A. Algemene doelstelling
Het Kabinet van de Koning ondersteunt als kleine, eigenstandige overheidsorganisatie de Koning ten behoeve van de uitoefening van diens constitutionele taken en fungeert als schakel tussen de Koning en de overige leden van de regering en bestuurlijke autoriteiten. Het Kabinet van de Koning valt onder de ministeriële verantwoordelijkheid van de Minister-President.
Taken
De taken van het Kabinet van de Koning omvatten met name:
-
a. Informeren van de Koning ten behoeve van zijn gesprekken met binnenlandse en buitenlandse hoogwaardigheidsbekleders, staats- en andere buitenlandse bezoeken, bezoeken aan andere landen van het koninkrijk en werkbezoeken. Voorbeelden van ontvangsten zijn het aanbieden van geloofsbrieven door ambassadeurs van andere landen en het beëdigen van hoge functionarissen waarvoor in de wet is vastgelegd dat dit geschiedt ten overstaan van de Koning. Bezoeken van de Koning omvatten, naast de genoemde buitenlandse bezoeken, onder meer werkbezoeken met Ministers en Staatssecretarissen en streekbezoeken.
-
b. Tijdig en in correcte vorm aan de Koning ter tekening voorleggen van alle door de ministeries en de Staten-Generaal aangeboden stukken en het verzorgen van de daarbij behorende correspondentie.
-
c. Opstellen en overbrengen van boodschappen aan andere staatshoofden en aan internationale autoriteiten.
-
d. Behandelen en doorgeleiden van aan de Koning gerichte verzoekschriften. Deze brieven worden bij het Kabinet van de Koning aan de hand van een analyse van de onderhavige problematiek overgedragen aan de bewindspersoon die verantwoordelijk is voor het beleidsterrein.
-
e. Registreren, bewaren en aan het Nationaal Archief overdragen van wetten en koninklijke besluiten.
De personele inzet voor de uitvoering van deze taken bedraagt 25,5 fte.
B. Rol en verantwoordelijkheid
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, is verantwoordelijk voor het beheer van de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning. Tussen het Ministerie van Algemene Zaken en het Kabinet van de Koning zijn afspraken gemaakt over de dienstverlening van het ministerie en de van toepassing zijnde planning & controlcyclus.
C. Beleidswijzigingen
N.v.t.
D. Budgettaire gevolgen
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2016 | 2.343 | 2.326 | 2.309 | 2.310 | 2.312 | ||
Mutaties 1e suppletoire begroting 2016 | 93 | 64 | 63 | 63 | 64 | 64 | |
Nieuwe mutaties: | |||||||
Extrapolatie | 2.312 | ||||||
Stand ontwerpbegroting 2017 | 2.354 | 2.436 | 2.390 | 2.372 | 2.373 | 2.376 | 2.376 |
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2016 | 2.343 | 2.326 | 2.309 | 2.310 | 2.312 | ||
Mutaties 1e suppletoire begroting 2016 | 93 | 64 | 63 | 63 | 64 | 64 | |
Nieuwe mutaties: | |||||||
Extrapolatie | 2.312 | ||||||
Stand ontwerpbegroting 2017 | 2.355 | 2.436 | 2.390 | 2.372 | 2.373 | 2.376 | 2.376 |
E. Toelichting artikelonderdeel
De uitgaven van het Kabinet van de Koning worden rechtstreeks doorbelast naar de begroting van de Koning. Deze doorbelasting leidt tot ontvangsten op de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning.