Voor het Ministerie van Algemene Zaken en de Minister-President staan, overeenkomstig artikel 45 van de Grondwet, het algemene regeringsbeleid en de bevordering van de eenheid daarvan, centraal.
Het kabinet is sinds d.d. 7 juli 2023 demissionair. De minister-president en alle ministers en staatssecretarissen hebben hun ontslag ingediend bij de Koning. De Koning heeft deze ontslagaanvraag in overweging genomen, en het demissionaire kabinet gevraagd te blijven doen wat noodzakelijk is. In het debat met de Tweede Kamer op d.d. 10 juli 2023 is besproken dat het kabinet in ieder geval missionair blijft ten aanzien van de steun aan Oekraïne in de strijd tegen de Russische agressie, de verdere aanpak van zowel het toeslagenschandaal als de gevolgen van de aardgaswinning in Groningen en de verdere afwikkeling van de ramp met het toestel MH17. Verder geeft het kabinet met zijn leden tegen de achtergrond van het voorgaande uitvoering aan (grond)wettelijke taken en internationale verplichtingen.
Meer in het bijzonder zijn voor het Ministerie van Algemene Zaken gezien de portefeuille van de Minister-President in algemene zin de volgende onderwerpen relevant.
Veiligheid
Nederland dient zich in toenemende mate te verhouden tot nationale en internationale ontwikkelingen die de veiligheid van ons land direct raken. Dreigingen voor de nationale veiligheid nemen toe in complexiteit en veranderlijkheid. Ook groeit de verwevenheid tussen internationale conflicten en de nationale veiligheid1. Met de oorlog in Oekraïne woedt een conflict in Europa met grote gevolgen voor de internationale veiligheid waarvan ook Nederland direct de gevolgen ondervindt. Tegelijkertijd zijn ook andere dreigingen aan de buitengrenzen van Europa, voortvloeiend uit instabiliteit in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, onverminderd aanwezig. Ook de veranderende geopolitieke verhoudingen tussen de oude en nieuwe mondiale grootmachten raken aan de Nederlandse nationale veiligheid. Mede daarom besloot het kabinet in 2022 tot instelling van de Nationale Veiligheidsraad (NVR), wat een directe uitwerking is van het coalitieakkoord ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’. De NVR is een nieuwe onderraad en vormt een aanvulling op de reeds bestaande Raad Veiligheid en Inlichtingen (RVI) en de Raad Defensie en Internationale, Nationale en Economische Veiligheid (RDINEV). De NVR biedt ruimte voor strategische en verdiepende multidisciplinaire analyses, die inmiddels meermaals en over diverse thema’s plaatsgevonden hebben.
Een terroristische aanslag in Nederland blijft voorstelbaar, want de dreiging is aanzienlijk en in de eerste helft van 2023 zelfs toegenomen. Een gezamenlijk overheidsoptreden blijft daarom essentieel. Dat reikt van onderkennen van dreigingen, verstoring van aanslagplannen, strafvervolging en detentie tot begeleiding, deradicalisering en re-integratie. De grootste dreiging komt nog altijd uit jihadistische kring, maar rechtsradicalisme en verder opkomend anti-institutioneel extremisme vormen eveneens in toenemende mate een punt van zorg.
Digitale processen zijn tegenwoordig onmisbaar voor het ongestoord en naar behoren functioneren van onze maatschappij. De digitale en fysieke wereld zijn meer dan ooit met elkaar verweven. Cyberaanvallen op onze digitale infrastructuur tasten het functioneren van onze samenleving dan ook aan en kunnen zelfs leiden tot verlamming ervan. Digitale weerbaarheid blijft dus ook voor onze nationale veiligheid van groot belang, temeer omdat ook de digitale dreiging groot blijft en de aard van de dreiging veranderlijk is. Hetzelfde geldt voor economische en kennisveiligheid. Het is ons nationale belang om de verworvenheden van de interne markt, het multilaterale handelsstelsel en de vrijheid van onderwijs en onderzoek overeind te houden, maar tegelijkertijd te werken aan onze weerbaarheid ten aanzien van de kwetsbaarheden die een open economie en vrije kenniscultuur met zich meebrengen. Misbruik daarvan mag niet leiden tot aantasting van onze nationale veiligheid. Ongewenst kennisverlies, oneigenlijke concurrentie en ongewenste strategische afhankelijkheden moeten waar mogelijk worden voorkomen. Daartoe wegen we economische, kennis- en veiligheidsbelangen zowel op nationaal, Europees als mondiaal niveau.
Buitenland
Nederland is een relatief klein en open land en investeren in internationale samenwerking is voor ons daarom van cruciaal belang. Ten eerste is dit van financieel-economisch belang, gezien de nauwe handelsbanden die Nederland wereldwijd onderhoudt. Daarnaast heeft Nederland internationaal een boodschap uit te dragen op het gebied van rechtsstaat, mensenrechten en verduurzaming. Tot slot heeft Nederland als klein welvarend land belang bij een stabiele wereldorde, gebaseerd op goed functionerende multilaterale instellingen. Vanuit deze uitgangspunten zet Nederland in op een constructieve houding in de VN, de NAVO, de EU en in andere multi- en bilaterale samenwerkingsverbanden. De oorlog in Oekraïne heeft eens te meer het belang benadrukt van onze inbedding in deze verbanden. Vooral de relevantie van de NAVO is weer duidelijk voor het voetlicht gekomen, en investeringen in Defensie, waar mogelijk in samenwerking met NAVO-partners, zullen de komende jaren verder vorm moeten krijgen.
Bij veel van de vraagstukken waar Nederland de komende periode voor staat, speelt de EU blijvend een essentiële rol. Denk aan klimaatverandering, digitalisering, migratie, interne veiligheid en defensie. De versterking van de economie en werkgelegenheid moet gepaard gaan met verduurzaming en digitalisering. Voor al deze uitdagingen geldt dat een handelingsbekwame Unie van groot belang is. Sterke lidstaten zijn de basis van een sterke Unie. Voor Nederland blijft het belangrijk dat lidstaten de benodigde structurele hervormingen daadwerkelijk doorvoeren om zo economisch sterker en weerbaarder te worden. De Green Deal en de digitale strategie van de Europese Commissie vormen de basis voor de versterking van de concurrentie- en innovatiekracht van de Unie. De Unie is sterk als de fundamenten van goed bestuur en de democratische rechtsstaat stevig zijn verankerd in de lidstaten en de instellingen, en lidstaten gemaakte afspraken nakomen.
Tegen deze achtergrond zal Nederland zich ervoor blijven inzetten dat in Europees verband voortgang wordt geboekt op de eigen prioriteiten. Het gaat daarbij om het realiseren van de EU als krachtige geopolitieke speler, het stimuleren van de opwaartse sociale en economische convergentie en het versterken van de rechtsstaat en goed bestuur. Binnen deze agenda zijn een slagvaardige migratieaanpak, een toekomstgerichte agenda voor veiligheid, een sterke en duurzame economie, een effectief klimaatbeleid, digitalisering en een EU die de eigen belangen en waarden verdedigt in de wereld belangrijke thema’s. Nederland zal eveneens aandacht blijven vragen voor het functioneren van de EU, zowel wat betreft de instellingen als de lidstaten, zodat concrete resultaten kunnen worden geboekt. Ook zal Nederland zich waar mogelijk inzetten voor nauwe samenwerking met het VK.
Het Ministerie van Algemene Zaken zet in 2024 de reeds ingezette verbeteringen van de informatiehuishouding voort. De middelen hiertoe worden toegekend in het kader van het Rijksbrede programma Open op Orde en bedragen € 840.000 voor 2024, 2025 en 2026. De toegekende middelen voor deze operatie worden besteed aan versterking van de personele capaciteit, het programmateam en waar nodig inhuur van specialisten – zoals voor emailarchivering. Het budget voor de verbetering van de informatiehuishouding wordt vooral besteed aan de versterking van het projectteam informatiehuishouding. Er zal verder gewerkt worden aan de het project emailarchivering, het openbaar maken van stukken en het vormgeven van het nieuwe Document Management Systeem (DMS) DIAZ. Daarnaast werkt het Ministerie van Algemene Zaken aan het bewustzijn op dit onderwerp door opleidingen en andere acties.
Thema | Type onderzoek | Afronding | Toelichting onderzoek | Begrotingsartikel |
---|---|---|---|---|
Communicatie: campagnes | Evaluatie onderzoek | 2024 | Jaarevaluatie campagnes 2023 | 1 |
Voor een verdere onderbouwing van de strategische evaluatie agenda zie «Bijlage 3: Uitwerking Strategische Evaluatieagenda».