In miljoenen euro's (excl. HGIS) | 2.022 | 2.023 | 2.024 | 2.025 | 2.026 | 2.027 |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2022 | 295,8 | 1.120,5 | 1.920,1 | 3.053,0 | 4.204,9 | 0,0 |
mutaties t/m Voorjaarsnota 2022 | 110,3 | 1.816,9 | 3.580,4 | 4.778,9 | 2.525,7 | 7.948,6 |
Stand Voorjaarsnota 2022 | 406,2 | 2.937,3 | 5.500,6 | 7.832,0 | 6.730,6 | 7.948,6 |
Mutaties besluitvorming | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Technische Mutaties Miljoenennota | ‒ 406,2 | ‒ 2.367,3 | ‒ 2.276,6 | ‒ 2.231,3 | ‒ 831,6 | ‒ 886,9 |
LPO-tranche 2023 | 0,0 | ‒ 1.452,5 | ‒ 1.452,5 | ‒ 1.452,5 | ‒ 1.358,6 | ‒ 1.320,1 |
Volumetranche 2023 | 0,0 | ‒ 1.221,5 | ‒ 1.221,5 | ‒ 1.221,5 | 0,0 | 0,0 |
Bijstelling gereserveerd LPO-accres | 0,0 | 388,8 | 478,8 | 523,4 | 583,4 | 498,0 |
Diversen | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 2,9 |
BCF | ||||||
Bijstelling BCF als gevolg van loon- en prijs | 0,0 | 23,8 | 24,6 | 25,4 | 49,6 | 38,3 |
Bijstelling BCF als gevolg van uitputting | ‒ 85,2 | ‒ 105,8 | ‒ 106,0 | ‒ 106,0 | ‒ 106,0 | ‒ 106,0 |
Afrekening BCF | ‒ 320,9 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Stand Miljoenennota 2023 | 0,0 | 570,1 | 3.224,0 | 5.600,7 | 5.898,9 | 7.061,7 |
Uitgaven
Tranche 2023
Het accres kent jaarlijks twee bijstellingsmomenten, Voorjaarsnota en Miljoenennota, en één vaststellingsmoment, bij het Financieel Jaarverslag Rijk. In de Startnota heeft het kabinet aangegeven om nader te bezien of het wenselijk is om het accres stabieler te maken. Het kabinet heeft daarom het voorstel aan de VNG en het IPO gedaan om het volumedeel van het accres voor 2022–2025 vast te zetten. De VNG heeft met dit voorstel ingestemd, dit betekent dat de accresstanden voor de jaren 2022 t/m 2025 voor gemeenten slechts nog wijzigen als gevolg van loon- en prijsontwikkelingen. Zie voor een verdere toelichting de bijlage accres Gemeente- en Provinciefonds. De LPO-tranche voor 2023 en de volumetranche voor 2023 zijn overgeboekt naar het Gemeentefonds. De LPO-tranches voor latere jaren zijn opnieuw berekend en aan het accres toegevoegd.
Btw compensatiefonds (BCF)
Het plafond van het BCF is per 2015 gekoppeld aan de accrespercentages zoals deze volgen uit de normeringssystematiek voor het gemeentefonds. Het plafond wordt aangepast voor taakmutaties (zoals decentralisaties) die gepaard gaan met onttrekkingen of toevoegingen aan het BCF. Door de verschillende wijze van indexering van het gemeente- en provinciefonds zal de indexering van het gemeentefonds-deel van het BCF-plafond verschillen van de indexering van het provinciefonds-deel van het BCF-plafond. Daarom wordt de onderverdeling van de ruimte onder het BCF-plafond nu vastgezet op deze stand Miljoenennota en wordt de afrekening van de ruimte onder het BCF-plafond voortaan apart verrekend met respectievelijk het gemeente- en provinciefonds. Daartoe zullen de taakmutaties vanuit het Rijk naar het gemeente- en provinciefonds apart worden bijgehouden. Als de onttrekkingen uit het BCF door gemeenten hoger zijn dan het gemeente-deel van het plafond, komt het verschil ten laste van het gemeentefonds. Bij een realisatie lager dan het plafond, komt het verschil ten gunste van het Gemeentefonds.