Base description which applies to whole site

3. Overzicht niet-financiële informatie over inschakeling van externe adviseurs en tijdelijke personeel (externe inhuur)

Uitgaven (in € x 1 000)
 

totaal EL&I 

apparaat en programmakosten

 

1. Interim-management

1 950

2. Organisatie- en Formatieadvies

2 237

3. Beleidsadvies

5 756

4. Communicatieadvisering

701

Beleidsgevoelig (som 1 t/m 4)

10 644

5. Juridisch Advies

1 644

6. Advisering opdrachtgevers automatisering

15 633

7. Accountancy, financiën en administratieve organisatie

9 007

(Beleids)ondersteunend (som 5 t/m 7)

26 284

8. Uitzendkrachten (formatie & piek)

86 655

ondersteuning bedrijfsvoering (som 8)

86 655

Totaal uitgaven inhuur externen (som 1 t/m 8)

123 583

Noten:

  • De kosten voor inhuur uit hoofde van de flexibele schil bij de baten-lastendiensten, zijn opgenomen onder 8 (uitzendkrachten). De flexibele schil bij deze diensten is onderdeel van de aanpak ten behoeve van adequate en flexibele uitvoering van opdrachten EL&I en andere ministeries/overheden.

  • Het komt incidenteel voor dat de programma-uitgaven uitgaven bevatten die conform RBV definitie als externe inhuur moeten worden gekwalificeerd maar niet als zodanig zijn geadministreerd.

Toelichting op het inhuurpercentage 2011

De uitgaven aan externe inhuur van EL&I in 2011 zijn ten opzichte van 2010 met € 32 mln afgenomen tot € 123,6 mln. Het inhuurpercentage 119 van EL&I in 2011 is daarmee uitgekomen op 14,0%. Abstraherend van de inhuuruitgaven uit hoofde van de flexibele schil bij Agentschap NL (AgNL) en Dienst Regelingen (DR), is het inhuurpercentage in 2011 uitgekomen op 8,7% en is daarmee onder de rijksbrede norm van 10% gebleven (motie Roemer).

De flexibele schil betreft het gebruik van in tijd, samenstelling en omvang wisselende inzet van externe inhuur waarvan AgNL en DR gebruik maken om het aantal medewerkers en de benodigde kennis en expertise snel en flexibel aan te passen aan veranderingen in de omvang en samenstelling van het opdrachtenpakket.

Per brief van 22 november 2010 (TK, 2010–2011, 32 504, nr. 6) heb ik de Tweede Kamer reeds toegelicht waarom de flexibele schil nodig is en dat het, gegeven de gemaximeerde omvang van de ambtelijke bezetting van AgNL en DR en de bestaande opdrachtenportefeuille niet mogelijk is om voor de flexibele schil van inhuur aan de inhuurnorm te voldoen. Zo kan zonder de flexibele schil bij AgNL een deel van de beleidsinstrumenten van EL&I en andere opdrachtgevers niet meer uitgevoerd worden. Tevens kan zonder de flexibele schil DR de piekwerkzaamheden niet langer meer opvangen en zal dit bij de frontoffice kunnen leiden tot langere wachttijden. De afhandeling van beschikkingen zal dan onder druk komen te staan, waardoor burgers langer moeten wachten op afdoening van de voor hun geldende beschikkingen. Overigens zal het invullen van de subsidie- en apparaatstaaktellingen uit het Regeerakkoord die bij AgNL en DR zijn belegd, zich vertalen in een verdere reductie van de flexibele schil.

Rapportage overschrijding maximumuurtarief externe inhuur buiten mantelcontracten

In onderstaande tabel wordt weergegeven in hoeveel gevallen in 2011 door het ministerie buiten de mantelcontracten de mantelcontracten om externe krachten zijn ingehuurd boven het voor de organisaties van het rijk afgesproken maximumtarief van € 225 (exclusief BTW).

Inhuur externen buiten mantelcontracten

2011

Aantal overschrijdingen maximumtarief

1

Toelichting: Het betreft 64 uur bemiddeling, ad. € 19.220,– in problematiek elektriciteitsvoorziening te Bonaire.

 
119

De definitie die ten grondslag ligt aan het sturingsinstrument voor externe inhuur, schrijft voor dat het inhuurpercentage wordt bepaald door de uitgaven aan externe inhuur uit te drukken als percentage van het totaal van de personele uitgaven. De totale personele uitgaven zijn gedefinieerd als de som van de uitgaven voor ambtelijk personeel en de uitgaven voor extern ingehuurd personeel.

Licence