Base description which applies to whole site

3.2 Wet langdurige zorg (Wlz)

De verticale toelichting bevat een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen over 2021 sinds het opstellen van de ontwerpbegroting 2021.

De verticale toelichting onderscheidt drie categorieën bijstellingen:

  • Autonoom: voornamelijk bijstellingen als gevolg van de actualisering van de zorguitgaven op basis van de meest recente cijfers van Zorginstituut Nederland en de NZa en bijstellingen op basis van de actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

  • Beleidsmatig: bijstellingen die verband houden met politieke prioriteitstelling.

  • Technisch: overhevelingen tussen financieringsbronnen/domeinen.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gemoeide bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

Tabel 9 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2021 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Wlz zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende bijstellingen opgenomen.

Tabel 9 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten 2021(bedragen x € 1 miljoen)1
 

2021

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2021

27.616,9

Bijstellingen

 

Autonoom

112,3

Actualisering Wlz-uitgaven

98,3

Loon- en prijsontwikkeling

9,6

Verwerking MLT 2022-2025

4,5

  

Beleidsmatig

378,0

Meerkosten corona Wlz

150,0

Nacalculatie overheveling ggz naar Wlz

270,0

Overheveling ggz naar Wlz: nacalculatie Zvw-deel

‒ 47,9

Overig beleidsmatig

5,9

  

Technisch

78,1

Loon- en prijsbijstelling 2021 beschermd wonen

‒ 29,6

Nacalculatie overheveling hulpmiddelen Wlz

15,5

Nacalculatie uitname beschermd wonen

104,0

Overig technisch

‒ 11,7

  

Totaal bijstellingen

568,5

  

Bruto Wlz-uitgaven jaarverslag 2021

28.185,3

  

Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2021

2.055,1

Bijstellingen

 

Autonoom

‒ 63,8

Eigen bijdragen Wlz

‒ 64,1

Verwerking MLT 2022-2025

0,3

  

Beleidsmatig

0,3

Eigen bijdragen corona Wlz

‒ 11,7

Nacalculatie eigen bijdragen overheveling ggz naar Wlz

12,0

  

Totaal bijstellingen

‒ 63,5

  

Wlz-ontvangsten jaarverslag 2021

1.991,6

  

Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2021

25.561,8

Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven

632,0

Netto Wlz-uitgaven jaarverslag 2021

26.193,7

1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Actualisering Wlz-uitgaven

Op grond van de ontwikkelingen in de declaraties en indicaties zijn de geraamde uitgaven voor de Wlz met € 98,3 miljoen verhoogd in 2021. De opwaartse bijstelling hangt voor een deel samen met een sneller dan verwacht herstel van de uitgaven in de sector Verpleging en Verzorging (V&V) van corona. Het gaat hierbij om € 38 miljoen in 2021. Daarnaast is het aantal aanvragen voor een indicatie voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz) in de Wlz in 2021 hoger dan verwacht. Het gaat hierbij om € 61 miljoen in 2021. Ook is in 2021 de tandheelkundige zorg met € 5,5 miljoen verhoogd. Tot slot is er een aantal kleinere mutaties verwerkt.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het CPB.

Beleidsmatig

Meerkosten corona Wlz

Zorgaanbieders maken extra personele en materiële kosten in verband met het coronavirus. In de beleidsregel SARS-CoV-2 virus van de NZa is vastgelegd wanneer deze kosten buiten de contracteerruimte vergoed worden. Het financiële effect hiervan wordt ingeschat op € 150 miljoen voor 2021.

Nacalculatie overheveling ggz naar Wlz

Dit betreft een actualisering van de raming van de openstelling van de Wlz voor cliënten met een psychische stoornis, waartoe is besloten in het Regeerakkoord 2017-2021. Per 1 juni 2021 zijn er bijna 16 duizend cliënten ingestroomd op grond van de aanvragen die tot 1 januari 2021 bij CIZ waren ingediend. Dit zijn er meer dan oorspronkelijk geraamd (9.250 cliënten). Dit leidt tot hogere uitgaven in de Wlz van € 270 miljoen in 2021. De hogere uitgaven in de Wlz worden deels (maar niet geheel) gecompenseerd door afspraken die zijn gemaakt met gemeenten over de nacalculatie van het bedrag dat op basis van geld-volgt-cliënt verschuift vanuit de Wmo naar de Wlz.

Overheveling ggz naar Wlz: Nacalculatie Zvw-deel

Uit de CBS-monitor101 van de instroom van cliënten met een psychische stoornis in de Wlz blijkt dat er minder cliënten dan oorspronkelijk geraamd overgaan van de Zvw naar de Wlz (ruim 300 in plaats van 750). Op grond van de oorspronkelijke raming was een bedrag overgeheveld van € 78 miljoen structureel vanuit de Zvw naar de Wlz. Op basis van het principe geld-volgt-cliënt is hiervan in 2021 een bedrag van € 48 miljoen teruggeboekt. Daarnaast is rekening gehouden dat een deel van de Zvw-cliënten pas na 1 januari 2021 is overgegaan naar de Wlz (en dus in 2021 nog enige tijd een beroep heeft gedaan op de Zvw).

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige bijstellingen.

Technisch

Loon- en prijsbijstelling 2021 beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie 2021 naar het budget voor beschermd wonen in het gemeentefonds.

Nacalculatie overheveling hulpmiddelen Wlz

Op 1 januari 2020 is de hulpmiddelenzorg aan cliënten die in een Wlz-instelling wonen vereenvoudigd. Vanaf deze datum worden mobiliteitshulpmiddelen (zoals een rolstoel en een scootmobiel) voor alle cliënten in een Wlz-instelling verstrekt vanuit de Wlz en niet meer vanuit de Wmo 2015. Hiervoor zijn in 2019 middelen overgeheveld naar de Wlz en zijn VWS en VNG overeengekomen dat op basis van realisatiegegevens nacalculatie plaatsvindt. Deze mutatie betreft de nacalculatie vanaf 2021. Conform bestuurlijke afspraak is de nacalculatie gebaseerd op realisatiegegevens van 2020, zoals die worden aangeleverd bij de NZa.

Nacalculatie uitname beschermd wonen

In 2021 is de Wlz opengesteld voor mensen met een psychische stoornis. In de ontwerpbegroting 2021 is hiervoor reeds € 495 miljoen structureel overgeheveld van beschermd wonen (Wmo) naar de Wlz. Omdat er meer cliënten dan oorspronkelijk geraamd zijn overgegaan van Wmo beschermd wonen naar de Wlz, vindt er over 2021 een aanvullende overheveling plaats van € 104 miljoen. Hierbij is er rekening mee gehouden dat een deel van de Wmo-cliënten pas na 1 januari 2021 is overgegaan naar de Wlz (en dus in 2021 nog enige tijd een beroep heeft gedaan op de Wmo). Ook is er rekening mee gehouden dat uit de nacalculatie blijkt dat het gemiddelde bedrag per cliënt die is overgegaan van de Wmo naar de Wlz lager ligt dan oorspronkelijk geraamd. De resulterende uitname per gemeente is verwerkt in de septembercirculaire 2021.

Overig technisch

Deze post is het saldo van kleine technische bijstellingen.

Ontvangsten

Autonoom

Eigen bijdragen Wlz

Dit betreft de actualisering van de eigen bijdragen op basis van cijfers van Zorginstituut Nederland.

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het CPB.

Beleidsmatig

Eigen bijdragen corona Wlz

De ontvangsten uit eigen bijdragen Wlz zullen lager uitvallen dan oorspronkelijk geraamd. De inschatting is dat dit voor € 11,7 miljoen wordt veroorzaakt door ontwikkelingen die samenhangen met het coronavirus.

Nacalculatie eigen bijdragen overheveling ggz naar Wlz

Als gevolg van de hogere instroom van ggz-populatie vanuit de Wmo in de Wlz stijgen ook de ontvangsten eigen bijdragen met € 12 miljoen in 2021.

In tabel 10 wordt de ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten op deelsectorniveau weergegeven voor het jaar 2021. De deelsector nominaal en onverdeeld Wlz bevat de nog niet uitgedeelde ruimte voor groei en loon- en prijsbijstellingen en nog niet toebedeelde maatregelen.

Tabel 10 Ontwikkeling van de Wlz-uitgaven per sector (bedragen x € 1 miljoen)
 

Ontwerpbegroting 2021

Bijstelling

Stand Jaarverslag 2021

Zorg in natura binnen contracteerruimte

23.947,7

659,6

24.607,3

Ouderenzorg

13.548,3

112,3

13.660,6

Gehandicaptenzorg

7.655,9

121,0

7.776,9

Langdurige ggz

1.206,3

396,9

1.603,2

Volledig pakket thuis

539,8

10,4

550,2

Extramurale zorg

677,0

12,9

689,8

Overig binnen contracteerruimte

320,4

6,1

326,5

Persoonsgebonden budgetten

2.341,1

291,4

2.632,4

Buiten contracteerruimte

1.328,1

‒ 382,5

945,6

Beheerskosten

266,7

3,5

270,2

Overig buiten contracteerruimte 1

500,0

25,3

525,4

Nominaal en onverdeeld Wlz

561,3

‒ 411,3

150,0

Bruto Wlz-uitgaven

27.616,9

568,5

28.185,3

Eigen bijdragen Wlz

2.055,1

‒ 63,5

1.991,6

Netto Wlz-uitgaven

25.561,8

632,0

26.193,7

1 Bij de Wlz zijn onder de post «overige buiten contracteerruimte» opgenomen de deelsectoren: hulpmiddelen, tandheelkunde Wlz, medisch-specialistische zorg Wlz, overige Wlz, ADL, transitiemiddelen verpleeghuiszorg (t/m 2021) en beschikbaarheidbijdrage opleidingen Wlz.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Figuur 4: Samenstelling van de bruto Wlz-uitgaven 2021 (in miljarden euro’s).

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en sinds het aantreden van het nieuwe kabinet de minister voor Langdurige zorg en Sport, stelt voor ieder kalenderjaar, op grond van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), het bedrag vast dat in dat kalenderjaar beschikbaar is voor de Wet langdurige zorg (Wlz) verzekerde zorg. Dit wordt het Wlz-kader genoemd. Het bedrag voor het Wlz-kader is niet gelijk aan het bedrag dat in de begroting en het jaarverslag is opgenomen voor de Wlz. In deze paragraaf wordt de aansluiting gemaakt tussen het Wlz-kader en het jaarverslag.

Wlz-kader

Het Wlz-kader bestaat uit de contracteerruimte voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten en een geoormerkt budget voor de verbetering van de kwaliteit van de verpleeghuiszorg. De contracteerruimte betreft het budget waarbinnen zorgkantoren (Wlz-uitvoerders) en zorgaan­bieders afspraken maken (zorg inkopen) voor cliënten die gebruik maken van de Wlz. Pgb-houders kopen langdurige zorg (al dan niet ondersteund) zelf in.

Het Wlz-kader 2021 is voor het eerst via de voorlopige kaderbrief 2021 van 10 juni 2020 (Kamerstukken 34 104, nr. 282) gepubliceerd. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) adviseert de minister over de verwachte uitputting van het Wlz-kader. Bij de berekening van het Wlz-kader 2021 wordt het Wlz-kader 2020 als uitgangspunt genomen. Daarnaast worden verwachte wijzigingen vanwege de stijgende groeivraag (groeiruimte) en bijvoorbeeld de loon- en prijsbijstelling verwerkt. Op 8 oktober is vervolgens de definitieve kaderbrief 2021 (Kamerstukken II 34 104, nr. 302) verzonden. Gedurende het jaar 2021 hebben er ook wijzigingen in het Wlz-kader plaatsgevonden. Deze wijzigingen zijn gepubliceerd in de voorlopige kaderbrief 2022 (Kamerstukken II 34 104, nr. 334) en de definitieve kaderbrief 2022 (Kamerstukken II 34 104, nr. 342), die in 2021 verstuurd zijn.

REKENVOORBEELD

Aansluiting Wlz-kader en VWS-begroting

Om een duidelijke aansluiting te maken tussen het Wlz-kader en begroting/jaarverslag wordt hieronder van een fictief Wlz-kader uitgegaan. Hierdoor kan gerekend worden met vereenvoudigde en afgeronde bedragen en kunnen de wijzigingen in de budgetten beperkt zijn. We gaan uit van een fictief Wlz-kader van € 1.200, uitgesplitst naar een budget voor zorg in natura (€ 1.000), persoonsgebonden budget (€ 100) en een kwaliteitsbudget verpleeghuiszorg (€ 100). Op basis van de ervaringscijfers van de afgelopen jaren wordt er vanuit gegaan dat het beschikbare budget in het Wlz-kader niet geheel wordt gebruikt; er treedt zogeheten onderuitputting op. Hierdoor is het benodigde budget in begroting/jaarverslag lager dan het Wlz-kader. Bij de contracteerruimte voor zorg in natura is de onderuitputting 0,3%, bij het persoonsgebonden budget (pgb) 14% en bij het kwaliteitsbudget verpleeghuizen 0%. Uit onderstaand fictief voorbeeld blijkt dat het ministerie van VWS een budget op de begroting nodig heeft van in totaal € 1.183 om het Wlz-kader voor de NZa en de zorgkantoren te kunnen vaststellen op € 1.200.

Tabel 11A Fictief Wlz-kader jaar t (bedragen x € 1 miljoen)
 

Wlz-kader

Onderuitputtings-percentage

Onderuitputting

Benodigd budget op de begroting

Contracteerruimte

1.000

0,3%

3

997

Persoonsgebonden budget

100

14%

14

86

Kwaliteitsbudget verpleeghuizen

100

0%

0

100

Totaal

1.200

 

17

1.183

Wijzigingen in het Wlz-kader

Gedurende het jaar kunnen er wijzigingen en ontwikkelingen in het Wlz-kader optreden. Zoals aangegeven worden op basis van een advies van de NZa over de uitputting van het kader deze wijzigingen kenbaar gemaakt via de Wlz-kaderbrieven. In deze brieven wordt toegelicht welke ontwikkelingen positieve dan wel negatieve conse- quenties hebben voor het Wlz-kader. De budgettaire gevolgen worden verwerkt in achtereenvolgens de eerste suppletoire begroting, de ontwerpbegroting en de tweede suppletoire begroting. Zorgkantoren kunnen binnen hun budgettair kader middelen verschuiven tussen de zorg in natura en het pgb. Daarmee kunnen zij inspelen op de voorkeuren van hun cliënten ten aanzien van de verschillende leveringsvormen. Bij het schuiven tussen de budgetten moet echter rekening gehouden worden met de verschillende onderuitputtingspercentages; dit wordt bruteren genoemd. Op die manier wordt voorkomen dat overhevelingen tussen het pgb en zorg in natura leiden tot consequenties voor het totaal benodigde budget op de VWS-begroting. Dit werkt als volgt: een zorgkantoor geeft aan een tekort te verwachten op zijn deelkader voor pgb van € 7 en binnen zijn deelkader voor zorg in natura nog voldoende ruimte over te hebben om middelen over te hevelen om dit tekort zelf te kunnen oplossen. Bij een dergelijke overheveling wordt rekening gehouden met de hiervoor genoemde verschillende onder uitputtingspercentages. Dat betekent dat de verhoging van het deelkader pgb met € 7 vanwege de onderuitputting van 14% een belasting voor de VWS begroting betekent van € 6. Het zorgkantoor kan daarom volstaan met een overheveling van € 6 vanuit zijn deelkader zorg in natura om dit te dekken (de onderuitputting bij zorg in natura van 0,3% is bij deze berekening verwaarloosbaar en daarom niet meegenomen). Het Wlz-kader wordt bij deze fictieve verschuiving per saldo met € 1 verhoogd tot € 1.201 (deelkader pgb € 7 hoger en deelkader zorg in natura € 6 lager). Het benodigd budget op de begroting blijft per saldo gelijk aan € 1.183 (deelkader pgb € 6 hoger en deelkader zorg in natura € 6 lager).

Tabel 11B Fictieve mutatie Wlz-kader jaar t (bedragen x € 1 miljoen)
 

Overheveling Wlz-kader

Nieuw Wlz-kader

Onderuitputtings-percentage

Overheveling op de begroting

Contracteerruimte

‒ 6

994

0,3%

‒ 6

Persoonsgebonden budget

7

107

14%

6

Kwaliteitsbudget verpleeghuizen

0

100

0%

0

Totaal

1

1.201

 

0

Aansluiting definitief Wlz-kader 2021 en jaarverslag 2021

In het februari-advies 2022 van de NZa is het Wlz-kader voor 2021 aangepast. In onderstaand overzicht is de aansluiting tussen het Wlz-kader 2021 en de stand jaarverslag 2021 gemaakt. De stand jaarverslag komt overeen met de stand in tabel 10 in het Financieel Beeld Zorg van dit jaarverslag.

Tabel 11C Aansluiting Wlz-kader en jaarverslag 2021 (bedragen x € 1 miljoen)
 

Contracteerruimte

Pgb

Kwaliteitsbudget

Wlz-kader 2021 (kaderbrief)

23.263

3.061

1.414

Onderuitputtingspercentage

0,3%

14%

0,0%

Onderuitputting

70

429

0

Benodigd budget

23.193

2.632

1.414

Stand jaarverslag 2021

23.193

2.632

1.414

Bron: Februari-advies NZa

Licence