In de onderstaande figuur is de verwachte ontwikkeling van de netto zorguitgaven voor de periode 2023 tot en met 2027 opgenomen. De netto zorguitgaven groeien in deze periode naar verwachting met € 27,0 miljard, van € 87,9 miljard in 2023 naar € 114,9 miljard in 2027.
Figuur 1 Verwachte ontwikkeling van de netto zorguitgaven 2023-2027 (in miljarden euro’s)
Bron: VWS
De groei van de netto zorguitgaven vanaf het jaar 2023 is voornamelijk het gevolg van de loon- en prijsontwikkelingen en maar deels door volumegroei en beleidsmatige ontwikkelingen.
In paragraaf 6.4.4 van het FBZ wordt nader ingegaan op de horizontale ontwikkeling van de zorguitgaven. Hierin wordt zowel de nominale als de reële groei in de afzonderlijke jaren opgenomen en wordt een uitsplitsing gemaakt voor de ontwikkeling van de Zvw en de Wlz.
De zorguitgaven onder het Uitgavenplafond Zorg zijn opgebouwd uit de geraamde premiegefinancierde zorguitgaven onder de Zorgverzekeringswet (Zvw), de Wet langdurige zorg (Wlz) en de begrotingsgefinancierde zorguitgaven (Wmo beschermd wonen en overige begrotingsgefinancierde zorguitgaven).
Bij Wmo beschermd wonen gaat het om middelen die via een integratie-uitkering in het gemeentefonds aan gemeenten beschikbaar worden gesteld. Deze middelen staan op de begroting van het gemeentefonds van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), maar vallen wel onder het Uitgavenplafond Zorg.
De overige begrotingsgefinancierde zorguitgaven betreffen het deel van de uitgaven die verantwoord wordt op de VWS-begroting, maar wel onder het Uitgavenplafond Zorg vallen. Tot deze categorie behoren onder meer een deel van de uitgaven aan zorgopleidingen, de uitgaven voor zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland en enkele subsidieregelingen. Ten slotte zijn een aantal middelen uit de Startnota, die onder het Uitgavenplafond Zorg vallen, opgenomen op de aanvullende post van het Ministerie van Financiën.
Tabel 1 toont de bruto en netto zorguitgaven en ontvangsten onder het Uitgavenplafond Zorg. De totale bruto zorguitgaven minus de eigen betalingen (Zvw) en de eigen bijdragen (Wlz) in de zorg vormen de netto zorguitgaven.
Omschrijving | 2024 |
Bruto zorguitgaven stand ontwerpbegroting 2024 | 103,4 |
Premiegefinancierd | 101,0 |
waarvan Zvw | 64,2 |
waarvan Wlz | 36,8 |
Begrotingsgefinancierd | 2,5 |
waarvan Wmo beschermd wonen | 1,6 |
waarvan overig begrotingsgefinancierd | 0,8 |
Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 | 5,7 |
waarvan eigen betalingen Zvw | 3,4 |
waarvan eigen bijdragen Wlz | 2,3 |
Netto zorguitgaven stand ontwerpbegroting 2024 | 97,8 |
1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal. | |
Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa. |
Figuur 2 Bruto zorguitgaven per financieringsbron als aandeel in de totale zorguitgaven 2024 (in %)
*Gemeentefonds/BZK
**Begroting VWS en aanvullende post Ministerie van Financiën
De netto zorguitgaven zijn de bruto zorguitgaven verminderd met de ontvangsten (eigen betalingen Zvw en eigen bijdragen Wlz).
In tabel 2 is vanaf de stand ontwerpbegroting 2023 de ontwikkeling van de netto zorguitgaven op hoofdlijnen te zien.
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | ||
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Netto zorguitgaven ontwerpbegroting 2023 | 89.432 | 95.011 | 99.587 | 104.969 | 109.905 |
2 | Bijstellingen | ‒ 1.571 | 2.742 | 2.941 | 3.752 | 4.997 |
Zorgverzekeringswet | ‒ 1.039 | 2.346 | 2.531 | 2.853 | 3.335 | |
Wet langdurige zorg | ‒ 186 | 1.144 | 1.104 | 1.566 | 2.076 | |
Begrotingsgefinancierd | ‒ 345 | ‒ 748 | ‒ 694 | ‒ 667 | ‒ 413 | |
3 | Netto zorguitgaven stand ontwerpbegroting 2024 (= 1+2) | 87.861 | 97.752 | 102.528 | 108.721 | 114.902 |
1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal. | ||||||
Bron: VWS |
Toelichting
Ten opzichte van de stand ontwerpbegroting 2023 zijn de netto zorguitgaven in 2023 neerwaarts bijgesteld met € 1,6 miljard en vanaf 2024 opwaarts bijgesteld met € 2,7 miljard in 2024 oplopend tot € 5,0 miljard in 2027.
In paragraaf 6.3 wordt de ontwikkeling van de netto zorguitgaven verder toegelicht.
Het Uitgavenplafond Zorg is bij de start van het kabinet Rutte IV voor de periode 2022-2025 vastgesteld bij Startnota (Kamerstukken II, 35 788, nr. B). Bij de Voorjaarsnota 2022 zijn de Uitgavenplafonds herijkt en definitief vastgesteld (Kamerstukken II, 36 120, nr. 1). Gedurende kabinetsperiodes wordt het Uitgavenplafond alleen nog aangepast voor loon- en prijsontwikkelingen, overboekingen tussen de Uitgavenplafonds en maatregelen in verband met corona.
In tabel 3 is de opbouw van het Uitgavenplafond Zorg vanaf de stand ontwerpbegroting 2023 te zien.
2023 | 2024 | 2025 | ||
---|---|---|---|---|
1 | Uitgavenplafond Zorg stand ontwerpbegroting 2023 | 89.956 | 95.187 | 99.876 |
2 | Bijstellingen | ‒ 294 | 2.444 | 2.808 |
- Waarvan loon- en prijsontwikkeling | ‒ 114 | 2.846 | 3.308 | |
- Waarvan overboekingen tussen Uitgavenplafonds | ‒ 178 | ‒ 402 | ‒ 501 | |
- Waarvan maatregelen corona | ‒ 3 | |||
3 | Uitgavenplafond Zorg stand ontwerpbegroting 2024 (= 1+2) | 89.662 | 97.631 | 102.684 |
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal. | ||||
Bron: VWS |
Toelichting
Loon- en prijsontwikkeling
Het Uitgavenplafond Zorg is op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB) inzake de verwachte loon- en prijsontwikkeling in 2023 neerwaarts bijgesteld met € 0,1 miljard en vanaf 2024 opwaarts bijgesteld met € 2,8 miljard in 2024 oplopend tot € 3,3 miljard in 2025. De neerwaartse bijstelling in 2023 met € 0,1 miljard is het gevolg van de jaarlijkse technische aanpassing van de grondslag van de loon- en prijsontwikkeling van de stand ontwerpbegroting 2022 naar de stand ontwerpbegroting 2023. Er is sprake van een beperkte neerwaartse bijstelling van de grondslag en daarmee een beperkte neerwaartse bijstelling van de loon- en prijsbijstelling in 2023. De totale loon- en prijsbijstelling 2023 voor de Zvw, Wlz en Wmo beschermd wonen komt met deze correctie uit op € 6,3 miljard.
Overboekingen tussen de Uitgavenplafonds
Het Uitgavenplafond Zorg is verlaagd met € 0,2 miljard in 2023, oplopend tot € 0,5 miljard in 2025, als gevolg van diverse overboekingen tussen het Uitgavenplafond Zorg en de VWS-begroting (Uitgavenplafond Rijksbegroting). Het gaat hierbij om de onderstaande overboekingen:
Overheveling op basis van IZA
Op basis van het Integraal Zorg Akkoord (IZA) wordt vanaf 2023 € 150 miljoen structureel beschikbaar gesteld voor gemeenten om bij te dragen aan de IZA-doelstellingen. Voornemen is om deze middelen door middel van een specifieke uitkering beschikbaar te stellen aan gemeenten.
Overheveling 20-wekenecho
De Tweede Termijn Structureel Echoscopisch Onderzoek (TTSEO) ofwel de 20-wekenecho wordt momenteel bekostigd uit de Zvw. Het Zorginstituut heeft geadviseerd om deze prenatale screening zonder medische indicatie niet meer binnen het Zvw-pakket te financieren. Vanaf 1 januari 2024 wordt daarom de TTSEO aangeboden via het landelijke programma prenatale screening en bekostigd via de VWS-rijksbegroting. Daarvoor wordt vanaf het jaar 2024 een bedrag van € 27,7 miljoen structureel overgeheveld vanuit het Uitgavenplafond Zorg naar de VWS-begroting.
Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg
Dit betreft de overheveling van € 22 miljoen in 2025 naar de VWS-begroting voor de inzet van een aanvullend deel van de transitiemiddelen scheiden wonen en zorg ten behoeve van het realiseren van geclusterde woonvormen voor ouderen. Dit is onderdeel van het programma ‘Wonen en zorg voor ouderen’ van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).
Pandemische paraatheid/onderdeel Zorg
Dit betreft de overheveling van middelen voor pandemische paraatheid vanuit de aanvullende post van het ministerie van Financiën (Uitgavenplafond Rijksbegroting), naar het Uitgavenplafond Zorg (€ 5,5 miljoen in 2023, € 28,7 miljoen in 2024 en € 33,1 miljoen in 2025) voor de Zvw en Wlz.
Overboekingen coalitieakkoord-maatregelen naar VWS-begroting
Dit betreft de overheveling van verschillende intensiveringsmiddelen op basis van het coalitieakkoord vanuit de aanvullende post van het ministerie van Financiën (Uitgavenplafond Zorg) naar de VWS-begroting (Uitgavenplafond Rijksbegroting):
- Standaardisatie gegevensuitwisseling (€ 24,3 miljoen in 2023, € 70,1 miljoen in 2024 en € 81,4 miljoen in 2025).
- Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen) (€ 22,7 miljoen in 2023, € 73,9 miljoen in 2024 en € 74,7 miljoen in 2025).
- Passende zorg als norm in Zvw (investeringsmiddelen) (€ 6,5 miljoen in 2023, € 36,5 miljoen in 2024 en € 84,9 miljoen in 2025).
Ramingsbijstelling Wlz
Dit betreft een neerwaartse bijstelling van de Wlz-uitgaven op de begroting die mogelijk is zonder het Wlz-kader bij te stellen.
Het restant betreft diverse kleinere overboekingen.
Maatregelen corona
Het Uitgavenplafond Zorg is in 2023 per saldo met circa € 3 miljoen verlaagd als gevolg van de onderstaande corona maatregelen:
Niet geleverde pgb-zorg
Door het Zorginstituut is op basis van de rapportages van de Wlz-uitvoerders en de NZa geconstateerd dat er sprake is van € 3,5 miljoen lagere uitgaven voor de compensatie voor niet geleverde pgb-zorg. De ontvangstenraming wordt met deze mutatie bijgesteld.
Verder is er een bedrag van € 0,8 miljoen in 2023 overgeboekt vanuit de VWS-begroting naar het Uitgavenplafond Zorg ten behoeve van de zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland.
Om te toetsen of het Uitgavenplafond Zorg overschreden dan wel onderschreden wordt, worden de netto zorguitgaven getoetst aan het Uitgavenplafond Zorg.
Tabel 4 laat de toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg zien voor de jaren 2023-2025.
2023 | 2024 | 2025 | ||
---|---|---|---|---|
A | Netto zorguitgaven | |||
1 | Stand ontwerpbegroting 2023 | 89.432 | 95.011 | 99.587 |
2 | Bijstellingen | ‒ 1.571 | 2.742 | 2.941 |
3 | Stand ontwerpbegroting 2024 | 87.861 | 97.752 | 102.528 |
B | Uitgavenplafond Zorg | |||
4 | Stand ontwerpbegroting 2023 | 89.956 | 95.187 | 99.876 |
5 | Bijstellingen | ‒ 294 | 2.444 | 2.808 |
6 | Stand ontwerpbegroting 2024 | 89.662 | 97.631 | 102.684 |
C | + Overschrijding/- Onderschrijding | |||
7 | Stand ontwerpbegroting 2023 (= 1-4) | ‒ 524 | ‒ 177 | ‒ 289 |
8 | Bijstelling | ‒ 1.276 | 298 | 133 |
9 | Stand ontwerpbegroting 2024 (= 3-6 ) | ‒ 1.801 | 121 | ‒ 156 |
1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal. | ||||
Bron: VWS |
Toelichting
Ten opzichte van de ontwerpbegroting 2023 is er sprake van een toename van de onderschrijding met € 1,3 miljard in 2023, een afname van € 298 miljoen in 2024 en een toename van € 133 miljoen in 2025 (regel 8).
De stand van de onderschrijding van het Uitgavenplafond Zorg bij de ontwerpbegroting 2024 bedraagt daarmee € 1,8 miljard in 2023, een overschrijding van € 121 miljoen in 2024 en een onderschrijding van € 156 miljoen in 2025 (regel 9).
De bijstellingen van de netto zorguitgaven en het Uitgavenplafond Zorg (regels 2 en 5) zijn opgenomen in de paragrafen 6.2.3 (tabel 2) en 6.2.4 (tabel 3).