In miljoenen euro's (excl. HGIS) | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2022 | 865,1 | 1.579,3 | 2.257,4 | 2.914,5 | 3.540,3 | |
mutaties t/m Voorjaarsnota 2022 | ‒ 865,1 | ‒ 153,1 | 428,2 | 1.074,9 | 1.574,9 | 6.102,8 |
Stand Voorjaarsnota 2022 | 0,0 | 1.426,2 | 2.685,6 | 3.989,4 | 5.115,2 | 6.102,8 |
Mutaties besluitvorming Miljoenennota | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Technische Mutaties Miljoenennota | 0,0 | 1.333,5 | 1.407,3 | 1.464,7 | 1.468,2 | 1.445,3 |
Loon- en prijsontwikkeling | 1.333,5 | 1.411,5 | 1.473,1 | 1.489,9 | 1.470,8 | |
Correctie Integratie Uitkering accres | ‒ 4,1 | ‒ 8,4 | ‒ 21,6 | ‒ 25,5 | ||
Niet-plafondrelevant | 0,0 | 185,7 | 200,5 | 206,2 | 212,2 | 218,5 |
Loon- en prijsontwikkeling | 185,7 | 200,5 | 206,2 | 212,2 | 218,5 | |
Stand Miljoenennota 2023 | 0,0 | 2.945 | 4.293 | 5.660 | 6.796 | 7.767 |
Mutaties t/m Voorjaarsnota 2022Deze mutaties betreffen aanpassingen voor het verwerken van de nieuwe begrotingsgrondslagen, het bijstellen van de raming op basis van de ontwikkelingen in prijzen en het overboeken van de prijsbijstellingstranche 2022 naar de departementen.
Uitgaven
Technische mutaties Miljoenennota
Loon- en prijsontwikkelingDe prijsbijstelling onder de uitgavenplafonds is voor 2023 tot en met 2027 naar boven bijgesteld ten opzichte van de Voorjaarsnota. De prijsbijstelling wordt berekend door de grondslag (de prijsgevoelige gedeelten van de departementale begrotingen) te vermenigvuldigen met de betreffende prijsontwikkeling. De prijsontwikkeling wordt geactualiseerd op basis van de ramingen van het Centraal Planbureau.
Correctie Integratie uitkering accresEnkele integratie-uitkeringen ter behoeve van gemeenten worden verwerkt in de algemene uitkering. Hiervoor wordt een alternatieve indexatiesystematiek gehanteerd. De bestaande reserveringen voor de prijsbijstelling over deze middelen worden afgeboekt.
Niet-plafondrelevant
Loon- en prijsontwikkelingDe prijsbijstelling voor de niet plafondrelevante uitgaven is voor 2023 tot en met 2027 bijgesteld ten opzichte van de Voorjaarsnota. Deze prijsbijstelling volgt dezelfde systematiek als de prijsbijstelling onder de uitgavenplafonds.