Base description which applies to whole site

Niet-beleidsartikel 10 Apparaatsuitgaven

1. Algemene doelstelling

In dit niet-beleidsartikel wordt ingegaan op de personele en materiële uitgaven en ontvangsten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

2. Apparaatsuitgaven Budgettaire gevolgen
Begrotingsuitgaven (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Realisatie

Realisatie

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Verschil

 

2012

2013

2014

2014

2014

Verplichtingen

248.927

361.267

318.527

222.722

95.805

           

Uitgaven

245.655

353.373

318.157

222.775

95.382

           

Personele uitgaven kerndepartement

 

117.484

135.769

94.232

41.537

waarvan eigen personeel

 

105.385

122.929

91.611

31.318

waarvan externe inhuur

 

10.278

11.502

1.116

10.386

waarvan overige personele uitgaven

 

1.821

1.338

1.505

– 167

           

Materiële uitgaven kerndepartement

 

149.551

95.764

45.949

49.815

waarvan ICT

 

2.479

2.819

3.752

– 933

waarvan bijdrage SSO's

 

68.867

50.079

34.967

15.112

waarvan overig materieel

 

78.205

42.866

7.230

35.636

           

Personele uitgaven inspecties

 

51.874

55.028

55.147

– 119

waarvan eigen personeel

 

47.744

49.809

53.938

– 4.129

waarvan externe inhuur

 

3.479

4.721

500

4.221

waarvan overige personele uitgaven

 

651

498

709

– 211

           

Materiële uitgaven inspecties

 

13.951

12.737

16.297

– 3.560

waarvan ICT

 

1.015

1.374

2.550

– 1.176

waarvan bijdrage SSO's

 

184

35

5.250

– 5.215

waarvan overig materieel

 

12.752

11.328

8.497

2.831

           

Personele uitgaven SCP en raden

 

15.527

14.663

8.971

5.692

waarvan eigen personeel

 

15.312

14.423

8.610

5.813

waarvan externe inhuur

 

215

240

361

– 121

           

Materiële uitgaven SCP en raden

 

4.985

4.195

2.179

2.016

waarvan ICT

 

604

516

50

466

waarvan bijdrage SSO's

 

8

3

0

3

waarvan overig materieel

 

4.373

3.676

2.129

1.547

           

Ontvangsten

16.044

54.067

54.958

5.358

49.600

3. Toelichting

Personeel Kerndepartement

De personele uitgaven kernministerie bestaan uit alle personeelsuitgaven van het kernministerie inclusief de inhuur van externen van zowel primaire als ondersteunende processen. De personele uitgaven van het kerndepartement waren door diverse, veelal technische, oorzaken € 41,6 miljoen hoger dan voorzien in de begroting 2014. De wijzigingen ten opzichte van de stand ontwerpbegroting 2014 zijn opgenomen en toegelicht in de eerste en tweede suppletoire wetten. De belangrijkste wijzigingen betreffen de volgende mutaties:

De uitgaven voor eigen personeel zijn € 31,3 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. De uitgaven ten behoeve van de projectdirectie ALT waren in de oorspronkelijke begroting niet op artikel 10 geraamd. In totaal bedroegen de uitgaven voor eigen personeel ten behoeve van PD ALT in 2014 circa € 11,3 miljoen. Daarnaast is er in samenhang met de forse beleidsopgave uit het regeerakkoord, onder meer ten aanzien van de transitie van de jeugdzorg en de herziening van de langdurige zorg en de daarmee samenhangende uitvoering en ondersteuning van de strategische agenda van de bewindspersonen, € 4,3 miljoen extra beschikbaar gesteld.

Voorts heeft een aantal technische mutaties plaatsgevonden vanuit diverse beleidsartikelen, onder meer voor de personele uitgaven in Caribisch Nederland ten behoeve van de Jeugdzorg (€ 3,6 miljoen), het aldaar gevestigde Zorgverzekeringskantoor (€ 5,1 miljoen) en uitgaven voor inbesteding van werkzaamheden in verband met de verbetering van de informatievoorziening die voorheen uit programmamiddelen werden gefinancierd (€ 1,4 miljoen). Ten slotte is een voorziening getroffen ten behoeve van de overgebleven medewerkers van de geprivatiseerde instellingen voor gesloten jeugdzorg (Almata) (circa € 3,4 miljoen).

De uitgaven ten behoeve van externe inhuur zijn in totaal € 10,4 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. Het betreft hier onder andere niet op artikel 10 geraamde uitgaven voor externe inhuur bij PD ALT (€ 2,8 miljoen) en bij diverse andere onderdelen binnen het kerndepartement.

Materieel Kerndepartement

De materiële uitgaven bij het kerndepartement zijn € 49,8 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. De uitgaven overig materieel waren € 35,6 miljoen hoger dan begroot. Dit hangt voor een groot deel samen met materiële uitgaven ten behoeve van PD ALT die niet in de begroting waren geraamd op artikel 10. In de eerste en tweede suppletoire wet is gemeld, dat voor PD ALT via verschillende mutaties circa € 37,5 miljoen is toegevoegd aan het materiële budget van het kerndepartement.

In totaal vielen de uitgaven voor bijdragen aan SSO’s € 15,1 miljoen hoger uit dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door een groot aantal technische mutaties die allen samenhangen met het doorbelasten naar de verschillende onderdelen van VWS van kosten voor bijvoorbeeld ICT dienstverlening en huisvesting, waarvan de facturen vanaf dit instrument centraal worden betaald aan de betreffende SSO’s. Zo heeft er onder andere een desaldering plaatsgevonden voor bijdragen aan de kosten van het CIBG en de RJI’s die verband houden met inbestede dienstverlening in 2014 bij de SSO’s van het Ministerie van BZK (€ 4,5 miljoen). Ook voor PD ALT zijn middelen overgeboekt (€ 2,2 miljoen) in verband met door SSO’s uitgevoerde dienstverlening.

Apparaatsuitgaven Inspecties

Bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft, zoals in de eerste suppletoire wet vermeld, een herverdeling van middelen plaatsgevonden. Door de verhuizing tegen het einde van 2014 is er vertraging opgetreden in een aantal geplande kosten. Hierdoor is er in totaal € 3,6 miljoen minder uitgegeven dan begroot.

Apparaatsuitgaven SCP en Raden

De uitgaven bij het SCP en de Raden zijn op personeel en materieel respectievelijk met € 5,7 miljoen en € 2 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. Dit wordt onder andere veroorzaakt doordat de financiering van CCMO op artikel1 wordt geraamd en een desaldering bij het SCP (€ 2 miljoen).

Ontvangsten

De ontvangsten zijn circa € 49,6 miljoen hoger dan geraamd. Dit is onder andere het gevolg van de ontvangsten van PD ALT (€ 34,1 miljoen) en de ontvangsten van het SCP (€ 5 miljoen). Daarnaast heeft een desaldering plaatsgevonden voor bijdragen aan de kosten van het CIBG en de RJI’s die verband houden met inbestede dienstverlening in 2014 bij de SSO’s van het Ministerie van BZK (€ 4,5 miljoen). De overige € 6 miljoen betreft hoofdzakelijk ontvangsten uit detacheringen.

4. Totaaloverzicht apparaatsuitgaven/kosten inclusief agentschappen en Zelfstandige Bestuursorganen/Rechtspersonen met een wettelijke taak
Bedragen x € 1.000
   

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Verschil

 

2012

2013

2014

2014

2014

Totaal apparaatsuitgaven Ministerie

245.655

353.373

318.157

222.775

95.382

Totaal apparaatskosten agentschappen

495.897

444.267

469.183

433.069

36.114

aCBG

 

35.936

35.430

38.230

– 2.800

CIBG

 

43.561

41.990

36.837

5.153

RIVM

 

341.784

335.364

335.147

217

Almata JeugdzorgPlus Ossendrecht

 

10.306

4.665

9.337

– 4.672

JeugdzorgPlus-instelling De Lindenhorst-Almata

 

12.680

51.734

13.518

38.216

           

Totaal apparaatskosten ZBO’s en RWT's

466.684

481.809

512.357

420.190

92.167

Zorg Onderzoek Nederland/ Medische Wetenschappen (ZonMW)

6.351

6.647

6.6471

6.100

547

Registratiecommissies en opleidingscolleges KNMG, KNMP en NMT

0

0

0

0

0

Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ)

117.320

100.860

122.180

106.700

15.480

Centraal Administratie Kantoor (CAK)

96.798

98.319

98.3192

90.700

7.619

Accommodaties op grond van de Wet op jeugdzorg (exclusief Almata en De Lindenhorst-Almata)

152.300

156.475

166.758

125.000

41.758

Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR)

5.540

4.197

3.644

250

3.394

Centrale Commissie voor Mensgebonden Onderzoek (CCMO), inclusief Medisch Ethische Commissies (METC’s)

1.826

1.940

1.802

1.600

202

Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

33.366

46.844

47.120

41.800

5.320

Zorginstituut Nederland (ZiNL)

57.400

64.004

62.928

45.400

17.5283

College Sanering Zorginstellingen (CSZ)

2.600

2.523

2.923

2.600

323

Stichting Afwikkeling Rechtsherstel Sinti Roma (SARSR)

0

0

36

40

– 4

1

Het betreft realisatie 2013 omdat de controleverklaring van ZonMw over de realisatie 2014 later dan de publicatie van het Jaarverslag VWS 2014 beschikbaar was.

2

Het betreft realisatie 2013 omdat de controleverklaring van het CAK over de realisatie 2014 later dan de publicatie van het Jaarverslag VWS 2014 beschikbaar was.

3

Aan Zorginstituut Nederland (ZiNL) is € 13,0 miljoen extra beschikbaar gesteld voor de uitvoeringskosten van de regelingen bijzondere groepen (verdragsgerechtigden, wanbetalers, onverzekerden, illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen, gemoedsbezwaarden) en € 1,9 miljoen voor uitvoeringskosten van het project Zinnig en Zuinig.

5. Extracomptabele tabel invulling taakstelling
Extracomptabele tabel invulling taakstelling (bedragen x € 1.000)
 

2016

2017

2018

Structureel

Departementale taakstelling (totaal)

16.900

26.200

30.550

30.850

         

Inspecties

       

IGZ

630

1.440

1.800

1.800

IJZ

70

160

200

200

Totaal inspecties

700

1.600

2.000

2.000

         

Agentschappen

       

CIBG

300

800

1.000

1.000

RIVM

4.400

7.900

9.300

9.300

Totaal Agentschappen

4.700

8.700

10.300

10.300

         

ZBO's/RWT's

       

CAK

200

500

600

600

ZiNL

500

500

1.200

1.500

ZonMw

300

700

850

850

CIZ

2.600

6.100

7.500

7.500

Totaal ZBO's/RWT's

3.600

7.800

10.150

10.450

         

Kennisinfrastructuur

       

Preventie, jeugd en sport

3.600

3.600

3.600

3.600

Langdurige zorg

3.300

3.300

3.300

3.300

Curatieve zorg

1.000

1.200

1.200

1.200

Totaal kennisinfrastructuur

7.900

8.100

8.100

8.100

De gepresenteerde invulling van de taakstelling is in overeenstemming met de feitelijk op artikel 1 t/m 10 ingeboekte bedragen.

Licence