Activa | 31-12-2017 | 31-12-2016 | Passiva | 31-12-2017 | 31-12-2016 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Intra-comptabele posten | ||||||||
1) | Uitgaven ten laste van de begroting | 359.001 | 296.670 | 2) | Ontvangsten ten gunste van de begroting | 59.059 | 57.560 | |
3) | Liquide middelen | 64.966 | 66.080 | |||||
4) | Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding | 0 | 0 | 4a) | Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding | 369.328 | 310.629 | |
5a) | Rekening-courant RHB Begrotingsreserve | 0 | 0 | 5) | Begrotingsreserves | 0 | 0 | |
6) | Vorderingen buiten begrotingsverband | 5.144 | 5.751 | 7) | Schulden buiten begrotingsverband | 724 | 312 | |
8) | Kas-transverschillen | 0 | 0 | |||||
Subtotaal intra-comptabel | 429.111 | 368.501 | Subtotaal intra-comptabel | 429.111 | 368.501 | |||
Extra-comptabele posten | ||||||||
9) | Openstaande rechten | 0 | 0 | 9a) | Tegenrekening openstaande rechten | 0 | 0 | |
10) | Vorderingen | 1.218.667 | 1.185.611 | 10a) | Tegenrekening vorderingen | 1.218.667 | 1.185.611 | |
11a) | Tegenrekening schulden | 2.584 | 0 | 11) | Schulden | 2.584 | 0 | |
12) | Voorschotten | 221.112 | 227.921 | 12a) | Tegenrekening voorschotten | 221.112 | 227.921 | |
13a) | Tegenrekening garantieverplichtingen | 2.727 | 6.078 | 13) | Garantieverplichtingen | 2.727 | 6.078 | |
14a) | Tegenrekening andere verplichtingen | 513.777 | 686.826 | 14) | Andere verplichtingen | 513.777 | 686.826 | |
15) | Deelnemingen | 0 | 2.152 | 15a) | Tegenrekening deelnemingen | 0 | 2.152 | |
Subtotaal extra-comptabel | 1.958.867 | 2.108.588 | Subtotaal extra-comptabel | 1.958.867 | 2.108.588 | |||
Overall Totaal | 2.387.978 | 2.477.089 | Overall Totaal | 2.387.978 | 2.477.089 |
TOELICHTING OP DE SALDIBALANS per 31 december 2017 HIV
Ad 1 en 2. Uitgaven en ontvangsten
Bij de begrotingsuitgaven en -ontvangsten zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar 2017 waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Tweede Kamer is goedgekeurd.
Ad 3. Liquide middelen
De post liquide middelen is opgebouwd uit het saldo bij de banken en de contante gelden aanwezig in de kluis van de kasbeheerders. Het bedrag is als volgt opgebouwd:
(Bedragen in €) | |
---|---|
a) Vertegenwoordiging van Nederland in Aruba, Curaçao en Sint Maarten | 1.730.313 |
b) College Financieel Toezicht | 244.243 |
c) Rijksdienst Caribisch Nederland | 24.627.652 |
d) Bank lopende inschrijving | 38.364.118 |
Totaal | 64.965.326 |
Ad a) Deze post wordt bepaald door een storting op de Maduro Curiel’s Bank N.V. voor betalingen in de komende perioden voor deze kasbeheerder.
Ad 4a. Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding
Op de Rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding (RHB) is de financiële verhouding met het Ministerie van Financiën weergegeven. Opgenomen zijn de bedragen conform Rekening-courant afschriften en het saldobiljet van genoemd departement. De volgende Rekening-courantverhoudingen zijn opgenomen in de balans:
(Bedragen in €) | |
---|---|
a) Rekening-courant FIN/RHB | 330.132.117 |
b) Rekening-courant FIN/RHB CFT Bonaire | 9.087.954 |
c) Rekening-courant FIN/RHB CFT Saba | 1.522.176 |
d) Rekening-courant FIN/RHB CFT Sint Eustatius | 3.787.395 |
e) Rekening-courant FIN/RHB Bevoorschotting BES/RCN | 24.798.217 |
Totaal | 369.327.859 |
Ad 6. Vorderingen buiten begrotingsverband
Het bedrag aan vorderingen buiten begrotingsverband is als volgt opgebouwd:
(Bedragen in €) | |
---|---|
a) Vorderingen Kasbeheerders Rijksdiensten | 1.045.052 |
b) Intra-comptabele voorschotten | 428.870 |
c) Intra-comptabele debiteuren | 2.982.309 |
d) Overige vorderingen | 687.513 |
Totaal | 5.143.744 |
Ad a) Vorderingen Kasbeheerders Rijksdiensten
De vorderingen van de Vertegenwoordiging van Nederland op Aruba, Curaçao en Sint Maarten en het CFT bestaan uit diverse vorderingen op ministeries en derden.
Ad b) Intra-comptabele voorschotten
Het saldo heeft betrekking op voorschotten salaris, verhuis- en studiekosten verstrekt aan uitgezonden personeel. De posten worden verrekend met het te betalen salaris.
Ad c) Intra-comptabele debiteuren
Deze post betreft voornamelijk de saldi op de bankrekeningen in beheer bij het College Financieel Toezicht. Deze zijn in 2012 overgeboekt naar de bankrekeningen van de openbare lichamen en zijn opgenomen als vorderingen.
Het openstaande bedrag bedraagt momenteel € 2,98 mln.
Ad d) Overige vorderingen
Het saldo bestaat uit de intercompany verhouding tussen Begrotingshoofdstuk IV en VII.
Ad 7. Schulden buiten begrotingsverband
Het bedrag aan schulden buiten begrotingsverband is als volgt opgebouwd:
(Bedragen in €) | |
---|---|
a) Schulden Kasbeheerders Rijksdiensten | 138.182 |
b) Te betalen aan Ministeries en derden | 585.743 |
Totaal | 723.925 |
Ad a) Schulden Kasbeheerders Rijksdienst
De schulden van de Vertegenwoordiging van Nederland op Aruba, Curaçao en St. Maarten bestaat vnl. uit een en diverse af te dragen belastingen.
Ad b) Overige intra-comptabele schulden
Het bedrag bestaat uit nog te verrekenen salarissen.
Ad 10. Vorderingen
Ad 10a. Tegenrekening vorderingen
Het saldo per 31 december 2017 kan als volgt worden gespecificeerd:
Artikel | Omschrijving | (Bedragen in €) |
---|---|---|
Artikel 1 | Ontv.waarborgfunctie | 4.170.646 |
Artikel 4 | Ontv.bev.soc.econ. Structuur | 112.497 |
Artikel 5 | Ontv. Schuldsan.lop.inschr.len. | 1.214.383.680 |
Totaal | 1.218.666.823 |
Ontstaansjaar | Stand per 1/1 | Opgeboekt | Afgeboekt | Stand per 31/12 |
---|---|---|---|---|
2013 | 835.514.787 | – 3.651.730 | 831.863.057 | |
2014 | 176.017.599 | 0 | 176.017.599 | |
2015 | 142.485.448 | – 4.456.782 | 138.028.666 | |
2016 | 31.592.818 | – 1.891.293 | 29.701.525 | |
2017 | 321.942.772 | – 278.886.796 | 43.055.976 | |
Totaal | 1.185.610.652 | 321.942.772 | – 288.886.601 | 1.218.666.823 |
Direct opeisbaar | Op termijn opeisbaar | Totaalbedrag | |
---|---|---|---|
a) Algemeen | 4.283.143 | 0 | 4.283.143 |
b) Leningen | 0 | 1.214.383.680 | 1.214.383.680 |
Totaal | 4.283.143 | 1.214.383.680 | 1.218.666.823 |
Toelichting:
Artikel 1: Waarborgfunctie
Dit saldo betreft voornamelijk de bijdragen (€ 3,9 mln.) van Curaçao en Sint Maarten aan de kosten van de Kustwacht zijn in 2017 niet ontvangen.
Artikel 4: Bevorderen sociaal-economische structuur
Dit saldo (€ 0,11 mln.) en betreft hoofdzakelijk een vordering in verband met de definitieve vaststelling van de uitvoeringskosten die verband houden met de verkoop door de Nederlandse Participatie Maatschappij Nederlandse Antillen van de aandelen in de Aruba Investment Bank.
Artikel 5: Schuldsanering lopende inschrijvingen / leningen
Gehanteerde koersen | Valuta | Euro | |
---|---|---|---|
a) Begrotingssteun Aruba | in € | 1.815.121 | |
b) Lening OBNA | in € | 1.340.104 | |
c) Maatregel Tussenbalans | in € | 5.658.851 | |
d) Water- en Energiebedrijf (akte 263-JZ/1995) | AFL 0,50 | 15.889.727 | 5.987.441 |
e) Leningen lopende inschrijving Curaçao | in € | 982.141.479 | |
f) Leningen lopende inschrijving Sint Maarten | in € | 217.440.684 | |
Totaal | 1.214.383.680 |
Ad a) Begrotingssteun Aruba
In 1985 tot 1988 is aan Aruba begrotingssteun verleend in de vorm van een lening van € 45,4 mln met een jaarlijkse rente van 2,5%. Vanaf eind 1994 vindt aflossing plaats in 25 jaarlijkse termijnen van € 1,8 mln. Eind 2018 zal de laatste aflossing plaatsvinden.
Ad b) Lening OBNA
De Ontwikkelingsbank van de Nederlandse Antillen (OBNA) heeft in 2001 een aanvullende lening ontvangen ten behoeve van de financiering van een krediettranche inzake de ontwikkelingssamenwerking tussen Nederland en de Nederlandse Antillen. De lening heeft een looptijd van 30 jaar en eindigt op 31 december 2030.
Het rentepercentage bedraagt 2,5% en is de eerste acht jaar vrij van aflossing en rente geweest.
Ad c) Maatregel Tussenbalans
In het kader van de maatregel Tussenbalans zijn gedurende de periode 1991 tot en met 1995 diverse begrotingsleningen verstrekt aan Aruba ter financiering van projecten, waarvan een bepaald rendement verwacht mag worden. De leningen hebben een looptijd van 30 jaar, waarvan de eerste acht jaar vrij van aflossing zijn. Het jaarlijkse rentepercentage is 2,5%. In 2025 zullen de laatste aflossingen plaatsvinden.
Ad d) Water- en Energiebedrijf Aruba (akte 263-JZ/1995)
Het betreft een begrotingslening ten behoeve van het Water- en Energiebedrijf NV gevestigd te Aruba. De lening is in 2009 verstrekt voor het aldaar verrichten van een groot aantal investeringen voor de renovatie en uitbreiding van het Water- en Energiebedrijf. Deze leningsovereenkomst is opgesteld in Arubaanse valuta ad AFL 28 mln. (€ 10,9 mln.). Inmiddels is er op deze lening een bedrag van € 5,0 mln. afgelost. De lening heeft een looptijd tot 30 juni 2026 waarvan de eerste acht jaar vrij van aflossing zijn. Het jaarlijkse rentepercentage is 2,5%.
Ad e) Leningen lopende inschrijving Curaçao
Op 15 oktober 2010 heeft de Nederlandse Staat vijf leningen verstrekt aan het land Curaçao. De maximale looptijd van de langstlopende lening is 30 jaar.
Op 16 september 2013 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 60 mln. verstrekt aan het land Curaçao. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar.
Op 2 juni 2014 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 250 mln. verstrekt aan het land Curaçao. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar.
Op 20 februari 2015 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 267,1 mln. verstrekt aan het land Curaçao. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar
Op 31 december 2015 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 35 mln. (€ 18 mln.) verstrekt aan het land Curaçao. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar.
Op 6 juni 2016 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 60 mln. (€ 29,7 mln.) verstrekt aan het land Curaçao. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar.
Op 30 november 2017 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 60 mln. (€ 28,5 mln.) verstrekt aan het land Curaçao. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar.
De meeste leningen worden afgesloten volgens het principe dat de gehele lening bij einddatum wordt afgelost. Curaçao heeft echter bij één lening aangegeven jaarlijks af te lossen. De Rijkshoofdboekhouding van het Ministerie van Financiën voert het beheer over deze leningen, de belasting vindt evenwel plaats op Hoofdstuk IV.
Ad f) Leningen lopende inschrijving Sint Maarten
Op 21 oktober 2010 heeft de Nederlandse Staat een vijftal leningen verstrekt aan het land Sint Maarten. De maximale looptijd van de langstlopende lening is 30 jaar.
Op 12 oktober 2011 heeft de Nederlandse Staat een volgende lening verstrekt. De maximale looptijd van deze lening was 5 jaar. Op 12 oktober 2016 is deze lening (ten bedrage van ANG 26 mln.) op verzoek van Sint Maarten met 5 jaar verlengd. De looptijd is 7 jaar met een aflossing in 5 jaarlijkse termijnen startende op 12 oktober 2019. De rente is 0,5% (incl. boeterente).
Op 2 juni 2014 heeft de Nederlandse Staat drie leningen aan Sint Maarten verstrekt voor een bedrag van ANG 150 mln. Aan Sint Maarten is op 21 november 2014 eveneens een lening verstrekt van ANG 30,2 mln. De maximale looptijd van deze leningen is 30 jaar.
Op 25 augustus 2017 heeft de Nederlandse Staat een lening van ANG 21,7 mln. (€ 10,3 mln.) verstrekt aan het land Sint Maarten. Deze lening heeft een looptijd van 15 jaar.
De meeste leningen worden afgesloten volgens het principe dat de gehele lening bij einddatum wordt afgelost. Sint Maarten heeft echter bij twee lening aangegeven jaarlijks af te lossen. De Rijkshoofdboekhouding van het Ministerie van Financiën voert het beheer over deze leningen, de belasting vindt evenwel plaats op Hoofdstuk IV.
Ad 11. Schulden
Ad. 11a. Tegenrekening schulden
Ontstaansjaar | Stand per 1/1 | Opgeboekt | Afgeboekt | (Bedragen in €) |
---|---|---|---|---|
2017 | 0 | 2.583.313 | 0 | 2.583.313 |
Totaal | 0 | 2.583.313 | 0 | 2.583.313 |
Artikel | Omschrijving | (Bedragen in €) |
---|---|---|
4 | Bevorderen soc. econ. struct. | 2.583.313 |
Totaal | 2.583.313 |
Toelichting:
Artikel 4: Bevorderen sociaal-economische structuur
Dit betreft de resterende vordering vanuit de boedelscheiding Nederlandse Antillen op het onderdeel Solidariteitsfonds op Nederland. Het is nog niet bekend wanneer deze vordering afgewikkeld wordt.
Ad 12. Voorschotten
Ad. 12a. Tegenrekening voorschotten
Ontstaansjaar | stand 31.12.2016 | Correctie | stand 1.1.2017 | verschuiving jaarlagen | gecorr. stand 1.1.2017 |
---|---|---|---|---|---|
2013 | 105.821.166 | 0 | 105.821.166 | – 7.248.372 | 98.572.794 |
2014 | 23.627.845 | 1.435.659 | 25.063.504 | 6.024.196 | 31.087.700 |
2015 | 22.778.240 | 119.232 | 22.897.472 | 2.648.417 | 25.545.889 |
2016 | 75.693.574 | 0 | 75.693.574 | – 1.424.241 | 74.269.333 |
Totaal | 227.920.825 | 1.554.891 | 229.475.716 | 0 | 229.475.716 |
Correctie Beginstand
Uit onderzoek is gebleken dat de eindbalans 2016 voor een bedrag van € 1.554.891,00 te laag is vastgesteld. Dit werkt ook door in de beginstand 2017.
Correctie Beginbalans
Vanaf 1-1-2017 wordt de financiële administratie gevoerd in een ander financieel systeem. De eenmalige correctie naar ontstaansjaar is gewenst, omdat de voorschotten zich in het huidige systeem op een andere jaarlaag presenteren dan zoals ze in het vorige financiële systeem zaten, dan wel handmatig aan de betreffende jaren werden toegerekend.
Artikel | Omschrijving artikel | stand 31.12.2016 | Correctie | stand 1.1.2017 |
---|---|---|---|---|
1 | Waarborgfunctie | 111.298.269 | 0 | 111.298.269 |
4 | Bevorderen soc. econ. struct. | 116.510.340 | 1.622.658 | 118.132.998 |
6 | Apparaat | 112.216 | – 67.767 | 44.449 |
Totaal | 227.920.825 | 1.554.891 | 229.475.716 |
De saldi van de per 31 december 2017 openstaande voorschotten en van de in 2017 afgerekende voorschotten worden hieronder per jaar gespecificeerd:
Ontstaansjaar | stand 1.1.2017 | verstrekt 2017 | afgerekend 2017 | stand 31-12-2017 |
---|---|---|---|---|
2013 | 98.572.794 | – 15.310.850 | 83.261.944 | |
2014 | 31.087.700 | – 20.831.426 | 10.256.274 | |
2015 | 25.545.890 | – 16.824.094 | 8.721.796 | |
2016 | 74.269.333 | – 25.029.624 | 49.239.709 | |
2017 | 0 | 80.295.883 | – 10.664.262 | 69.631.621 |
Totaal | 229.475.717 | 80.295.883 | – 88.660.256 | 221.111.344 |
De saldi van der per 31 december 2017 openstaande voorschotten worden hieronder per artikel gespecificeerd:
Artikel | Omschrijving artikel | Bedragen in € |
---|---|---|
1 | Waarborgfunctie | 92.026.330 |
4 | Bevorderen soc. econ. struct. | 129.040.565 |
6 | Apparaat | 44.449 |
Totaal openstaande voorschotten | 221.111.344 |
Toelichting:
Artikel 1: Waarborgfunctie
De openstaande voorschotten op dit artikel betreffen voornamelijk de voorschotten aan het Ministerie van Defensie voor de inzet van de Kustwacht in het Caribisch gebied (€ 81 mln.). De voorschotten worden in 2018 en volgende jaren afgewikkeld na ontvangst van de in de RijksMinisterRaad goedgekeurde jaarrekening, jaarverslag en verklaring van de externe accountant.
Artikel 4: Bevorderen sociaal-economische structuur
Het grootste deel van de openstaande voorschotten betreft de in het kader van de «Arubadeal» verstrekte voorschotten aan de Centrale Bank van Aruba (€ 91,1 mln.). Dit betreft de samenwerkingsmiddelen die onder verantwoordelijkheid van de stichting Fondo Desaroyo Aruba (FDA) worden besteed. In januari 2013 is het laatste Nederlandse voorschot voor FDA gestort. Om de afsluiting van de samenwerkingsprogramma’s in goede banen te leiden zijn de landen en stichtingen in juli 2014 schriftelijk geïnformeerd over de afspraken die hierover eerder gemaakt zijn. De vaststelling van deze bijdragen zal in de eerste helft van 2018 plaats vinden.
De voorschotten aan SONA die nog openstaan (€ 4,8 mln.) hebben betrekking op nog enkele verrekeningen en het nog niet afgewikkelde deel van de kosten van de eindafwikkeling van de programmamiddelen. Ook zijn er in 2017 voorschotten (€ 14,6 mln.) gedaan met betrekking tot de bijdrage aan de openbare lichamen in het kader van regeling bijzonder uitkering integrale middelen BES. De vaststelling vindt plaats op basis van de jaarverslagen van de openbare lichamen over het laatste jaar van uitvoering.
Artikel 6: Apparaat
De openstaande voorschotten op dit artikel (€ 0,044 mln.) betreffen de verstrekte voorschotten aan Loyalis.
Ad 13. Garantieverplichtingen
Ad 13a. Tegenrekening garantieverplichtingen
De openstaande garantieverplichtingen zijn als volgt opgebouwd:
De opbouw van de stand openstaande garantieverplichtingen is al volgt opgebouwd:
(Bedragen in €) | ||
---|---|---|
Verplichtingen per 1/1 | 6.077.380 | |
Aangegane verplichtingen in het verslagjaar inclusief negatieve bijstellingen | – 3.351.180 | +/+ |
2.726.200 | ||
Tot betaling gekomen in 2017 | 0,00 | |
Garantieverplichtingen binnen begrotingsverband | 2.726.200 | -/- |
1. Garantie Atradius
De garantieverplichting (€ 0,8 mln.) op de leningen die door Atradius verstrekt zijn, hebben betrekking op een overeenkomst van het Rijk voor het garant staan van Nederland voor de aflossing en rente van deze leningen door het Land Aruba. Tot op heden is er geen beroep gedaan op deze garantstelling. Aruba betaalt consequent en de garantie loopt contractueel in 2019 af.
2. Bankgarantie Europese Commissie ten behoeve van Bonaire
Alleen de garantie (€ 1,9 mln.) ten behoeve van de voorschotten verstrekt door de Europese Commissie voor het Bonaire riolerings- en waterzuiveringsprogramma staat nog open. Deze garantie is in 2017 verlengd tot 30 juni 2019. De garantie met betrekking tot het Sociaal Infrastructuur-programma Curaçao (€ 2,3 mln.) is in 2017 verlopen.
Ad 14. Andere verplichtingen
Ad 14a. Tegenrekening andere verplichtingen
De opbouw van de stand openstaande verplichtingen BiBBV is al volgt opgebouwd:
(Bedragen in €) | ||
---|---|---|
Verplichtingen per 1/1 | 686.322.352 | |
Aangegane verplichtingen in het verslagjaar | 191.909.540 | +/+ |
878.231.892 | ||
Tot betaling gekomen in 2017 | 359.001.482 | |
Negatieve bijstellingen verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren | 6.192.976 | -/- |
513.037.434 |
Toelichting:
De toelichting op de aangegane verplichtingen heeft betrekking op de negatieve bijstellingen die per saldo een omvang hebben van meer dan 10% en of meer dan € 0,1 mln. ten opzichte van de verplichtingenstand per 31-12-2016.
Artikel 1: Waarborgfunctie
De verplichtingenstand voor de bijdrage aan de Koninklijke Marechaussee is naar beneden bijgesteld (€ 6,1 mln.) om in overeenstemming te komen met de hoogte van de jaarlijkse bijdrage.
De opbouw van de stand openstaande verplichtingen BuBBV is al volgt opgebouwd:
(Bedragen in €) | ||
---|---|---|
Verplichtingen per 1/1 | 502.907 | |
Aangegane verplichtingen in het verslagjaar | 236.106 | +/+ |
739.013 | ||
Tot betaling gekomen in 2017 | 0,00 | |
Negatieve bijstellingen verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren | 0.00 | -/- |
739.013 | ||
(Bedragen in €) | ||
Recapitulatie balanspost | ||
Verplichtingen binnen begrotingsverband | 513.037.434 | |
Verplichtingen buiten begrotingsverband | 739.013 | |
513.776.447 |
Ad 15. Deelnemingen
Ad 15a. Tegenrekening deelnemingen
Deelnemingen Bedragen in € | |||
---|---|---|---|
Saldo 1.1.2017 | Verkoop | Saldo 31.12.2017 | |
Arubaanse Investeringsbank (AIB) | 2.151.838 | – 2.151.838 | 0 |
2.151.838 | – 2.151.838 | 0 |
Financiering Deelnemingen en Participaties:
Toelichting inzake verkoop van de AIB en van liquidatie De Nederlandse Participatie Maatschappij voor de Nederlandse Antillen N.V. (NPMNA). Bovengenoemde rechtspersoon is per 16 oktober 2016 ontbonden door middel van een ontbindingsbesluit d.d. 16 oktober 2016.