 | 1.529.098 | 1.567.477 | 1.760.889 | 1.620.603 | 140.286 |
1.2.3. Decentralisatie-uitkeringen | 1.171.398 | 1.049.272 | 1.247.086 | 1.307.531 | 1.332.341 | 1.072.515 | 259.826 |
Ontvangsten: | 18.381.101 | 18.576.432 | 18.500.791 | 17.988.793 | 18.741.101 | 18.381.232 | 359.869 |
1. Terugontvangsten Waarderingskamer | 149 | 139 | 89 | 51 | 92 | 0 | 92 |
2. Ontvangsten ex art. 4 Fvw | 18.380.952 | 18.576.293 | 18.500.702 | 17.988.742 | 18.741.009 | 18.381.232 | 359.777 |
Toelichting op de instrumenten
Onderdeel verplichtingen
Ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde begroting zijn de verplichtingen met € 347.158.000 bijgesteld. Dit bedrag is het saldo van de mutaties die bij 1ste suppletoire (€ 69.382.000), 2de suppletoire (€ 277.801.000) en in de slotwet (€ – 25.000) zijn aangebracht. Een toelichting op deze mutaties is te vinden in de memories van toelichting van beide suppletoire begrotingen (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B nrs. 1 en 2 en Kamerstukken II 2014–2015, 34 085 B nrs. 1 en 2) en in de slotwet.
Onderdeel uitgaven
Kosten Financiële-verhoudingswet
Het gerealiseerde bedrag komt € 435.000 hoger uit dan in de ontwerpbegroting 2014 werd geraamd. Het gerealiseerde bedrag voor kosten Financiële-verhoudingswet komt hiermee op € 2.276.000. Een toelichting is te vinden in de memorie van toelichting van de 1ste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B nr. 2) en in de slotwet.
Kosten Waarderingskamer
Het gerealiseerde bedrag komt € 13.000 lager uit dan in de ontwerpbegroting 2014 werd geraamd. Het gerealiseerde bedrag voor kosten Waarderingskamer komt daarmee uit op € 1.938.000. Een toelichting is te vinden in de memorie van toelichting van de 1ste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B nr. 2).
Bijdrage Stichting A+O-fonds gemeenten
Het gerealiseerde bedrag is gelijk aan het begrote bedrag in de ontwerpbegroting 2014 en is € 6.301.000.
Bijdrage aan VNG
Het gerealiseerde bedrag komt € 7.563.000 hoger uit dan in de ontwerpbegroting 2014 werd geraamd. Dit bedrag is het saldo van de mutaties die bij 1ste suppletoire (€ – 787.000) en 2de suppletoire (€ 8.350.000) zijn aangebracht. Het gerealiseerde bedrag voor Bijdrage aan VNG komt daarmee uit op € 14.861.000. Een toelichting is te vinden in de memorie van toelichting van de 1ste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B nr. 2) en 2e suppletoire begroting (Kamerstukken II 2014–2015, 34 085 B nr. 2).
Bijdrage gemeenten aan KING
Het gerealiseerde bedrag is gelijk aan het begrote bedrag in de ontwerpbegroting 2014 en is € 7.464.000.
Algemene uitkering
De uitgaven van de algemene uitkering van het gemeentefonds worden ten opzichte van de oorspronkelijke vastgestelde begroting bijgesteld met € – 48.228.000 en komen daarmee in totaal op € 15.615.031.000.
Bij de 1ste en 2de suppletoire begrotingen hebben eerdere mutaties plaatsgevonden van respectievelijk € 2.829.000 (positief) en € – 29.866.000 (negatief). In de slotwet vindt een mutatie plaats van € – 21.191.000 (negatief). Een toelichting op deze mutaties is te vinden in de memories van toelichting van beide suppletoire begrotingen (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B nr. 2 en Kamerstukken II 2014–2015, 34 085 B nr. 2) en in de slotwet.
Integratie-uitkeringen
De uitgaven van de integratie-uitkeringen van het gemeentefonds worden ten opzichte van de oorspronkelijke vastgestelde begroting bijgesteld met € 140.286.000 en komen daarmee in totaal op € 1.760.889.000.
Bij de 1ste en 2de suppletoire begrotingen hebben eerdere mutaties plaatsgevonden van respectievelijk € 46.758.000 (positief) en € 93.530.000 (positief). In de slotwet vindt een mutatie plaats van € – 2.000 (negatief). Een toelichting op deze mutaties is te vinden in de memories van toelichting van beide suppletoire begrotingen (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B, nr. 2 en Kamerstukken II 2014–2015, 34 085 B nr. 2) en in de slotwet.
Decentralisatie-uitkeringen
De uitgaven van de decentralisatie-uitkeringen van het gemeentefonds worden ten opzichte van de oorspronkelijke vastgestelde begroting bijgesteld met € 259.826.000 en komen daarmee in totaal op € 1.332.341.000.
Bij de 1ste en 2de suppletoire begrotingen hebben eerdere mutaties plaatsgevonden van respectievelijk € 54.370.000 (positief) en € 205.530.000 (positief) en in de slotwet van € – 74.000 (negatief). Een toelichting op deze mutaties is te vinden in de memories van toelichting van beide suppletoire begrotingen (Kamerstukken II 2013–2014, 33 940 B, nr. 2 en Kamerstukken II 2014–2015, 34 085 B nr. 2) en in de slotwet.
Onderdeel ontvangsten
Terugontvangsten Waarderingskamer
Er heeft in 2014 een terugboeking naar het gemeentefonds plaatsgevonden vanuit de Waarderingskamer. Deze terugboeking van € 92.000 betreft het gemeentelijke aandeel in de onderuitputting van het budget van 2013 van de Waarderingskamer.
Ontvangsten ex artikel 4 van de Financiële-verhoudingswet
Sinds de invoering van de Financiële-verhoudingswet zijn de uitgaven en de inkomsten over ieder uitkeringsjaar aan elkaar gelijk. Ten opzichte van de oorspronkelijke vastgestelde begroting van het gemeentefonds voor 2014 worden de ontvangsten ex artikel 4 van de Financiële-verhoudingswet, met € 359.777.000 verhoogd tot € 18.741.009.000. Deze verhoging is de som van de mutaties die bij 1ste suppletoire (€ 104.157.000), 2de suppletoire (€ 277.709.000) en in de slotwet (€ – 22.089) zijn aangebracht.