In dit departementaal jaarverslag 2019 legt de Minister van Justitie en Veiligheid, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verantwoording af over het gevoerde beleid, de bereikte resultaten van dit beleid en de kosten van het beleid in 2019. In dit departementaal jaarverslag wordt tevens verantwoord over het gevoerde beheer over het jaar 2019.
Inhoud
Het jaarverslag van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (Het Ministerie) bestaat uit vier onderdelen, zijnde Algemeen (A), Beleidsverslag (B), Jaarrekening (C) en Bijlagen (D).
Algemeen
Het onderdeel algemeen omvat het verzoek tot dechargeverlening en deze leeswijzer.
Beleidsverslag
Het beleidsverslag is opgebouwd uit vijf onderdelen. De paragraaf beleidsprioriteiten bevat een uiteenzetting op hoofdlijnen van de bereikte resultaten van het gevoerde beleid. Onderdeel van het beleidsverslag is het overzicht van de prestatieindicatoren Veiligheidsagenda. Deze agenda maakte geen deel uit van de Vastgestelde begroting 2019, maar is in een later stadium aan de Tweede Kamer gezonden.
De beleidsartikelen verantwoorden meer in detail in hoeverre de doelstellingen van Justitie en Veiligheid zijn behaald. Tevens is hier de financiële toelichting te vinden op opmerkelijke verschillen tussen realisatie en begroting. Voor het toelichten van de mutaties op het niveau van de financiële instrumenten (en eventueel artikelonderdeel) wordt gebruik gemaakt van de staffel uit de RBV 2020. Dit is dezelfde staffel die wordt toegepast voor het toelichten van de mutaties in de suppletoire begrotingen. De toelichting op mutaties die in eerdere begrotingsstukken (waaronder suppletoire begrotingen) aan de Tweede Kamer zijn gemeld, zijn in de financiële toelichting op hoofdlijnen opgenomen. In de beleidsartikelen wordt bij ieder artikel een algemene doelstelling en de rol en verantwoordelijkheid van de minister beschreven.
De niet-beleidsartikelen verantwoorden de financiële afwikkeling van de apparaatsuitgaven van het kerndepartement, de nog te verdelen posten en een artikel voor geheime uitgaven. In de bedrijfsvoeringsparagraaf wordt verslag gedaan van opmerkelijke zaken in de bedrijfsvoering. Tot slot bevat dit onderdeel in afwijking van de Rijksbegrotingsvoorschriften ook een hoofdstuk over de Raad voor de rechtspraak. Dit is in overeenstemming met de wijze waarop dit in de Vastgestelde begroting 2019 is opgenomen.
Jaarrekening
De jaarrekening is opgebouwd uit de departementale verantwoordingsstaat en de samenvattende verantwoordingsstaat agentschappen, de saldibalans met de bij dit onderdeel behorende financiële toelichting, de jaarverantwoording van de agentschappen en de rapportage over de topinkomens. De verslaggevingsregels en waarderingsgrondslagen die van toepassing zijn op de in dit jaarverslag opgenomen financiële overzichten zijn ontleend aan de Comptabiliteitswet 2016 en de daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2020 en de Regeling agentschappen. Voor de departementale begrotingsadministratie wordt het verplichtingen-kasstelsel toegepast en voor de baten-lasten agentschappen het baten-lastenstelsel.
Bijlagen
Het jaarverslag bevat vijf bijlagen, te weten de voorgeschreven ‘Toezichtrelaties ’Rechtspersonen met een Wettelijke Taak (RWT’s) en Zelfstandige Bestuursorganen (ZBO’s)’, ‘Afgerond evaluatie- en overig onderzoek’, ‘Inhuur Externen’, evenals de aanvullende bijlagen ‘Voortgangsrapportage JenV Verandert’ en het ‘Overzicht van in 2019 tot stand gekomen wetten’.
Verwerking openstaande rechten 2018 en 2019
In de jaarrekening 2017 is aangegeven dat er onduidelijkheid is ontstaan over de verantwoording van geldelijke zaken (waaronder bankbeslag Nederland, bankbeslag buitenland, cryptomunten en effecten), waarbij door de rechter of officier van justitie (buitengerechtelijke afdoening) een beslissing tot verbeurdverklaren is genomen en waarbij het beslag in deze zaken, nog niet heeft geleid tot een boeking op de ontvangstenrekening. De verslaggevingsvoorschriften voor de rijksoverheid (RBV) boden in 2017 hierin weinig houvast. In 2018 is in de RBV 2019 opgenomen dat geldelijke zaken met een onherroepelijke beslissing of waar sprake is van een buitengerechtelijke afdoening per jaareinde verantwoord dienen te worden onder de saldibalanspost openstaande rechten. In 2018 is hierover overleg met het Ministerie van Financiën geweest. Met het Ministerie van Financiën is afgesproken dat het OM (en daarmee het Ministerie) deze geldelijke zaken in 2018 en 2019 nog niet in de saldibalans hoeft te verantwoorden. In 2019 wordt inzicht verschaft in het aantal zaken waarbij openstaand recht verband houdend met geldelijke zaken aan de orde is.
Motie Schouw
In juni 2011 is de motie Schouw ingediend en aangenomen. Deze motie zorgt er voor dat de landenspecifieke aanbevelingen van de Raad van de Europese Unie op grond van de nationale hervormingsprogramma's een eigenstandige plaats krijgen in de departementale begrotingen. Voor 2019 zijn er geen landenspecifieke aanbevelingen op het JenV-terrein.
Focusonderwerp
De Tweede Kamer heeft als focusonderwerpen voor de verantwoording over 2019 de thema's «de onderbouwing van de ramingen van inkomsten en uitgaven» en «onderschrijdingen ten opzichte van het geraamde uitgavenkader» vastgesteld (Tweede Kamer, 31 865, nr. 135). Het kabinet zal, zoals vermeld in de brief van 4 juli 2019 (Tweede Kamer, 31 865, nr. 151), in het Financieel Jaarverslag Rijk specifiek aandacht besteden aan hoe onderuitputting en plafondonderschrijdingen zich verhouden tot de ramings- en begrotingssystematiek. Daarbij zal ook aandacht zijn voor de grootste over- en onderschrijdingen in 2019 en eerdere jaren.
Groeiparagraaf
De Regeling agentschappen en de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2020 laten enige ruimte voor interpretatie ten aanzien van de vraag wat als omzet van een baten-lastenagentschap kan of dient te worden aangemerkt. Om die reden is een nadere specificatie in de agentschapsparagrafen opgenomen.
Door de in de RBV2020 aangebrachte wijzigingen worden de aan het ministerie van Financiën afgegeven garanties betreffende de leningen en rekening courant limieten aan interne partijen met ingang van de verantwoording over 2019 in de saldibalans opgenomen (voorheen in de toelichting). De overeenkomstige cijfers met betrekking tot 2018 zijn niet aangepast. In de toelichting bij de post garantieverplichtingen in de saldibalans wordt ingegaan op het effect van de gewijzigde presentatie. Verder is de per jaareinde blijkende financiële verhouding met de agentschappen, onder aftrek van de aangelegenheden die reeds deel uitmaken van de rekening courant, eenmalig als voorschot verwerkt. Voor 2020 zal worden gekomen tot een bijdragesystematiek in lijn met die voor ZBO's en RWT's.
Specifieke aandachtspunten
Raad voor de rechtspraak
In de Wet op de rechterlijke organisatie is de verantwoordelijkheid voor de bedrijfsvoering toegekend aan de gerechten en aan de Raad voor de rechtspraak. De Raad kent een bekostigingssystematiek die gebaseerd is op outputfinanciering. Door JenV is gekozen voor een bijdrageconstructie. Deze bijdrage is op artikel 32 opgenomen. Voor de Raad is in het jaarverslag zoals gebruikelijk een apart hoofdstuk opgenomen, met daarin een verantwoording over de uitgaven van de Raad.