De Voorjaarsnota 2015 is de eerste rapportage van het kabinet over de uitvoering van de begroting 2015. Hierin geeft het kabinet een overzicht van de wijzigingen voor het begrotingsjaar 2015 ten opzichte van Miljoenennota 2015. Deze bijstellingen zijn gebaseerd op nieuwe macro-economische ramingen uit het Centraal Economisch Plan (CEP) 2015 van het Centraal Planbureau (CPB) en inzichten over de begrotingsuitvoering.
De uitvoering van de begroting 2015 kent mee- en tegenvallers. Tegelijkertijd is sprake van budgettaire problematiek, mede als gevolg van de ontwikkeling van ruilvoet onder de kaders. Per saldo is het gelukt het uitgavenkader voor dit jaar te sluiten. Er is sprake van een kleine verbetering van het EMU-saldo ten opzichte van de Miljoenennota.
Het EMU-saldo 2015 komt naar verwachting uit op een tekort van 2,1 procent van het bruto binnenlands product (bbp). De EMU-schuld 2015 komt naar verwachting uit op 68,6 procent bbp.
Deze Voorjaarsnota is als volgt opgebouwd: paragraaf 2 gaat in op het economisch beeld voor dit jaar. Vervolgens gaat paragraaf 3 in op de uitgavenzijde van de begroting en kijkt paragraaf 4 naar de inkomstenkant. Dit resulteert in paragraaf 5 in het EMU-saldo en de EMU-schuld voor 2015. Tot slot worden het EMU-saldo en de EMU-schuld vergeleken ten opzichte van de Eurozone.
Bijlage 1 presenteert de budgettaire kerngegevens. Bijlage 2 bevat de verticale toelichtingen op de individuele begrotingshoofdstukken.