Base description which applies to whole site

4.7 Beheer Materiële Activa

A: Algemene doelstelling

Een optimaal financieel resultaat bij het verwerven, beheren, ontwikkelen en afstoten van materiële activa van/voor het Rijk ten behoeve van de realisatie van rijksdoelstellingen.

B: Rol en verantwoordelijkheid

Voor de financiële consequenties van de verkoop en het beheer van materiële activa van het Rijk in 2012 wordt verwezen naar onderstaande Tabel budgettaire gevolgen van beleid en de toelichting daarop.

Wat betreft de deelname door de minister van Financiën in gebiedsontwikkelingsprojecten waarbij meervoudige rijksdoelstellingen aanwezig zijn, kan het volgende worden gemeld.

Naast voortzetting van de werkzaamheden aan projecten die reeds eerder zijn gestart, is het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf (RVOB) in 2012 onder meer ingeschakeld om bij te dragen aan financieel en ruimtelijk haalbare oplossingen voor de krimpproblematiek in diverse regio's in Nederland. Voorts is een derde project in uitvoering genomen waarbij het RVOB voor eigen rekening en risico handelt, te weten het Hembrugterrein (gemeente Zaandam). Door inzet van het financieel instrumentarium en afspraken met diverse departementen en mede-overheden is het mogelijk gebleken de herontwikkeling van dit voormalige Defensieterrein daadwerkelijk te starten.

Op 5 november 2012 is besloten tot een departementale herindeling met betrekking tot rijksvastgoed. Hierbij is de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van rijksvastgoed, met inbegrip van het RVOB, voor zover deze voor 5 november was opgedragen aan de minister van Financiën. Ook de taken en organisatie van de directie Rijksvastgoed, – opgericht ter ondersteuning van de afstemming tussen zowel uitvoerende diensten als departementen ten aanzien van rijksvastgoed in respectievelijk de Raad voor Vastgoed Rijksoverheid (RVR) en de Interdepartementale Commissie Rijksvastgoed (ICRV) –, worden overgeheveld van het ministerie van Financiën naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De taken van het ministerie van Financiën en van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties worden dienovereenkomstig gewijzigd en de organisatorische, personele en rechtspositionele aspecten van de hier bedoelde herindeling van departementale taken worden uitgewerkt in overleg tussen de minister van Financiën en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties45.

In de portefeuilleverdeling die in het constitutionerend beraad is overeengekomen, is het rijksvastgoed opgenomen onder de minister voor Wonen en Rijksdienst. De minister voor Wonen en Rijksdienst heeft een tijdelijke regeling getroffen op grond waarvan de door de minister van Financiën voor 5 november 2012 verleende mandaten, volmachten en machtigingen worden aangemerkt als met ingang van genoemde datum te zijn verleend door de minister voor Wonen en Rijksdienst, zodat bevoegdheidsgebreken worden vermeden en er meer tijd is om het Organisatiebesluit BZK en het Mandaatbesluit BZK aan te passen46.

Met het oog op de organisatorische aspecten van de herindeling is begonnen met de voorbereiding van een (6e) wijziging van de CW 2001.

Met het oog op de samenvoeging van het RVOB en de Rijksgebouwendienst (Rgd) in een toekomstig Rijksvastgoedbedrijf (RVB), met optie voor latere aanhaking van andere diensten, is begonnen met het opstellen van een ondernemingsplan. Tevens is voor een periode van 1 jaar een Directeur-Generaal ad interim voor het RVB in oprichting benoemd.

C: Beleidsconclusies

In 2012 is begonnen met het opzetten van een nieuw financieel kader voor het RVB i.o.. Ook is gewerkt aan het tot stand brengen van een rijksbrede vastgoedportefeuille strategie. Verder zijn afspraken gemaakt omtrent de vervreemding van monumenten met erfgoedfunctie.

D: Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 7 Beheer materiële activa
Bedragen x € 1.000

Algemene beleidsdoelstelling: Een optimaal financieel resultaat bij het verwerven, beheren, ontwikkelen en afstoten van materiële activa van/voor het Rijk ten behoeve van de realisatie van rijksdoelstellingen.

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2008

2009

2010

2011

2012

2012

2012

Verplichtingen

81.748

98.851

296.298

– 114.310

100.220

88.111

12.109

Waarvan garantieverplichting vorderingenplafond RVOB

   

207.000

– 207.000

0

0

0

               

Uitgaven

81.347

94.856

89.570

92.477

99.942

88.111

11.831

               

Leningen

             

Anticiperende aankopen

392

0

0

0

0

4.600

– 4.600

               

Opdrachten

             

Onderhoud en beheerskosten

10.964

21.292

13.667

10.329

12.290

7.679

4.611

               

Bekostiging

             

Zakelijke lasten

46.969

51.742

51.624

59.104

61.198

53.513

7.685

               

Beheerskosten DRZ

0

0

0

383

500

0

500

               

Bijdrage aan RVOB

23.022

21.822

24.279

22.661

25.954

22.319

3.635

               

Ontvangsten

269.686

237.306

347.964

213.724

163.501

179.859

– 16.358

               

Bekostiging

             

Zakelijke lasten

15.289

31.181

25.320

28.140

25.873

26.602

– 729

               

Opdrachten

             

Onderhoud- en beheerskosten

404

4.440

17

0

17

               

Leningen

             

Anticiperende aankopen

139

3.491

410

0

0

0

0

               

Programma-ontvangsten Baten-lastendiensten

             

Ingebruikgeving RVOB

113.007

99.817

98.714

99.045

106.484

98.059

8.425

Vervreemding RVOB

139.545

102.571

235.572

80.194

28.360

53.698

– 25.338

Vervreemding DRZ

1.706

– 158

– 12.052

1.905

2.767

1.500

1.267

E: Toelichting op de instrumenten

Uitgaven

Anticiperende aankopen en gebiedsontwikkeling (– € 4,6 mln.)

Het gaat hierbij om een leenfaciliteit waarop andere ministers een beroep kunnen doen voor het anticiperend aankopen van onroerende zaken en het aankopen van onroerende zaken in het kader van gebiedsontwikkelingsprojecten waarbinnen meerdere rijksdoelstellingen gerealiseerd moeten worden (zie beleidskader anticiperend en ontwikkelingsgericht handelen in vastgoed)47. In 2012 is geen beroep gedaan op deze leenfaciliteit. Met ingang van 2013 is de faciliteit komen te vervallen.

Onderhoud en beheerskosten (+ € 4,6 mln.)

Het gaat hierbij om kosten voor onderhoud en beheer van de onroerende zaken van de minister van Financiën. Beheerskosten zijn (externe) kosten in verband met ingebruikgeving en vervreemding, bijvoorbeeld taxatiekosten en kosten voor bodemonderzoek en sanering.

  • In de loop van het jaar is een schadeclaim van een exploitant van een wegrestaurant toegekend en uitbetaald. (+ € 2,5 mln.)

  • Door de economische situatie is er meer tijd gemoeid met de verkoop van objecten. Hierdoor stijgen de kosten van tijdelijk beheer, zoals bewaking en energiekosten (+ € 1,5 mln.).

  • Er was in 2012 sprake van onvoorziene beheerskosten, zoals bodemonderzoeken en bodemsaneringskosten (+ € 0,6 mln.).

Zakelijke lasten (+ € 7,7 mln.)

Het gaat hier om de betaling van door gemeenten en waterschappen opgelegde belastingen en heffingen die samenhangen met het bezit van onroerende zaken. Gedacht moet worden aan de onroerendezaakbelasting en waterschap heffingen ter zake van de onroerende zaken van de Staat. Tevens vallen onder deze post de door gemeenten opgelegde belastingen en heffingen die samenhangen met het gebruik van/in onroerende zaken zoals rioolheffing.

  • Er is een toename in de uitgaven OZB in verband met (autonome) tariefstijgingen en het voor het eerst aanslaan van bepaalde objecten voor OZB (woonbootligplaatsen) (+ € 1,3 mln.).

  • Per 1 januari 2012 is het IJsselmeer voor het eerst aangeslagen voor watersysteemheffing. Dit betreft een structurele heffing (+ € 1,5 mln.). Daarnaast zijn de waterschapsheffingen met betrekking tot aan derden in gebruik gegeven gronden met € 0,8 mln. gestegen. Van de € 0,8 mln. is € 0,5 mln. doorbelast aan en betaald door de gebruikers (+ € 2,3 mln.).

  • In 2012 is € 4,1 mln. meer betaald aan door gemeenten opgelegde belastingen en heffingen ter zake van het gebruik van onroerende zaken dan was begroot. Financiën voert sinds 2009 het centrale loket voor deze lasten en heeft de lijn ze door te belasten aan de gebruikers van de onroerende zaken. De doorbelasting van de gemeentelijke heffingen en belastingen is in 2012 nog niet gerealiseerd, waardoor deze lasten nog voor rekening van Financiën komen.

Bijdrage aan het RVOB (+ € 3,6 mln.)

Over 2011 heeft het RVOB een batig saldo gerealiseerd van € 3,6 mln. Dit batig saldo is in 2012 door het moederdepartement toegevoegd aan het eigen vermogen van het RVOB als buffer voor risico’s bij gebiedsontwikkelingsprojecten waarin het RVOB participeert.

Ontvangsten

Ingebruikgeving RVOB (+ € 8,4 mln.)

  • Het gaat hierbij om de ingebruikgeving (verhuring) van de onroerende zaken van de Staat voor zover er voor de opbrengst uit ingebruikgeving geen middelenafspraak bestaat. Ook de verkoop van bodemmaterialen zoals zand is hier ondergebracht.

  • De opbrengsten uit bodemmaterialen zijn door een tariefverhoging in 2012 hoger uitgevallen dan geraamd (+ € 3,4 mln.).

  • De inkomsten uit pacht, erfpacht /opstalrechten zijn hoger uitgevallen door o.a. een pachtprijsverhoging en de realisatie van een aantal windturbineparken op Staatseigendom (+ € 8,1 mln.).

  • De huurinkomsten zijn lager uitgevallen omdat de Dienst Uitvoering Onderwijs in verband met het betrekken van nieuwbouw de huurovereenkomst heeft opgezegd op het gehuurde pand (– € 2,8 mln.).

  • De inkomsten uit overige ingebruikgevingen, waaronder huurrechten benzinestations langs rijkswegen en opbrengst van Onbeheerde Nalatenschappen, zijn per saldo € 0,3 mln. lager uitgevallen dan begroot (– € 0,3 mln.).

Vervreemding RVOB (– € 25,3 mln.)

  • Het gaat hierbij om de vervreemding van de onroerende zaken van de Staat, voor zover voor de opbrengst uit vervreemding geen middelenafspraak bestaat.

  • De opbrengst uit verkopen is door de huidige economische situatie fors achtergebleven bij de raming (– € 20,5 mln.).

  • Er was in 2012 een lagere opbrengst uit veiling van huurrechten benzinestations langs rijkswegen, omdat er voor minder locaties huurrechten zijn geveild (– € 4,5 mln.).

  • Ook de overige ontvangsten, zoals ontvangsten uit agrarische verrekenbedingen en anti-speculatiebedingen, vielen door de economische situatie lager uit dan geraamd was (– € 0,3 mln.).

Vervreemding DRZ (+ € 1,3 mln.)

De verkoopopbrengsten van DRZ zijn hoger dan geraamd door zowel een hoger aantal verkopen als door een hogere gerealiseerde gemiddelde prijs.

Niet uit tabel blijkende budgettaire gevolgen

Middelenafspraken

De minister van Financiën verzorgt behalve de ingebruikgeving en vervreemding van de eigen (overtollige) onroerende zaken ook de ingebruikgeving en vervreemding van (overtollige) onroerende zaken van andere ministers. Wanneer een middelenafspraak is gemaakt met een minister, dan wordt de opbrengst uit ingebruikgeving en/of vervreemding door deze minister verantwoord op zijn eigen begroting.

Onroerende zaken van de baten- lastendienst RVOB

Met inachtneming van het Financieel Kader RVOB/DO48 kan de batenlastendienst RVOB onroerende zaken verwerven. Alle kosten en opbrengsten van verworven onroerende zaken worden verantwoord in de Baten- lastenparagraaf van het RVOB.

45

KB 5 november 2012, Stcrt. 8 november 2012, nr. 23045.

46

Tijdelijke regeling mandaat, volmacht en machtiging Rijksvastgoed, Stcrt, 19 november 2012, nr. 23507.

47

Kamerstukken II 2006/07, 27 581, nr. 29

48

Kamerstukken II 2009/10, 32 275, A en nr. 1

Licence