In de onderstaande tabel worden de mutaties op artikel 1 Financiering Staatsschuld weergegeven.
Budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 1 Financiering Staatsschuld
Algemene beleidsdoelstelling: Schuldfinanciering tegen zo laag mogelijke rentekosten onder acceptabel risico voor de begroting. | Stand Ontwerpbegroting 2011 | Mutaties 1e suppletore begroting 2011 | Stand 1e suppletore begroting 2011 | Mutatie 2012 | Mutatie 2013 | Mutatie 2014 | Mutatie 2015 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
(1) | (2) | (3)=(1)+(2) | |||||
Totaal Uitgaven | 39 308 | 5 050 | 44 358 | 704 | 2 529 | 6 834 | 585 |
Totaal Programma-uitgaven | 39 285 | 5 050 | 44 335 | 704 | 2 529 | 6 834 | 585 |
Waarvan rentelasten vaste schuld | 9 689 | 91 | 9 780 | – 166 | 152 | 328 | 598 |
Waarvan rentelasten vlottende schuld | 1 740 | – 679 | 1 061 | – 330 | – 423 | – 511 | – 561 |
Waarvan aflossing vaste schuld | 27 856 | 0 | 27 856 | 1 200 | 2 800 | 7 017 | 548 |
Waarvan mutatie vlottende schuld | 0 | 5 638 | 5 638 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal Apparaatuitgaven | 23 | 0 | 23 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Waarvan apparaatuitgaven | 6 | 0 | 6 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Waarvan overige kosten schulduitgifte | 17 | 0 | 17 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal Ontvangsten | 51 060 | – 964 | 50 096 | 1 163 | 2 771 | 6 992 | 524 |
Totaal Programma-ontvangsten | 51 060 | – 964 | 50 096 | 1 163 | 2 771 | 6 992 | 524 |
Waarvan rentebaten vaste schuld | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Waarvan rentebaten vlottende schuld | 79 | 17 | 96 | 11 | 21 | 32 | 33 |
Waarvan uitgifte vaste schuld | 50 981 | – 981 | 50 000 | 1 152 | 2 749 | 6 961 | 491 |
Toelichting
Algemeen
De totale uitgaven en ontvangsten zijn opgebouwd uit drie onderdelen. Ten eerste worden de rentelasten en rentebaten verantwoord. Hierbinnen wordt onderscheid gemaakt tussen de rentelasten vaste schuld (schuld met een oorspronkelijke looptijd van langer dan een jaar) en de rentelasten vlottende schuld (looptijd korter dan een jaar). Ten tweede zijn de aflossing en de uitgifte van vaste schuld en de mutatie vlottende schuld in de tabel opgenomen. De derde en verreweg de kleinste post betreft de apparaatsuitgaven. Deze bestaat uit de apparaatsuitgaven, kosten betalingsverkeer en kosten voor fees samenhangend met de uitgifte van schuld.
Toelichting op de raming van de programmauitgaven en -ontvangsten
Rentelasten
De rentelasten vlottende schuld komen in 2011 naar verwachting aanzienlijk lager uit dan eerder geraamd. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de neerwaartse bijstelling van de rekenrente (van 1,75% naar 1,25%) en de meevallende kastekorten. De rentelasten vaste schuld komen in 2011 naar verwachting iets hoger uit. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door het afsluiten van nieuwe swaps.
Rentebaten
Er treden alleen rentebaten vaste schuld op, als er per saldo rentebaten op de (langlopende) swaps gerealiseerd worden. Dit is naar verwachting niet het geval.
De iets hogere rentebaten vanwege de vlottende schuld worden grotendeels veroorzaakt door de nieuw afgesloten kortlopende swaps.
Uitgifte en aflossing vaste schuld en mutatie vlottende schuld
De meevallende tekorten en verwerking van het financieringsplan leiden tot gewijzigde ramingen voor de uitgifte van vaste schuld en de mutatie van de vlottende schuld. De uitgifte van vaste schuld zal naar verwachting circa € 50 mld bedragen. Het niveau van de vlottende schuld zal volgens de huidige inzichten dalen met € 5,6 mld.
In de onderstaande tabel worden de mutaties op artikel 2 Kasbeheer weergegeven. Deze hebben betrekking op de schuldverhouding tussen de minister van Financiën en de instellingen die aan de schatkist zijn gelieerd alsmede op het betalingsverkeer van de Rijksoverheid.
Budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 2 Kasbeheer
Algemene beleidsdoelstelling: Het optimaliseren van het kasbeheer van het Rijk en van de instellingen die aan de schatkist zijn gelieerd. | Stand Ontwerpbegroting 2011 | Mutaties 1e suppletore begroting 2011 | Stand 1e suppletore begroting 2011 | Mutatie 2012 | Mutatie 2013 | Mutatie 2014 | Mutatie 2015 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
(1) | (2) | (3)=(1)+(2) | |||||
Totaal Uitgaven | 2 361 | 2 474 | 4 835 | – 525 | – 400 | – 734 | – 688 |
Totaal Programma-uitgaven | 2 361 | 2 474 | 4 835 | – 525 | – 400 | – 733 | – 688 |
Rentelasten | 119 | 65 | 184 | 135 | 77 | 0 | 0 |
Verstrekte leningen | 818 | 183 | 1 001 | 233 | 32 | 30 | 4 |
Mutaties in rekening-courant en deposito’s | 1 424 | 2 226 | 3 650 | – 982 | – 509 | – 763 | – 691 |
Totaal Apparaatuitgaven | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal Ontvangsten | 1 525 | 411 | 1936 | 442 | 30 | – 1 | – 166 |
Totaal Programma-ontvangsten | 1 525 | 411 | 1 936 | 442 | 30 | – 1 | – 166 |
Rentebaten | 450 | 71 | 520 | – 20 | – 139 | – 294 | – 350 |
Ontvangen aflossingen | 1 076 | 340 | 1 416 | 462 | 169 | 295 | 184 |
Mutaties in rekening-courant en deposito’s | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Algemeen
De totale uitgaven en ontvangsten zijn opgebouwd uit vier onderdelen: (1) rentelasten en rentebaten, (2) mutaties in leningen en aflossingen, (3) mutaties in rekening-courant en deposito’s en (4) apparaatsuitgaven. Onder de rentelasten vallen de rentebetalingen aan baten-lastendiensten, RWT’s en sociale fondsen over de bij het Rijk aangehouden rekening-couranttegoeden en deposito’s. De rentebaten bestaan vrijwel geheel uit renteontvangsten over aan baten-lastendiensten en RWT’s verstrekte leningen. Mutaties in leningen, aflossingen, rekening-courant en deposito’s bepalen de mutaties in de schuldverhouding van het Rijk met baten-lastendiensten, RWT’s en sociale fondsen in het kader van geïntegreerd middelenbeheer.
Uit de algemene beleidsdoelstelling links bovenaan in de tabel zijn twee operationele doelstellingen afgeleid. De operationele doelstellingen zijn:
-
1. Het kasbeheer van de rijksoverheid en de aan haar gelieerde instellingen doelmatig inrichten.
-
2. Het betalingsverkeer van het Rijk betrouwbaar en efficiënt afwikkelen.
Rentelasten en rentebaten
Zowel de rentelasten als de rentebaten zijn iets hoger dan verwacht. De mutatie in de rentelasten wordt grotendeels veroorzaakt door ontwikkelingen bij de sociale fondsen. Het leeuwendeel van de hogere rentebaten wordt verklaard doordat er meer leningen aan RWTs en derden zijn verstrekt dan geraamd.
Mutaties in rekening-courant en deposito’s
De mutatie op de saldi rekening-courant en deposito’s aan de uitgavenkant worden naar verwachting in 2011 hoger om vervolgens na 2012 weer af te nemen. Dit betekent dat er in 2011 minder middelen in de schatkist worden aangehouden en dat dit vanaf 2012 naar verwachtig weer toe zal nemen. Dit wordt voor het leeuwendeel veroorzaakt door de ontwikkelingen bij de sociale fondsen.
Verstrekte leningen en aflossingen
De mutatie bij de aflossingen wordt voor het leeuwendeel veroorzaakt door de aflossingen van de lening die aan het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verstrekt in kader van de overname van de Antilliaanse schuldtitels.