In het kader van operatie Inzicht in Kwaliteit van het kabinet is het overzicht met beleidsdoorlichtingen omgevormd tot een Strategische Evaluatie Agenda (SEA). Net als 2021 betrof 2022 een overgangs- en leerjaar met een eerste uitwerking van de SEA, waarbij in 2022 een traditionele beleidsdoorlichting is afgerond.
In deze ‘Bijlage afgerond evaluatie- en overig onderzoek’ wordt ingegaan op afgeronde onderdelen van de SEA in 2021 en 2022. Voor afgeronde evaluaties/onderzoeken in het verslagjaar 2022 zijn tevens korte samenvattingen met conclusies/aanbevelingen opgenomen die onder de desbetreffende tabellen worden weergegeven.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Goed functionerende markten voor bedrijven en consumenten | Synthese | 2022 | Afgerond | In 2021 heeft de beleidsdoorlichting van artikel 1 van de EZK-begroting plaatsgevonden. Deze is eind juni 2022 inclusief kabinetsreactie aan de Kamer aangeboden. | 1 | Kamerstuk 30 991, nr. 37 |
Goed werkende (digitale) economie en markten | Synthese | 2027 | Nog te starten | De beleidsdoorlichting inzake beleidsartikel 1 is in 2022 afgerond. Een belangrijk deel van het digitale economie beleid is hierin meegenomen. Een ander deel, het ICT-innovatiebeleid, was betrokken in de doorlichtingen van artikel 2 en 3 van de EZK begroting in 2020. Inmiddels is een groot deel van het digitale economie beleid samengebracht op artikel 1 van de EZK begroting waarvoor conform de ontwerpbegroting EZK 2023 een synthese wordt voorzien in 2027. | 1 | |
Instrumentevaluaties / monitor: | ||||||
Evaluatie roadmap digitaal veilige hard- en software | ex-post | 2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 26 643, nr. 867 | |
Evaluatie subsidie ECP (DE-breed) | ex-post | 2023 | Lopend | 1 | ||
Evaluatie bemiddelingsdienst doven en slechthorenden | ex-post | 2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 26 643, nr. 906 | |
Evaluatie van de instellingen onder de waarborgwet | ex-post | 2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 27 879, nr. 89 | |
Raad voor Accreditatie | ex-post | 2021/2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 25 268, nr. 203 | |
Autoriteit Consument en Markt (ACM) | ex-post | 2021 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 25 268, nr. 195 | |
Bijdrage Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) | ex-post | 2023 | Nog te starten | Deze evaluatie is vanwege beperkte capaciteit uitgesteld naar 2023. | 1 | |
De doelmatigheid en doeltreffendheid van het functioneren van het CBS | ex-post | 2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 25 268, nr. 209 | |
Adviesgroep Gids Proportionaliteit | ex-post | 2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 34 252, nr. 23 | |
Evaluatie Universele Postdienst | ex-post | 2022 | Afgerond | 1 | Kamerstuk 29 502, nr. 184 |
Samenvatting afgeronde evaluaties 2022 SEA-thema: Goed functionerende markten voor bedrijven en consumenten/Goed werkende (digitale) economie en markten
Beleidsdoorlichting artikel 1 Goed functionerende economie en markten
De Europese interne markt, met inbegrip van vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal, vormt een kernonderdeel van de Europese Unie en is cruciaal voor het Nederlandse verdienvermogen. Goed functionerende markten die concurrentie stimuleren en waar de consument goed wordt beschermd, leveren een belangrijke bijdrage aan economische groei en innovatie. Een goed functionerende interne markt is niet vanzelfsprekend, zoals in de corona pandemie o.a. bleek met grenssluitingen. EZK zet zich in EU-verband sterk in voor het competitief houden van markten, voor eerlijke onderlinge verhoudingen in markten, het bevorderen van vrije verkeer van diensten en goederen en bescherming van consumenten. Dit doet EZK door zich onder andere in te zetten voor de verbetering van de aanbestedingspraktijk, Europese afspraken t.a.v. consumentenbescherming en door de actieagenda interne markt. De onafhankelijke deskundigen vinden dat de uitvoering van de beleidsdoorlichting zorgvuldig en professioneel is gedaan. Opmerkingen gaan over de weinige bronnen voor de beleidsdoorlichting, over de beleidsvisie en over de ingewikkeldheid en de manier van beleidsontwikkeling en -evaluatie. De deskundigen vinden, net als Panteia, dat de planning van de evaluaties van de afzonderlijke beleidsterreinen niet altijd samenloopt met de planning van de beleidsdoorlichting zelf. Ook vinden zij dat de onderliggende evaluaties onderling verschillen van aard, opzet en uitvoering. MEZK zal de aanbevelingen benutten voor het verbeteren van de beleidsdoorlichting en de onderliggende rapportages. Dit betreft o.a. het benoemen van besparingsmogelijkheden, planning en de aanpassing van de doelstellingen van het beleidsartikel.
Evaluatie roadmap digitaal veilige hard- en software
Uit de evaluatie van de roadmap uit 2018 kwamen aanbevelingen om stakeholders nog meer te betrekken, de kenbaarheid te vergroten door op een website over de voortgang van de maatregelen te rapporteren, en de bijdrage van de roadmap aan de beleidsdoelstellingen beter meetbaar te maken. De evaluatie gaf als suggesties voor de herijking van de beleidsdoelen in de roadmap: meer aandacht voor ketens en ketenveiligheid, meer aandacht voor de verbinding tussen maatregelen, acties en betrokken partijen, prioritering van maatregelen, meer aandacht voor participatie van het ministerie van EZK in Europa en focussen op fabrikanten en leveranciers in plaats van consumenten. Deze suggesties zijn meegenomen in de totstandkoming van de Nederlandse Cybersecuritystrategie (NLCS) 2022, waar het beleid ten aanzien van digitaal veilige hard- en software een integraal onderdeel van uitmaakt.
Evaluatie bemiddelingsdienst doven en slechthorenden
In 2018 is KPN op grond van de Telecommunicatiewet aangewezen om de telefoniedienst voor doven, slechthorenden en mensen met een spraakbeperking te verzorgen. Deze tekst- en beeldbemiddelingsdienst maakt het mogelijk dat de doelgroep kan bellen met (horende) personen of instanties via een bemiddelaar of gebarentolk. De aanwijzing voor deze bemiddelingsdienst loopt 30 september 2023 af. Onder meer ter voorbereiding op een nieuwe aanwijzing is de uitvoering van de huidige bemiddelingsdienst in 2022 geëvalueerd. Uit de evaluatie volgt dat de bemiddelingsdienst functioneert conform de gestelde eisen. Verder zijn de gebruikers over het algemeen tevreden over de dienst. De evaluatie beschrijft tevens een aantal aandachtspunten voor verbeteringen, waaronder de verruiming van de openingstijden voor de beeldbemiddelingsdienst. Met het aanbieden van de evaluatie aan de Tweede Kamer is toegezegd deze aandachtspunten nader te bestuderen en in het eerste kwartaal van 2023 de Kamer verder te informeren over het beleidsvoornemen met betrekking tot de nieuwe aanwijzing.
Evaluatie van de instellingen onder de waarborgwet
De waarborginstellingen WaarborgHolland B.V. en Edelmetaal Waarborg Nederland B.V. zijn aangewezen als (deeltijd) zelfstandig bestuursorganen voor de wettelijke taken die volgen uit de Waarborgwet 2019. Deze taken bestaan uit het waarborgen van voorwerpen op hun gehalte aan platina, goud, palladium of zilver en deze voorwerpen voorzien van andere merken, indien dat voortvloeit uit de Waarborgwet 2019. De waarborginstellingen zijn in 2022 geëvalueerd, conform de verplichting daartoe in de Kaderwet ZBO’s. De evaluatie toont aan dat het aannemelijk is dat de waarborginstellingen hun taken in de periode 1 januari 2017 tot en met 31 december 2021 doelmatig en doeltreffend hebben uitgevoerd. Enkele aanbevelingen die voortvloeien uit de evaluatie zien op het verbeteren van de transparantie van kosten en tarieven, de omgang met doorlooptijden, de interne en externe governance en het vergroten van de bekendheid van het waarborgstelsel. Verder concludeert het onderzoeksbureau dat deze evaluatie geen aanleiding geeft om te pleiten voor grote veranderingen of afschaffing van het huidige waarborgstelsel.
De doelmatigheid en doeltreffendheid van het functioneren van het CBS
De evaluatie concludeert in algemene zin dat het CBS in de periode 2016-2020 doeltreffend, doelmatig en onafhankelijk is geweest. Er worden een aantal aanbevelingen gedaan. Zo wordt o.a. aanbevolen om de transparantie in de werkprogramma's van het CBS te vergroten, om samen met andere Europese statistiekbureaus in te zetten op het genereren van meer vergelijkingsinformatie en de interactie tussen de eigenaar, opdrachtgever en het CBS te versterken.
Adviesgroep Gids Proportionaliteit
Kwink concludeert dat het stelsel van wijziging van de Gids proportionaliteit als zodanig functioneert; er is geen aanleiding om de kernelementen van het stelsel aan te passen. Wel is er ruimte voor verbetering: Kwink geeft een zestal aanbevelingen/lessen. EZK zal een lichte opvolging geven aan het rapport: de kernelementen uit het stelsel blijven behouden, verbeteringen zijn in de loop van 2022 doorgevoerd.
Evaluatie Universele Postdienst
– Uit de evaluatie blijkt dat de uitvoering van de hoofdelementen van de UPD (betaalbaarheid, toegankelijkheid en minimaal niveau van dienstverlening) op orde is. De evaluatie geeft geen directe aanleiding voor aanpassing regelgeving. De wijziging van de Postwet die parallel in behandeling is bij de Tweede Kamer staat los van de uitkomsten van deze evaluatie.
– De informatievoorziening door de UPD verlener over de financiële stand van zaken in relatie tot de UPD richting EZK en de Kamer kan beter volgens de onderzoekers. Deze informatie is nodig voor het monitoren van de publieke belangen en het tijdig kunnen interveniëren.
– Het kan zijn dat er in de toekomst een ander of minder complex tariefreguleringssysteem nodig is om de financiële houdbaarheid te borgen.
– Onderzoekers adviseren om meer zicht te krijgen op de ontwikkeling van de vraag naar en het aanbod van post- en gerelateerde bezorgdiensten. Dit om tijdig goede reguleringskeuzes te kunnen maken.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Steun- en herstelbeleid Corona | Synthese | 2026 | Nog te starten | Dit beleid dient ter ondersteuning en herstel van het bedrijfsleven tijdens en na Covid-19. Hierbij wordt samen opgetrokken met FIN en SZW. Ieder departement neemt de verantwoordelijkheid voor de eigen maatregelen. | 2 en 3 | |
Instrumentevaluaties / monitor: | ||||||
Monitor Coronamaatregelen ter ondersteuning bedrijfsleven | ex-durante | 2020 e.v. | Lopend | Monitor om inzicht te krijgen in gebruikers van steunmaatregelen en een traject om de databronnen op microniveau van alle ondersteuningsmaatregelen voor bedrijven te koppelen aan het ABR van het CBS voor impact-analyses (B&I, RvO, CBS). Deze data-infrastructuur biedt de basis voor een evaluatie van het noodpakket (verwacht vanaf 2023), waarvan betrokken departementen (FIN, SZW en EZK) gebruik kunnen maken. | 2 en 3 | |
Onderzoek overkoepelende macro-economische effecten (CPB) | ex-durante | 2021 | Afgerond | Het CPB is in december 2020 door FIN (i.s.m. EZK en SZW) verzocht een analyse te maken van de macro-economische effecten van de opeenvolgende steunpakketten die door het kabinet tijdens de Coronacrisis zijn ingezet en de eerste resultaten in de zomer van 2021 te publiceren. Doel is inzicht krijgen in hoeverre de steunpakketten de economische schade van de Coronamaatregelen hebben beperkt en daarmee lessen te trekken voor de toekomst.Specifiek is aandacht gevraagd voor de samenstelling van de steunpakketten met indien mogelijk onderscheid naar een aantal grote maatregelen zoals de TVL, NOW, TOZO en Uitstel van Belastingbetaling. Daarnaast worden de economische uitkomsten in Nederland waar mogelijk afgezet tegen de ontwikkelingen in het buitenland. Deze analyses bieden een basis voor het trekken van lessen voor de toekomst en dienen als bouwstenen voor vervolgevaluaties. | 2 en 3 | Kamerstuk 35 420, nr. 453 |
Garantieregeling evenementen | ex-post | 2023 | Nog te starten | Ondersteunen specifieke doelgroep. Evaluatie is doorgeschoven naar 2023. | 2 |
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Ondernemerschap | Synthese | 2025 | Nog te starten | 2 | ||
Toelichting met stand van inzicht: | ||||||
In 2020 heeft een doorlichting plaatsgevonden van artikel 2 en 3. Daarnaast heeft recentelijk ook een meta-evaluatie van het kapitaalmarktinstrumentarium plaatsgevonden. De conclusie daarbij is dat het deel van de beleidsmix dat de toegang tot kapitaalmarktfinanciering beoogt te vergroten (met garanties en kredietenfaciliteiten) er in slaagt additionaliteit bij de ondersteunde bedrijven te realiseren. Bedrijven verwerven op de kapitaalmarkt additionele financiering voor hun bedrijfsactiviteiten, die zonder overheidsondersteuning niet verworven zouden zijn. Op het terrein van de fiscale ondernemerschapsbevordering is relatief weinig bekend over de additionaliteit. Dialogic stelde eerder vast dat additionaliteit niet aannemelijk lijkt op het terrein van fiscale ondernemerschapsstimulering, in de zin dat het niet bijdraagt aan meer innovatie en ondernemersgroei. Deze instrumenten richten zich echter niet louter op innovatiebevordering, maar zijn ook bedoeld om ondernemerschap in algemene zin te bevorderen. De evaluatieplanning is er op gericht om in 2025 een nieuw synthese onderzoek te doen naar de thema’s op het gebied van ondernemerschap. | Kamerstuk 32 359, nr. 4 – bijlage Innovatieve Samenleving | |||||
Instrumentevaluaties / monitor: | ||||||
BMKB | ex-post | 2022 | Afgerond | Dit betreft de reguliere evaluatie, exclusief corona | 2 | Kamerstuk 32 637, nr. 502 |
Fiscale regelingen gericht op bedrijfsopvolging | ex-post | 2022 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 35 925 IX, nr. 30 | |
Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's) | ex-post | 2022 | Afgerond | Dit betreft de reguliere evaluatie van de ROM's. Coronamaatregelen worden apart geëvalueerd, hoewel deze wel effect gehad kunnen hebben op het reguliere instrumentarium. In die hoedanigheid wordt dit wel aangestipt. | 2 | Kamerstuk 32 637, nr. 502 |
Qredits | ex-post | 2022 | Afgerond | Dit betreft de reguliere evaluatie, exclusief corona | 2 | Kamerstuk 32 637, nr. 502 |
Evaluatie MKB-toets | ex-post | 2021 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 32 637, nr. 476 | |
Fiscale regelingen startups/gebruikelijk loonregeling innovatieve startups | ex-post | 2022 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 36 202, nr. 3 | |
Evaluatie Startupdelta en Techleap | ex-post | 2022 | Lopend | 2 | ||
Fiscale ondernemerschapsregelingen | ex-post | 2023 | Nog te starten | Is doorgeschoven naar 2023 | 2 | |
Agentschapsdoorlichting RVO | overig | 2022 | Afgerond | 1, 2, 3, 4 en 5 | ||
Invest-NL | overig | 2022 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 35 123, nr. 40 |
Samenvatting afgeronde evaluaties 2022 SEA-thema: Ondernemerschap
Borgstelling MKB-kredieten (BMKB)
Op 21 april 2022 is de evaluatie van de Borgstelling MKB-kredieten (BMKB) afgerond en gepubliceerd door Panteia. De BMKB is één van de oudste (1915) overheidsregelingen in Nederland en heeft als doel om kleine en middelgrote bedrijven (MKB) die in de kern gezond zijn qua rentabiliteit en continuïteit, maar te weinig zekerheden hebben, te ondersteunen bij het verkrijgen van krediet dat men anders niet zou hebben gekregen. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van desk research, kwantitatieve analyses, interviews en enquête. Uit de evaluatie blijkt dat de BMKB als regeling doeltreffend en doelmatig is. De BMKB zorgt in veel gevallen voor de benodigde financiering die bedrijven anders niet hadden gekregen. De BMKB heeft daarnaast een positief effect op de omzetgroei, rentabiliteit, solvabiliteit en het zekerhedenoverschot. Sinds 2016 is de regeling kostendekkend. Aanbevelingen uit de evaluatie waren onder andere om de regeling meer te digitaliseren, de provisie te verlagen en de introductie van de BMKB-Groen. Inmiddels zijn de meeste aanbevelingen opgevolgd en is de BMKB-Groen geïntroduceerd.
Fiscale regelingen gericht op bedrijfsopvolging
Eind april 2022 heeft het CPB het rapport van de evaluatie opgeleverd. De evaluatie betreft de bedrijfsopvolgingsregelingen (BOR) in de schenk- en erfbelasting, de doorschuifregeling (DSR) in de inkomstenbelasting (IB) bij overdracht van aanmerkelijk belang respectievelijk bij doorschuiven van de stakingswinst, de stakingsaftrek in de inkomstenbelasting en de vrijstelling overdrachtsbelasting bedrijfsoverdracht in de familiesfeer en ten slotte een aantal regelingen in de Invorderingswet. Bij de DSR gaat het om belastinguitstel en bij de BOR om belastingafstel. De evaluatie was met name gericht op de BOR en de DSR vanwege het feit dat deze het grootste (budgettaire) belang en de grootste maatschappelijke impact kennen. De belangrijkste conclusies voor de BOR zijn dat de vrijstelling goingconcernwaarde doeltreffend maar niet doelmatig is. Dit omdat bij een groot deel van de bedrijfsopvolgingen bij de verkrijgers, schenkers of erflaters voldoende vrije middelen beschikbaar zijn om de erf- of schenkbelasting direct te betalen. Het CPB concludeert verder dat het niet mogelijk is om de noodzakelijkheid en de doelmatigheid van de DSR kwantitatief te toetsen. De kabinetsreactie op de evaluatie bevat een aantal kanttekeningen met betrekking tot de beschikbaarheid van vrije middelen om de erf- of schenkbelasting direct te betalen. Aangekondigd is dat in de komende maanden onderzoek zal worden gedaan naar de beste manier om de fiscale regelingen gericht op bedrijfsoverdracht verder aan te passen met als doel een positief effect op de doelmatigheid en uitvoerbaarheid van de regelingen.
Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's)
ROM’s zijn actief om de innovatie- en concurrentiekracht van Nederlandse regio’s te bevorderen. De ROM’s zijn over de periode 2016-2022 geëvalueerd. Deze evaluatie is uitgevoerd door Buck Consultants en bestond uit een kwantitatieve analyse, econometrisch onderzoek en het houden van enquêtes en interviews. In de evaluatie is gekeken naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van de inspanningen van de ROM’s op hun drie kerntaken: investeren, innoveren, en internationaliseren. De evaluatie schetst over het geheel een positief beeld van de toegevoegde waarde van de ROM’s waarbij de meerwaarde vooral zit in de geïntegreerde aanpak van investeren, innoveren en internationaliseren in de regio waarbij gelijktijdig de verbindingen met landelijk beleid worden georganiseerd. De evaluatie geeft aan dat het lastig is om de doelmatigheid en doeltreffendheid van de ROM-activiteiten scherp kwantitatief te onderbouwen. Wel kan gesteld worden dat ROM’s over het algemeen hun (output gerelateerde) kritieke prestatie indicatoren (KPI’s) realiseren voor alle drie de ROM-taken. De belangrijkste beleidsaanbeveling van het onderzoeksbureau is om de betrokkenheid van het Rijk in de ROM’s als uitvoeringsorganisatie te continueren.
Qredits
Qredits verstrekt relatief kleine (tot 250 duizend euro) kredieten aan (startende) ondernemers met een goed ondernemingsplan die niet in aanmerking komen voor het reguliere aanbod van financiering door bijvoorbeeld banken. De (tweede) evaluatie van Qredits is uitgevoerd door het bureau SEO, waarbij gebruik is gemaakt van microdata-analyse: difference-in-difference-regressie, klanttevredenheidsdata en deskresearch. Qredits heeft een belangrijke positie in het financierslandschap voor starters en kleine ondernemers. Uit de evaluatie blijkt dat Qredits deze kredieten doeltreffend en doelmatig aanbiedt. Qredits heeft een positief effect op de omzet en werkgelegenheid van ondernemers. Dit geldt zowel voor bestaande als startende bedrijven. Bij starters zijn de gevonden effecten van Qredits-financiering over de gehele linie groter. Qredits verstrekt op een efficiënte manier financiering. In vergelijking met buitenlande peers maakt Qredits relatief weinig operationele kosten. De drie belangrijkste aanbevelingen zijn: i) Waak voor onbedoelde concurrentie met alternatieve financiers; ii) Zet starters verder centraal, hier kan Qredits met name een verschil maken; iii) evalueer periodiek de onderlinge afhankelijkheden en verwachtingen van Qredits en EZK en expliciteer gezamenlijke ambities en werkafspraken voor de toekomst.
Fiscale regelingen startups/gebruikelijk loonregeling innovatieve startups
Met Prinsjesdag 2022 is de evaluatie van de gebruikelijk loonregeling voor innovatieve startups aangeboden aan de Tweede Kamer. De evaluatie is uitgevoerd op basis van aangiftegegevens en een enquête, die is uitgezet door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De regeling is negatief beoordeeld op doeltreffendheid. Door deze negatieve beoordeling is het niet mogelijk om een concreet oordeel te vellen over de doelmatigheid. Daarnaast is gebleken dat de regeling niet voldoet aan de toetsingselementen van het Toetsingskader Fiscale Regelingen (TFR). Om deze reden is de regeling per 31 december 2022 beëindigd. Er is sprake van overgangsrecht voor bestaande gevallen tot 1 januari 2025.
Agentschapsdoorlichting Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
RVO is een agentschap van EZK die voor verschillende opdrachtgevers beleid uitvoert dat gericht is op het creëren van een gunstig ondernemersklimaat. RVO adviseert en ondersteunt ondernemers en beleidsmedewerkers op het gebied van duurzaamheid, zakendoen over de grenzen, agrarisch ondernemen en innovatie. Kwink heeft in 2022 een doorlichting over het functioneren van RVO in de periode 2014 ‒ 2020 opgeleverd aan de hand van interviews en deskstudie. Het onderzoekrapport concludeert onder meer dat RVO stappen heeft gezet om de doelen opgavegericht, talentgericht, klantgericht en datagedreven werken uit de Agenda 2022 te bereiken. Opdrachtgevers zijn over het geheel genomen tevreden over de dienstverlening en de onderlinge samenwerking. RVO wordt binnen EZK als voorloper beschouwd op het gebied van datagedreven werken. Er zijn geen signalen dat RVO ondoelmatig werkt en in de aansturing is hier bovendien aandacht voor. De bestaande indicatoren en kengetallen bieden echter onvoldoende basis om goed inzicht te hebben in en grip te houden op de doelmatigheid. RVO onderkent dit en werkt aan de opvolging van de verbetervoorstellen uit een onderzoek naar grip en sturing op kostenefficiency dat in 2020 is uitgevoerd.
Invest-NL
Invest-NL heeft tot doel om bij te dragen aan het financieren en realiseren van maatschappelijke transitieopgaven door ondernemingen en aan het bieden van toegang tot ondernemingsfinanciering, indien de markt hierin onvoldoende voorziet. In december 2022 heeft onderzoeksbureau Dialogic een tussentijdse evaluatie uitgevoerd conform de Machtigingswet oprichting Invest-NL. Er is gebruik gemaakt van deskstudie, analyses van projectdata en dossiers en interviews. Gelet op de beperkte tijdsduur sinds de oprichting van Invest-NL heeft dit onderzoek zich niet gericht op doeltreffendheid en doelmatigheid. Dit zal echter wel onderdeel zijn van de volledige evaluatie die zeven jaar na oprichting zal plaatsvinden. De onderzoekers concluderen dat Invest-NL laat zien dat het uit de voeten kan met het huidige mandaat en dat er investeringen plaatsvinden ondanks de randvoorwaarden. Hierdoor is er geen noodzaak het mandaat aan te passen. Er is een groot budget vrijgekomen waarmee tot nu toe voor meer dan €600 miljoen direct in mkb-bedrijven en indirect in fondsen is geïnvesteerd. Vooralsnog is de ontwikkeltaak minder zichtbaar dan de financieringstaak. Voor de toekomst is met name de verdere profilering en positionering van Invest-NL van belang.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Innovatiebeleid | Synthese | 2025 | 2 en 3 | |||
Toelichting met stand van inzicht: | ||||||
In 2020 heeft een doorlichting plaatsgevonden van artikel 2 en 3. Innovatie is van groot belang voor het welzijn en de welvaart van alle Nederlanders. Het beeld dat uit de evaluaties naar voren komt over de beleidsmix van het bedrijvenbeleid bevestigt in grote lijnen het beeld dat ook al de voorgaande beleidsdoorlichting naar voren is gekomen. Van instrumenten die zich direct richten op R&D- en innovatiebevordering (Innovatiekrediet, WBSO, Innovatiebox, MIT en SBIR) is het aannemelijk dat de interventies doeltreffend zijn. Vooral voor de fiscale innovatiestimulering (WBSO) en ook voor de Innovatiekredieten zijn substantiële additionele effecten van het beleid vastgesteld. Ook van de innovatiemaatregelen die zich richten op kennisoverdracht tussen onderzoeksinstellingen en bedrijven en op publiek-private onderzoeksamenwerking (PPS, zoals de TKI’s), een kerndoel van het beleid en een belangrijk middel om innovaties tot stand te laten komen, is het aannemelijk dat ze in meer of mindere mate additionaliteit realiseren, zo laten de evaluaties zien. De evaluatieplanning is erop gericht om in 2025 opnieuw een syntheseonderzoek uit te kunnen voeren voor het thema innovatie. | Kamerstuk 32 359, nr. 4 – bijlage Innovatieve Samenleving | |||||
Instrumentevaluaties / monitor: | ||||||
Monitor Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid | ex-durante | Eerste resultaten in 2021 | Lopend | De Monitoring en effectmeting (M&E) van het innovatiebeleid (Innovatiehelix, voorheen het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid) is in opbouw. Op deze wijze zullen eerste data verzameld worden. Zie tevens de voortgangsrapportage van het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid in de afgelopen jaren (Kamerstuk 33 009, nr. 102). Dit kan later input vormen voor de evaluatie-aanpak die in de «Expertcommissie Evaluatiemethoden» wordt uitgewerkt. | 2 | |
Evaluatie NSO | ex-post | 2022 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 24 446, nr. 77 | |
Innovatieprestatiecontracten (IPC) | ex-post | 2023 | Nog te starten | Deze evaluatie van IPC wordt in samenhang met de evaluatie MIT uitgevoerd. | 2 | |
Toegepast onderzoek; TO2-instellingen (TNO, Deltares, Marin, NLR, ECN, Wageningen Research) | ex-post | 2021 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 32 637, nr. 453 | |
Evaluatie subsidieregeling Instituten voor toegepast onderzoek (TO2-regeling) | ex-post | 2022 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 32 637, nr. 453 | |
Fundamenteel en toegepast onderzoek | ex-post | 2023 | Lopend | 3 | ||
PPS-toeslag (voorheen TKI-toeslag) | ex-post | 2021 | Afgerond | 2 | Kamerstuk 33 009, nr. 101 | |
NWO-TTW | ex-post | 2022 | Afgerond | Betreft specifiek het EZK-gefinancierde deel NWO-TTW | 2 | Kamerstuk 33 009, nr. 118 |
Evaluatie MIT | ex-post | 2023 | Nog te starten | Deze evaluatie van MIT wordt in samenhang met de evaluatie IPC. | 2 |
Samenvatting afgeronde evaluaties 2022 SEA-thema: Innovatiebeleid
Evaluatie Netherlands Space Office (NSO)
In 2022 is de evaluatie van het Netherlands Space Office (NSO) over de periode 2014-2021 afgerond. Het NSO richt zich op het uitvoeren van het ruimtevaartbeleid en het adviseren bij de voorbereiding ervan. Het evaluatieonderzoek is uitgevoerd door Technopolis en heeft plaatsgevonden op basis van kwalitatieve methoden, waaronder interviews en enquêteonderzoek onder stakeholders. Uit de evaluatie blijkt dat het NSO op doeltreffende en doelmatige wijze zijn taken uitvoert. Er zijn aanbevelingen gedaan voor verbeterrichtingen, mede met het oog op een nieuw op te stellen convenant over de taken, aansturing en verantwoordelijkheden van het NSO. In een beleidsreactie als onderdeel van de Kamerbrief ‘Ruimtevaartbeleid 2022’ (Kamerstuk 24 446, nr. 78) is door de minister van EZK (mede namens de ministers van OCW en I&W) aangegeven dat het NSO de verbeterrichtingen samen met de relevante departementen oppakt en dat de conclusies hiervan in 2023 worden uitgewerkt in het nieuwe convenant.
Evaluatie subsidieregeling Instituten voor toegepast onderzoek (TO2-regeling)
In de Visie op het Toegepast Onderzoek (Kamerstuk 32 637, nr. 68) heeft het kabinet toegezegd om de organisaties voor toegepast onderzoek (TO2) elke vier jaar te evalueren op kwaliteit en impact van het onderzoek. De TO2-instellingen zijn voor het laatst geëvalueerd over de jaren 2016-2019, waarbij ook de doeltreffendheid en doelmatigheid van de Rijksbijdrage aan de TO2-instellingen is onderzocht (Kamerstuk 32 637, nr. 453). Aangezien in de evaluatie van de TO2-instellingen ook de doeltreffendheid en doelmatigheid van de Rijksbijdrage zijn betrokken, is hiermee tevens voorzien in een evaluatie van de subsidieregeling Instituten voor toegepast onderzoek. In de Kamerbrief ‘Innovatie en impact’ van 11 november 2022 (Kamerstuk 33009, nr. 117) is aangegeven dat het kabinet op grond van de uitkomsten van de evaluatie van de TO2-instellingen heeft besloten de financiering van de TO2’s te continueren. Dat gebeurt op basis van de subsidieregeling Instituten voor toegepast onderzoek en de TNO-wet. Dit betekent dat de subsidieregeling Instituten voor toegepast onderzoek in 2023 met vijf jaar wordt verlengd.
NWO-TTW
In 2022 heeft een evaluatie plaatsgevonden van de EZK-bijdrage aan NWO-TTW over de periode 2016-2020. Het betreft concreet een evaluatie van het Perspectief-programma van NWO-TTW, aangezien de EZK-bijdrage van NWO-TTW daaraan wordt besteed. Het evaluatieonderzoek is uitgevoerd door een consortium bestaande uit Technopolis, SEO Economisch Onderzoek en Dialogic. Het heeft plaatsgevonden op basis van kwalitatieve en kwantitatieve methoden, waaronder interviews, enquêteonderzoek en econometrische analyse met microdata. De onderzoekers komen tot positieve conclusies over de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het beleid en de doelmatigheid van de uitvoering. Er is ook een aantal aanbevelingen geformuleerd voor verbetering van het beleid en de uitvoering. In de beleidsreactie heeft de minister van EZK aangegeven dat ze aanpassingen in het Perspectief-programma op basis van de aanbevelingen zal aanbrengen in afstemming met NWO-TTW.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Expertcommissie evaluatiemethoden (Theeuwes 2.0) | Overig: Ontwikkeling evaluatie-aanpak | 2022 | Afgerond | Als vervolg op de aanbevelingen van de beleidsdoorlichting van het bedrijvenbeleid. Onderzoek staat in het teken van een doorontwikkeling en aanvulling van bestaande evaluatiepraktijk met evaluatieaanpakken die kunnen worden benut voor systeem- en transitie-evaluaties, zoals het missiegedreven innovatiebeleid (inclusief de bijdrage hieraan van de topsectoren) en het CO2-reductiebeleid. | 1, 2, 3, 4 |
Samenvatting afgerond onderzoek 2022 SEA-thema: Expertcommissie evaluatiemethoden
Rapport Expertcommissie evaluatiemethoden systeem- en transitiebeleid
In 2012 verscheen het rapport «Durf te meten» van de expertcommissie Theeuwes. Het rapport bood zeer nuttige handvatten om delen van het EZK-instrumentarium methodologisch en ook kwantitatief te evalueren, o.a. door gebruik van econometrische technieken en behandel- en controlegroep. Er is nu aanzienlijk meer bekend over de effecten van het Nederlandse bedrijvenbeleid dan zo’n tien jaar geleden. Maar de aanpak blijkt niet goed toepasbaar bij de evaluatie van systeem- en transitiebeleid. In oktober 2022 is daartoe door een nieuwe expertcommissie onder leiding van Ter Weel het rapport «Durf te leren, ga door met meten» gepubliceerd. Dit rapport biedt een overzicht van zowel kwantitatieve als kwalitatieve onderzoeksmethoden, evaluatiekaders en een beslisboom waarmee de effectiviteit van systeem- en transitiebeleid inzichtelijk kan worden gemaakt. Dit rapport is een eerste aanzet. De komende jaren moet duidelijkheid verschaffen over welke kaders, methoden en technieken adequaat de doeltreffendheid en doelmatigheid van dergelijk beleid kunnen vaststellen en welke databehoefte daarbij komt kijken.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Lerende evaluatie Klimaatbeleid | Synthese | 2024 | Lopend | De Klimaatwet bepaalt dat iedere vijf jaar een herijking van de opgave plaatsvindt op basis van een evaluatie. Er is voor gekozen om dit te doen via een «lerende evaluatie» (zie: Kamerstuk 32 813, nr. 901). In deze lerende evaluatie is in 2022 in samenspraak met betrokken partijen de scope bepaald (zie: Scoping lerende evaluatie klimaatbeleid; Planbureau voor de Leefomgeving) en wordt dit vervolgens in 2023 en 2024 uitgevoerd. De uitkomsten worden in het nieuwe klimaatplan 2024 betrokken. | 4 | |
Instrumentevaluaties sector Elektriciteit en Industrie: | ||||||
Monitor Klimaatbeleid | ex-durante | 2020 e.v. | Lopend | Eind 2021 werd het "Dashboard Klimaatbeleid" gelanceerd. Het dashboard biedt jaarlijks een objectief inzicht in de voortgang van het beleid in het Klimaatplan (dat voor een belangrijk deel is bepaald door het Klimaatakkoord). Een samenvatting van de resultaten uit het «Dashboard Klimaatbeleid» is opgenomen in de Klimaatnota 2022 (Kamerstuknummer 32 813, nr. 1112). | 2 en 4 | Kamerstuk 32 813, nr. 1112 |
Studiegroep Invulling Klimaatopgave Green Deal | ex-ante/ex-durante | 2021 | Afgerond | Ambtelijke studiegroep die vanuit een brede blik analyseert wat de gevolgen van een aangescherpte Europese reductiedoelstelling is voor 2030 en wat vanuit Nederland mogelijke strategieën zijn om hier invulling aan te geven. | 4 | Kamerstuk 32 813, nr. 664 |
Fiscale regelingen Energiebelasting | ex-post | 2021 | Afgerond | In samenwerking met FIN; FIN heeft het voortouw. | 4 | Kamerstuk 31 239, nr. 330 |
Evaluatie Opslag Duurzame Energie | ex-post | 2021 | Afgerond | Evaluatie en toekomstverkenning ODE | 4 | Kamerstuk 30 196, nr. 752 |
Monitor RES 1.0 (Regionale Energie Strategie) | ex-durante /ex-post | 2021 / 2023 | Afgerond | PBL monitort de voortgang van de RES’en. In de Monitor wordt gereflecteerd op de stand van zaken rond de RES 1.0. PBL analyseert of met de voorstellen van de 30 energieregio’s het doel van 35 terawattuur (TWh) kan worden bereikt, en kijkt daarbij naar de ontwikkelingen rond de thema’s ruimtelijke inpassing, maatschappelijk draagvlak en capaciteit van het elektriciteitsnetwerk. PBL monitor 2.0 is naar verwachting eind 2023 gereed. | 4 | Kamerstuk 32 813, nr. 956 |
Evaluatie SDE+ | ex-post | 2022 | Afgerond | 4 | Kamerstuk 31 239, nr. 343 | |
Evaluatie TSE-Mooi/DEI+/HER | ex-post | 2023 | Lopend | Verwachte afronding eerste helft 2023. | 4 | |
Sectorevaluatie CO2-reductieaanpak energie-intensieve Industrie | ex-ante | 2021 | Afgerond | Hierbij is aangesloten bij een door de OECD uit te voeren onderzoek in 2020/21 voor EZK en DG Reform van de Europese Commissie naar het Nederlandse CO2- reductiebeleid voor de Nederlandse industrie (informele ex-ante beleidsdoorlichting). | 2 en 4 | Policies for a climate-neutral industry; lessons from the Netherlands |
Evaluatie Regeling Indirecte kostencompensatie ETS (IKC-ETS) | ex-post | 2022/2023 | Lopend | 2 en 4 | ||
Speelveldtoets impact klimaatbeleid industrie | ex- ante | 2022 | Afgerond | Betreft een bijlage bij het Belastingplan 2023 | 2 en 4 | Kamerstuk 36 202, nr. 6 |
Samenvatting afgeronde evaluaties 2022 SEA-thema: Klimaatbeleid
Evaluatie SDE+
De evaluatie van de SDE+ die in december 2021 door onderzoeksbureau Trinomics is afgerond, richtte zich op de doeltreffendheid en doelmatigheid van de regeling. Daarnaast is geïnventariseerd of externe kosten geadresseerd zouden kunnen worden in de SDE++-regeling en zo ja, welke. Trinomics concludeerde dat de SDE+ een kosteneffectief instrument is vergeleken met instrumenten van buurlanden en een grote bijdrage geleverd heeft aan het opschalen van hernieuwbare energieproductie, hoewel niet voldoende om het hernieuwbare-energiedoel van 2020 te behalen. Het overgrote deel van de projecten zou zonder de SDE+ niet zijn gerealiseerd. De opschaling van hernieuwbare warmteproductie is echter achtergebleven en Trinomics concludeert dat de regeling in zijn huidige vorm onvoldoende is voor de opschaling van hernieuwbare warmteproductie. Verder concludeerde Trinomics dat er bij zon- en windprojecten gedurende een aantal jaren een risico op overwinsten heeft bestaan. Opsplitsing van categorieën heeft bijgedragen aan de beperking van overwinsten. Trinomics signaleerde ook een ongewenste mate van non-realisatie bij zon-PV op dak. Trinomics concludeerde tot slot dat het voor veel externe effecten vanwege de complexiteit niet haalbaar lijkt om die mee te wegen in de SDE++-rangschikking.
Speelveldtoets impact klimaatbeleid industrie
De speelveldtoetsen die EZK de afgelopen jaren heeft laten uitvoeren zijn bedoeld als ex-ante beleidsevaluaties, specifiek gericht op weglekrisico’s van klimaatbeleid voor de industrie. De 6 bedrijfscasussen in de speelveldtoets van 2022 bouwen voort op eerder werk van PwC in de speelveldtoets 2019/2020 en geven zicht op de micro verschillen in de effecten van de ingezette instrumenten, zoals het aflopen van de IKC-ETS regeling, voorgenomen wijzigingen van de CO2-heffing en aanpassingen van de energiebelasting. Die effecten zijn soms groot, met grote verschillen per bedrijf(stak). Dat komt vooral door de verschillende regimes in de energiebelasting per bedrijfsproces en doordat niet alle bedrijfstakken al in aanmerking kwamen voor de IKC-ETS regeling. Het onderzoek toont ook knelpunten in het handelingsperspectief richting verduurzaming, zoals netcongestie op het elektriciteitsnet, en niet-passend instrumentarium. De speelveldtoets is aan de Kamer aangeboden als bijlage bij het Belastingplan 2023.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Evaluaties van herziening in regelgevend kader (o.a. Energiewet en Warmtewet) | Synthese | 2029 | Nog te starten | Betreft synthese van evaluaties van gewijzigde Elektriciteit- en gaswet en Warmtewet. | 4 | |
Instrumentevaluaties / monitor: | ||||||
Evaluatie N-1 (Besluit uitvalsituaties hoogspanningsnet) | ex-post | 2023 | Lopend | Verwachte oplevering zomer 2023 | 4 | |
Evaluatie totstandkoming toetsing Investeringsplannen landelijke netbeheerders | ex-post | 2022 | Afgerond | 4 | Kamerstuk 29 023, nr. 305 | |
Evaluatie Besluit experiment afwijken van de Elektriciteitswet 1998 voor decentrale opwekking van duurzame elektriciteit | overig | 2021 | Afgerond | 4 | Kamerstuk 31 239, nr. 335 | |
Expertisecentrum Warmte | ex-post | 2021 | Afgerond | 4 | Het Expertise Centrum Warmte is geëvalueerd - Expertise Centrum Warmte | |
Evaluatie EBN | ex-post | 2023 | Lopend | Verwachte oplevering eerste helft van 2023. | 4 |
Samenvatting afgeronde evaluaties 2022 SEA-thema: Herziening in regelgevend kader (o.a. Energiewet en Warmtewet)
De Minister voor Klimaat en Energie toetst de investeringsplannen van de landelijke netbeheerders (TenneT en Gas Transport Services, GTS) op of netbeheerders zich rekenschap hebben gegeven van ontwikkeling in de energiemarkt. In 2022 heeft de minister de toetsing laten uitvoeren door extern bureau ECORYS. De minister heeft ten behoeve hiervan een toetsingskader opgesteld. Uit de analyse blijkt dat de netbeheerders zich rekenschap hebben gegeven van de ontwikkelingen in de energiemarkt, deze bevindingen zijn overgenomen door de minister. De minister heeft hier de Kamer over geïnformeerd (Kamerstuk 29 023, nr. 305). ECORYS heeft de opdracht naar tevredenheid afgerond. Dit is in een afrondend overleg met hen ook aangegeven.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Een veilig Groningen met perspectief | Overig | 2023 | Lopend | Parlementaire enquête aardgaswinning Groningen | 5 | |
Instrumentevaluaties / monitor: | ||||||
Evaluatie Tijdelijke wet Groningen (inclusief Instituut Mijnbouwschade Groningen) | ex-post | 2022 | Afgerond | 5 | Kamerstuk 35 250, nr. 45 | |
Evaluatie Commissie Bijzondere Situaties door Kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen | ex-post | 2022 | Afgerond | 5 | Kamerstuk 35 529, nr. 1037 | |
Waardevermeerderingsregeling i.c.m. schademeldingen | ex-post | 2023 | Nog te starten | Regeling loopt nog; evaluatie is doorgeschoven naar 2023. | 5 |
Samenvatting afgeronde evaluaties 2022 SEA-thema: Een veilig Groningen met perspectief
Evaluatie Tijdelijke wet Groningen (inclusief Instituut Mijnbouwschade Groningen)
De tijdelijke wet Groningen heeft een wettelijke grondslag voor de publiekrechtelijke afhandeling van schade als gevolg van de gaswinning in Groningen. In de wet is geregeld dat de schadeafhandeling onafhankelijk plaatsvindt door een zelfstandig bestuursorgaan. In de evaluatie, uitgevoerd door AEF en de Universiteit Utrecht, worden 9 onderzoeksvragen beantwoord die antwoord geven aan de vraag of het beoogd doel van de tijdelijke wet groningen wordt gerealiseerd.
Evaluatie Commissie Bijzondere Situaties door Kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen
Een evaluatie over de commissie, de opbrengsten en doeltreffendheid van haar werkzaamheden. Tevens wordt er ingegaan op hetgeen in de komende jaren nodig is voor bewoners uit de regio's waar sprake is van gaswinningsproblematiek. Uit onderzoek komt naar voren dat de commissie door haar onafhankelijkheid en positie buiten het systeem van instanties veel realiseerde.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Status | Conclusies/aanbevelingen/toelichting onderzoek | Begrotings-artikel(en) | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|---|
Agentschapsdoorlichting DICTU | overig | 2022 | Afgerond | 40 | ||
Agentschapsdoorlichting NEa | overig | 2023 | Lopend | Verwachte oplevering eerste helft van 2023. | 4 | |
Agentschapsdoorlichting RVO | overig | 2022 | Afgerond | zie: samenvatting bij SEA-thema Ondernemerschap | 1,2,3,4 en 5 | |
Evaluatie ZBO's: | Zie planning in bijlage 1: ZBO's en RWT's |
Samenvatting afgeronde overige evaluaties/doorlichtingen 2022
Agentschapsdoorlichting DICTU
In 2022 is de agentschapsdoorlichting DICTU uitgevoerd over de periode 2016-2021 conform de notitie 'Doorlichting nieuwe stijl'. Het doel van de doorlichting is het vormen van een beeld met betrekking tot het functioneren van DICTU in het licht van de Regeling agentschappen bezien vanuit de onderzoekthema’s governance, financieel beheer, bekostiging, doelmatigheid en toekomst. De nadruk van het onderzoek ligt op de laatste jaren, omdat dit het meeste inzicht geeft in de huidige staat van DICTU. Er zijn 8 aanbevelingen gedaan: de aanbevelingen hebben betrekking op de hiervoor genoemde thema’s governance (evalueren kaderovereenkomsten en werkafspraken, noodzaak en wenselijkheid rollenscheiding pSG, verder verbeteren Klantadviesraad en Bestuurlijk Overleg, betrekken opdrachtgevers bij uitwerking en uitvoering Bedrijfsstrategie), financieel beheer (versterking 2e lijn en rol Team Interne Audit, voorleggen belemmeringen Regeling Agentschappen aan ministerie van Financiën), bekostiging (verbetering communicatie rondom kostprijzen) en doelmatigheid (sturing op en ontwikkeling van kritische prestatie-indicatoren). Voor de uitwerking en opvolging van de aanbevelingen wordt in 2023 een implementatieplan opgesteld. Het doorlichtingsrapport is op 20 december 2022 gepubliceerd op rijksoverheid.nl.
Agentschapsdoorlichting RVO
Zie: samenvatting bij SEA-thema Ondernemerschap.
Deze bijlage van het jaarverslag heeft betrekking op ingeplande evaluaties in de SEA van OB2022 EZK, inclusief bijlage 5: Uitwerking SEA.Voor het meest recente overzicht van de programmering van periodieke rapportages/beleidsdoorlichtingen, zie: www.rijksfinanciën.nl.