Base description which applies to whole site

16. Jaarverantwoording agentschap Dienst van de Huurcommissie (DHC) per 31 december 2020

Inleiding

De Huurcommissie is een zelfstandig bestuursorgaan. Dit zelfstandig bestuursorgaan wordt ambtelijk ondersteund door de Dienst van de Huurcommissie (DHC), die de status van baten-lastenagentschap heeft. Jaarlijks verstrekt het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) een opdracht aan de Huurcommissie voor de uitvoering van de huurgeschillenbeslechting- en overige werkzaamheden. De opdracht wordt vanaf 2018 deels gefinancierd door het Ministerie van BZK, deels door de verhuurders middels een verhuurderbijdrage en deels uit de leges.

Staat van baten en lasten

Tabel 84 Staat van baten en lasten van het baten-lastenagentschap DHC 2020 (bijdragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie 2019

Baten

    

- Omzet

12.434

11.510

‒ 924

11.101

waarvan omzet moederdepartement

6.570

5.768

‒ 802

5.271

waarvan omzet overige departementen

0

0

0

0

waarvan omzet derden

5.864

5.742

‒ 122

5.830

Rentebaten

0

0

0

0

Vrijval voorzieningen

0

450

450

385

Bijzondere baten

0

5

5

392

     

Totaal baten

12.434

11.965

‒ 469

11.878

     

Lasten

    

Apparaatskosten

11.253

11.405

152

9.577

- Personele kosten

7.606

8.831

1.225

6.810

waarvan eigen personeel

5.152

5.559

407

4.833

waarvan inhuur externen

1.964

2.899

935

1.639

waarvan overige personele kosten

490

373

‒ 117

338

- Materiële kosten

3.647

2.574

‒ 1.073

2.767

waarvan apparaat ICT

1.195

918

‒ 277

1.072

waarvan bijdrage aan SSO's

0

0

0

0

waarvan overige materiële kosten

2.452

1.656

‒ 796

1.695

Rentelasten

0

0

0

0

Afschrijvingskosten

75

18

‒ 57

58

- Materieel

75

18

‒ 57

58

waarvan apparaat ICT

74

15

‒ 59

58

waarvan overige materiële afschrijvingskosten

1

3

2

0

- Immaterieel

0

0

0

0

Overige lasten

1.106

2.303

1.197

2.575

waarvan dotaties voorzieningen

0

882

882

283

waarvan bijzondere lasten

1.106

1.421

315

2.292

     

Totaal lasten

12.434

13.726

1.292

12.210

     

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

0

‒ 1.761

‒ 1.761

‒ 332

Agentschapsdeel Vpb-lasten

0

0

0

0

     

Saldo van baten en lasten

0

‒ 1.761

‒ 1.761

‒ 332

Toelichting

Baten

Omzet

Omzet moederdepartement

De omzet moederdepartement bestaat uit de vergoeding van het Ministerie van BZK als opdrachtgever. De totale bijdrage voor de opdracht bedroeg € 7,9 mln., hiervan was € 2,2 mln. bestemd voor een bijdrage in de bedrijfsvoeringkosten. Deze bijdrage is verwerkt als een vermogensstorting en wordt dus niet als omzet gerekend. In de oorspronkelijke begroting was geen rekening gehouden met de bijdrage in de bedrijfsvoeringskosten waardoor het nu lijkt dat de bijdrage van het moederdepartement in totaal lager is dan begroot. De opdracht voor 2020 is aangegaan op basis van lump sum financiering.

Omzet derden

De omzet derden bestaat uit de verhuurderbijdrage die aan de verhuurders in rekening is gebracht en uit de ontvangen legesgelden. De in rekening gebrachte verhuurderbijdrage aan verhuurders bedraagt in 2020 € 5,4 mln. De ontvangen legesgelden in 2020 bedragen € 0,3 mln. De legesopbrengsten vallen lager uit doordat er minder geschillen zijn afgehandeld in 2020 dan begroot.

Vrijval voorzieningen

In de loop van 2020 hebben twee medewerkers die aan het Van Werk Naar Werk traject deelnamen een nieuwe functie gevonden waardoor hun deel in de voorziening is vrijgevallen.

Bijzondere baten

De bijzondere baten bestaan uit aanmaningsvergoedingen die ontvangen zijn via het CJIB en correcties op facturen van derden van voorgaande jaren.

Lasten

Apparaatskosten

Personele kosten

De post personele kosten bestaat uit de loonkosten voor eigen personeel (inclusief kosten voor gedetacheerden vanuit de Rijksoverheid), kosten van externe inhuur en overige personeelskosten. De kosten voor eigen personeel zijn hoger dan was begroot. Een deel van de externe inhuurkrachten is in 2020 verambtelijkt. Daarnaast is in 2020 extra personeel aangenomen zowel vast als extern om de productie op peil te houden en om ondersteuning te geven aan het team dat de beleidsregels aanpast om geschillen sneller af te kunnen doen. Hierdoor is de externe inhuur ook hoger uitgekomen dan begroot.

De overige personele kosten betreffen kosten als reiskosten, studiekosten, arbeidsongeschiktheids ondersteuning en bedrijfsmaatschappelijk werk. Deze kosten zijn mede door de gevolgen van het coronavirus lager uitgevallen dan was ingeschat.

Materiële kosten

De materiële kosten zijn lager uitgevallen dan oorspronkelijk begroot. De kosten voor beheer en onderhoud ICT kwamen € 0,3 mln. lager uit dan begroot, doordat een aantal onderhoudswerkzaamheden zijn doorgeschoven naar 2021. Door de corona pandemie konden er geen zittingen gehouden worden en ook geen onderzoeken ter plaatse worden uitgevoerd (€ 0,3 mln. minder kosten). Als gevolg van het doorschuiven van een aantal onderhoudswerkzaamheden is minder externe expertise aangetrokken dan oorspronkelijk begroot (€ 0,4 mln.).

Afschrijvingskosten

De afschrijvingskosten zijn lager dan oorspronkelijk begroot. Dit is het gevolg van het doorschuiven van vervangingsinvesteringen naar het volgende jaar.

Overige lasten

Dotaties voorzieningen

De dotaties aan de voorzieningen hebben enerzijds betrekking op medewerkers die een beroep hebben gedaan op hun recht op loonsuppletie bij het aanvaarden van een dienstbetrekking binnen de Rijksoverheid met een lager salaris.

Een ander deel van de dotatie heeft betrekking op de verlenging van de begeleidingsperiode van Van Werk Naar Werk kandidaten

Bijzondere lasten

Dit betreffen met name kosten die betrekking hebben op projecten tot verbetering van de werkprocessen van de Huurcommissie.

Tabel 85 Overzicht in 2020 gerealiseerde bijzondere lasten DHC (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil

Realisatie 2019

Implementatie toekomstverkenning

0

0

0

1.791

Nieuwe wetgeving

350

0

‒ 350

0

Verhuizing

0

0

0

129

ICT

120

23

‒ 97

335

Nieuw informatiesysteem

636

684

48

0

Kwaliteit aan de poort

0

296

296

0

Eenvoudig naar gezag

0

333

333

0

Aanbesteding onderzoeken

0

38

38

0

Stimuleringsregeling

0

38

38

0

Overige bijzondere lasten

0

9

9

37

     

Totaal

1.106

1.421

315

2.292

In de opdracht voor 2020 zijn andere projecten benoemd dan in de oorspronkelijke begroting staan. Een aantal projecten heeft vertraging opgelopen in 2020. Enerzijds kwam dit door de gevolgen van het coronavirus en anderzijds lag hieraan bij een enkel project een verdiepingsslag ten grondslag.

Saldo van baten en lasten

Over 2020 heeft de Dienst van de Huurcommissie een negatief exploitatieresultaat behaald van € 1,8 mln.

Balans

Tabel 86 Balans per 31 december 2020 (bedragen x € 1.000)
 

Balans 2020

Balans 2019

Activa

  

Vaste activa

85

12

Materiële vaste activa

85

12

waarvan grond en gebouwen

0

0

waarvan installaties en inventarissen

28

12

waarvan projecten in uitvoering

0

0

waarvan overige materiële vaste activa

57

0

Immateriële vaste activa

0

0

Vlottende activa

5.999

8.156

Voorraden en onderhanden projecten

0

1.960

Debiteuren

679

991

Overige vorderingen en overlopende activa

1.997

52

Liquide middelen

3.323

5.153

   

Totaal activa

6.084

8.168

   

Passiva

  

Eigen Vermogen

974

3.810

Exploitatiereserve

2.735

4.142

Onverdeeld resultaat

‒ 1.761

‒ 332

Voorzieningen

1.482

1.710

Langlopende schulden

0

0

Leningen bij het Ministerie van Financiën

0

0

Kortlopende schulden

3.628

2.648

Crediteuren

1.007

495

Belastingen en premies sociale lasten

0

0

Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën

0

0

Overige schulden en overlopende passiva

2.621

2.153

   

Totaal passiva

6.084

8.168

Toelichting

Stelselwijziging ten behoeven van de jaarverslaggeving

Het kostprijsmodel van de Huurcommissie wordt herzien. Gedurende die periode is besloten om de Huurcommissie tijdelijk lump sum te financieren en wordt er niet jaarlijks afgerekend op basis van de productie. Het (tijdelijk) niet afrekenen is voor de jaarverslaggeving een wijziging van het stelsel voor de resultaatbepaling. Tot en met vorig jaar is in de jaarrekening een onderhanden werk positie opgenomen. Door de gewijzigde resultaatbepaling kan geen waarde meer aan die voorraad worden toegekend. De voorraad is derhalve afgeboekt. Omdat de voorraad nog niet gefinancierd is door BZK, heeft BZK toegezegd dit alsnog te financieren en heeft de Huurcommissie een vordering op BZK opgenomen ter hoogte van de afgeboekte voorraad.

De stelselwijziging is als volgt in de jaarrekening verwerkt:

Tabel 87 Verwerking stelselwijziging financiering DHC (bedragen x € 1.000)

Balanspost

Jaarrekening 2019

Vergelijkende cijfers 2019 in jaarrekening 2020

Verschil

Voorraden en onderhanden projecten

1.960

0

‒ 1.960

Overige vorderingen en overlopende activa

52

2.012

1.960

Omzet moederdepartement

5.271

5.623

352

Bijzondere baten

392

40

‒ 352

Vaste activa

Materiële vaste activa

De materiële activa bestaan uit hardware en installaties. De Dienst van de Huurcommissie huurt zijn kantoorruimten, deze panden staan daarom niet op de balans als activa. In 2020 zijn investeringen gedaan in laptops, iPhones, een E-bike, een scooter en gereedschappen.

Vlottende activa

Debiteuren

Deze post heeft met name betrekking op de nog te ontvangen verhuurderbijdrage van verhuurders. Daarnaast bevat deze post leges van huurders en verhuurders.

Tabel 88 Debiteuren DHC (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2020

31-12-2019

Debiteuren moederdepartement

0

0

Debiteuren overige departementen

0

62

Debiteuren derden

679

929

   

Totaal

679

991

In november 2020 is de verhuurdersbijdrage in rekening gebracht, het merendeel van deze vorderingen is eind 2020 ontvangen. De vordering per 31 december 2020 op verhuurders is € 0,6 mln. In het saldo van debiteuren derden is rekening gehouden met een voorziening dubieuze debiteuren ten bedrage van € 5.000 met betrekking tot de leges.

Overige vorderingen en overlopende activa

Deze post betreft vooruitbetaalde kosten aan derden in 2020 voor het jaar 2021 en betaalde waarborgsommen (samen in totaal € 37.000). Onder deze post is ook de vordering op BZK, circa € 2 mln. als gevolg van de stelselwijziging, opgenomen.

Eigen vermogen

Het eigen vermogen wordt gevormd door enerzijds de exploitatiereserve en anderzijds het onverdeeld resultaat over 2020. De exploitatiereserve is in 2020 gemuteerd door verwerking van het onverdeeld resultaat 2019. In 2020 is een bijdrage ontvangen van het moederdepartement voor bedrijfsvoeringkosten. In 2020 heeft ook een afroming van het eigen vermogen plaatsgevonden.

Door deze mutaties en de toevoeging van het onverdeeld resultaat 2020 bedraagt het eigen vermogen € 1,0 mln. In de Regeling Agentschappen 2018 is aangegeven dat er de mogelijkheid is voor de Dienst van de Huurcommissie om een exploitatiereserve op te bouwen. De maximale exploitatiereserve bedraagt 5% van de gemiddelde omzet van de afgelopen drie jaren. Het maximale eigen vermogen in 2020 bedraagt € 0,5 mln. Het verschil tussen het vermogen per 31-12-2020 en het maximaal toegestane eigen vermogen bedraagt € 0,5 mln. Voor de eerstvolgende suppletoire begrotingswet wordt het surplus aan eigen vermogen afgeroomd.

Tabel 89 Eigen vermogen DHC (bedragen x € 1.000)
 

Exploitatiereserve

Onverdeeld resultaat

Totaal eigen vermogen

Stand 1 januari 2020

4.142

‒ 332

3.810

Verwerking onverdeeld resultaat 2019

‒ 332

332

0

Afroming eigen vermogen

‒ 3.245

0

‒ 3.245

Bijdrage moederdepartement in bedrijfsvoeringskosten 2020

2.170

0

2.170

Resultaat 2020

 

‒ 1.761

‒ 1.761

Stand 31 december 2020

2.735

‒ 1.761

974

Voorzieningen

De voorzieningen die op de balans staan betreffen kosten in verband met de reorganisaties van de Dienst van de Huurcommissie in 2009, 2012 en 2018. Het langlopende deel van deze voorzieningen (2018 € 0,9 mln.) zijn verplichtingen voor 2022 en latere jaren.

Tabel 90 Voorzieningen DHC (bedragen x € 1.000)
 

Stand per 1-1-2020

Onttrekking

Vrijval

Dotatie

Saldo per 31-12-2020

Reorganisatie 2009:

     

·         Herplaatsers

46

34

0

1

13

Reorganisatie 2012:

     

·         Herplaatsers

201

32

0

3

172

Reorganisatie 2018

1.463

594

450

878

1.297

      

Totaal

1.710

660

450

882

1.482

Kortlopende schulden

Crediteuren

Dit betreft in 2020 ontvangen maar per ultimo 2020 nog niet betaalde facturen voor gemaakte kosten die betrekking hebben op 2020. 

Tabel 91 Crediteuren DHC (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2020

31-12-2019

Crediteuren moederdepartement

468

156

Crediteuren overige departementen

74

3

Crediteuren derden

465

336

   

Totaal

1.007

495

Overige schulden en overlopende passiva

Deze post bestaat uit nog te ontvangen facturen, legesvoorschotten (derden) en verplichtingen jegens personeel (derden).

Tabel 92 Overige schulden en overlopende passiva (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2020

31-12-2019

Nog te ontvangen facturen

1.661

1.024

Legesvoorschotten

356

179

Reservering vakantie uren

498

506

Stimuleringspremie DHC medewerkers

106

444

   

Totaal

2.621

2.153

Het saldo van de nog te ontvangen facturen is als volgt opgebouwd:

Tabel 93 Nog te ontvangen facturen (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2020

31-12-2019

Nog te ontvangen facturen moederdepartement

789

669

Nog te ontvangen facturen overige departementen

148

209

Nog te ontvangen facturen derden

724

146

   

Totaal

1.661

1.024

Kasstroomoverzicht

Tabel 94 Kasstroomoverzicht over 2020 (bedragen x € 1.000)
  

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari + stand depositorekeningen

285

5.153

4.868

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

12.434

11.842

‒ 592

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

‒ 12.359

‒ 12.507

‒ 148

2.

Totaal operationele kasstroom

75

‒ 665

‒ 740

 

Totaal investeringen (-/-)

0

‒ 91

‒ 91

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

0

0

3.

Totaal investeringskasstroom

0

‒ 91

‒ 91

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

‒ 3.245

‒ 3.245

 

Eenmalige storting door moederdepartement (+)

0

2.171

2.171

 

Aflossingen op leningen (-/-)

0

0

0

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

0

0

0

4.

Totaal financieringskasstroom

0

‒ 1.074

‒ 1.074

5.

Rekening-courant RHB 31 december + stand depositorekeningen  (=1+2+3+4)

360

3.323

2.963

Toelichting

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.

Operationele kasstromen

De afname van de voorzieningen, de afname van de kortlopende vorderingen en de toename van de kortlopende schulden hebben invloed gehad op de operationele kasstromen.

Investeringskasstroom

In 2020 zijn investeringen gedaan in laptops, iPhones, gereedschappen, een E-bike en een scooter voor € 0,1 mln.

Financieringskasstroom

In 2020 heeft het moederdepartement een bijdrage van € 2,2 mln. geleverd aan projectkosten met betrekking tot de organisatieontwikkeling en heeft de Dienst van de Huurcommissie haar eigen vermogen afgeroomd met € 3,2 mln. Er is in 2020 geen gebruik gemaakt van de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën.

Overzicht doelmatigheidsindicatoren

Tabel 95 Overzicht doelmatigheidsindicatoren per 31 december 2020

Omschrijving generiek deel

Realisatie

Vastgestelde begroting

 

2017

2018

2019

2020

2020

Fte totaal (excl. externe inhuur)

63

50

60

76

67

      

Saldo van baten en lasten (%)

1%

‒ 47%

‒ 3%

8%

0%

      

% Huurprijsgeschillen afgerond binnen 4 maanden

64%

60%

45%

59%

90%

% Servicekostengeschillen afgerond binnen 5 maanden

47%

61%

49%

90%

% Servicekostengeschillen afgerond binnen 4 maanden1

50%

 

% Huurverhogingsgeschillen afgerond binnen 4 maanden

90%

98%

94%

99%

90%

% Wohv-geschillen afgerond binnen 4 maanden2

50%

0%

0%

0%

90%

% ADR geschillen afgerond binnen 90 dagen

> 90%

86%

80%

>90%

      

Doorlichting uitgevoerd cq. gepland in

    

2022

1

De doorlooptijd van een servicekostengeschil is vanaf 2020 op vier maanden gesteld.

2

Wohv:

Toelichting

Fte totaal

Betreft het aantal medewerkers in vaste dienst (uitgedrukt in fte) en de ontwikkeling daarvan in de loop der jaren. In 2020 is een aantal externe medewerkers verambtelijkt en daarnaast zijn nog enkele nieuwe medewerkers aangetrokken.

Doorlooptijden

De Huurcommissie werkt met twee verschillende doorlooptijden:

  • 1. De doorlooptijd voor de hele procedure vanaf het moment dat de verzoeker de leges heeft betaald tot het moment waarop de uitspraak wordt verstuurd. Deze doorlooptijd is gebaseerd op de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte. De termijn hiervoor is vier maanden;

  • 2. De doorlooptijd gaat in vanaf het moment dat het dossier compleet is. Deze doorlooptijd is gebaseerd op de Implementatiewet voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting consumenten (ADR). De wettelijke termijn hiervoor is 90 dagen.

Het coronavirus heeft in 2020 de doorlooptijden van de geschillen behoorlijk dwars gezeten. Door het coronavirus was het enige tijd niet mogelijk om onderzoeken ter plekke uit te voeren en ook konden er geen zittingen gehouden worden. Dit heeft een negatieve invloed gehad op de doorlooptijden van de geschillen, omdat de voortgang hierdoor stil kwam te liggen. Als gevolg hiervan zijn de voorraden onderzoeken ter plaatse en zittingen in 2020 enorm toegenomen in vergelijking met voorgaand jaar. Daarnaast was de instroom in 2020 hoger dan verwacht. Om de achterstanden weg te werken is de Huurcommissie het actieplan ‘Aanpak achterstanden’ gestart. Door middel van een schriftelijke afhandeling met een voorzittersuitspraak worden geschillen sneller afgehandeld.

Voorraadverloop 2020

Tabel 96 Voorraadverloop DHC 2020

Procedure

(1) Beginvoorraad

(2) Instroom

(3) Productie

(4)=(1)+(2)-(3) Voorraad per ultimo december

Beslechting huurprijsgeschillen

3.229

5.506

3.455

5.280

Beslechting servicekostengeschillen

2.244

2.731

1.490

3.485

Beslechting van huurverhogingsgeschillen op basis van punten

153

2.446

2.255

344

Beslechting van huurverhogingsgeschillen op basis van inkomen

20

988

965

43

Beslechting van Wohv-geschillen1

11

15

19

7

Onderzoeksrapporten rechtbank

0

0

0

0

Onderzoeksrapporten publieksrechtelijke organen

0

0

0

0

Advies geliberaliseerde huurprijs

0

0

0

0

Klachten van huurder over verhuurder

218

421

390

249

Verklaring over redelijkheid van de huurprijs

0

0

0

0

     

Totaal

5.875

12.107

8.574

9.408

1

Wohv:

Productieaantallen 2020

De productie van DHC is lager uitgevallen dan bij het vaststellen van de ontwerpbegroting 2020 werd verwacht.

Tabel 97 Productieaantallen DHC 2020

Soort zaak

(1) Begroting 2020

(2) Realisatie 2020

(3)=(2)-(1) Verschil

Huurprijsgeschillen

4.479

3.455

‒ 1.024

Servicekostengeschillen

1.851

1.490

‒ 361

Huurverhogingsgeschillen op grond van punten

1.445

2.255

810

Huurverhogingsgeschillen op grond van inkomen

880

965

85

Wohv-geschillen1

5

19

14

Onderzoeksrapporten rechtbank

10

0

‒ 10

Onderzoeksrapporten publieksrechtelijke organen

60

0

‒ 60

Advies geliberaliseerde huurprijs

54

0

‒ 54

Klachten van huurder over verhuurder

250

390

140

Verklaring over redelijkheid van de huurprijs

0

0

0

    

Totaal

9.034

8.574

‒ 460

1

Wohv:

Licence