1. | Leeswijzer | 3 |
2. | Het beleid | 4 |
2.1. | Overzicht belangrijkste suppletore uitgavenmutaties 2006 (Najaarsnota) | 4 |
Artikelsgewijze toelichting | 5 | |
Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten) | 5 | |
2.2. | De beleidsartikelen | 5 |
Artikel 1. Bevorderen van een goed werkende woningmarkt | 5 | |
Artikel 2. Stimuleren van voldoende woningen, een duurzame en gedifferentieerde woningvoorraad en leefbare woonmilieus | 6 | |
Artikel 3. Garanderen van keuzemogelijkheden en betaalbaarheid op de woningmarkt | 8 | |
Artikel 4. Optimalisering van de ruimtelijke afweging | 9 | |
Artikel 5. Gebiedsontwikkeling en realisatie Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur | 10 | |
Artikel 6. Beperken van klimaatverandering en grootschalige luchtverontreiniging | 11 | |
Artikel 7. Verbeteren milieukwaliteit van water en bodem | 13 | |
Artikel 8. Verbeteren van de milieukwaliteit in de bebouwde omgeving | 14 | |
Artikel 9. Verminderen van risico’s van stoffen, afval, straling en GGO’s | 15 | |
Artikel 10. Versterken van het (inter)nationale milieubeleid | 16 | |
Artikel 11. Vergroten van de externe veiligheid | 17 | |
Artikel 12. Handhaving en toezicht | 18 | |
Artikel 13. Rijkshuisvesting en architectuur | 19 | |
2.3. | De niet-beleidsartikelen | 20 |
Artikel 14. Algemeen | 20 | |
Artikel 15. Nominaal en onvoorzien | 24 | |
Wetsartikel 2 Begroting Baten- en lastendienst (Rijksgebouwendienst) | 25 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2006 wijzigingen aan te brengen in:
a. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI).
b. de begrotingsstaat inzake de baten-lastendiensten van dit ministerie.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De 2e suppletore begroting geeft een geactualiseerd beeld van de begroting. De 2e suppletore begroting, gekoppeld aan de Najaarsnota van de Minister van Financiën, is het laatste moment waarop de financiële kaders van de in uitvoering zijnde begroting kunnen worden gemuteerd. Van mutaties wordt geen meerjarige doorwerking opgenomen omdat de 2e suppletore begroting uitsluitend betrekking heeft op het lopende begrotingsjaar.
De opbouw van de 2e suppletore begroting is als volgt:
• Een begrotingsstaat, waarin de mutaties voor uitgaven, verplichtingen en ontvangsten zijn opgenomen;
• Een Memorie van toelichting die de volgende onderdelen bevat:
– Een overzichtstabel waarin de majeure beleidsmutaties worden gepresenteerd;
– Per beleidsartikel een tabel Budgettaire gevolgen van beleid. In deze tabel worden alle mutaties opgenomen. De belangrijke beleidsmatige mutaties worden toegelicht. Alleen technische mutaties van grote omvang worden ook toegelicht.
– De stand van de 2e suppletore begroting wordt opgebouwd door middel van mutaties op de stand van de 1e suppletore begroting 2006. Hierbij wordt aangetekend dat er 2e suppletore mutaties zijn die al in de VROM Ontwerpbegroting 2006 vermeld worden. Dit worden de zogenaamde «Miljoenennota-mutaties» genoemd;
– Als toelichting is een mutatietabel opgenomen waarin mutaties worden gepresenteerd die op het desbetreffende instrument hebben plaatsgevonden. Indien van toepassing zijn ook Miljoenennotamutaties opgenomen. De toelichtingen van de Miljoenennota-mutaties staan in de verdiepingsbijlage van de Ontwerpbegroting 2006.
– Daarnaast worden soms ook nog de uitgaven aan incidentele subsidies vermeld om een wettelijke grondslag te creëren. Deze uitgaven komen niet direct terug in begrotingsmutaties omdat het hier uitgaven in de realisatiesfeer betreft.
Voor het goede begrip wordt de aanduiding «beleidsmatige mutatie» nader toegelicht. Een beleidsmatige mutatie is het gevolg van gevoerd beleid en is dus te beïnvloeden (bijvoorbeeld een bezuiniging, beleidswijzigingen met financiële gevolgen, afwijkingen uit hoofde van behoorlijk bestuur). Niet-beleidsmatige mutaties zijn meer technisch van aard en worden alleen bij grote omvang toegelicht.
2.1. Overzicht belangrijkste suppletore uitgavenmutaties 2006 (Najaarsnota)
Uitgaven | Artnr. | |
---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2006 | 3 416 482 | |
Stand na 1e suppletore begroting 2006 | 3 921 929 | |
Belangrijkste suppletore mutaties: | ||
1. Overschrijdingen huurtoeslag 2006 | 121 000 | 3 |
2. Nabetalingen 2006 huursubsidie | 24 500 | 3 |
3. Actualisatie uitvoeringskosten huursubsidie | 19 500 | 3 |
4. FES projecten | – 31 895 | 5, 8 |
5. Overige mutaties | 7 370 | |
Stand na 2e suppletore begroting 2006 | 4 062 404 |
1. Overschrijdingen huurtoeslag
Op basis van de door de Belastingdienst/Dienst Toeslagen toegekende bijdragen huurtoeslag in de afgelopen maanden is op te maken dat voor het resterende jaar een bedrag van € 121 mln additioneel benodigd is.
2. Nabetalingen 2006 huursubsidie
Op basis van definitief vastgestelde inkomens blijkt dat een deel van de huursubsidie ontvangers in de jaren 2004 en 2005 te weinig betaald heeft gekregen. Het definitief vastgestelde inkomen lag lager dan het inkomen waarmee bij de toekenning is gerekend. Dit heeft een nabetaling € 24,5 mln tot gevolg.
3. Actualisatie uitvoeringskosten huursubsidie
De uitvoering van oude coderegelingen blijft langer bij VROM dan eerder was gepland. Daarnaast blijken de werkzaamheden omvangrijker te zijn dan was geraamd. Voor deze uitvoeringswerkzaamheden zijn geen middelen op de VROM-begroting voorhanden. De uitgaven die hiermee gemoeid zijn bedragen in 2006 € 19,5 mln.
Over een aantal BIRK projecten wordt op dit moment nog onderhandeld en/of besloten. Dit neemt echter meer tijd in beslag dan verwacht, waardoor er dit jaar minder kasgeld nodig is. Daarom wordt dit budget doorgeschoven.
In de planning van de NSP projecten Breda en Rotterdam zijn wijzigingen opgetreden waarop het kasritme is aangepast.
Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)
Artikel 1. Bevorderen van een goed werkende woningmarkt
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 12 451 | 12 588 | 1 332 | 13 920 |
Uitgaven: | 17 378 | 18 296 | 547 | 18 843 |
Programma: | 15 180 | 16 207 | – 2 431 | 13 776 |
Scheppen van randvoorwaarden voor een goed werkende woningmarkt: | 0 | 0 | 0 | |
Scheppen van randvoorwaarden voor een goed werkende woningmarkt | 0 | 0 | ||
Bevorderen van maximale maatschappelijke prestaties van wooncorporaties: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bevorderen van maximale maatschappelijke prestaties van wooncorporaties | 0 | 0 | 0 | |
Versterken van de positie van de woonconsument: | 1 508 | 1 508 | – 200 | 1 308 |
Subsidies woonconsumentenorganisaties | 1 508 | 1 508 | – 200 | 1 308 |
Overige programmabudgetten: | 13 672 | 14 699 | – 2 231 | 12 468 |
Onderzoek | 8 887 | 10 433 | – 2 671 | 7 762 |
Experimenten en kennisoverdracht | 4 785 | 4 266 | 440 | 4 706 |
Nader aan te wijzen | 0 | 0 | 0 | |
Apparaat: | 2 198 | 2 089 | 2 978 | 5 067 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 1 (DGW) | 2 198 | 2 089 | 2 978 | 5 067 |
Ontvangsten: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Als gevolg van prioriteitstelling voor kennisoverdracht op het gebied van bouwregelgeving wordt € 2,1 mln overgeheveld naar het artikel 2 «Stimuleren van voldoende woningen, een duurzame en gedifferentieerde woningvoorraad en leefbare woonmilieus».
Op verschillende instrumenten hebben bovendien enkele omboekingen plaatsgevonden ten opzichte van de 1e suppletore begrotingswet 2006. Deze correcties hangen vooral samen met de in de ontwerpbegroting 2006 verwerkte nieuwe artikelstructuur en zijn budgettair neutraal.
Op verschillende instrumenten hebben per saldo budgettair neutrale correcties plaatsgevonden ten opzichte van de 1e suppletore begrotingswet 2006. Deze correcties hangen vooral samen met de in de ontwerpbegroting 2006 verwerkte nieuwe artikelstructuur.
Artikel 2. Stimuleren van voldoende woningen, een duurzame en gedifferentieerde woningvoorraad en leefbare woonmilieus
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 56 804 | 138 068 | 7 850 | 145 918 |
Uitgaven: | 474 711 | 463 685 | – 8 110 | 455 575 |
Programma: | 462 642 | 453 987 | – 8 038 | 445 949 |
Stimuleren van voldoende woningproductie: | 122 262 | 122 262 | – 10 958 | 111 304 |
Budget BLS | 122 262 | 122 262 | – 16 208 | 106 054 |
Planologische en woningbouwknelpunten VINEX en VINAC | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdragen nieuwbouw sociale koopwoningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdragen stimulering woning productie | 0 | 0 | 5 250 | 5 250 |
Verruimen van het aanbod van geschikte woningen voor ouderen en gehandicapten: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Verruimen van het aanbod van geschikte woningen voor ouderen en gehandicapten | 0 | 0 | 0 | |
Bevorderen van de leefbaarheid van de woonwijken: | 311 280 | 308 030 | – 550 | 307 480 |
Investeringen Stedelijke vernieuwing | 282 721 | 300 471 | – 550 | 299 921 |
Innovatiebudget Stedelijke vernieuwing | 25 383 | 4 383 | 0 | 4 383 |
Stedelijke vernieuwing Lelystad | 3 176 | 3 176 | 0 | 3 176 |
Garanderen minimale kwaliteit gebouwen en bevorderen hogere kwaliteit: | 24 331 | 16 426 | 603 | 17 029 |
Programma energiebudgetten | 13 125 | 13 190 | – 3 629 | 9 561 |
Subsidies energiebesparing (CO2 reductie) gebouwde omgeving | 6 900 | – 70 | 4 873 | 4 803 |
Regeling sanering loden drinkwaterleidingen | 870 | 670 | – 148 | 522 |
Regeling energiebesparing huishoudens met lagere inkomens | 2 916 | 2 116 | – 437 | 1 679 |
Innovatief bouwen | 520 | 520 | – 56 | 464 |
Overige programmabudgetten: | 4 769 | 7 269 | 2 867 | 10 136 |
Onderzoek | 3 103 | 3 103 | – 330 | 2 773 |
Kennisoverdracht | 1 666 | 1 666 | 3 123 | 4 789 |
Kosten uitvoeringsorganisaties | 2 500 | 74 | 2 574 | |
Nader aan te wijzen | 0 | 0 | ||
Apparaat: | 12 069 | 9 698 | – 72 | 9 626 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 2 (DGW) | 12 069 | 9 698 | – 72 | 9 626 |
Ontvangsten: | 91 | 2 762 | – 2 318 | 444 |
Omdat in een aantal regio’s de gerealiseerde woningbouwproductie lager was dan afgesproken, dient een deel van het BLS budget (€ 8,1 mln) te worden doorgeschoven.
Bij het stimuleringsbudget Eigen Bouw is sprake van een onderschrijding van € 8 mln omdat aan slechts 5 van de 20 regio’s een bijdrage kon worden verstrekt. De overige regio’s hebben lagere aantallen woningen opgeleverd dan in hun eigen bouwdrempel is aangegeven. In overleg met de lokale partners, waaronder de VNG, wordt nagegaan hoe dit stimuleringsbudget effectiever in te zetten.
Instrument: Bijdragen stimulering woningproductie
Aan het operationeel doel «Stimuleren van voldoende woningproductie» van het onderhavige begrotingsartikel 2 wordt een nieuw instrument «Bijdragen stimulering woningproductie» toegevoegd. Op dit instrument worden (incidentele) bijdragen aan lagere overheden, gericht op het bevorderen van de woningbouwproductie, begroot en verantwoord. Daarmee wordt tevens beoogd deze bijdragen te voorzien van een wettelijke grondslag.
Hierop is een mutatie verwerkt die betrekking heeft op een toezegging aan de gemeente Almere ten bedrage van € 5 mln toegezegd om de woningbouwproductie in de periode 2006 tot 2010 te bevorderen. Daarmee wordt beoogd het woningtekort te verlagen, ruimte te creëren voor de stedelijke vernieuwing en het voorzieningenniveau te verbeteren. In een convenant met Almere worden hierover nadere afspraken gemaakt. Dekking voor deze bijdrage wordt gevonden uit de knelpuntenpot BLS beschikbaar in het jaar 2010. Bij ontwerpbegroting 2008 zal het budget beschikbaar in het jaar 2010 hierop worden aangepast.
Instrument: Investeringen Stedelijke Vernieuwing
Een overschrijding bij de toekenningen 2006 van het impulsbudget zal worden gecompenseerd uit de knelpuntenpot in het jaar 2007. Daartegenover staat een aanpassing in de uitfinanciering van de budgetten voor maatwerkafspraken waarmee € 1,4 mln wordt doorgeschoven van 2006 naar 2007.
Instrument: Programma energiebudgetten
In verband met de in 2006 aan te gane tweejarige verplichting voor de «Kompas energiebewust wonen en werken» wordt verplichtingenbudget vanuit 2007 naar voren gehaald. Op basis van een actualisatie van de uitfinanciering van bestaande verplichtingen wordt een deel van het uitgavenbudget 2006 doorgeschoven naar 2007.
Instrument: Subsidies energiebesparing (CO2-reductie) gebouwde omgeving
De eindafrekening van de NUON in het kader van de afwikkeling van de EPR regeling is in het jaar 2005 niet tot stand gekomen en heeft nu plaatsgevonden in dit jaar.
Als gevolg van prioriteitstelling voor kennisoverdracht op het gebied van bouwregelgeving wordt € 2,1 mln overgeheveld van het instrument onderzoek op het artikel 1 «Bevorderen van een goed werkende woningmarkt».
De terugvordering van de locatiesubsidie Delft Tanthof wordt verantwoord op het niet beleidsartikel 14 «Algemeen». Daarnaast is een deel van de bijdrage aan de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting gerestitueerd in samenhang met de afwikkeling van de zogeheten opplusregeling. Deze regeling betrof het aanpassen («opplussen») van bestaande woningen en woongebouwen, waardoor de fysieke toegankelijkheid voor ouderen werd vergroot.
Artikel 3. Garanderen van keuzemogelijkheden en betaalbaarheid op de woningmarkt
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 1 902 906 | 2 071 431 | 98 279 | 2 169 710 |
Uitgaven: | 1 929 506 | 2 051 242 | 152 593 | 2 203 835 |
Programma: | 1 910 062 | 2 011 301 | 145 794 | 2 157 095 |
Garanderen betaalbaarheid voldoende huurwoningen en evenwichtige verdeling: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Garanderen van de betaalbaarheid van voldoende huurwoningen en een evenwichtige verdeling hiervan (aanbodgericht) | 0 | 0 | 0 | |
Garanderen betaalbaarheid wonen voor lage inkomensgroepen (vraaggericht): | 1 908 473 | 2 008 412 | 146 601 | 2 155 013 |
Huursubsidie en huurtoeslag | 1 902 028 | 1 957 667 | 145 500 | 2 103 167 |
Vangnetregeling | 5 000 | 9 300 | 1 400 | 10 700 |
Eénmalige bijdrage huurbeleid | 0 | 0 | 101 | 101 |
Kostenvergoeding verhuurders | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bevorderen eigen woonbezit | 1 445 | 1 445 | – 400 | 1 045 |
Bijdrage financiering startersleningen | 40 000 | 0 | 40 000 | |
Overige programmabudgetten: | 1 589 | 2 889 | – 807 | 2 082 |
Onderzoek | 737 | 737 | 0 | 737 |
Kennisoverdracht | 45 | 45 | 0 | 45 |
Kosten uitvoeringsorganisaties | 1 300 | 0 | 1 300 | |
Nader aan te wijzen | 807 | 807 | – 807 | 0 |
Apparaat: | 19 444 | 39 941 | 6 799 | 46 740 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 3 (DGW) | 19 444 | 21 381 | – 5 526 | 15 855 |
Uitvoering huursubsidie | 18 560 | 12 325 | 30 885 | |
Ontvangsten: | 376 106 | 206 906 | – 163 000 | 43 906 |
Instrument: Huursubsidie en huurtoeslag
Op dit instrument hebben de volgende mutaties plaatsgevonden:
Bedragen x € 1000 | Verplichtingen | Uitgaven |
---|---|---|
Mutaties 2e suppletore begroting: | ||
1. Geraamde overschrijdingen huurtoeslag 2006 | 60 000 | 121 000 |
2. Nabetalingen 2006 Huursubsidie | 24 500 | 24 500 |
Totaal | 84 500 | 145 500 |
Ad 1 en 2.
Op basis van de door de Belastingdienst/Dienst Toeslagen toegekende bijdragen huurtoeslag in de afgelopen maanden is op te maken dat voor het resterende jaar een bedrag van € 121 mln additioneel benodigd is.
Op basis van definitief vastgestelde inkomens blijkt dat een deel van de huursubsidie ontvangers in de jaren 2004 en 2005 te weinig betaald hebben gekregen. Het definitief vastgestelde inkomen lag lager dan het inkomen waarmee bij de toekenning is gerekend met een nabetaling € 24,5 mln tot gevolg.
Als gevolg van nabetalingen op grond van door gemeenten ingediende einddeclaraties ontstaat een eenmalig tekort van € 1,4 mln.
Instrument: Bevorderen eigen woningbezit
Een lager aantal aanvragen en toekenningen leidt tot een verlaging van het beschikbare budget.
Het grootste deel van de mutaties bestaat uit het volgende: Op verschillende instrumenten hebben per saldo budgettair neutrale correcties plaatsgevonden ten opzichte van de 1e suppletore begrotingswet 2006. Op dit instrument bedraagt de correctie € 2,9 mln. Deze correcties hangen vooral samen met de in de ontwerpbegroting 2006 verwerkte nieuwe artikelstructuur.
Met de gemeenschappelijke dienst is voor € 1,3 mln aan productgebonden kosten verrekend. Zie ook de toelichting bij artikel 14.
Instrument: Uitvoering huursubsidie
Voor de kosten samenhangend met het huursubsidiesysteem wordt een bedrag van € 3,7 mln overgeheveld naar de gemeenschappelijke dienst van VROM waar het beheer van dit systeem plaatsvindt.
De uitvoering van oude coderegelingen blijft langer bij VROM dan eerder was gepland. Daarnaast blijken de werkzaamheden omvangrijker te zijn dan was geraamd. Voor deze uitvoeringswerkzaamheden zijn geen middelen op de VROM-begroting voorhanden. De uitgaven die hiermee gemoeid zijn bedragen in 2006 € 19,5 mln.
Artikel 4. Optimalisering van de ruimtelijke afweging
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 11 118 | 15 450 | 2 449 | 17 899 |
Uitgaven: | 11 973 | 21 984 | 1 302 | 23 286 |
Programma: | 5 734 | 12 982 | 1 147 | 14 129 |
Ruimtelijk instrumentarium ontwikkelen en beheren: | 5 734 | 12 982 | 1 147 | 14 129 |
FES ICES/KIS | 350 | 6 000 | 0 | 6 000 |
Monitoring Nota Ruimte | 1 328 | 1 393 | 0 | 1 393 |
Subsidies algemeen | 916 | 1 513 | 0 | 1 513 |
Overige instrumenten algemeen | 3 140 | 4 076 | 1 147 | 5 223 |
Apparaat: | 6 239 | 9 002 | 155 | 9 157 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 4 (DGR) | 6 239 | 9 002 | 155 | 9 157 |
Ontvangsten: | 0 | 7 135 | 0 | 7 135 |
N.v.t.
Artikel 5. Gebiedsontwikkeling en realisatie Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 33 266 | 316 685 | – 5 364 | 311 321 |
Uitgaven: | 42 428 | 224 239 | – 11 941 | 212 298 |
Programma: | 35 005 | 221 396 | – 12 127 | 209 269 |
Stedelijke gebieden van nationaal belang verder ontwikkelen: | 14 392 | 205 858 | – 9 634 | 196 224 |
FES BIRK | 103 077 | – 26 370 | 76 707 | |
FES nieuwe sleutelprojecten | 93 600 | 16 207 | 109 807 | |
Onderzoek stedelijk gebied | 88 | 241 | 0 | 241 |
Subsidies stedelijk gebied | 9 532 | 5 090 | 1 000 | 6 090 |
Overige instrumenten stedelijk gebied | 1 180 | 575 | 529 | 1 104 |
Interreg | 3 592 | 3 275 | – 1 000 | 2 275 |
Landelijke gebieden van nationaal belang verder ontwikkelen: | 20 613 | 15 538 | – 2 493 | 13 045 |
FES BIRK | 0 | 0 | 0 | |
Onderzoek landelijk gebied | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies landelijk gebied | 587 | 511 | 0 | 511 |
Overige instrumenten landelijk gebied | 898 | 1 310 | – 30 | 1 280 |
Bufferzones | 16 601 | 11 190 | 0 | 11 190 |
Belverdere | 2 527 | 2 527 | – 2 463 | 64 |
Apparaat: | 7 423 | 2 843 | 186 | 3 029 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 5 (DGR) | 7 423 | 2 843 | 186 | 3 029 |
Ontvangsten: | 10 300 | 206 977 | – 10 163 | 196 814 |
Over een aantal BIRK projecten wordt op dit moment nog onderhandeld en/of besloten. Dit neemt echter meer tijd in beslag dan verwacht, waardoor er dit jaar minder kasgeld nodig is. Daarom wordt dit budget doorgeschoven.
Instrument: FES nieuwe sleutelprojecten
In de planning van de NSP projecten Breda en Rotterdam zijn wijzigingen opgetreden. Hierop is het kasritme aangepast.
Instrument: Subsidies stedelijk gebied
Door vertragingen bij de onderhandelingen met de NS worden de bestuurlijke overeenkomsten later vastgesteld waardoor meer proceskosten moeten worden gemaakt. Ook wordt op verzoek van de Minister van VROM een evaluatie NSP gemaakt. Dekking wordt gevonden in het Interreg-budget, waar projecten in 2006 wat vertraagd zijn geraakt.
Belvédère is een initiatief van vier ministeries: VROM, OCW, LNV en V&W. Hun streven om cultuurhistorie meer te betrekken bij ruimtelijke ontwikkelingen staat verwoord in de Nota Belvédère. Deze nota is in november 1999 in de Tweede Kamer besproken. Met deze mutatie wordt de jaarlijkse bijdrage naar OCW overgeboekt.
Artikel 6. Beperken van klimaatverandering en grootschalige luchtverontreiniging
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 46 797 | 92 758 | – 5 209 | 87 549 |
Uitgaven: | 85 357 | 82 912 | – 23 196 | 59 716 |
Programma: | 80 808 | 78 411 | – 23 308 | 55 103 |
Realisatie Kyoto klimaatverplichtingen: | 72 433 | 54 415 | – 15 424 | 38 991 |
Binnenlandse klimaatinstrumenten | 28 433 | 20 718 | – 1 924 | 18 794 |
Clean Development Mechanism | 44 000 | 33 697 | – 13 500 | 20 197 |
Beperken klimaatverandering door post-Kyoto afspraken: | 3 465 | 16 995 | – 6 134 | 10 861 |
Beperken klimaatverandering door post-Kyoto afspraken | 3 465 | 16 995 | – 6 134 | 10 861 |
Beperken aantasting van de ozonlaag: | 4 910 | 250 | – 250 | 0 |
Beperken aantasting van de ozonlaag | 4 910 | 250 | – 250 | 0 |
Beperken van verzuring en grootschalige luchtverontreiniging: | 0 | 6 751 | – 1 500 | 5 251 |
Beperken van verzuring en grootschalige luchtverontreiniging | 0 | 6 751 | – 1 500 | 5 251 |
Apparaat: | 4 549 | 4 501 | 112 | 4 613 |
Apparaat: | 0 | 0 | ||
Apparaat artikel 6 (DGR) | 4 549 | 4 501 | 112 | 4 613 |
Ontvangsten: | 0 | 11 468 | – 2 000 | 9 468 |
Instrument: Clean Development Mechanism
Door het later contracteren en registreren van CDM-projecten en als gevolg daarvan latere levering van CERs (certified emission reduction) dan oorspronkelijk werd verwacht, wordt het kasbudget in 2006 niet uitgeput.
Instrument: Beperken klimaatverandering door post-Kyoto afspraken
Ten gevolge van de afhankelijkheid van internationale afspraken wordt het budget dit jaar niet volledig uitgeput. De onderuitputting wordt aangewend voor eenmalige uitgaven t.b.v. de uitbesteding van de uitvoering van het stoffenbeleid aan SenterNovem (artikel 9).
Aan de onderstaande provincies, alsmede DCMR (Rijnmond) is voor de jaren 2006 en 2007 een aanvullende subsidie verstrekt, als vervolg op de in 2005 verstrekte subsidie voor de ondersteuning van de uitvoering van taken die voortvloeien uit het convenant Benchmarking energie-efficiency, de meerjarenafspraken energiebesparing en het opnemen van energieaspecten in de milieuvergunning (bij elkaar het Project Intensivering Ondersteuning Bevoegd gezag, kortweg PIOB). Bij elkaar betreft het verstrekte subsidiebedrag € 1 096 000, dat als volgt is verdeeld:
Groningen € 76 000
Friesland € 40 000
Drenthe € 49 000
Overijssel € 102 000
Gelderland € 145 000
Utrecht € 18 000
Noord-Holland € 66 000
Zuid-Holland € 81 000
Zeeland € 68 000
Noord-Brabant € 198 000
Limburg € 88 000
DCMR € 165 000
Aan het IEA Greenhouse Gas R&D Programme te Cheltenham (UK) is voor het jaar 2006 een subsidie verstrekt van GBP 33 400 (ca € 22 515) als contributie voor deelname in dit research & development programma, waarin de uitvoering van wetenschappelijk onderzoek naar alle facetten van CO2-afvang, transport en opslag centraal staat. Deelname van Nederland in dit programma verzekert de eigen opbouw van kennis op de genoemde gebieden.
Aan de Stichting Global Reporting Initiative (GRI) te Amsterdam, is een éénmalige subsidie verstrekt van € 50 000 als financiële bijdrage in de kosten voor het organiseren van de internationale duurzaamheidconferentie «Amsterdam Global Sustainability Reporting Conference» op 4 tot en met 6 oktober 2006.
Aan de Stichting Opgewekt.nu te Amsterdam, is een éénmalige subsidie verstrekt van € 150 000 als financiële bijdrage in de kosten voor het organiseren van de energie-expositie «opgewekt.nu», die zal worden gehouden op het terrein van de voormalige NDSM-werf in Amsterdam.
Aan het Center for Clean Air Policy (CCAP) te Washington (USA) is voor het jaar 2006 een subsidie verstrekt van € 50 000 als vrijwillige bijdrage in de financiering van de CCAP-activiteiten in het kader van de Future Climate Actions Dialogue 2006. Deze activiteiten hebben met name betrekking op de organisatie van informele bijeenkomsten, waar zowel door industrielanden als ontwikkelingslanden gediscussieerd wordt over toekomstige internationale acties met betrekking tot klimaatverandering.
Aan de UN/ECE te Genève is een subsidie verstrekt van USD 87 380 (ca € 112 178) als contributie van Nederland ten behoeve van het Trust Fund for the Cooperative Programme for Monitoring and Evaluation of the Long-range Transmission of Air Pollutants in Europe (EMEP). Deze contributie vloeit voort uit de verplichtingen op grond van het CLRTAP-verdrag.
Aan de Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) te Parijs, die het secretariaat voert van de Annex I Expert Groep (AIXG) van de UNFCCC (United Nations Framework Convention on Climate Change) is, evenals in voorgaande jaren, een subsidie verstrekt als vrijwillige bijdrage in de kosten van de werkzaamheden van de AIXG. De subsidie voor het jaar 2006 bedraagt € 40 000.
Aan EnergieNed te Arnhem is een subsidie verstrekt van maximaal € 31 350 als aandeel van VROM in de kosten voor werkzaamheden met betrekking tot de evaluatie van het convenant «Kolencentrales en CO2-reductie». Genoemd bedrag is 2/3 deel van de totale kosten van de evaluatie ad € 47 000.
Aan het UNON (United Nations Office in Nairobi) is een éénmalige subsidie verstrekt van € 100 000 als financiële bijdrage in de kosten van de organisatie van de internationale conferentie COP 12 en COP/MOP 2 in Nairobi op 6 tot en met 17 november 2006.
Artikel 7. Verbeteren milieukwaliteit van water en bodem
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 156 967 | 149 484 | 14 665 | 164 149 |
Uitgaven: | 137 465 | 152 555 | 5 365 | 157 920 |
Programma: | 133 000 | 148 008 | 5 149 | 153 157 |
Verbeteren van de milieukwaliteit van de bodem: | 1 436 | 2 069 | 332 | 2 401 |
Verbeteren van de milieukwaliteit van de bodem | 1 436 | 2 069 | 332 | 2 401 |
Saneren van verontreinigde bodems: | 120 469 | 140 529 | 4 549 | 145 078 |
Saneren van verontreinigde bodems | 120 469 | 140 529 | 4 549 | 145 078 |
Verbeteren van de milieukwaliteit van water: | 763 | 1 364 | 0 | 1 364 |
Verbeteren van de milieukwaliteit van water | 763 | 1 364 | 0 | 1 364 |
Bevorderen van gebiedsspecifieke milieumaatregelen in het landelijke gebied: | 6 634 | 2 659 | – 1 955 | 704 |
Bevorderen van gebiedsspecifieke milieumaatregelen in het landelijke gebied | 6 634 | 2 659 | – 1 955 | 704 |
Bevorderen van duurzame landbouw: | 3 698 | 1 387 | 2 223 | 3 610 |
Bevorderen van duurzame landbouw | 3 698 | 1 387 | 2 223 | 3 610 |
Apparaat: | 4 465 | 4 547 | 216 | 4 763 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 7 (DGM) | 4 465 | 4 547 | 216 | 4 763 |
Ontvangsten: | 0 | 14 300 | 7 500 | 21 800 |
Instrument: Saneren van verontreinigde bodems
In 2005 is dit budget door VROM ontvangen als lokale bijdrage aan het project Hollandse IJssel, thans kan dit budget van € 2,7 mln worden besteed als onderdeel van de meerjarenplannen bodemsanering.
Instrument: Bevorderen van duurzame landbouw
Dit betreft het beschikbaar stellen van budget t.b.v. schadevergoedingen van € 1 mln n.a.v. de interimwet ammoniak veehouderij.
Artikel 8. Verbeteren van de milieukwaliteit in de bebouwde omgeving
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 35 063 | 70 234 | 9 274 | 79 508 |
Uitgaven: | 40 733 | 79 608 | 4 504 | 84 112 |
Programma: | 36 258 | 74 582 | 4 364 | 78 946 |
Geïntegreerd milieubeleid voor andere overheden: | 5 528 | 8 362 | 36 701 | 45 063 |
Geïntegreerd milieubeleid voor andere overheden | 5 528 | 8 362 | 36 701 | 45 063 |
Verbeteren van de lokale luchtkwaliteit: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Verbeteren van de lokale luchtkwaliteit | 0 | 0 | ||
Verminderen van geluidhinder: | 30 730 | 31 420 | – 3 537 | 27 883 |
Verminderen van geluidhinder | 30 730 | 31 420 | – 3 537 | 27 883 |
Bevorderen van duurzame mobiliteit: | 0 | 34 800 | – 28 800 | 6 000 |
Bevorderen van duurzame mobiliteit | 34 800 | – 28 800 | 6 000 | |
Apparaat: | 4 475 | 5 026 | 140 | 5 166 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 8 (DGM) | 4 475 | 5 026 | 140 | 5 166 |
Ontvangsten: | 0 | 34 800 | 9 786 | 44 586 |
Instrument: Geïntegreerd milieubeleid voor andere overheden
Bij de ontwerpbegroting 2007 is 38,586 mln uit FES-middelen toegevoegd aan het instrument t.b.v. maatregelen op het gebied van luchtkwaliteit (nationaal samenwerkingsprogramma luchtkwaliteit). Daarnaast wordt van dit instrument 3,1 mln overgeboekt naar artikel 10 voor de voorbereidende werkzaamheden t.b.v. de omgevingsvergunning.
Instrument: Verminderen van geluidhinder
Dit betreft de herverdeling tussen provincies van de resterende budgetten voor sanering van industrielawaai (€ 10,250 mln). Bij Ontwerpbegroting 2007 is dit budgettair geregeld, maar de herverdeling bleek niet meer realiseerbaar te zijn in 2006. Daarom wordt deze eerdere mutatie teruggedraaid, en zal dit bij 1e suppletore begroting 2007 definitief worden geregeld.
Instrument: bevorderen duurzame mobiliteit
Dit betreft een kasschuif van FES-middelen ten gevolge van een vertraging. De voornaamste reden voor deze vertraging ligt aan de aanbodzijde, d.w.z. bij de beschikbaarheid van roetfilters. De markt (producenten van roetfilters c.q. daarmee uitgeruste voertuigen) loopt niet vooruit op de subsidieregelingen. De definitieve eisen voor de filters waren namelijk pas gereed op het moment dat de regelingen werden gepubliceerd en pas daarna werden deze geproduceerd en op de markt gebracht.
Artikel 9. Verminderen van risico’s van stoffen, afval, straling en GGO’s
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 17 601 | 29 253 | 7 962 | 37 215 |
Uitgaven: | 38 196 | 37 333 | – 859 | 36 474 |
Programma: | 33 199 | 32 245 | – 1 033 | 31 212 |
Veilig gebruik van chemische stoffen: | 13 073 | 14 299 | – 185 | 14 114 |
Veilig gebruik van chemische stoffen | 13 073 | 14 299 | – 185 | 14 114 |
Reductie van milieubelasting door afvalstoffen: | 16 814 | 15 655 | – 1 121 | 14 534 |
Reductie van milieubelasting door afvalstoffen | 16 814 | 15 655 | – 1 121 | 14 534 |
Bescherming tegen straling: | 1 221 | 1 613 | 482 | 2 095 |
Bescherming tegen straling | 1 221 | 1 613 | 482 | 2 095 |
Verantwoorde toepassing van ggo’s: | 2 091 | 678 | – 209 | 469 |
Verantwoorde toepassing van ggo’s | 2 091 | 678 | – 209 | 469 |
Apparaat: | 4 997 | 5 088 | 174 | 5 262 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 9 (DGM) | 4 997 | 5 088 | 174 | 5 262 |
Ontvangsten: | 0 | 200 | 0 | 200 |
Instrument: Reductie van milieubelasting door afvalstoffen
Deze mutatie is het resultaat van diverse onderliggende mutaties, waarvan de belangrijkste zijn:
• Invulling van een ramingsbijstelling van € 3 mln (budgettair geregeld bij ontwerpbegroting 2007);
• Het beschikbaarstellen van budget om de uitvoering van het stoffenbeleid door SenterNovem te kunnen compenseren (€ 2,55 mln).
Aan de UNEP Chemicals Branch te Châtelaine (Zwitserland) is een subsidie toegekend van € 100 000,– voor de verplichte Nederlandse bijdrage ten behoeve van de werkzaamheden van het Secretariaat van het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen.
Aan de UNEP Chemicals Branch te Châtelaine (Zwitserland) is een subsidie toegekend van € 100 000,– voor de Nederlandse bijdrage aan het Quick Start Programme dat tijdens de International Conference on Chemicals Management (ICCM) in Dubai (februari 2006) is opgericht.
Aan het Comité Asbestslachtoffers te Hoorn wordt voor de jaren 2006 en 2007 een bedrag toegekend van € 30 000,– per jaar voor de ondersteuning van asbestslachtoffers, die ziek zijn geworden door asbest in het milieu, in hun strijd om erkenning.
Aan het Executive Secretary te Quebec, Canada wordt een bijdrage van € 50 000,– toegekend voor de organisatie van de vergaderingen in het kader van het Cartagena Protocol on Biosafety.
Artikel 10. Versterken van het (inter)nationale milieubeleid
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 85 683 | 75 585 | 12 414 | 87 999 |
Uitgaven: | 90 641 | 91 555 | 4 402 | 95 957 |
Programma: | 82 137 | 81 706 | 3 413 | 85 119 |
Strategieontwikkeling en adequaat generiek instrumentarium: | 69 997 | 69 130 | 5 301 | 74 431 |
Strategieontwikkeling en adequaat generiek instrumentarium | 69 997 | 69 130 | 5 301 | 74 431 |
Internationaal milieubeleid: | 4 842 | 6 388 | – 10 | 6 378 |
Internationaal milieubeleid (HGIS-deel) | 4 842 | 5 422 | 4 | 5 426 |
Internationaal milieubeleid (niet HGIS-deel) | 0 | 966 | – 14 | 952 |
Gecoördineerd milieubeleid voor industrie en MKB: | 7 298 | 6 188 | – 1 878 | 4 310 |
Gecoördineerd milieubeleid voor industrie en MKB | 7 298 | 6 188 | – 1 878 | 4 310 |
Overheidsbeleid voor duurzame ontwikkeling: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overheidsbeleid voor duurzame ontwikkeling | 0 | 0 | 0 | |
Apparaat: | 8 504 | 9 849 | 989 | 10 838 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 10 (DGM) | 8 504 | 5 236 | 142 | 5 378 |
Apparaat internationale Zaken (IZ) | 4 613 | 847 | 5 460 | |
Ontvangsten: | 917 | 11 097 | – 4 070 | 7 027 |
Instrument: Strategieontwikkeling en adequaat generiek instrumentarium
VROM draagt samen met het ministerie van LNV de kosten van de Commissie Milieu-effectrapportage (MER) voor € 1,4 mln. Jaarlijks wordt dit budget ter beschikking gesteld.
Eind 2005 is de boedelscheiding tussen het MNP (het Milieu- en Natuurplanbureau) en het RIVM tot stand gekomen. Daartoe werd het MNP organisatorisch en budgettair losgemaakt van het RIVM. Een verlaging van € 1,5 mln betreft de afronding van de budgettaire boedelscheiding tussen beide diensten.
In het kader van het beleid m.b.t. de luchtkwaliteit dient het luchtmeetnet, dat onder beheer van het RIVM staat, uitgebreid en gemoderniseerd te worden. Daartoe hevelt de verantwoordelijke beleidsdirectie budget van € 1,9 mln over naar het RIVM.
Aan de Stichting Milieukeur (SMK) te Den Haag is een éénmalige subsidie verstrekt van € 253 240 als financiële bijdrage in de kosten voor het project «Voorbereiding en uitvoering testronde gelijkwaardigheid certificatiesystemen voor duurzaam geproduceerd hout».
Artikel 11. Vergroten van de externe veiligheid
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 12 897 | 111 902 | 26 273 | 138 175 |
Uitgaven: | 14 454 | 28 229 | 10 973 | 39 202 |
Programma: | 10 432 | 24 968 | 10 609 | 35 577 |
Bepalen van de aanvaardbaarheid van risicovolle situaties: | 904 | 575 | 466 | 1 041 |
Bepalen van de aanvaardbaarheid van risicovolle situaties | 904 | 575 | 466 | 1 041 |
Oplossen van niet-aanvaardbare risicovolle situaties: | 8 333 | 7 176 | 6 308 | 13 484 |
Oplossen van niet-aanvaardbare risicovolle situaties | 8 333 | 7 176 | 6 308 | 13 484 |
0 | 0 | |||
Preventie tegen nieuwe risicovolle situaties: | 896 | 16 518 | 4 150 | 20 668 |
Preventie tegen nieuwe risicovolle situaties | 896 | 16 518 | 4 150 | 20 668 |
Milieu en veiligheidsaspecten in ruimtelijke planvorming betrekken: | 299 | 699 | – 315 | 384 |
Overige instrumenten en milieu en veiligheid | 299 | 699 | – 315 | 384 |
Schadeclaims | 0 | 0 | ||
Apparaat: | 4 022 | 3 261 | 364 | 3 625 |
Apparaat: | ||||
Apparaat artikel 11 (DGR) | 1 033 | 802 | 26 | 828 |
Apparaat artikel 11 (DGM) | 2 989 | 2 459 | 338 | 2 797 |
Ontvangsten: | 0 | 0 | 0 | 0 |
Instrument: Oplossen van niet-aanvaardbare risicovolle situaties
Bij ontwerpbegroting is deze mutatie toegelicht. Het betreft middelen die van de aanvullende post naar de VROM-begroting zijn overgeboekt t.b.v. saneringen (NH3-koelinstallaties, BRZO- en CPR15-bedrijven), oplossen van knelpunten langs het spoor (incl. Nota vervoer gevaarlijke stoffen), uitbreiding van de hulpverleningscapaciteit in de Drechtsteden en oplossen van knelpunten bij buisleidingen.
Instrument: Preventie tegen nieuwe risicovolle situaties
Dit betreft een overboeking vanuit de aanvullende post naar de VROM-begroting t.b.v. versterking van de uitvoering en handhaving van het externe veiligheidsbeleid.
Artikel 12. Handhaving en toezicht
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 63 344 | 66 862 | – 5 477 | 61 385 |
Uitgaven: | 63 564 | 65 919 | – 8 077 | 57 842 |
Programma: | 21 428 | 22 973 | – 6 089 | 16 884 |
Naleving van nationale en internationale regelgeving bevorderen (Primair toezicht): | 9 824 | 12 520 | – 5 321 | 7 199 |
Naleving van nationale en internationale regelgeving vallend onder VROM-toezicht bevorderen (Primair toezicht) | 9 824 | 12 520 | – 5 321 | 7 199 |
Rijkstoezicht handhaven en interbestuurlijk toezicht uitvoeren (Interbestuurlijk toezicht): | 1 321 | 1 275 | 98 | 1 373 |
Rijkstoezicht handhaven en interbestuurlijk toezicht uitvoeren op gemeenten en provincies (Interbestuurlijk toezicht) | 1 321 | 1 275 | 98 | 1 373 |
Wettelijke taken prioriteren en relevante maatschappelijke signalen selecteren (Strategie/maatschappelijke signalen): | 3 074 | 2 972 | – 768 | 2 204 |
Wettelijke taken prioriteren en relevante maatschappelijke signalen selecteren (Strategie/maatschappelijke signalen) | 3 074 | 2 972 | – 768 | 2 204 |
Crisismanagement organiseren: | 5 846 | 5 064 | – 123 | 4 941 |
Crisismanagement organiseren | 5 846 | 5 064 | – 123 | 4 941 |
Opsporen en bestrijden van fraude: | 1 363 | 1 142 | 25 | 1 167 |
Opsporen en bestrijden van fraude | 1 363 | 1 142 | 25 | 1 167 |
Apparaat: | 42 136 | 42 946 | – 1 988 | 40 958 |
Apparaat: | 0 | 0 | ||
Apparaat artikel 12 (IG) | 42 136 | 42 946 | – 1 988 | 40 958 |
Ontvangsten: | 882 | 882 | 0 | 882 |
Het project Eenduidig Toezicht waarvoor onlangs door het Kabinet groen licht is gegeven, leidt tot fundamentele veranderingen in de uitvoering van het toezicht en zal onnodige toezichtlast wegnemen. Binnen domeinen zal de toezichtlast voor bedrijven en instellingen met gemiddeld 25% verminderen. Na de opstartfase in 2006 zal een aantal projecten (€ 3,1 mln) in 2007 tot uitgaven leiden. Begin 2007 zijn tenminste drie frontoffices in bedrijf: horeca, ziekenhuizen en primaire sector (landbouw). De andere domeinen zijn in voorbereiding en worden operationeel in de loop van 2007 en 2008.
Van het beschikbare budget voor projecten, waarop gericht toezicht is uitgeoefend op de naleving en uitvoering van regels die het meest worden overtreden en toezicht op regels die bij overtreding de grootste effecten op gezondheid, veiligheid en duurzaamheid hebben, zal € 2 mln in 2006 niet tot uitgaven leiden.
Instrument: Overige instrumenten
Bij het instrument apparaat is een reservering (€ 1,2 mln) inzake de FPU+ regeling structureel overgeboekt naar artikel 34 (Postactieven) van de VROM-begroting en zal € 0,6 mln in 2006 niet tot uitgaven leiden.
De Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) ontvangt ten behoeve van en internationaal vergelijkend onderzoek inzake milieuhandhaving een bijdrage ad € 75 000.
Het Institute of Governance and Sustainable Development (IGSD) ontvangt een bijdrage ad € 300 000 voor het ondersteunen en organiseren van wereldwijde handhavingactiviteiten.
Artikel 13. Rijkshuisvesting en architectuur
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 97 756 | 127 169 | 4 082 | 131 251 |
Uitgaven: | 97 756 | 127 169 | – 5 122 | 122 047 |
Programma: | 97 756 | 127 169 | – 5 122 | 122 047 |
Het adviseren en implementeren beleid rijkshuisvestingsstelsel: | 6 724 | 5 198 | 262 | 5 460 |
Beleid (mede) van toepassing op de rijkshuisvesting en de doelmatige werking van het rijkshuisvestingsstelsel | 2 963 | 2 660 | 183 | 2 843 |
Onderzoek Rgd | 577 | 577 | 35 | 612 |
Coördinatie rijksopdrachtgeverschap in de bouw | 2 412 | 1 189 | 43 | 1 232 |
Energiebesparing rijkshuisvesting | 772 | 772 | 1 | 773 |
Duurzaam bouwen rijkshuisvesting | 0 | 0 | 0 | |
De architectonische kwaliteit stimuleren en monumenten beheren: | 17 811 | 17 839 | – 538 | 17 301 |
Stimuleren architectonische kwaliteit | 4 433 | 4 749 | 217 | 4 966 |
Beheer monumenten in rijksbezit | 13 378 | 13 090 | – 755 | 12 335 |
Huisvesten van het Koninklijk Huis, de Hoge Colleges van Staat en het ministerie van Algemene Zaken: | 73 221 | 104 132 | – 4 846 | 99 286 |
Onderhoud HCvS/AZ | 6 384 | 5 850 | – 414 | 5 436 |
Investeringen HCvS/AZ | 28 154 | 52 192 | – 6 753 | 45 439 |
Huren HCvS/AZ | 2 563 | 2 794 | – 147 | 2 647 |
Asbestsanering | 0 | 0 | 0 | |
Paleizen | 28 517 | 35 617 | 1 531 | 37 148 |
Functionele kosten Koninklijk Huis | 7 603 | 7 679 | 937 | 8 616 |
Ontvangsten: | 357 | 4 857 | 4 857 |
Een toelichting op de belangrijkste mutaties binnen dit artikel is terug te vinden in het verdiepingshoofdstuk van de ontwerpbegrotng 2007, zijnde de zogenaamde miljoenennotamutaties.
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | 166 084 | 250 936 | 35 141 | 286 077 |
Uitgaven: | 370 502 | 465 765 | 29 618 | 495 383 |
Programma: | 205 550 | 268 312 | 1 280 | 269 592 |
Betaalbare woonkeuze koop- en huursector | 24 326 | 24 167 | 1 500 | 25 667 |
Budget BWS 1992–1994 | 149 082 | 150 182 | 0 | 150 182 |
Woningbouw en duurzame kwaliteit | 0 | 0 | 0 | |
Huisvesting gehandicapten en woon-zorg | 16 267 | 19 067 | 223 | 19 290 |
Communicatie-instrumenten | 7 815 | 7 815 | – 1 005 | 6 810 |
Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StaB) | 4 759 | 4 817 | 124 | 4 941 |
Overige vastgoedinformatievoorziening | 2 000 | 4 000 | 36 | 4 036 |
Ruimtelijk Planbureau | 1 301 | 1 301 | 22 | 1 323 |
Programma/onderzoek Gemeenschappelijk Ontwikkelingsbedrijf (GOB) | 0 | 0 | 0 | 0 |
Programma/onderzoek Milieu en Natuur Planbureau (MNP) | 0 | 0 | 0 | 0 |
Afkoop subsidies DGW regelingen | 0 | 56 963 | 380 | 57 343 |
Apparaat: | 164 952 | 197 453 | 28 338 | 225 791 |
Departementsleiding, control, expertdiensten en overige staf: | 35 701 | 57 386 | 7 770 | 65 156 |
Apparaat DGW | 2 374 | 1 709 | 131 | 1 840 |
Apparaat DGR | 2 409 | 4 369 | – 590 | 3 779 |
Apparaat DGM | 2 458 | 2 476 | – 432 | 2 044 |
Apparaat Inspectie | 304 | 0 | 9 | 9 |
Apparaat departementsleiding, control en overig staf | 22 822 | 21 432 | – 2 914 | 18 518 |
Apparaat Ruimtelijk Planbureau (RPB) | 5 334 | 5 357 | – 221 | 5 136 |
Apparaat Milieu en Natuur Planbureau (MNP) | 0 | 22 043 | 11 787 | 33 830 |
Raden: | 6 981 | 4 931 | 2 331 | 7 262 |
VROM-Raad | 1 989 | 2 036 | 22 | 2 058 |
Raad voor Ruimtelijk, Milieu- en Natuuronzoek | 1 133 | 980 | 195 | 1 175 |
Waddenadviesraad (WAR) | 601 | 708 | 5 | 713 |
Kenniscentrum Aanbesteding bouw (KCAB) | 2 316 | 0 | 12 | 12 |
Nederlandse Emissie Autoriteit (NEA) | 0 | 0 | 0 | |
Adviesraad Gevaarlijke Stoffen (AGS) | 942 | 942 | 105 | 1 047 |
Technische Commissie Bodembescherming (TCB) | 0 | 265 | 0 | 265 |
Gemeenschappelijk OntwikkelingsBedrijf (GOB) | 0 | 0 | 1 992 | 1 992 |
Postactieven: | 6 233 | 6 537 | 3 646 | 10 183 |
Postactieven DGW | 2 876 | 2 876 | 79 | 2 955 |
Postactieven DGR | 369 | 369 | 10 | 379 |
Postactieven DGM | 1 270 | 1 270 | 5 | 1 275 |
Postactieven Inspectie | 0 | 304 | 1 263 | 1 567 |
Postactieven RPB | 0 | 0 | 63 | 63 |
Postactieven GD/CSt | 1 718 | 1 718 | 2 226 | 3 944 |
Gemeenschappelijke voorzieningen: | 116 037 | 128 599 | 14 591 | 143 190 |
Gemeenschappelijke voorzieningen | 90 185 | 102 747 | 14 126 | 116 873 |
Huurbijdrage aan RGD | 25 852 | 25 852 | 465 | 26 317 |
Ontvangsten: | 22 424 | 26 424 | 37 983 | 64 407 |
Instrument: Betaalbare woonkeuze koop- en huursector
Minder intrekkingen dan geraamd bij de oude eigen woningen (EW) regelingen leiden dit jaar tot hogere uitgaven.
Instrument: Budget BWS 1992–1994
Het ligt niet in de verwachting dat de op VROM opgelegde ramingbijstelling op dit instrument kan worden ingevuld.
Instrument: Huisvesting gehandicapten en woon-zorg
Voor de huisvesting van gehandicapten zijn in het verleden bijdragen verstrekt aan de financiering van benodigde aanpassingen. Bij het verbreken van de band met de voorzieningen (bijvoorbeeld als gevolg van een verhuizing) worden verplichtingen afgekocht met de subsidieontvanger. In het jaar 2006 zijn meer bijdragen afgekocht dan geraamd, met een aanpassing van € 1,5 mln tot gevolg. Bij de woon-zorg stimuleringsregeling wordt als gevolg van een langere doorlooptijd van subsidieaanvragen € 2,5 mln aan uitgavenbudget doorgeschoven naar 2007.
Instrument: Afkoop subsidies DGW regelingen
De voorgenomen afkoop van vijf specifieke uitkeringen brengt uitvoeringskosten met zich mee.
Instrument: Communicatie-instrumenten
In 2006 is er € 1,0 mln minder aan communicatie besteed als gevolg van onder meer het geen doorgang hebben van de Postbus 51-campagne «huurbeleid» en een verlate aanbesteding van het distributiehuis.
Instrument: Apparaat departementsleiding, control en overige staf
Deze mutatie van € 2 mln is een correctie op een mutatie bij de 1ste suppletore begroting 2006 in het kader van de vervanging van een financieel systeem.
Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG)
In 2006 worden voor het project BAG een aantal contracten voor 2007 gesloten. Hiervoor wordt verplichtingenruimte van € 6,5 mln van meerdere jaren naar 2006 gehaald.
Digitale Uitwisseling Ruimtelijke Plannen (DURP)
Het project DURP sluit aan op het Project Digitale Plannen (PDP). PDP is nog niet afgesloten, derhalve loopt het project DURP vertraging op van € 1 mln en kan het niet eerder dan in 2007 gestart worden.
Toekenning financiële prikkel belfubogesprekken
Dit budget wordt door BZK ter beschikking gesteld. De VROM-dienstonderdelen komen in aanmerking voor een deel van dit budget als met alle per 31 december 2005 daar werkzame medewerkers, die langer dan zes maanden werkzaam zijn bij VROM, tenminste één geregistreerd functioneringsgesprek is gevoerd in het jaar 2005. Met deze mutaties wordt het budget over de diensten verdeeld.
Instrument: Programma of Apparaat RPB
Het RPB loopt vertraging op ten bedrage van € 0,3 mln als gevolg van het niet tijdig leveren van data. Het gaat om bestanden die gebruikt worden voor diverse onderzoeken die zij uitvoeren bijvoorbeeld bestanden voor ruimtelijk onderzoek, adres locaties en kaartmateriaal van het Kadaster, bestanden mbt winkellocaties etc. die niet tijdig door de leverancier geleverd kunnen worden, waardoor verplichtingenruimte en uitgavenruimte van het RPB doorgeschoven moeten worden naar 2007.
Op basis van van meerjarige afspraken met VWS/RIVM met betrekking tot opdrachten aan MNP voor strategische onderzoeken (SOR) worden extra ontvangsten gerealiseerd van € 4,460 mln. Deze onderzoeken maken deel uit van het werkprogramma MNP. Het betreft o.a. onderzoek naar de kwaliteit van leven, de rol van de natuur in waardeoriëntaties van burgers, en onderzoeken op het gebied van interactie tussen natuur en de voedsel- en energievoorziening.
Vervolgprogramma Klimaatonderzoek [€ – 1 500 vp en kas]
Bij de overgang van het batenlastenstelsel naar een kas – verplichtingenstelsel is het niet mogelijk een financiële reserve aan te houden. Ultimo 2005 had het MNP een financiële reserve om projecten af te ronden, waarvan de financiering al grotendeels was ontvangen; het zogenaamde onderhanden werk. Een belangrijk project binnen het onderhanden werk is het Nederlands Vervolgprogramma KlimaatOnderzoek (NVKO). In dit project is vertraging opgelopen, waardoor een kasschuif naar 2007 van € 1,5 mln noodzakelijk is.
Instrument: Gemeenschappelijke Ontwikkelingsbedrijf
In 2006 is € 2,4 mln nodig voor de personele en materiële uitgaven van het nieuwe opgerichte GOB. Vanaf 2007 is structureel € 2,65 mln beschikbaar gesteld voor de apparaatskosten van het GOB. Voor 2006 heeft VROM zelf budget beschikbaar gesteld.
Instrument: Postactieven GD/CSt
Dit budget is abusievelijk op het verkeerde instrument (Gemeenschappelijke Voorzieningen) geplaatst en wordt nu op de juiste instrumenten voor «postactieven» geplaatst. In de 1ste suppletore begroting 2007 zal de meerjarige reeks eveneens worden overgeheveld naar de juiste instrumenten.
Instrument: Gemeenschappelijke voorzieningen
In 2005 is afgesproken dat de Rgd € 1,4 mln meer zal bijdragen aan de producten en diensten die VROM levert aan de Rgd. Tegenover deze extra ontvangsten staan extra uitgaven, die reeds eerder zijn toegevoegd aan de Gemeenschappelijke Voorzieningen ten laste van het specifieke beeld. Nu de ontvangsten van de Rgd daadwerkelijk worden gerealiseerd kunnen de instrumenten waaruit de uitgaven aanvankelijk zijn voorgeschoten weer worden aangevuld.
Kasschuif Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG]
In 2006 hebben de Belastingdienst en het ministerie van BZK een bijdrage geleverd van totaal € 3,0 mln voor BAG. Het project BAG heeft een deel van deze kasbudgetten pas in 2007 nodig, waardoor het budget van € 1,9 mln verschoven moet worden naar 2007. In 2006 is BAG wel meer verplichtingen aangegaan, waardoor het verplichtingenbudget wel volledig wordt uitgeput.
ICT-projecten, onderhoud gebouwen en P-direct
Een aantal ICT-projecten en investeringen, het onderhoud van gebouwen en de uitvoering van P-direct zijn vertraagd, waardoor een onderuitputting in 2006 wordt gerealiseerd van ca € 4,5 mln. In alle gevallen betreft het projecten die gepland staan in 2007.
In 2006 zijn nog 8 fte aan herplaatsers na de reorganisatie «Zeus» in het project «Matchpoint» aanwezig. Matchpoint heeft tot doel om ww-uitkering te vermijden door flankerend beleid aan te bieden. Voor deze 8 medewerkers vond, gelet op werkzaamheden die ze deden, uitstel plaats waardoor ze in een latere fase herplaatser werden en dus nu pas middelen van € 0,8 mln nodig zijn. Het project loopt in 2007 af (€ 300 in 2007).
Inhuur externen via Gemeenschappelijke Dienst
In het interne sturingsmodel MarktAnaloge Bedrijfsvoering huurt de Gemeenschappelijke Dienst (GD) externen in voor alle onderdelen van VROM. De GD is feitelijk een intermediair en de diensten blijven verantwoordelijke voor de inhuur van de externen. De GD belast deze uitgaven door aan de diensten.
Doorbelasting opleidingen VAED van diverse diensten
De VAED heeft in opdracht van de Diensten opleidingen trainingen verzorgd, die nu aan de diensten in rekening worden gebracht. Conform de gemaakte afspraken binnen VROM in het kader van MarktAnaloge Bedrijfsvoering belast de GD deze uitgaven door aan de diensten. De GD heeft hiervoor zelf geen budget en moet de gemaakte kosten derhalve verhalen op de opdrachtgever.
Vanwege de grote vraag van VROM naar communicatiemedewerkers stellen alle diensten extra budget ter beschikking ter bekostiging van de inhuur van extra medewerkers voor communicatiedoeleinden.
Productgebonden kosten van diverse diensten
In het interne sturingsmodel MarktAnaloge Bedrijfsvoering financiert de Gemeenschappelijke Dienst (GD) uit efficiëntieoverweging zogenaamde «productgebonden kosten» voor. De GD belast deze kosten door aan de diensten, omdat de diensten beschikken over de benodigde budgetten.
Extra ontvangsten Rgd, NEa in verband met productgebonden kosten
De Rgd en de NEa betalen middels een factuur extra kosten ad € 3,2 mln die de GD voor hen maakt in verband met inhuur, productgebonden kosten en opleidingen VAED. Tegenover deze ontvangsten staan reële extra uitgaven.
Inhuur externen via Gemeenschappelijke Dienst
In het interne sturingsmodel MarktAnaloge Bedrijfsvoering huurt de Gemeenschappelijke Dienst (GD) externen in voor alle onderdelen van VROM. De GD belast per 2de suppletore begroting en per Slotwet deze uitgaven door aan de diensten. De GD is feitelijk een intermediair en de diensten blijven verantwoordelijke voor de inhuur van de externen.
De volgende grootste mutaties vinden plaats bij de ontvangsten:
Correctie artikelbelasting restitutie LS Delft
De terugvordering van de locatiesubsidie Delft Tanthof wordt verantwoord op dit artikel met een overboeking van het artikel 2 «Stimuleren van voldoende woningen, een duurzame en gedifferentieerde woningvoorraad en leefbare woonmilieus» tot gevolg.
Terugvorderingen BWS 1992–1994
Uit de eindrapportages van het Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS) voor de jaren 2001–2004 komt naar voren dat niet alle budgetten integraal zijn besteed. Deze niet bestede budgetten worden teruggevorderd. Dit heeft tot gevolg dat een bedrag van € 3,5 mln dit jaar wordt ontvangen. Daarnaast is sprake van enkele incidentele terugvorderingen bij de Woon-zorg stimuleringsregeling ter grootte van in totaal € 1,1 mln.
PIA Inkooptaakstelling op huisvesting
De Rgd is van plan deze efficiencytaakstelling in te vullen door een uitbreiding van het planmatig onderhoud aan gebouwen, waarvoor de te maken additionele apparaatskosten door het agentschap niet (volledig) zullen worden doorberekend. Tot het moment dat dit gerealiseerd is, de opslag apparaat in de gebruiksvergoeding moet nog worden aangepast, is een directe inkomensoverdracht van € 2,7 mln door de Rgd aan het moederdepartement VROM gedaan.
Afwijking regelgeving eindafrekening Besluit Woninggebonden Subsidies
In het Besluit Woninggebonden Subsidies (BWS) is onder meer de bepaling opgenomen dat de (in het verleden) toegekende budgetten voor 01-01-2005 besteed moeten zijn en dat niet bestede budgetten worden teruggevorderd. Bij de afhandeling van de eindrapportages BWS is bij zes budgethouders geconstateerd dat, als gevolg van gemaakte administratieve fouten, sprake was van een restantbudget.
In afwijking van de regelgeving is besloten het restantbudget van deze budgethouders niet terug te vorderen en de zes regio’s in de gelegenheid te stellen deze gelden in te zetten binnen de doelstelling van het BWS. Het betreft een totaalbedrag van circa € 870 000.
Artikel 15. Nominaal en onvoorzien
(1) | (2) | (3) | (4)=(2+3) | |
---|---|---|---|---|
Stand ontwerp-begroting 2006 | Stand 1e suppletore begroting 2006 | Mutaties 2e suppletore begroting 2006 | Stand 2e suppletore begroting 2006 | |
Verplichtingen: | – 682 | 16 789 | – 19 445 | -2 656 |
Uitgaven: | 1 818 | 11 438 | – 11 524 | – 86 |
Programma: | 1 818 | 11 438 | – 11 524 | – 86 |
Loonbijstelling: | 3 707 | 5 235 | – 5 235 | 0 |
Loonbijstelling | 3 707 | 5 235 | – 5 235 | 0 |
Prijsbijstelling: | 5 808 | 8 378 | – 8 378 | 0 |
Prijsbijstelling | 5 808 | 8 378 | – 8 378 | 0 |
Onvoorzien: | 3 684 | 1 452 | 7 | 1 459 |
Onvoorzien | 3 684 | 1 452 | 7 | 1 459 |
Nog te verdelen: | – 11 381 | – 3 627 | 2 082 | – 1 545 |
Nog nader te verdelen taakstellingen | – 8 872 | – 12 118 | 3 465 | – 8 653 |
Nog nader te verdelen overig | – 2 509 | 8 491 | – 1 383 | 7 108 |
Dit betreft het laatste gedeelte aan loonbijstelling dat VROM heeft ontvangen van BZK uit het akkoord CAO Rijk 2005–2006. Bij 1e suppletore begroting 2007 wordt de meerjarige reeks 2007 en verdere jaren verdeeld binnen de VROM-begroting.
Zie toelichting bij ontwerpbegroting 2007: Betreft de toebedeling van de prijsbijstelling aan de verschillende instrumenten op de VROM begroting.
Instrument: Nog nader te verdelen taakstellingen
VROM levert voor € 9,8 mln dekking voor de tegenvallers bij de huurtoeslag.
Wetsartikel 2 Begroting Baten- en lastendienst (Rijksgebouwendienst)
De hier gemelde anticiperende handelingen door de Rijksgebouwendienst hebben geen gevolgen voor de begroting van baten en lasten, de staat van kapitaaluitgaven en -ontvangsten en het kasstroomoverzicht van de baten-lastendienst Rijksgebouwendienst. Om die reden zijn deze cijfermatige overzichten niet opgenomen in deze 2e suppletore begroting.
Anticiperende handelingen door de baten-lastendienst Rijksgebouwendienst
Om de transparantie in de besteding van middelen voor anticiperend handelen te bevorderen is in het Beleidskader anticiperend handelen in vastgoed (Kst 2001–2002, 27 581, nr. 31) vastgelegd dat in de suppletore begrotingswetten of departementale jaarverslagen wordt aangegeven in welek mate anticiperende handelingen zijn verricht. In dat kader worden vier van dergelijke handelingen gemeld.
1. Renovatie kantoorgebouw Westraven in Utrecht.
Er is 12 300 m2 extra ruimte anticiperend gerealiseerd bij de renovatie van het kantoorgebouw «Westraven». Inmiddels is deze ruimte afgenomen door Rijkswaterstaat. Indien voor Rijkswaterstaat elders in deze omgeving vergelijkbare ruimte gerealiseerd had moeten worden, zou dat ruim € 17,5 mln duurder zijn uitgevallen.
2. Aankoop terrein in Roermond
De grond (700 m2) is in 2002 vroegtijdig aangekocht en is inmiddels in gebruik als parkeerterrein voor het ministerie van Justitie. Grote voordeel is dat op deze wijze parkeerfaciliteit direct naast het gebouw is gerealiseerd. Dit komt het interne bedrijfsproces van Justitie aldaar ten goede.
3. Huur van een pand in het centrum van Utrecht
In Utrecht is nabij het Centraal Station het pand «La Vie» anticiperend gehuurd voor een periode van 5 jaar. Het pand is momenteel volledig verhuurd. Gezien de actuele huurprijzen in dit gebied heeft deze anticiperende huur en voordeel opgeleverd van ongeveer € 250 000.
4. Huur enige etages in de Hoftoren in Den Haag
De bovenste etages van het pand «De Hoftoren» zijn anticiperend in eigendom ontwikkeld. Hierdoor is flexibele werk- en vergaderruimte beschikbaar voor overheidsdiensten en internationale organisaties. Dit draagt bij aan een efficiënte bedrijfsvoering van deze diensten. Tot op heden is de exploitatie kostendekkend.