Algemeen
Defensie meet en registreert de milieubelasting als gevolg van haar activiteiten. Hierbij spelen energie- en waterverbruik, geluidemissie, bodem- en waterverontreiniging, afvalreductie en natuurwaarden een rol. Met deze informatie volgt Defensie de realisatie van de milieudoelstellingen zoals opgenomen in de Defensie Duurzaamheidsnota 2009 (DDN2009). Uitgangspunt voor het duurzaamheidsbeleid van Defensie is het voldoen aan wet- en regelgeving en uitvoeren van het Rijksbeleid. Bij dat laatste geldt als belangrijke randvoorwaarde dat de primaire taak van de defensieorganisatie, de operationele inzetbaarheid van de krijgsmacht, gegarandeerd moet blijven.
Het jaar 2014 werd gekenmerkt door reorganisaties, zowel bij Defensie zelf als bij de Dienst Vastgoed Defensie, die is opgegaan in het Rijksvastgoedbedrijf. Dat heeft over het algemeen geresulteerd in vermindering van de personele capaciteit voor milieutaken en als gevolg daarvan vertraging bij de uitvoering van milieuactiviteiten en -projecten. Vanaf 2014 wordt gewerkt aan het opnieuw inrichten van de milieuorganisatie. Het afgelopen jaar is de opvolger van de DDN2009: de Defensie Energie- en Milieubeleidsnota 2015, waarin voor de periode 2015–2018 de richting op milieugebied wordt vastgelegd, vrijwel afgerond.
Energie en klimaat
Het energieverbruik bij het onroerend goed was in 2014 7,8 procent lager dan in 2013. Daarmee wordt de reductiedoelstelling van 1,5 procent per jaar gehaald. Over de afgelopen 5 jaar is het energieverbruik in het onroerend goed 20 procent gedaald; een jaarlijkse reductie van 4 procent. In 2014 is 100 procent van de extern opgewekte elektriciteit duurzaam ingekocht. Een deel van het elektriciteitsverbruik wordt door Defensie zelf in de warmtekracht(WKK)-centrale te Den Helder en in een aantal kleinere WKK-installaties met behulp van aardgas opgewekt. De WKK-installaties produceren naast elektriciteit ook warm water voor het verwarmen van gebouwen. De drie windturbines in Coevorden, die in 2011 in gebruik zijn genomen, hebben in het verslagjaar 16,5 miljoen kWh duurzame elektriciteit opgewekt; goed voor 4,7 procent van het defensieverbruik. Omdat er onvoldoende duurzaam geproduceerd gas op de markt aanwezig is heeft Defensie het verbruikte aardgas in 2014 wederom verduurzaamd door het aanschaffen van Verified Emission Rights. De verbruikte hoeveelheid brandstof -en daarmee de CO2-uitstoot- voor de voer-, vlieg- en vaartuigen ligt in dezelfde orde van grootte als de jaren daarvoor.
Geluid
Voor acht militaire luchthavens dient een luchthavenbesluit op grond van de Wet luchtvaart te worden vastgesteld. Het luchthavenbesluit is een algemene maatregel van bestuur die op voordracht van de Minister van Defensie in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur en Milieu wordt gemaakt. Voor een aantal luchthavens wordt voorafgaand een Milieueffectrapport (MER) opgesteld. Inmiddels zijn de besluiten voor drie luchthavens (Deelen, Eindhoven en Leeuwarden) gereed; de overige besluiten zullen uiterlijk 1 november 2016 zijn vastgesteld.
Bodem
Defensie werkt sinds 1991 aan de uitvoering van haar bodemonderzoek- en saneringsprogramma. Van verdachte plekken en bij nieuwbouwlocaties op defensieterreinen wordt de bodemkwaliteit onderzocht, waarna ernstige bodemverontreinigingen worden gesaneerd of beheerst. Alle 3.800 verdachte locaties zijn inmiddels oriënterend onderzocht en 93 procent van die locaties is «gereed», wat wil zeggen: uit onderzoek is gebleken dat de locatie schoon was of de noodzakelijke sanering is afgerond. Defensie ligt nog steeds goed op schema om alle ernstige bodemverontreinigingen op defensieterreinen in 2023 gesaneerd of beheerst te hebben.
Water
Watertoetsen en -balansen geven een beeld van alle hemel-, grond-, drink- en afvalwaterstromen op een defensieterrein en leiden tot maatregelen om waterbesparing te realiseren en het grondwater op peil te houden. Defensie stelt deze toetsen op in nauw overleg met gemeenten, het drinkwaterbedrijf, de provincie en overige belanghebbenden. In 2014 zijn 34 nieuwe watertoetsen en -balansen opgesteld waardoor nu 70 procent van het programma is gerealiseerd. Het pakket aan waterbesparende voorzieningen, dat in de plannen wordt geadviseerd, is nu voor 40 procent uitgevoerd en loopt achter op de planning. Bij die voorzieningen moet bijvoorbeeld gedacht worden aan waterbesparende douchekoppen en toiletten en bemetering.
Afval
Defensie heeft gekozen voor het reduceren van de afvalhoeveelheden door middel van preventie en voor het zo veel mogelijk scheiden van afval in herbruikbare deelstromen. Hierdoor wordt vooral gestuurd op het verminderen van de hoeveelheid restafval. Een nieuwe ontwikkeling op afvalgebied is de verwerking van afgedankte defensiekleding tot textielvezels, die opnieuw in de productieketen worden gebracht. Dit spaart de tot nu toe gebruikelijke vernietigingskosten uit en levert op termijn zelfs geld op. Een ander veelbelovend project is de Waste-reduction and Energy Recovery– installatie, die in operationele kampementen elektriciteit uit afval moet gaan genereren. Naar verwachting zal de ontwikkelingsfase van deze installatie in 2015 zijn afgerond.
Biodiversiteit en natuur
Defensie houdt bij het beheer en gebruik van defensieterreinen rekening met de aanwezige natuurwaarden. Afstemming tussen het militaire gebruik en de natuurfunctie van de defensieterreinen vindt op een zodanige wijze plaats dat de operationele commando’s in staat worden gesteld de gewenste graad van geoefendheid te bereiken en te behouden. Defensieterreinen worden al vele jaren op natuurwaarden geïnventariseerd. Daaruit blijkt dat deze terreinen -als gevolg van het specifieke gebruik en beheer- gekenmerkt worden door de aanwezigheid van bijzondere flora en fauna. Defensie heeft 59 terreinen waarop een monitoringsverplichting rust. In 2014 is ook een begin gemaakt met de inventarisatie van natuurwaarden op de bebouwde objecten. Eveneens is in het verslagjaar met het Ministerie van EZ gewerkt aan de opstelling van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS).
Een bron van onderwatergeluid die een bedreiging voor zeezoogdieren kan vormen zijn onderwaterexplosies. Defensie laat één tot twee keer per week oude munitie, vooral afkomstig uit de Tweede Wereldoorlog, op zee springen. Defensie heeft in 2014 het onderzoek naar de impact van onderwaterexplosies op zeezoogdieren voortgezet.
Milieumanagement
Goed werkende milieumanagementsystemen zijn belangrijk voor het beheersen van de milieubelasting, het naleven van wet- en regelgeving en het realiseren van de gestelde milieudoelen. De milieumanagementsystemen van de defensieonderdelen moeten aantoonbaar aan de ISO-14001 norm voldoen en extern gecertificeerd worden. In 2014 zijn goede stappen gezet in de verdere verbetering en certificering van milieumanagementsystemen. De certificaten van de CZSK, de KMar en de 11e Luchtmobiele Brigade bij de CLAS zijn weer met drie jaar verlengd; bij de overige brigades van de CLAS, bij het CLSK, het CDC en onderdelen van de DMO is hard gewerkt aan het gereed maken van de organisatie voor certificering.
In 2014 is door Defensie verder gewerkt aan de invoering van «Systeemgericht Toezicht». Hierbij wordt door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) van het Ministerie Infrastructuur en Milieu gebruik gemaakt van controles die door Defensie zelf zijn uitgevoerd en wordt bezien of de milieumanagementsystemen goed genoeg werken om het voldoen aan wet- en regelgeving te garanderen. De Defensie Pijpleiding Organisatie voldoet als eerste binnen Defensie aan de criteria om volledig op Systeemgericht Toezicht over te gaan. Er wordt gewerkt aan het opzetten van het geautomatiseerde systeem NaBoS (Naleving Borgings-Systeem) dat controlelijsten voor inspecties genereert en dat de resultaten van interne controles vastlegt. De controlelijsten zullen zowel door Defensie als ILT gebruikt gaan worden. In 2014 zijn door het bevoegd gezag 100 inspectiebezoeken uitgevoerd, zowel klassiek als systeemgericht. In 26 gevallen (26 procent) is een brief verzonden met een voornemen tot het opleggen van een dwangsom. Dit heeft acht maal tot het opstellen van een dwangsombeschikking geleid, waarvan er vijf daadwerkelijk zijn geïnd. Dat is een lichte toename ten opzichte van de vijf voorafgaande jaren.
Milieuzorg tijdens oefeningen en operaties
Bij de planning van vredes- en crisisbeheersingsoperaties en oefeningen wordt in de planningsfase in toenemende mate aandacht besteed aan het aspect milieu. Nederland draait mee in Navo-werkgroepen waar gestandaardiseerde milieuprocedures worden voorbereid en waar aan de verduurzaming van kampementen wordt gewerkt. Bij de bouw van het kampement in Mali is op grote schaal gebruik gemaakt van zonnepanelen voor de opwekking van elektriciteit, zodat minder brandstof hoeft te worden opgevoerd.
Infrastructuur
In juli 2014 is de Dienst Vastgoed Defensie samengevoegd met de overige vastgoeddiensten van de rijksoverheid in het Rijksvastgoedbedrijf als onderdeel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Aan de implementatie van het duurzaamheidbeleid voor het vastgoed van Defensie wordt in samenspraak met het RVB gewerkt. Defensie is beheerder van 11.325 gebouwen en is verantwoordelijk voor de nieuwbouw- en onderhoudswerkzaamheden daaraan. Zowel bij nieuwbouw als in de exploitatiefase, worden grondstoffen en energie gebruikt en ontstaat er bouwafval. De principes van Duurzaam Bouwen zorgen ervoor dat deze milieueffecten gedurende de hele levenscyclus van de gebouwen zoveel mogelijk worden beperkt. Daarbij kan gedacht worden aan energiebesparende maatregelen (zoals dubbel glas en hoogrendementsketels), waterbesparing (bij douches en toiletten), hergebruik van sloopmaterialen en duurzame bouwmaterialen (zoals FSC-hout). In de Vastgoednormen van Defensie is het aspect Duurzaam Bouwen dwingend voorgeschreven.