Op basis van de mij beschikbare informatie zijn er geen vermeldenswaardige bevindingen behoudens het onderstaande.
ICT-voorwaarden voor open standaarden (KD)
Voldaan wordt aan de verplichting van artikel 3, eerste lid van de Instructie rijksdienst bij aanschaf ICT-diensten of ICT-producten, met uitzondering van het onderdeel webrichtlijnen. De webrichtlijnen gaan over het ontwerpen, bouwen en beheren van websites en zijn gebaseerd op internationale standaarden voor kwaliteit en toegankelijkheid. In 2013 is op nagenoeg alle websites actie ondernomen. Deze acties lopen door in 2014 en hebben betrekking op het overbrengen van websites naar andere platforms, zoals bijvoorbeeld rijksoverheid.nl, dan wel het aanpassen van websites om te gaan voldoen aan de webrichtlijnen. Dit vindt plaats in nauwe samenwerking met het Ministerie van Binnenlandse Zaken, dat de acties voor de overheid coördineert.
Regeling kasbeheer (KD)
De regeling schrijft voor dat alle facturen worden voorzien van een prestatieverklaring.
Vanuit efficiency-overwegingen stelt Financiën facturen < € 1.250 zonder controle vooraf op prestatieverklaring, betaalbaar. Achteraf worden facturen steekproefsgewijs geselecteerd om alsnog de prestatieverklaring op te vragen en vindt er een risico-analyse plaats om ongewenste ontwikkelingen te signaleren. Uit de uitgevoerde steekproeven zijn geen onrechtmatigheden gebleken. In 2014 wordt deze werkwijze geëvalueerd.
Externe inhuur
Het structurele percentage externe inhuur ligt met circa 9% onder de Rijksbrede norm. Over 2013 zijn extra financiële middelen beschikbaar gesteld om specifieke werkzaamheden bij de Belastingdienst, zoals de uitvoering van fraudemaatregelen bij Toeslagen en de Intensivering Toezicht en Invordering (ITI) bij Belastingen, uit te voeren. In aanloop naar een structurele inbedding van deze extra werkzaamheden in de bedrijfsvoering van de Belastingdienst is gebruik gemaakt van uitzendkrachten en overige externe inhuur. De kosten voor deze extra inhuur bedragen € 40 mln. en resulteren in een tijdelijke verhoging van het inhuurpercentage met circa 1,6%.
Er is één overschrijding van het maximumtarief van € 225 (motie De Pater). Het betreft inhuur van een adviseur met specialistische kennis van treasury systemen in verband met het lopende project upgrade huidige treasury systeem.