Voor het Ministerie van Algemene Zaken en de Minister-President staan, overeenkomstig artikel 45 van de Grondwet, het algemene regeringsbeleid en de bevordering van de eenheid daarvan centraal. Het regeerakkoord is daarbij leidend. Een groot deel van het werk van het ministerie en de Minister-President werd bepaald door de voorbereiding van de besluitvorming over tal van onderwerpen van het regeringsbeleid in de ministerraad en zijn onderraden. Daarnaast houdt het ministerie zich bezig met toelichting en verantwoording over het beleid in parlement, aan media en aan het publiek, en het ondersteunen van nationale en internationale optredens van de Minister-President.
Het jaar 2022 stond qua veiligheidsbeleid vooral in het teken van de Russische inval in Oekraïne. De directe gevolgen van de oorlog voor de Europese en internationale veiligheidsarchitectuur, maar ook de dreiging die eruit volgt ten aanzien van verschillende nationale veiligheidsbelangen hebben permanent om aandacht gevraagd.
Tegelijkertijd blijven ook andere dreigingen onverminderd aanwezig. Ook aan andere buitengrenzen van Europa dreigt instabiliteit, veroorzaakt door (sluimerende) conflicten in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Maar ook op het gebied van economische veiligheid en cyber-veiligheid blijven directe en indirecte (hybride) dreigingen voor de nationale veiligheid in Nederland spelen.
Een terroristische aanslag in Nederland blijft voorstelbaar, want de dreiging is aanzienlijk. Een gezamenlijk overheidsoptreden blijft daarom essentieel. Dat reikt van strafvervolging, detentie tot begeleiding, deradicalisering en re-integratie.
Digitale processen zijn tegenwoordig onmisbaar voor het ongestoord en naar behoren functioneren van onze maatschappij. De digitale en fysieke wereld zijn meer dan ooit met elkaar verweven. Cyberaanvallen op onze digitale infrastructuur tasten het functioneren van onze samenleving dan ook aan en kunnen zelfs leiden tot verlamming ervan. Digitale weerbaarheid is dus ook voor onze nationale veiligheid van groot belang.
Op het gebied van economische veiligheid is het ons nationaal belang om de verworvenheden van de interne markt, het multilaterale handelsstelsel en de vrijheid van onderwijs en onderzoek overeind te houden, maar tegelijkertijd te werken aan onze weerbaarheid ten aanzien van de kwetsbaarheden die een open economie en vrije kenniscultuur met zich meebrengen. Misbruik daarvan mag niet leiden tot aantasting van onze nationale veiligheid. Ongewenst kennisverlies, oneigenlijke concurrentie en ongewenste strategische afhankelijkheden moeten waar mogelijk worden voorkomen. Daartoe wegen we economische en veiligheidsbelangen zowel op nationaal, Europees als mondiaal niveau.
Het afgelopen jaar heeft sterk in het teken gestaan van de oorlog in Oekraïne, en de gevolgen die dit had voor de koopkracht van mensen. Dat heeft ertoe geleid dat naast het historisch grote koopkrachtpakket een tijdelijk prijsplafond is ingesteld en een tegemoetkoming is geïntroduceerd voor energie-intensieve mkb-ondernemingen.
Ook wat betreft de beleidsprioriteiten voor het buitenland stond de oorlog van Rusland tegen Oekraïne centraal. Nederland is vanaf het begin van de oorlog resoluut achter Oekraïne gaan staan, en heeft militaire, humanitaire en politieke steun geleverd. De steun van EU en NAVO-bondgenoten, waaronder Nederland, heeft grote invloed gehad op het verloop van de oorlog. Nederland, evenals de meeste NAVO-bondgenoten, liggen inmiddels op koers in 2024 de 2%-norm voor defensie-uitgaven te halen. Ook is de NAVO-presentie aan de oostflank versterkt om het NAVO-grondgebied beter te kunnen beveiligen. Nederland heeft als een van de meest open landen bij uitstek belang bij een stabiele wereldorde, gebaseerd op internationale samenwerking en goed functionerende multilaterale instellingen. Vanuit dit uitgangspunt heeft Nederland zich ook in 2022 een constructieve houding aangenomen in de VN, de NAVO, de EU en in andere multi- en bilaterale samenwerkingsverbanden, waaronder de G20 top. De oorlog heeft geleid tot een intensivering van de internationale overleggen.
Bij veel van de vraagstukken waar Nederland de komende periode voor staat, speelt de EU een essentiële rol. Naast de oorlog in Oekraïne gaat het hierbij onder andere om urgente vraagstukken als open strategische autonomie, klimaatverandering, digitalisering, migratie, interne veiligheid en defensie. Economie en werkgelegenheid waren nog herstellende van de coronapandemie toen de oorlog in Oekraïne ontbrandde. Daarbovenop komen momenteel de effecten van stimuleringsmaatregelen in de VS. De economie moet daarom hersteld worden en weerbaar worden gemaakt, en dit moet gepaard gaan met verduurzaming en digitalisering. Voor al deze uitdagingen geldt dat een handelingsbekwame Unie van groot belang is. Sterke lidstaten zijn de basis van een sterke Unie. In 2023 blijft implementatie van het Next Generation EU herstelinstrument en specifiek de Recovery en Resilience Facility (RRF) aandacht behoeven. Voor Nederland is het belangrijk dat lidstaten de benodigde structurele hervormingen daadwerkelijk doorvoeren om zo economisch sterker en weerbaarder te herstellen. De Green Deal en de digitale strategie van de Europese Commissie vormen de basis voor de versterking van de concurrentie- en innovatiekracht van de Unie. De Unie is sterk als de fundamenten van goed bestuur en de democratische rechtsstaat stevig zijn verankerd in de lidstaten en de instellingen, en lidstaten gemaakte afspraken nakomen.
Tegen deze achtergrond zal Nederland zich ervoor blijven inzetten dat voortgang wordt geboekt op de eigen prioriteiten. Het gaat daarbij om het realiseren van een slagvaardige migratieaanpak, een toekomstgerichte agenda voor veiligheid, een sterke en duurzame economie, een effectief klimaatbeleid, en een EU die de eigen belangen en waarden verdedigt in de wereld. Nederland zal eveneens aandacht blijven vragen voor het functioneren van de EU, zowel wat betreft de instellingen als de lidstaten, zodat concrete resultaten kunnen worden geboekt. Ook zal Nederland zich waar mogelijk inzetten voor nauwe samenwerking met het Verenigd Koninkrijk.
Informatiehuishouding (Openbaarheidsparagraaf)
Het Ministerie van Algemene Zaken heeft een aantal stappen gezet in 2022 om de informatiehuishouding verder te verbeteren. De projectorganisatie en de organisatie en de governance zijn versterkt. Op het terrein van actieve en passieve openbaarmaking is de beslisnota geoperationaliseerd. Voorts is gewerkt aan de verbetering en voorbereiding van emailarchivering en is webarchivering operationeel. Ook heeft een selectie plaatsgevonden voor een slimme laktool, die de afhandeltijden van de WOO verzoeken moet helpen verkorten. Voortgang is daarnaast geboekt met de introductie van het nieuwe Document Management Systeem DIAZ (Digitaal Informatiesysteem Algemene Zaken). Een deel van de voor 2022 voorziene uitgaven schuift door naar 2023.
Ook het agentschap DPC heeft in 2022 werkzaamheden verricht ter verbetering van de informatiehuishouding. In 2022 heeft DPC het aantal in PDF opgeslagen documenten op Rijksoverheid.nl verder verlaagd. Het gaat om verreweg de meeste PDF’s die ook worden aangeboden op PLOOI. Het Platform Open Overheidsinformatie (PLOOI) is het portaal waarop straks alle actief openbaar gemaakte overheidsinformatie wordt gepubliceerd. Dit maakt het mogelijk om documenten in PDF uit het CMS van Rijksoverheid.nl te verwijderen en te vervangen in een link naar PLOOI. Daarmee is de belasting van het systeem verminderd en is ruimte gecreëerd om de talloze beslisnota’s op te vangen. Vanaf 2023 zullen alle in PDF gepubliceerde documenten structureel op PLOOI worden geplaatst en zal enkel nog doorverwezen worden naar PLOOI vanaf Rijksoverheid.nl.