In miljoenen euro's (excl. HGIS) | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand Miljoenenota 2022 | 36.145,8 | 35.969,7 | 34.619,9 | 21.677,5 | 22.668,7 | |
Mutaties t/m Voorjaarnota 2022 | 500,7 | 817,7 | 3.377,6 | 3.684,6 | 7.343,6 | 36.981,6 |
Stand Voorjaarsnota 2022 | 36.646,5 | 36.787,4 | 37.997,5 | 25.362,1 | 30.012,3 | 36.981,6 |
Technische Mutaties Miljoenennota | 241,9 | 1.884,5 | 1.089,5 | 1.052,3 | 998,7 | 974,7 |
Rente vaste schuld | 174,0 | 897,0 | 1.106,0 | 1.092,0 | 1.053,0 | 1.029,0 |
Rente vlottende schuld | 411,0 | ‒ 29,0 | ‒ 56,0 | ‒ 73,0 | ‒ 73,0 | |
Rentelasten kasbeheer | 68,2 | 576,5 | 12,5 | 16,3 | 18,7 | 18,7 |
Overboeking met andere begroting | ‒ 0,4 | |||||
Niet-plafondrelevant | 307,3 | 213,4 | 56,7 | 98,2 | 3.029,5 | 147,3 |
Aflossing vaste schuld | 89,0 | ‒ 98,0 | 2.892,0 | |||
Rentelasten kasbeheer | 18,3 | 311,4 | 56,7 | 98,2 | 137,5 | 147,3 |
Verstrekte leningen | 200,0 | |||||
Stand Miljoenennota 2023 | 37.195,6 | 38.885,3 | 39.143,7 | 26.512,7 | 34.040,4 | 38.103,6 |
In miljoenen euro's (excl. HGIS) | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2022 | 62.666,4 | 50.586,4 | 43.749,1 | 31.218,2 | 30.795,3 | |
Mutaties t/m Voorjaarnota 2022 | 16.078,9 | 17.359,1 | 21.872,6 | 28.038,9 | 29.023,0 | 66.643,9 |
Stand Voorjaarsnota 2022 | 78.745,2 | 67.945,5 | 65.621,7 | 59.257,1 | 59.818,2 | 66.643,9 |
Technische Mutaties Miljoenennota | ‒ 141,0 | ‒ 62,5 | 40,5 | 36,9 | 33,3 | 29,8 |
Rente vlottende schuld | ‒ 141,0 | ‒ 79,0 | ||||
Rentebaten kasbeheer | 16,5 | 40,5 | 36,9 | 33,3 | 29,8 | |
Niet-plafondrelevant | ‒ 17.559,1 | 1.491,9 | ‒ 1.986,5 | ‒ 5.243,5 | ‒ 2.111,6 | ‒ 7.341,6 |
Uitgifte vaste schuld | ‒ 2.500,0 | 620,0 | ‒ 4.757,0 | ‒ 8.757,0 | ‒ 6.438,0 | ‒ 9.522,0 |
Mutatie vlottende schuld | ‒ 19.100,0 | |||||
Aflossingen op leningen | 109,2 | 28,2 | 28,5 | 28,7 | 23,5 | 11,5 |
Ontvangsten bij voortijdige beeindiging | 1,1 | |||||
Rentederivaten | ‒ 39,0 | ‒ 186,0 | ‒ 42,0 | ‒ 6,0 | ‒ 5,0 | |
Mutatie in rekening-courant en deposito | 3.969,6 | 1.029,7 | 2.784,0 | 3.484,8 | 4.308,9 | 2.173,8 |
Stand Miljoenennota 2023 | 61.045,1 | 69.375,0 | 63.675,8 | 54.050,5 | 57.739,9 | 59.332,0 |
Uitgaven
Technische mutaties Miljoenennota
Rente vaste schuld
De rentelasten vaste schuld vallen naar verwachting hoger uit dan eerder geraamd. Bij de uitgifte van nieuwe schuld worden de rentetarieven vastgelegd tegen het dan geldende rentetarief. De rentetarieven zijn nu hoger dan geraamd bij Voorjaarsnota.
Rente vlottende schuld
De raming van de rentelasten vlottende schuld stijgt in 2023 ten opzichte van de Voorjaarsnota. Dit komt door de geactualiseerde rentestand van 2023 in de MEV-raming van het CPB.
Rentelasten kasbeheer
De raming van de rentelasten kasbeheer is hoger dan geraamd bij Voorjaarsnota als gevolg van het bijwerken van de realisatie en de nieuwe rentestanden in de MEV-raming van het CPB.
Overboeking met andere begroting
Dit betreft een overboeking naar de Financienbegroting.
Niet-plafondrelevant
Aflossing vaste schuld
De raming van de aflossing vaste schuld wijzigt in 2023 als gevolg van de inkoop van schuld en een gewijzigde dollarkoers in de MEV-raming van het CPB. In 2026 vallen de aflossingen hoger uit dan geraamd bij Voorjaarsnota. Dit is met name het gevolg van nieuwe uitgiftes van vaste schuld met een looptijd tot en met 2026.
Rentelasten kasbeheer
De raming van de rentelasten kasbeheer stijgt ten opzichte van de Voorjaarsnota als gevolg van gewijzigde rekening-courantstanden en aangepaste rentepercentages.
Verstrekte leningen
Naar verwachting worden er in 2022 meer leningen verstrekt aan de deelnemers van het schatkistbankieren dan eerder geraamd. De raming wordt daardoor met 200 miljoen euro naar boven bijgesteld.
Niet-belastingontvangsten
Rente vlottende schuld
De meerjarenraming van de rentebaten op de vlottende schuld valt lager uit als gevolg van wijzigingen in de omvang van de kortlopende schuld en de hoogte van de korte rente.
Rentebaten kasbeheer
De raming van de rentebaten kasbeheer is hoger dan geraamd bij Voorjaarsnota als gevolg van verstrekte leningen en de nieuwe rentestanden in de MEV-raming van het CPB.
Niet-plafondrelevant
Uitgifte vaste schuld
De raming voor de uitgifte van de vaste schuld is voor het lopende jaar gewijzigd als gevolg van het bijgestelde financieringsplan 2022. Het financie ringsplan geeft een beschrijving van de geschatte omvang en de totstand koming van de financieringsbehoefte van de Nederlandse Staat voor 2022 en een overzicht van de manier waarop het Agentschap van plan is deze in te vullen. De meerjarenraming van de uitgifte vaste schuld laat t.o.v. de Voorjaarsnota een toename zien in 2023 en een daling in de daaropvolgende jaren als gevolgvan de gewijzigde kassaldi tot en met 2027.
Mutatie vlottende schuld
De vlottende schuld daalt met 19,1 miljard euro in het lopende jaar. Dit is het gevolg van een lagere financieringsbehoefte doordat de raming van het kastekort voor het lopende begrotingsjaar sterk is afgenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zo veel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.
Aflossing op leningen
Op basis van de actuele inzichten wordt verwacht dat de aflossingen op de leningen die door agentschappen, rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) en derden in het kader van schatkistbankieren zijn afgesloten, hoger zullen uitvallen dan geraamd bij Voorjaarsnota.
Ontvangsten bij voortijdige beëindiging
In 2022 zijn door RWT’s leningen voortijdig beëindigd. Leningen die voortijdig worden beëindigd worden afgelost tegen de marktwaarde van de lening op dat moment. Als er een positief resultaat is, wordt dit als ontvangst geboekt.
Rentederivaten
Er worden minder rentebaten op derivaten verwacht dan eerder geraamd als gevolg van gerealiseerde rentepercentages van derivaten en de nieuwe rentestanden in de MEV-raming van het CPB.
Mutatie in rekening-courant en deposito
Uit een actualisatie van de ramingvan uitgaven en inkomsten van sociale fondsen blijkt dat deze fondsennaar verwachting in 2022 en komende jaren meer geld zullenstorten in de schatkist. Voor RWT’s en decentrale overheden wordt verwachtdat de saldi op de rekeningen-courant in 2022 stijgen met in totaal 3,1 miljard euro.