In miljoenen euro's | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2023 | 92.465,7 | 97.400,7 | 102.291,8 | 107.815,6 | 113.223,2 | 0,0 |
Besluitvorming | 198,3 | 691,0 | 441,8 | 398,1 | 221,9 | ‒ 121,0 |
Herinvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo | 0,0 | 30,0 | 30,0 | 30,0 | ||
Maatregelen buiten IZA | ‒ 65,0 | ‒ 145,0 | ‒ 145,0 | ‒ 145,0 | ||
Maatwerk PGB in de Wlz | ‒ 30,0 | ‒ 60,0 | ‒ 110,0 | ‒ 110,0 | ||
Normerende elementen in tarieven | 60,0 | |||||
Verlengen EMB-regeling | 5,0 | 5,0 | 5,0 | |||
Overheveling middelen CA van de AP naar VWS | 196,4 | 587,5 | 596,4 | 622,0 | 449,9 | 108,0 |
GVS-modernisering | 140,0 | 140,0 | ||||
VG7 (gehandicaptenzorg) | 40,0 | 40,0 | ||||
Paramedische herstelzorg | 21,0 | 50,0 | ||||
Ramingsbijstelling Wlz | ‒ 27,5 | ‒ 27,5 | ||||
Inzet prijsbijstelling ter dekking beleidsvoornemens | ‒ 31,5 | ‒ 75,5 | ‒ 64,5 | ‒ 50,9 | ||
Dekking taakstelling GVS-modernisering | ‒ 140,0 | ‒ 88,5 | ||||
Overig besluitvorming | 0,0 | 0,0 | 0,0 | ‒ 3,0 | ‒ 3,0 | ‒ 4,0 |
Mee- en tegenvallers | 46,6 | 49,3 | 51,0 | 52,4 | 52,5 | 52,7 |
Actualisatie Q4 cijfers Zvw | 54,8 | 54,8 | 54,8 | 54,8 | 54,8 | 54,8 |
Actualisatie Wlz (buiten contracteerruimte) | ‒ 8,1 | ‒ 5,4 | ‒ 3,8 | ‒ 2,3 | ‒ 2,2 | ‒ 2,0 |
Technisch | ‒ 312,4 | 1.799,4 | 2.514,0 | 3.479,9 | 4.483,3 | 124.149,8 |
Kasschuiven | 5,9 | |||||
Extrapolatie | 118.971,3 | |||||
Herinvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo | ‒ 55,0 | ‒ 55,0 | ‒ 55,0 | ‒ 55,0 | ||
Overige overboekingen met andere begrotingen | ‒ 227,2 | ‒ 184,4 | ‒ 213,4 | ‒ 242,5 | ‒ 263,6 | ‒ 263,6 |
Loon- en prijsbijstelling n.a.v. CEP | ‒ 91,1 | 1.983,9 | 2.782,3 | 3.777,4 | 4.801,8 | 5.497,0 |
Overig technisch | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
Stand Voorjaarsnota 2023 | 92.398,3 | 99.940,5 | 105.298,6 | 111.746,0 | 117.980,9 | 124.081,6 |
In miljoenen euro's | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2023 | 5.493,6 | 5.620,6 | 5.804,3 | 6.056,8 | 6.293,0 | 0,0 |
Mee- en tegenvallers | 1,3 | 23,2 | 31,7 | 77,6 | 90,0 | 133,4 |
Eigen bijdragen Wlz n.a.v. CEP 2023 | 4,1 | 45,7 | 53,0 | 90,2 | ||
Eigen risico n.a.v. actualisatie Q4 Zvw | 2,3 | 0,9 | 0,9 | 4,6 | 7,4 | |
Eigen risico n.a.v. CEP 2023 | 19,5 | 25,2 | 29,4 | 30,7 | 34,0 | |
Actualisatie Wlz (buiten contracteerruimte) | 1,3 | 1,4 | 1,5 | 1,6 | 1,7 | 1,8 |
Technisch | 6.537,8 | |||||
Extrapolatie | 6.537,8 | |||||
Stand Voorjaarsnota 2023 | 5.494,9 | 5.643,8 | 5.836,0 | 6.134,4 | 6.383,0 | 6.671,2 |
Uitgaven
Besluitvorming
Herinvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo
Het abonnementstarief in de Wmo 2015 wordt afgeschaft en in plaats daarvan wordt de inkomensafhankelijke eigen bijdrage in de Wmo 2015 heringevoerd. Daarbij is het uitgangspunt dat zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de vormgeving zoals die voorheen was met oog voor inkomenseffecten en het beroep dat wordt gedaan op de Wmo. Anders dan beoogd in het Coalitieakkoord verdwijnt het abonnementstarief niet alleen voor de huishoudelijke hulp, maar voor alle Wmo-voorzieningen waarop het abonnementstarief nu van toepassing is. De meerkosten van het abonnementstarief komen zodoende grotendeels te vervallen. Hiervoor wordt een wetsvoorstel voorbereid. De middelen die het Rijk in verband met de invoering en aanzuigende werking van het abonnementstarief aan het Gemeentefonds heeft toegevoegd en hiervoor nog toevoegt (zoals toegezegd in het IZA) worden vanaf het jaar van inwerkingtreding van het wetsvoorstel (grotendeels) uitgenomen uit het Gemeentefonds. Deze maatregel levert structureel 100 miljoen euro op. Om dit mogelijk te maken wordt het huidige wetsvoorstel voor invoering van de passende eigen bijdrage huishoudelijke hulp (waarvan de inwerkingtreding per 2025 werd voorzien) ingetrokken.
Maatregelen buiten IZA
Het Integraal Zorgakkoord (IZA) beperkt reeds de volumegroei van de meeste Zvw-actoren. Deze taakstelling zal nader worden ingevuld met een maatregel buiten het IZA.
Maatwerk PGB
Pgb-houders die zelf Wlz-zorg inkopen krijgen momenteel een maximumbedrag op basis van een zorgprofiel toegekend. Het komt niet vaak voor dat cliënten het volledige ter beschikking gestelde bedrag opmaken. Deze maatregel heeft als doel het pgb-budget in de Wlz beter aan te laten sluiten op de daadwerkelijke zorgvraag van cliënten. De doelmatigheidswinst is geschat op 4% van de uitgaven en kent een ingroeiperiode vanwege het overgangsrecht van de bestaande budgethouders. De maatregel levert structureel 110 miljoen euro op, inclusief 5 miljoen euro uitvoeringskosten..
Normerende elementen in tarieven
Het kabinet zet conform Coalitieakkoord in op het verhogen van de doelmatigheid door normatieve elementen toe te voegen aan de tariefstelling in zorgsectoren met vaste of maximumtarieven. De uitwerking van deze maatregel loopt vertraging op, waardoor een besparingsverlies ontstaat van 60 miljoen euro in 2024.
Verlengen EMB-regeling
De huidige regeling voor leerlingen in het speciaal onderwijs met een EMB (ernstig meervoudige beperking) liep per 2022 af. Recent onderzoek naar een structurele oplossing voor het bekostigen van zorg in onderwijstijd doet aanbevelingen die een wetswijziging vereisen, waardoor een structurele oplossing meer tijd vergt. Dit voorjaar zal een kabinetsreactie op het onderzoek volgen. In de tussentijd stelt het kabinet 5 miljoen euro beschikbaar in 2024 2025 en 2026 om de huidige EMB-regeling te kunnen verlengen.
Overheveling middelen CA van de AP naar VWS
Er worden diverse middelen overgeheveld van de aanvullende post naar de premie gefinancierde zorguitgaven. Dit zijn onder andere middelen voor Meer tijd voor huisartsen (108 miljoen euro structureel, waarvan 53,5 miljoen euro als reservering op nominaal en onverdeeld) en de transformatiemiddelen voor het Integraal Zorgakkoord (2,3 miljard euro cumulatief).
GVS-modernisering
Er ontstaat een besparingsverlies bij de modernisering van het Geneesmiddelenvergoedingensysteem (GVS) van 140 miljoen euro in 2023 en 2024. Het kabinet onderzoekt alternatieve maatregelen ter invulling van de structurele taakstelling.
VG7 (gehandicaptenzorg) De compensatie voor geleverde VG7-zorg in de gehandicaptenzorg leidt ertoe dat in toenemende mate aanbieders terughoudend zijn met het leveren van deze zorg. Het kostprijsonderzoek van de NZa leidt niet eerder dan in 2025 tot herijkte tarieven. Om in 2023 en 2024 de compensatie voor geleverde VG7 zorg te kunnen verhogen, wordt de contracteerruimte in de Wlz met 40 miljoen euro verhoogd. Hierdoor hebben zorgkantoren de ruimte om, door middel van maatwerkafspraken een lager kortingspercentage af te spreken met aanbieders, waardoor de vergoeding voor de geleverde gehandicaptenzorg hoger wordt.
Paramedische herstelzorg
De regeling paramedische herstelzorg voor covidpatiënten wordt verlengd tot 1 januari 2025, zodat ook de patiënten die sinds het najaar 2022 besmet zijn of worden, gebruik kunnen maken van deze regeling (21 miljoen euro in 2023 en 51 miljoen euro in 2024).
Ramingsbijstelling Wlz
Dit betreft een neerwaartse bijstelling van de Wlz-uitgaven op de begroting die mogelijk is zonder het Wlz-kader bij te stellen.
Inzet prijsbijstelling ter dekking beleidsvoornemens
Dit betreft een verzamelpost voor de inzet van de prijsbijstelling van de begrotingsgefinancieerde uitgaven ter dekking van verscheidene beleidsvoornemens op de VWS-begroting. De middelen worden ingezet als dekking voor EMB, normerende elementen in tarieven, resterend tekort volgend uit de taakstelling GVS-modernisering, resterend tekort voor VG7 en voor paramedische herstelzorg.
Dekking taakstelling GVS-modernisering
Het besparingsverlies voor de modernisering van het GVS wordt voor 2023 gedekt door de vertraagde doorwerking van het algemene prijspeil naar het uitgavenkader voor apotheekzorg. Voor 2024 wordt de dekking voor 88,5 miljoen euro gevonden in de beschikbare volumegroei voor de Zvw en voor 51,5 miljoen euro als onderdeel van de bredere inzet van prijsbijstelling van de begrotingsgefinancierde uitgaven ter dekking van beleidsvoornemens.
Overig besluitvorming
Dit is een ijklijn van de premiegefinancieerde uitgaven naar de begrotingsgefinancieerde uitgaven voor de extra opleidingensmiddelen in het kader van meer tijd voor huisartsen (-4 miljoen euro structureel).
Mee- en tegenvallers
Actualisatie Q4 cijfers Zvw
Op basis van gegevens uit de vierde kwartaalrapportage 2022 van het Zorginstituut en informatie van de NZa zijn de Zvw-uitgaven 2020-2022 geactualiseerd. De actualisatie leidt tot een structurele doorwerking van per saldo 54,8 miljoen euro hogere uitgaven voor de niet- IZA sectoren. Dit is een saldo van op- en neerwaartse bijstellingen in verschillende Zvw-sectoren.
Actualisatie Wlz buiten contracteerruimteOp basis van de vierde kwartaalrapportage van het Zorginstituut zijn de uitgaven Wlz buiten contracteerruimte geactualiseerd. De uitgaven worden neerwaarts bijgesteld. Dit betreft onder andere een neerwaartse bijstelling op hulpmiddelen.
Technisch
Kasschuiven
Bij Najaarsnota is besloten om middelen van 2022 te verschuiven naar 2023 ter dekking van maatregelen voor energiecompensatie. Voor de premiegefinancieerde uitgaven gaat het om 5,9 miljoen euro.
ExtrapolatieTer invoeging van een nieuw begrotingsjaar in de meerjarige begrotingsperiode zijn de begrotingstanden 2027 geëxtrapoleerd naar 2028.
Herinvoering inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo
Het abonnementstarief in de Wmo 2015 wordt afgeschaft en in plaats daarvan wordt de inkomensafhankelijke eigen bijdrage in de Wmo 2015 heringevoerd. Daarbij is het uitgangspunt dat zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de vormgeving zoals die voorheen was met oog voor inkomenseffecten en het beroep dat wordt gedaan op de Wmo. Anders dan beoogd in het Coalitieakkoord verdwijnt het abonnementstarief niet alleen voor de huishoudelijke hulp, maar voor alle Wmo-voorzieningen waarop het abonnementstarief nu van toepassing is. De meerkosten van het abonnementstarief komen zodoende grotendeels te vervallen. Hiervoor wordt een wetsvoorstel voorbereid. De middelen die het Rijk in verband met de invoering en aanzuigende werking van het abonnementstarief aan het Gemeentefonds heeft toegevoegd en hiervoor nog toevoegt (zoals toegezegd in het IZA) worden vanaf het jaar van inwerkingtreding van het wetsvoorstel (grotendeels) uitgenomen uit het Gemeentefonds. Deze maatregel levert structureel 100 miljoen euro op. Om dit mogelijk te maken wordt het huidige wetsvoorstel voor invoering van de passende eigen bijdrage huishoudelijke hulp (waarvan de inwerkingtreding per 2025 werd voorzien) ingetrokken.
Overboekingen met andere begrotingen
Dit is de overboeking naar het gemeentefonds van de loon- en prijsontwikkeling van tranche 2023 (-108 miljoen euro structureel). Daarnaast zijn middelen voor de prijsbijstelling vanuit de begrotingsgefinancierde uitgaven van VWS overgeheveld naar de premiegefinancierde uitgaven ter dekking van diverse intensivering (222,5 miljoen euro cumulatief).
Loon- en prijsbijstelling n.a.v. CEP
De raming van de loon- en prijsontwikkeling in de zorg is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CEP 2023).
Niet-belastingontvangsten
Mee- en tegenvallers
Eigen bijdragen Wlz n.a.v. CEP 2023
De raming voor opbrengsten van de eigen bijdragen in de Wlz is opwaarts bijgesteld naar aanleiding van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CEP 2023, 90,2 miljoen euro structureel).
Eigen risico Zvw n.a.v. actualisatie Q4
De raming voor de opbrengsten van het eigen risico in de Zvw is opwaarts bijgesteld naar aanleiding van de vierde kwartaalrapportage 2022 van het Zorginstituut (7,4 miljoen euro structureel).
Eigen risico n.a.v. CEP 2023
De raming voor de opbrengsten van het eigen risico in de Zvw is opwaarts bijgesteld naar aanleiding van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CEP 2023, 34 miljoen euro structureel).
Actualisatie Wlz (buiten contracteerruimte)
De raming voor de opbrengsten van de eigen bijdragen in de Wlz is opwaarts bijgesteld naar aanleiding van de vierde kwartaalrapportage 2022 van het Zorginstituut (1,8 miljoen euro structureel).
Technisch
Extrapolatie
Ter invoeging van een nieuw begrotingsjaar in de meerjarige begrotingsperiode zijn de begrotingstanden 2027 geëxtrapoleerd naar 2028.