Base description which applies to whole site

3. DE SALDIBALANS

Saldibalans per 31 december 2013 Wonen en Rijksdienst (H XVIII) (bedragen x € 1.000)

Activa

31–12-’13

31–12-’12

 

Passiva

31–12-’13

31–12-’12

1)

Uitgaven ten laste van de begroting

3.146.159

0

 

2)

Ontvangsten ten gunste van de begroting

580.356

0

                 

3)

Liquide middelen

0

0

 

3a)

Liquide middelen

   
                 

4)

Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

50.000

0

 

4a)

Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

2.555.343

0

                 
         

5)

Begrotingsreserves

50.000

0

                 

6)

Uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)

3.790

0

 

7)

Ontvangsten buiten begrotingsverband (intra-comptabele schulden)

14.250

0

                 

8)

Kas-transverschillen

0

0

         
                 
 

Subtotaal

3.199.949

0

     

3.199.949

0

                 

9)

Openstaande rechten

15.960

0

 

9a)

Tegenrekening openstaande rechten

15.960

0

                 

10)

Extra-comptabele vorderingen

648

0

 

10a)

Tegenrekening extra-comptabele vorderingen

648

0

                 

11a)

Tegenrekening extracomptabele schulden

0

0

 

11)

Extra-comptabele schulden

0

0

                 

12)

Voorschotten

313.630

0

 

12a)

Tegenrekening voorschotten

313.630

0

                 

13a)

Tegenrekening garantieverplichtingen

356

0

 

13)

Garantieverplichtingen

356

0

                 

14a)

Tegenrekening openstaande verplichtingen

408.714

0

 

14)

Openstaande verplichtingen

408.714

0

                 

15)

Deelnemingen

0

0

 

15a)

Tegenrekening deelnemingen

0

0

                 
 

TOTAAL

3.939.257

0

   

TOTAAL

3.939.257

0

Toelichting bij de saldibalans per 31 december 2013 Wonen en Rijksdienst (HXVIII)

Waardesprong cijfers hoofdstuk XVIII per 01-01-2013

Met ingang van verantwoordingsjaar 2013 worden, op basis van de Rijksbegrotingsvoorschriften, in de saldibalans ook de stand van de balansposten ultimo voorgaand jaar gepresenteerd (zogenaamde vergelijkende cijfers). Als gevolg van het regeerakkoord van VVD en PvdA «Bruggen slaan» is Wonen en Rijksdienst per 1 januari 2013 als programmabegroting ontstaan. Een aantal beleidsonderwerpen en de daarbij behorende organisatie-onderdelen zijn van Financiën en BZK overgedragen aan de programmabegroting Wonen en Rijksdienst (invlechtingen).

Deze invlechtingen hebben betrekking op:

  • Introductie van de programmabegroting Wonen en Rijksdienst (hoofdstuk XVIII), met betrekking tot de oorspronkelijke begrotingsartikelen 3, 4, 8 en 9 van hoofdstuk VII;

  • Start SSC-ICT Den Haag als baten-lastenagentschap van Hoofdstuk XVIII (ontvlochten uit Hoofdstuk VII, artikel 11 «Apparaat»);

  • Overkomst baten-lastenagentschappen Logius, De Werkmaatschappij, FMHaaglanden, Dienst van de Huurcommissie, P-Direkt en Rijksgebouwendienst van Hoofdstuk VII;

  • Overkomst baten-lastenagentschap RVOB van Hoofdstuk IX (Financiën);

  • De directies Duurzame Ontwikkeling en Vastgoed van het Ministerie van Financiën in de begroting en verantwoording van hoofdstuk XVIII (oorspronkelijk artikel 7 van H IX). Dit betreft een kasbeheerder.

De in het regeerakkoord genoemde overdracht van de topmanagers en diplomaten van de dienst Buitenlandse Zaken naar de Algemene Bestuursdienst van BZK heeft per 1 januari 2013 niet plaatsgevonden. Op basis van het advies van de heer Doctors van Leeuwen vindt vanaf 2014 structurele uitwisseling plaats. Na twee jaar wordt dit geëvalueerd.

In bijlage 1. Opbouw balansposten hoofdstuk XVIII per 1 januari 2013 behorende bij de toelichting is per balanspost inzichtelijk gemaakt hoe de beginstanden per 1 januari 2013 zijn opgebouwd.

Begrotingstechnisch zijn deze aanpassingen opgenomen in Kamerstukken II, 2012–2013, 33 640 VII, nr 2 en Kamerstukken II, 2012–2013, 33 400 VII, nr 10.

Ad 1 en 2. Uitgaven en ontvangsten 2013

Bij deze posten zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar 2013 waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Tweede Kamer is goedgekeurd.

Ad 3. Liquide middelen

De post liquide middelen is opgebouwd uit het saldo bij de banken en de contante gelden aanwezig in de kluis van de Kasbeheerder.

Ad 4. en 4a. Rekening-courant RHB

Op de Rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding (RHB) is de financiële verhouding met het Ministerie van Financiën weergegeven. Opgenomen zijn de bedragen conform Rekening-courant afschriften en het saldobiljet van genoemd departement. De volgende Rekening-courantverhouding is opgenomen in de balans:

   

Bedragen in €

a.

Rekening-courant Fin/RHB

– 2.555.343.239

b.

Rekening-courant NHG

50.000.000

Ad a. De Rekening-courant Fin/RHB:

Het saldo vertegenwoordigt de reguliere mutaties met betrekking tot Wonen en Rijksdienst (XVIII).

Ad b. De Rekening-courant NHG:

In 2011 is de begrotingreserve Nationale Hypotheek Garantie (NHG) gevormd. Het doel hiervan is een reservering van middelen ter partiële dekking van een eventuele aanspraak op de achtervang functie van het Rijk door het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW).

Ad 5. Begrotingsreserves

 

Bedragen in €

Nationale Hypotheekgarantie

50.000.000

Totaal

50.000.000

Dit betreft het saldo van de Nationale Hypotheekgarantie. In 2011 is de begrotingreserve Nationale Hypotheek Garantie (NHG) gevormd. Het doel hiervan is een reservering van middelen ter partiële dekking van een eventuele aanspraak op de achtervang functie van het Rijk door het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW).

Ad 6. Uitgaven buiten begrotingsverband (intra-comptabele vorderingen)

Het bedrag aan uitgaven buiten begrotingsverband is als volgt opgebouwd:

   

Bedragen in €

a.

Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf

3.708.882

b.

Te vorderen van ministeries en derden

81.919

Totaal

3.790.801

Ad a. Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf

De vorderingen van het Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf (RVOB) bestaan uit diverse vorderingen op ministeries en derden, zoals terugvorderingen algemeen ad € 0,8 mln overige terugvorderingen onroerende zaken ad € 0,1 mln, verrekende bodemkosten ad € 0,2 mln. en over te boeken bedragen ontstaan bij het afsluiten van het boekjaar 2012 van de administratie op GVKA-basis ad € 2,4 mln.

Ad b. Te vorderen van ministeries en derden

In dit bedrag zijn aan diverse departementen door te berekenen posten opgenomen.

Ad 7. Ontvangsten buiten begrotingsverband (intra-comptabele schulden)

Het bedrag aan ontvangsten buiten begrotingsverband is als volgt opgebouwd:

   

Bedragen in €

a.

Schulden Kasbeheerders Rijksdiensten

14.249.671

Totaal

14.249.671

Ad a. Schulden Kasbeheerders Rijksdiensten

Het betreft schulden van de Kasbeheerder RVOB. Dit saldo bestaat voornamelijk uit verhuringen en ontvangen verkopen aan het Ministerie van Defensie ad € 1,1 mln, verhuringen en ontvangen verkopen aan de Rijksgebouwendienst (Rgd) ad € 3,7 mln., verkoopopbrengsten van objecten aan het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (I en M) ad € 1,4 mln., te betalen huurontvangsten aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie (V&J) ad 2,7 mln., onbeheerde nalatenschappen ad € 2 mln., en saneringskosten van panden ad € 1,9 mln.

Ad 9. Openstaande rechten

Het saldo per 31 december 2013 wordt hieronder per ontstaansjaar gespecificeerd:

Ontstaansjaar

Bedragen in €

t/m 2009

862.492

2010

156.821

2011

294.643

2012

506.589

2013

14.139.841

Totaal

15.960.386

Het saldo bestaat voornamelijk uit debiteuren met betrekking tot de ingebruikgeving aan diverse ministeries van het RVOB ad € 14,8 mln.

Ad 10. Extra-comptabele vorderingen

Het saldo per 31 december 2013 kan als volgt worden gespecificeerd:

Stand per 31 december 2013 openstaande vorderingen naar ontstaansjaar
 

Beginstand

Mutaties in 2013

Stand in €

Ontstaansjaar

1-1-2013

31-12-2013

t/m 2009

51.253

51.253

0

2010

451.500

451.500

0

2011

15.279

15.279

0

2012

3.891.066

3.500.550

390.516

2013

0

257.741

257.741

Totaal

4.409.098

3.760.841

648.257

Stand per 31 december 2013 openstaande vorderingen per artikel
 

Omschrijving

Stand in €

Artikel 1

Woningmarkt

310.292

Artikel 2

Woonomgeving en bouw

222.562

Artikel 3

Kwaliteit Rijksdienst

115.403

Totaal

648.257

Artikel 1 Woningmarkt

Het openstaand saldo ad € 0,3 mln. betreft vorderingen over de periode 1992 tot en met 2012 in het kader van de Eigen Woningregelingen (EW) en de Wet Bevordering Eigenwoningbezit (BEW). Deze vorderingen ontstaan, als uitbetaalde bijdragen achteraf worden verlaagd, op grond van wijziging van de berekeningsgegevens. Het beheer van deze vorderingen wordt uitgevoerd door Agentschap NL.

Artikel 2: Woonomgeving en bouw

De openstaande vorderingen van € 0,2 mln. bestaan voor € 0,18 mln. uit vorderingen ontstaan als gevolg van afrekeningen van subsidies aan derden. Het beheer van deze vorderingen wordt uitgevoerd door Agentschap NL.

Artikel 3: Kwaliteit Rijksdienst

Dit bestaat voornamelijk uit vorderingen van het Bureau Algemene Bestuursdienst (BABD) ad € 0,1 mln. op de Inter Collegiale Consultancy (ICC).

Ad 12. Openstaande voorschotten

De saldi van de per 31 december 2013 openstaande voorschotten en van de in 2013 afgerekende voorschotten worden hieronder per jaar gespecificeerd:

Ontstaansjaar

Stand per 1-1-2013

Bevoorschot in 2013

Afgerekend in 2013

Bedragen in €

31-12-2013

t/m 2009

92.099.816

0

51.954.222

40.145.594

2010

15.969.970

0

5.589.209

10.380.761

2011

258.551.825

0

235.883.853

22.667.972

2012

121.329.463

0

12.726.803

108.602.660

2013

 

132.653.730

820.453

131.833.277

Totaal

487.951.074

132.653.730

306.974.540

313.630.264

De saldi van de per 31 december 2013 openstaande voorschotten worden hieronder per artikel gespecificeerd:

 

Omschrijving

Bedragen in €

Artikel 1

Woningmarkt

144.556.613

Artikel 2

Woonomgeving en bouw

83.598.224

Artikel 3

Kwaliteit Rijksdienst

6.263.439

Artikel 4

Uitvoering Rijkshuisvesting

57.324.000

Artikel 5

Beheer materiële activa

21.887.988

Totaal

313.630.264

Artikel 1: Woningmarkt

Op dit artikel staat in totaal circa € 144,6 mln aan voorschotten open. In het regeerakkoord van 2012 is door het rijk € 20 mln uitgetrokken om gemeenten en provincies financieel te ondersteunen bij het verstrekken van startersleningen. Deze bijdrage is verstrekt aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVN). In aanvulling op het voorschot 2012, is in 2013 een voorschot van € 30 mln verstrekt. Daarmee komt het totaal aan openstaande voorschotten aan SVN op € 50 mln, die in 2017 zullen worden afgerekend.

Voor de afhandeling van de huurprijsonderzoeken ontvangt de Huurcommissie jaarlijks een budget van de directie Woningmarkt dat in de vorm van een voorschot wordt verstrekt. Voor 2012 bedroeg het saldo circa € 22,3 mln, waarvan het voorschot uit voorgaande jaren ad € 3,5 mln naar verwachting in de loop van het jaar 2014 wordt afgewikkeld. Voor de opdracht van 2013 is een voorschot verstrekt van € 13,3 mln, wat het totaal aan openstaande voorschotten aan de Huurcommissie op € 35,6 mln brengt.

Daarnaast is in voorgaande jaren een voorschot verstrekt van € 30,6 mln aan Agentschap NL ten behoeve van de bouwlocatie Kop van Zuid. Dit voorschot zal in 2015 worden afgerekend.

Verder zijn in 2013 en eerder voorschotten verstrekt aan de verschillende kennisinstellingen voor het uitvoeren van hun werkprogramma’s en voor onderzoek op het gebied van wonen. Zo zijn er in voorgaande jaren aan het NICIS Institute diverse voorschotten verleend van ruim € 14 mln en aan Platform 31 € 8 mln. Deze programma’s lopen meerjarig en zullen in 2014/2015 worden verantwoord en afgewikkeld.

Artikel 2: Woonomgeving en Bouw

Op dit artikel staat ultimo 2013 circa € 83 mln aan voorschotten open.

Hiervan was € 203 mln. bestemd voor de Brede doeluitkering Sociaal, Integratie en Veiligheid (BDU SIV); deze uitkering was verleend aan 31 gemeenten in het kader van het Grotestedenbeleid voor de periode 2005–2009, inclusief herstel- en verlengingsafspraken 2010–2011 en is in 2013 definitief afgerekend.

Verder heeft € 17,3 mln. betrekking op de vergoeding van mensuren en projectmiddelen aan het Agentschap NL voor de jaren 2011 tot en met 2013. Daarnaast staat een voorschot van circa € 13 mln. open aan Agentschap NL ten behoeve van het Nationaal Restauratiefonds.

Voor de uitvoering van ontwikkelplannen op het gebied van sociale huisvesting op de BES-eilanden, zijn voorschotten verstrekt aan woonstichting THUIS, woonstichting Aert Swaens en stichting AMFO voor een totaalbedrag van € 3,2 mln.

Het merendeel van de overige voorschotten zijn in 2013 en eerdere jaren verstrekt aan gesubsidieerde projecten (waaronder Gebieden Energieneutraal € 5,4 mln en CENCO € 1,4 mln. voor de uitvoeringsagenda bouw), onderzoeksopdrachten, maatwerkafspraken met gemeenten en maatschappelijke kosten/baten analyses wijkenaanpak in het kader van Woon en leefomgeving, het vergroten van de leefbaarheid in wijken en bevolkingsdaling € 11,3 mln. Daarnaast zijn er voorschotten ad € 12,1 mln. verstrekt voor het uitvoeren van het meerjarige programma Energiesprong. Na ontvangst en beoordeling van de verantwoordingsinformatie zullen de voorschotten in de loop van 2014 worden afgewikkeld. Ook is ten behoeve van de oprichting van het Nationaal Energiebespaarfonds een voorschot van € 0,7 mln. verstrekt aan SVN.

Artikel 3: Kwaliteit Rijksdienst

De openstaande voorschotten ad € 6,2 mln hebben grotendeels betrekking op voorschotten verstrekt aan de Stichting A&O Fonds ad € 3,4 mln. ten behoeve van arbeidsmarktprojecten en aan de Stichting ICTU voor het project Marij ad € 0,5 mln. en Kennislab ad € 1,7 mln. Na ontvangst en beoordeling van de verantwoordingsinformatie zullen deze voorschotten worden afgewikkeld.

Artikel 4: Uitvoering Rijkshuisvesting

Het openstaand saldo betreft voorschotten aan de Rgd ad € 57,3 mln. voor het uitvoeren van Rijkshuisvestingsbeleid en het beheren van monumenten. Na ontvangst en beoordeling van de verantwoordingsinformatie zullen deze voorschotten worden afgewikkeld.

Artikel 5: Beheer materiële activa

Het openstaand saldo betreft voorschotten aan RVOB ad € 21,9 mln. De convenanten die de basis vormen voor de overboeking van de maandelijkse bijdrage, van het moederdepartement aan het RVOB zijn nog niet definitief en ondertekend. Op basis van het jaarplan 2013 zijn de maandelijkse bijdragen van 2013 overgemaakt.

Ad 13. Garantieverplichtingen

Ad 13a. Tegenrekening garantieverplichtingen

Het bedrag aan garantieverplichtingen is als volgt opgebouwd:

   

Bedragen in €

 

Garantieverplichtingen per 1 januari 2013

 

440.750

 

Aangegane verplichtingen in 2013

 

0

+/+

   

440.750

Tot betaling gekomen in 2013

0

   

Negatieve bijstellingen verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren

85.083

   
   

85.083

-/-

Totaal openstaande garantieverplichtingen per31 december 2013

 

355.667

 

De garanties betreffen Hypotheekgaranties. Bij beschikking van 23 augustus 1974, nr. AB74/U1271, van de Minister van Binnenlandse Zaken, is de mogelijkheid geschapen om onder bepaalde voorwaarden een hypotheekgarantie te verlenen voor tijdige betaling van rente en aflossing op een hypothecaire geldlening, die in verband met de aankoop van een woning is afgesloten. Er zijn ultimo 2013 nog 5 garanties geldig. Het theoretische risico bedraagt € 0,1 mln. Het maximale garantieplafond per 31 december 2013 bedraagt € 0,3 mln.

Niet in de balans opgenomen garantieverplichtingen

Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW)

Het Rijk en de gemeenten staan borg voor de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Voor het WSW geldt dat indien het fondsvermogen na gebruikmaking van de zekerheidsstructuur een zeker minimum heeft bereikt, zoals vastgelegd in de achtervangovereenkomst, het WSW een beroep kan doen op de achtervangers. Dit beroep is in beginsel ongelimiteerd. Het Rijk en de deelnemende gemeenten verstrekken in geval van eventuele liquiditeitsproblemen bij het WSW ieder voor 50% een renteloze lening aan het WSW.

Deze borgstelling vormt de tertiaire zekerheid van het fonds. De primaire zekerheid wordt gevormd door het eigen vermogen van de aangesloten corporaties. Indien de financiële positie van de corporatie, naar de eisen van kredietwaardigheid van het WSW, onvoldoende is, kan onder bepaalde voorwaarden saneringssteun worden verleend door het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV). De secundaire zekerheid wordt gevormd door het vermogen van het WSW. Dit vermogen is opgebouwd uit een borgstellingreserve en een obligo op corporaties. Voor 2013 geldt dat de borgstellingreserve in het eerste half jaar wordt vastgesteld. Het totaalbedrag aan obligo’s is € 3,26 miljard. De kans dat de tertiaire zekerheid wordt aangesproken is nagenoeg nihil.

In onderstaande tabel wordt inzicht gegeven in de ontwikkeling van de vermogenspositie van de stichting WSW:

Kengetallen stichting WSW (x € 1 mln)

Jaar 2013

Jaar 2012

jaar 2011

jaar 2010

jaar 2009

Gegarandeerde leningen

86.200

87.400

86.300

85.300

75.800

Eigen vermogen WSW

489

477

482

476

Obligoverplichtingen

3.260

3.300

3.200

3.200

2.918

Garantievermogen

3.789

3.697

3.682

3.394

Totaal aan schadebetalingen

0

0

0

0

0

Bron: jaarrekening WSW 2012/2011/2010/2009

Cijfers over 2013 betreffen voorlopige cijfers

Het WSW heeft tot op heden uit hoofde van haar borgstellingsfunctie nooit schadebetalingen gedaan. Belangrijke reden hiervan is dat het CFV in de praktijk aan financieel noodlijdende corporaties saneringssteun geeft voordat ze niet meer kunnen voldoen aan hun betalingsverplichtingen en de borgstelling van het WSW zou kunnen worden aangesproken.

Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW)

De Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) is de uitvoerder van de Nationale Hypotheek garantie (NHG).

Het Rijk is de achtervanger bij het WEW. Dit betekent dat zodra het WEW onvoldoende risicovermogen heeft om aanspraken op de garantstelling te kunnen betalen, het Rijk zich verplicht heeft gesteld om achtergestelde renteloze leningen te verschaffen.

Tot 2011 was het Rijk samen met de gemeenten achtervanger. Vanaf 1 januari 2011 is alleen het Rijk achtervanger, voor de oude gevallen blijven de gemeenten verantwoordelijk voor 50% van de achtervang.

In 2013 is de aanspraak op de NHG vanwege een gedwongen verkoop opgelopen tot 4.522 huishoudens (2012: 3.548 huishoudens). Deze stijging ten opzichte van 2012 is vanwege de verdere prijsdaling van woningen in 2013 overeenkomstig de verwachtingen. Het garantievermogen van de stichting bedroeg ultimo 2013 € 778 mln.

In de liquiditeitsprognose van het WEW voor de periode 2013–2018 wordt geen aanspraak op de achtervang van de overheid voorzien.

In de onderstaande tabel wordt inzicht gegeven in de ontwikkeling van de vermogenspositie van het WEW:

Kengetallen stichting WEW (x € 1 mln)

Jaar 2013

Jaar 2012

jaar 2011

jaar 2010

jaar 2009

Totaal aan gegarandeerde leningen

164.000

154.000

136.207

126.422

108.879

Garantievermogen

778

786

729

643

610

Totaal aan schadebetalingen

150,7

112,0

60,9

38,1

18,1

Bron: jaarrekening WEW 2012/2011/2010/2009

Cijfers over 2013 betreffen voorlopige cijfers

Garantie Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf

Bij de overkomst van het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf van het Ministerie van Financiën naar Wonen en Rijksdienst per 1-1-2013 heeft Wonen en Rijksdienst een door het Ministerie van Financiën verleende garantie overgenomen. Vanaf die datum heeft Wonen en Rijksdienst zich garant gesteld voor de eventuele verliezen op gebiedsontwikkelingsprojecten van het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf. Deze is gemaximeerd tot een bedrag van € 207 mln. (het vorderingenplafond). Ultimo 2013 heeft Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf na herwaardering van de post Onderhanden Werk in verband met de verwachte verliezen op deze projecten een vordering van € 80 mln. op het moederdepartement opgenomen.

Als dit daadwerkelijk leidt tot een betaling van Wonen en Rijksdienst aan het Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf wordt dit budgettair gedekt uit het generale beeld (via het Ministerie van Financiën).

Ad 14. Openstaande verplichtingen

Ad 14a. Tegenrekening openstaande verplichtingen

Het bedrag aan openstaande verplichtingen is als volgt opgebouwd:

   

Bedragen x €

 

Verplichtingen per 1 januari 2013

 

397.036.804

 

Aangegane verplichtingen in 2013

 

3.195.673.090

+/+

   

3.592.709.894

 

Tot betaling gekomen in 2013

3.146.157.164

   

Negatieve bijstellingen verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren

37.838.975

   
   

3.183.996.139

-/-

Totaal openstaande verplichtingen per 31 december 2013

 

408.713.755

 
Bijlage 1. Opbouw balansposten hoofdstuk XVIII per 1 januari 2013

BALANSPOSTEN

INVLECHTING RVOB

Conform Protocol

per 1 januari 2013

INVLECHTING VAN H VII NAAR H XVIII

per 1 januari 2013

BEGINSTAND H XVIII

per 1 januari 2013

   

CREDIT

DEBET

CREDIT

DEBET

CREDIT

1)

Uitgaven 2012

           

2)

Ontvangsten 2012

           

3)

Liquide middelen

269,00

     

269,00

 

4a)

Rekening-courant RHB

11.867.677,00

     

11.867.677,00

 

4)

Rekening-courant RHB

   

50.000,00

 

50.000,00

 

Rekening-courant RHB/

           

Nationale hypotheekgarantie

   

50.000.000,00

 

50.000.000,00

 

5)

Uitgaven buiten

5.382.026,00

     

5.382.026,00

 

begrotingsverband

           

(intra-comptabele

           

vorderingen)

           

6a)

Ontvangsten buiten

 

17.249.972,00

 

50.000,00

 

17.299.972,00

begrotingsverband

           

(intra-comptabele

           

schulden)

           

Begrotingsreserve NHG

     

50.000.000,00

 

50.000.000,00

Begrotingsreserve Asiel

           

7)

Openstaande rechten

9.850.907,00

     

9.850.907,00

 

7a)

Tegenrekening

 

9.850.907,00

     

9.850.907,00

openstaande rechten

           

8)

Extra-comptabele

   

4.409.097,54

 

4.409.097,54

 

vorderingen

           

8a)

Tegenrekening

     

4.409.097,54

 

4.409.097,54

extra-comptabele

           

vorderingen

           

9a)

Tegenrekening extra-

           

comptabele schulden

           

9)

Extra-comptabele

           

schulden

           

10)

Voorschotten

   

487.951.074,82

 

487.951.074,82

 

10a)

Tegenrekening

     

487.951.074,82

 

487.951.074,82

voorschotten

           

11a)

Tegenrekening garantie-

   

440.750,48

 

440.750,48

 

verplichtingen

           

11)

Garantieverplichtingen

     

440.750,48

 

440.750,48

12a)

Tegenrekening open-

1.882.716,00

     

1.882.716,00

 
 

staande verplichtingen

   

395.154.088,68

 

395.154.088,68

 

12)

Openst. verplichtingen

 

1.882.716,00

 

395.154.088,68

 

397.036.804,68

13

Deelnemingen

           

13a)

Tegenrekening

           
 

deelnemingen

           

TOTAAL

28.983.595,00

28.983.595,00

938.005.011,52

938.005.011,52

966.988.606,52

966.988.606,52

Licence