Het Centrum tot Bevordering van de Import (CBI) uit ontwikkelingslanden is sinds 1 januari 1998 een baten-lastenagentschap van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De hoofddoelstelling is het verrichten van diensten die de concurrentiepositie van exporteurs in ontwikkelingslanden op de internationale en met name de Europese markt helpt versterken. Het agentschap CBI draagt bij aan het realiseren van de operationele doelstelling 1.3: «Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden» ten behoeve van de Minister voor Buitenlandse Handel en ontwikkelingssamenwerking.
Dit is de laatste reguliere jaarverantwoording van het agentschap CBI. Per 1 januari 2015 zal CBI onderdeel worden van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Het agentschap CBI wordt opgeheven in 2015.
Omschrijving | (1) Oorspronkelijk vastgestelde begroting 2014 | (2) Realisatie 2014 | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting 2014 | (4) Realisatie 2013 |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 25.511 | 19.564 | – 5.947 | 25.520 |
Omzet overige departementen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Omzet derden | 1.000 | 362 | – 638 | 1.424 |
Rentebaten | 0 | 8 | 8 | 4 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal baten | 26.511 | 19.934 | – 6.577 | 26.948 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | ||||
– personele kosten | 3.827 | 222 | – 3.605 | 161 |
Waarvan eigen personeel | 1.531 | 166 | -1.365 | 121 |
Waarvan externe inhuur | 2.296 | 56 | -2.241 | 40 |
– materiële kosten | 22.176 | 19.915 | – 2.261 | 26.593 |
Waarvan apparaat ICT | 200 | 381 | 181 | 397 |
Waarvan bijdrage aan SSO's | 0 | 0 | 0 | |
Afschrijvingskosten | ||||
– immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 |
– materieel | 212 | 285 | 73 | 232 |
Overige lasten | 0 | |||
– dotaties voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
– rentelasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
– bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 26.215 | 20.422 | – 5.793 | 26.986 |
Saldo van baten en lasten | 296 | – 488 | – 784 | – 38 |
Toelichting
Omzet moederdepartement
Een kleinere hoeveelheid producten – de CBI modules – is volledig uitgevoerd. Gedeeltelijk uitgevoerde modules worden opgenomen in de balanspositie voorraden/onderhanden werken.
Omzet derden
Het project dat met financiering vanuit Ecuador wordt uitgevoerd, waarvan de beoogde einddatum in 2014 lag, is verlengd tot aan medio 2015. Hierdoor is deze balanspost lager dan verwacht.
Materiele kosten
Doordat de productie van het aantal modules lager is dan gepland, zijn de materiele kosten ook minder hoog dan gepland. Een aantal modules in uitvoering is via de balanspost onderhanden werken meegenomen naar het jaar 2015.
Personele kosten
Met de introductie van het huidige kostprijsmodel worden de toerekenbare personele kosten direct ten laste van de producten geboekt. Het betreft hier enkel de indirecte personele kosten. Als gevolg hiervan is fluctuatie mogelijk binnen deze post.
Saldo van baten en lasten
Het negatieve resultaat wordt veroorzaakt doordat de kosten van de opgeleverde CBI modules hoger waren. De CBI modules die met name hiermee te maken hadden zijn: 1) markt intelligentie 2) markttoegang EU en 3) export capaciteit opbouw. Daarnaast waren er ook CBI modules die een lager kostenniveau kenden dan was geprognosticeerd. Dat waren de modules 1) bedrijfsaudit en actieplan en 2) BSO diagnose en interventieontwerp. Bovendien zijn er minder «q’s» opgeleverd dan gepland. Dit heeft per saldo een negatief resultaat opgeleverd van afgerond € 488.000.
p*q | 2014 | |
---|---|---|
Omzet verdeeld naar modules (in EUR) | ||
Omzet module A | 83.000 x 4 | 332.000 |
Omzet module B | 37.000 x 9 | 333.000 |
Omzet module C | 6.700 x 338 | 2.264.600 |
Omzet module D | 15.000 x 14 | 210.000 |
Omzet module E | 19.000 x 138 | 2.622.000 |
Omzet module F | 14.000 x 6 | 84.000 |
Omzet module H | 43.000 x 100 | 4.300.000 |
Omzet module J | 5.400 x 392 | 2.116.800 |
Omzet module K | 1.300 x 2.287 | 2.973.100 |
Omzet module M | 129.000 x 23 | 2.967.000 |
Omzet module N | 68.000 x 1 | 68.000 |
Omzet module P | 34.000 x 2 | 68.000 |
Omzet module S | 63.000 x 5 | 315.000 |
Omzet module T | 63.000 x 7 | 441.000 |
Omzet module W | 169.000 x 1 | 169.000 |
Omzet module Y | 100.000 x 1 | 100.000 |
Omzet Z externe opdrachten | 200.000 | |
19.563.500 |
Balans 2014 | Balans 2013 | |
---|---|---|
Activa | ||
Immateriële vaste activa | 0 | 0 |
Materiële vaste activa | ||
– grond en gebouwen | 0 | 0 |
– installaties en inventarissen | 0 | 4 |
– overige materiële vaste activa | 0 | 265 |
Debiteuren | 313 | 689 |
Nog te ontvangen | 3.888 | 2.586 |
Liquide middelen | 4.094 | 11.283 |
Totaal activa | 8.295 | 14.827 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ||
– exploitatiereserve | 1.123 | 1.161 |
– afstorting surplus EV | 0 | 0 |
– onverdeeld resultaat | – 488 | – 38 |
Voorzieningen | 0 | 0 |
Voorraden/Onderhanden werken | 2.477 | 10.299 |
Crediteuren | 992 | 629 |
Nog te betalen | 4.191 | 2.776 |
Totaal passiva | 8.295 | 14.827 |
Toelichting
Het boekjaar 2014 wordt afgesloten met een negatief saldo van afgerond EUR 488.000. Dit verlies wordt ten laste gebracht van de algemene reserve.
Liquide middelen
De post liquide middelen bevat 1) de rekening courant positie van het CBI bij de Rijkshoofdboekhouding 2) een projecten-bankrekening en 3) een zeer geringe kaspositie. De projecten-bankrekening wordt gebruikt ten behoeve van opdrachten die niet ten behoeve van de hoofdopdrachtgever DGIS worden uitgevoerd. Dit betreffen opdrachten van andere onderdelen van de rijksoverheid, andere overheden en organisaties. De projecten-bankrekening bevat een saldo van EUR 0,7 miljoen.
Nog te betalen
De post «Nog te betalen» bevat een bedrag van EUR 3.8 miljoen aan ontvangen voorschotten ten behoeve van het Netherlands Trust Fund bij het International Trade Centre in Geneve. Ditzelfde bedrag staat ook vermeld onder de post «Nog te ontvangen» (aan de debetzijde) van de balans als vordering van het CBI aan het International Trade Centre. CBI is budgethouder van dit fonds namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Eigen Vermogen
Het eigen vermogen bedraagt afgerond 3% van de gemiddelde omzet van de afgelopen drie jaren. Hiermee begeeft het eigen vermogen zich binnen de gestelde agentschapskaders.
Jaartal | Jaaromzet | Gemiddelde omzet laatste 3 jaar | Eigen vermogen | Percentage EV tov gemiddelde omzet |
---|---|---|---|---|
2012 | 21.543.704 | 23.216.030 | 1.160.802 | 5,00% |
2013 | 26.943.840 | 22.258.391 | 1.122.980 | 5,05% |
2014 | 19.925.624 | 22.804.389 | 634.727 | 2,78% |
(1) Oorspronkelijk vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting | ||
---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2014 + stand depositorekeningen | – 500 | 3.039 | 3.539 |
2. | Totaal operationele kasstroom | 1.010 | 387 | – 627 |
3a. | Totaal investeringen (-/-) | – 10 | – 16 | – 6 |
3b. | Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 1 | 1 |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 10 | – 15 | – 5 |
4a. | Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | 0 | 0 |
4b. | Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | 0 | ||
4c. | Aflossingen op leningen (-/-) | 0 | 0 | 0 |
4d. | Beroep op leenfaciliteit (+) | 0 | 0 | 0 |
4. | Totaal financieringskasstroom | 0 | 0 | 0 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december 2014 + stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 500 | 3.411 | 2.911 |
Toelichting
De stand per 1 januari 2014 van de rekening courant bij de Rijkshoofdboekhouding (RHB) veroorzaakt met name het verschil tussen begroting en realisatie. Doordat het RHB saldo per 1 januari 2014 hoger was dan het geprognosticeerde saldo, was een (forse) toename niet noodzakelijk. Desalniettemin heeft wel een stijging van de operationele kasstroom zich voorgedaan. Dit is te wijten aan een lagere uitputting ultimo 2014 op de programma’s die het CBI uitvoert.
Vervanging van computer hardware gedurende het jaar 2014 is hoger uitgevallen. Hierdoor is het bedrag aan investeringen hoger dan was geprognosticeerd.
Omschrijving Generiek Deel | Realisatie | Oorspronkelijke begroting | |||
---|---|---|---|---|---|
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2014 | |
Kostprijzen per module | |||||
A- Strategische conferentie groot | 83.000 | 83.000 | 83.000 | 83.000 | 83.000 |
B- Strategische conferentie klein | 37.000 | 37.000 | 37.000 | 37.000 | 37.000 |
C- Bedrijfsaudit en actieplan | 7.380 | 7.790 | 6.700 | 6.700 | 7.790 |
D- Bedrijfsontwikkeling | 26.000 | 26.600 | 15.000 | 15.000 | 26.600 |
E- Export capaciteit opbouw | 25.200 | 25.200 | 19.000 | 19.000 | 25.200 |
F- Certificaat | 14.000 | 14.000 | 14.000 | 14.000 | 14.000 |
G- Markttoegang regionaal | 23.000 | 23.000 | 23.000 | 23.000 | 23.000 |
H- Markttoegang EU | 38.700 | 40.850 | 43.000 | 43.000 | 40.850 |
J- Trainingen EU | 5.400 | 5.400 | 5.400 | 5.400 | 5.400 |
K- Training doellanden | 1.500 | 1.500 | 1.300 | 1.300 | 1.500 |
L- Online trainingen | 125 | 125 | 0 | 0 | 125 |
M- Markt intelligentie | 140.000 | 140.000 | 129.000 | 129.000 | 140.000 |
N- Export intelligentie | 100.000 | 100.000 | 68.000 | 68.000 | 100.000 |
P- Tailored intelligentie | 40.000 | 40.000 | 34.000 | 34.000 | 40.000 |
Q- Business intelligentie | 40.000 | 40.000 | 34.000 | 34.000 | 40.000 |
R- Import intelligentie | 40.000 | 40.000 | 34.000 | 34.000 | 40.000 |
S – Sectorale analyse | 63.000 | 63.000 | 63.000 | 63.000 | 63.000 |
T- BSO diagnose en interventieontwerp | 63.000 | 63.000 | 63.000 | 63.000 | 63.000 |
U- BSOD import intelligentie beperkt | 169.000 | 169.000 | 169.000 | 169.000 | 169.000 |
V- BSOD import intelligentie regulier | 354.000 | 354.000 | 354.000 | 354.000 | 354.000 |
W- BSOD exportontwikkeling- en promotie beperkt | 169.000 | 169.000 | 169.000 | 169.000 | 169.000 |
X- BSOD exportontwikkeling- en promotie regulier | 354.000 | 354.000 | 354.000 | 354.000 | 354.000 |
Y- ITC accountmanagement | 100.000 | 100.000 | 100.000 | 100.000 | 100.000 |
FTE-totaal (excl. externe inhuur) | 12 | 12 | 12 | 15 | 12 |
Saldo van baten en lasten (%) | 5% | 5% | – 0% | 3% | 5% |
Impact kwaliteitsindicatoren | |||||
Totaal gerealiseerde export EU/EFTA | 302.237 | 414.393 | 204.409 | 203.127 | 167.000 |
Exportgroei door bedrijven die deelnemen aan CBI programma’s | 5.463.193 | 14.289.802 | |||
Aangegeven verbeterde dienst onder cliënten | 28% | 71% | 60% | ||
Kennis over de EU-markt | 75% | ||||
Hogere export c.q. effectievere dienstverlening | 89% | 0% | 0% | 60% |
*) **) Het meten van export van de deelnemende bedrijven is op instigatie van de Inspectie Ontwikkelingssamenwerking en Beleidsevaluatie van het Ministerie van Buitenlandse Zaken aangepast opdat de onafhankelijkheid van deze (monitoring) gegevens verbetert. Met de nieuwe methode wordt gedurende de uitvoering van programma’s rechtstreeks bij de deelnemende bedrijven de export gemeten. Daarnaast heeft deze nieuwe werkwijze als voordeel dat sneller gegevens kunnen worden gepresenteerd.
In 2013 is deze nieuwe methode ingevoerd. De respons van de deelnemende bedrijven is, hoewel beter dan eerder, nog niet voldoende.
De totaal gerealiseerde export EU/EFTA geeft de in 2013 gerealiseerde exporten gemiddeld per deelnemer weer.
De exportgroei geeft de toe- of afname van export in 2013 weer gerelateerd aan het referentiejaar van de respondenten. Het referentiejaar is het jaar vóór deelname aan een programma van het CBI.
Ter validatie van monitoringsinformatie wordt één jaar na afronding van een programma een externe onafhankelijke evaluatie uitgevoerd die onder andere meet wat de gerealiseerde export is geweest.
De data voor bovenstaande exportindicatoren gebaseerd op 252 bedrijven (totale populatie is 988 bedrijven; responspercentage 25,5 %). In totaal hebben 259 bedrijven zowel een exportwaarde voor het referentiejaar (baseline) als een exportwaarde voor 2013 ingevuld. Hiervan zijn zeven outliers buiten beschouwing gelaten, omdat de gerapporteerde exportwaarden dusdanig hoog en onrealistisch leken dat deze een vertekend beeld zouden geven van de exportwaarden van het geheel.
Van de 252 respondenten bevinden 163 bedrijven zich in de beginfase van het programma; zij zijn in 2013 voor het eerst op de internationale markt gepresenteerd. Dit verklaart hun nog relatief lage exportwaarden in 2013.
99 van de 252 respondenten hebben als waarden voor de exporten zowel in het referentiejaar als in jaar 2013 een nulwaarde opgegeven. Daartegenover staat dat 27 bedrijven meer dan twee keer de gemiddelde exportgroei per bedrijf hebben bereikt.
***) In 2014 zijn geen BSOD-evaluaties uitgevoerd. Op dit moment worden verschillende BSOD-evaluaties uitgevoerd. Naar verwachting zullen deze in 2015 afgerond worden. De evaluaties betreffen zes Business Support Organisations die zijn ondersteund door CBI. De BSO’s zitten in Afrika, Latijns-Amerika, Oost-Europa en Azië. In de volgende jaarrapportage zal worden gerapporteerd over de uitkomsten van deze evaluaties. Een meer geschikte doelmatigheidsindicator wordt ontwikkeld om de effectiviteit van Business Support Organisation Development te meten.
****) Voor 2014 is geen kwantitatief onderzoek uitgevoerd naar het gebruik van de CBI marktinformatie. Wel is een kwalitatief onderzoek uitgevoerd onder zowel exporteurs als medewerkers van BSO’s. Exporteurs hebben in dit onderzoek onder andere aangegeven dat de CBI marktinformatie: 1) hun kennis van de Europese markt heeft vergroot; 2) hen heeft geholpen om strategische keuzes te maken en 3) hen heeft geholpen een bedrijfsprofiel te ontwikkelen om te presenteren aan importeurs.
*****) Op deze indicator kan het CBI niet rapporteren omdat niet meer op trainingen wordt gerapporteerd. Medewerkers van BSO’s hebben tijdens het verdiepingsonderzoek aangegeven intensief gebruik te maken van de marktinformatie van het CBI. Alle BSO’s die deelnamen aan het onderzoek gebruiken de marktinformatie in periodieke publicaties voor (potentiele) exporteurs. De marktinformatie wordt door BSO’s ook gebruikt om antwoord te geven op specifieke vragen van exporteurs over de Europese markt. Een aantal BSO’s heeft aangegeven de marktinformatie ook te hebben geïntegreerd in hun website, om deze zo te presenteren aan hun cliënten.