Base description which applies to whole site

8.1 Toelichting bij de saldibalans per 31 december 2013

Algemene toelichting

Alle bedragen zijn opgenomen tegen nominale waarden en vermeld in duizenden euro’s tenzij anders aangegeven. Relevante posten worden hieronder nader toegelicht. Hierbij is de nummering van de saldibalans aangehouden. Door afronding van bedragen op duizenden euro’s, kunnen totaaltellingen niet aansluiten bij de som der delen.

Specifieke toelichting per saldibalanspost

1. Uitgaven ten laste van de begroting

Deze post bevat de nog niet met het Ministerie van Financiën (Rijkshoofdboekhouding) verrekende begrotingsuitgaven 2013. Verrekening van de begrotingsuitgaven zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

Deze post betreft de nog niet met het Ministerie van Financiën (Rijkshoofdboekhouding) verrekende begrotingsontvangsten 2013. Verrekening van de begrotingsontvangsten zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

3. Liquide middelen

De liquide middelen bestaan uit de saldi op bank- en girorekeningen en bij de kasbeheerders aanwezige kasgelden.

4. Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

Deze post geeft de financiële verhouding met de Rijkshoofdboekhouding weer. Er zijn drie rekening-courantverhoudingen nl. Geïntegreerd Middelen Beheer, het Partieel Schatkistbankieren en het Agentschap. De bedragen zijn per 31 december 2013 in overeenstemming met de opgaven van de Rijkshoofdboekhouding.

6. Uitgaven buiten begrotingsverband (=intra-comptabele vorderingen)

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2013

Ultimo 2012

Te realiseren (dis)agio

– 3.258.245

– 3.285.671

Vooruitbetaalde rente onderhandse leningen

246

274

Te ontvangen rente swaps

4.594.586

4.998.669

Vooruitbetaalde disconto

4.393

– 2.336

Te ontvangen rente vlottende schuld

77.981

78.526

CO2-veiling

0

0

Te ontvangen rente m.b.t. GMB

129.925

256.153

Totaal

1.548.886

2.045.615

7. Ontvangsten buiten begrotingsverband (=intra-comptabele schulden)

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2013

Ultimo 2012

Te betalen rente onderhandse leningen

33.207

46.726

Te betalen rente openbare schuld

6.356.747

6.415.291

Te betalen rente swaps

4.500.933

4.870.871

Te betalen rente vlottende schuld

20.552

18.833

Derden van het Agentschap

10.750.890

14.545.709

Te betalen rente m.b.t. GMB

18.413

15.251

Totaal

21.680.742

25.912.681

8. Kas-transverschillen

Op deze rekening zijn de bedragen opgenomen welke zijn verantwoord in de uitgaven en ontvangsten, maar nog niet daadwerkelijk in de kas zijn uitgegeven en ontvangen.

De begrotingsuitgaven en ontvangsten worden sinds 2002 niet op kas-, maar op transactiebasis verantwoord.

10. Extra-comptabele vorderingen

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2013

Ultimo 2012

Callgeldleningen u/g

0

0

Extra-comptabele vorderingen

0

0

Loans

3.750.000

3.750.000

Overige

0

0

Sell/Buy Back transtransacties

0

0

Verstrekte leningen Agentschappen

7.255.227

7.888.269

Verstrekte leningen RWT’s en derden

5.139.556

5.618.680

Totaal

16.144.783

17.256.949

Instellingen die deelnemen aan het geïntegreerd middelenbeheer kunnen lenen. De afgesloten leningen zijn vorderingen van de Staat op de deelnemers. De vorderingen bedragen ultimo 2013 € 12,3 mld. Aan de Agentschappen is € 7,3 mld. uitgeleend, een daling van € 0,6 mld. ten opzichte van de stand ultimo 2012. Aan Rechtpersonen met wettelijke taak en derden is € 5,1 mld. uitgeleend, een daling van € 0,5 mld. ten opzichte van 2012. De gewogen gemiddelde looptijd van de leningen bedraagt bij de Agentschappen circa 9,9 jaar en bij Rechtpersonen met wettelijke taak circa 15,3 jaar.

Opeisbaarheid van de vorderingen

Het volgend overzicht geeft inzicht in de mate van opeisbaarheid van de extra-comptabele vorderingen.

Opeisbaarheid

Bedrag

Direct opeisbare vorderingen

0

Op termijn opeisbare vorderingen

16.144.783

Totaal

16.144.783

11. Extra-comptabele schulden

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2013

Ultimo 2012

Vaste schuld

   

– Staatsschuld

323.188.435

300.154.975

     

Vlottende schuld

   

– Dutch Treasury Certificates

24.880.000

20.550.000

– Callgeldleningen o/g

4.250.000

4.921.517

– Sell/Buy Back transacties

376.835

759.104

– European Commercial Paper (ECP)

1.206.390

12.426.048

– Onderhands Floating Rate Note (FRN)

3.000.000

3.000.000

– RC Agentschappen

1.622.476

1.774.808

– RC RWT’s en derden

2.509.679

3.251.556

– RC Decentrale Overheden

4.070.986

 

– RC Sociale Fondsen

– 21.807.970

– 15.348.820

     

Overige schuld

   

– Deposito’s Agentschappen

92.600

84.000

– Deposito’s RWT’s en derden

2.064.918

2.449.021

– Deposito’s Decentrale Overheden

2.568.205

 

Totaal

348.022.554

334.022.209

De extra-comptabele schulden hebben betrekking op in het verleden binnen begrotingsverband geboekte ontvangsten, waarvan op termijn nog verrekening met derden zal plaatsvinden. Deze post betreft voornamelijk de vaste staatsschuld (€ 323,2 mld.) en vlottende staatsschuld (€ 33,7 mld.) en daarnaast bevatten de extra-comptabele schulden ook de schulden die betrekking hebben op de verhoudingen tussen de RHB en de deelnemers aan geïntegreerd middelenbeheer.

In 2013 is vanwege de start van het verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden een nieuwe categorie «decentrale overheden» aangemaakt. Een aantal decentrale overheden deed in 2012 al vrijwillig mee aan schatkistbankieren. Deze werden in het jaarverslag 2012 meegeteld onder RWT’s en derden.

De rekening-courant tegoeden vallen onder de vlottende schuld omdat ze direct opvraagbaar zijn.

Instellingen kunnen ook deposito’s plaatsen. Hierdoor ontstaat een schuld van de Staat aan de deelnemers. De deposito’s zijn voor het overgrote deel kortlopend. Het zijn vooral de Rechtpersonen met wettelijke taak die deposito’s hebben uitstaan. De Agentschappen hadden op 31 december € 0,09 mld. uitstaan. Rechtpersonen met wettelijke taak € 2,1 mld. en decentrale overheden € 2,6 mld. De gewogen gemiddelde looptijd bij de Agentschappen was circa 1,4 jaar. Bij de Rechtpersonen met wettelijke taak bedroeg de gemiddelde looptijd circa 0,7 jaar en bij decentrale overheden 4,7 jaar.

Sociale Fondsen

De saldi van de sociale fondsen lopen sterk uiteen hetgeen met name toe te schrijven is aan de mate van onderdekking en overdekking van de desbetreffende premies. Het saldo van UWV bedraagt € 5,2 mld. negatief, het saldo van SVB € 2,7 mld. positief en het saldo van CVZ € 19,3 mld. negatief. Gecumuleerd levert dit het saldo van € 21,8 mld. negatief op. Dit is een daling van € 6,5 mld. ten opzichte van eind 2012. In de begroting 2013 werd echter nog uitgegaan van een daling rond de € 6,9 mld., dus de daling is minder sterk dan eerder geraamd.

Voor een specificatie naar uitgiftejaar van de stand van de vaste schuld per 31 december 2013 wordt verwezen naar het onderstaande overzicht.

Specificatie van de vaste schuld naar jaar van uitgifte1
per 31 december 2013 (bedragen x € 1 mln.)

Jaar van uitgifte

Openbaar

Onderhands

Totaal

Vóór 1991

22,7

43,9

66,6

1991

0

87,7

87,7

1992

0

405,7

405,7

1993

9.806,5

8,8

9.815,3

1994

0

48,0

48,0

1995

0

54,4

54,4

1996 / 1997

0

0

0

1998

13.028,8

19,5

13.048,3

1999 / 2000 / 2001 / 2002 / 2003

0

0

0,0

2004

16.348,8

0

16.348,8

2005

28.297,2

0

28.297,2

2006

17.574,5

0

17.574,5

2007

14.655,0

0

14.655,0

2008

15.081,0

0

15.081,0

2009

29.545,3

0

29.545,3

2010

29.490,5

827,22

30.317,7

2011

47.811,9

0

47.811,9

2012

61.082,8

0

61.082,8

2013

38.948,2

0

38.948,2

Totaal3

321.693,2

1.495,2

323.188,4

1

Jaar van eerste uitgifte betekent dat ingeval van een heropening van een lening, het bedrag wordt opgenomen bij het oorspronkelijke jaar van eerste uitgifte van de (heropende) lening.

2

Verplichtingen uit hoofde van schuldtitels uitgegeven door het land Nederlandse Antillen en het eilandgebied Curaçao, overgenomen door de Nederlandse Staat per 10 oktober 2010.

3

Door afronding kan de som van de componenten afwijken van het totaal.

Licence