Algemeen
In 2015 is een interne evaluatie van het toezichtmodel IenM onder begeleiding van prof. dr. W. Derksen uitgevoerd. De uitkomsten van het onderzoek zijn aan de Tweede Kamer toegezonden (Kamerstukken II, 2015–2016, 25 268, nr. 125). Tevens is de Tweede Kamer geïnformeerd over de verbetermaatregelen, die op het terrein liggen van het opstellen van een integraal toetsingskader, transparantie en verwachtingenmanagement, verbetering van de rolverdeling tussen opdrachtgever en eigenaar en maatwerkacties per zbo. Met de implementatie van de maatregelen wordt in 2016 gestart. De totale doorlooptijd zal twee jaar bedragen, waarbij het zwaartepunt van de activiteiten in 2016 zal liggen.
In 2015 is het wetsvoorstel voor de wijziging van de Kernenergiewet in verband met de instelling van de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) (Kamerstukken II, 2015–2016, 34 219, nr. 2) aan de Tweede Kamer aangeboden. Tevens is de verantwoordelijkheid voor het wetsvoorstel overgedragen van de Minister van Economische Zaken naar de Minister van Infrastructuur en Milieu. Met het wetsvoorstel wordt voorgesteld om de ANVS als bestuursrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan zonder eigen rechtspersoonlijkheid in te stellen. Inwerkingtreding is voorzien per 1 januari 2017.
In 2015 is de implementatie van het beleidskader derivaten binnen het domein van Infrastructuur en Milieu afgerond. Hierover is de Tweede Kamer geïnformeerd (Kamerstukken II, 2014–2015, 33 489, nr. 22). Voor het Loodswezen is besloten om gebruik te maken van de mogelijkheid om af te wijken van de bepaling over de looptijd en om in plaats van 10 jaar een een maximale looptijd voor derivaten van 20 jaar te hanteren.
Onderstaand wordt voor een aantal zbo’s en rwt’s een overzicht gegeven van de toezichtsbevindingen over het jaar 2015. De bijlage wordt afgesloten met een totaaloverzicht van alle zbo’s en rwt’s die onder de Minister van IenM ressorteren. Het overgrote deel van deze organisaties is tariefgefinancierd. Daarom zijn voor deze organisaties geen ramingen en realisaties opgenomen.
CBR
In 2015 zijn de tarieven met gemiddeld 3,9% gestegen. Aanleiding is o.a. kosten die moeten worden gemaakt voor vernieuwing van werkprocessen en ICT, verbetering van de dienstverlening en een daling van het aantal examens t.g.v. demografische ontwikkelingen. Het jaar is afgesloten met een klein positief resultaat. Het eigen vermogen ligt nog onder het streefniveau.
In 2014 is de informatievoorzieningsketen als een geïntegreerd geheel georganiseerd. In 2015 zijn verdere stappen gezet op het gebied van digitalisering. In 2015 en volgende jaren wordt gewerkt aan het optimaliseren van de afstemming tussen informatievoorziening en business, het beheersen van de kwaliteit van de informatievoorzieningsketen en het optimaliseren van het ICT-landschap. In 2015 is een interim-CIO benoemd.
In 2015 is het fundament gelegd voor vernieuwing van werkprocessen en ICT-systemen voor de divisie Rijgeschiktheid. In 2016 start de bouwfase.
Ook in dit jaar is het nieuwe T-rijbewijs van start gegaan.
Na uitspraken van de Hoge Raad en de Raad van State legt het CBR sinds het voorjaar van 2015 geen nieuwe alcoholslotprogramma’s meer op. De toenmalige deelnemers doorlopen het programma wel.
Theorie-examenlocaties zijn in 2015 allemaal overgestapt op het nieuwe afnamesysteem, bestaande uit individuele, computerondersteunde examens. Begin 2015 kende dit systeem een uitval waardoor een aantal examens moesten worden uitgesteld of verplaatst. Het CBR heeft flinke inspanningen geleverd om dit probleem zo snel mogelijk te verhelpen.
Eind 2015 heeft de algemeen directeur mw. S.M. Zijderveld aangegeven een andere functie te hebben aanvaard. Zij is per 8 januari 2016 uit dienst getreden. Daarnaast heeft mw. C.W. Gorter, lid van de raad van toezicht, haar ontslag aangeboden. De vacature die daardoor ontstond is vervuld door dhr. C.F. Hamster.
Medio 2014 is de bezwarencommissie WRM van start gegaan. De Commissie komt in de plaats van de Commissie van Beroep WRM. In het jaarverslag is conform afspraak inzicht gegeven in de activiteiten van de commissie. Dit geeft geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.
Naar aanleiding van het evaluatierapport WRM dat in september 2013 aan de TK is aangeboden, is het traject voor wijziging van wet- en regelgeving in gang gezet. Dit heeft mogelijk ook gevolgen voor de door IBKI uit te voeren taken. Naar verwachting zal het wetgevingstraject eind 2016 zijn afgerond.
Kadaster
Als gevolg van de economische ontwikkeling viel het aantal ingeschreven akten en hypotheekstukken in 2015 hoger uit dan in 2014. Hierdoor ontstond ruimte om een aantal tarieven per 1 januari 2016 te verlagen. Gemiddeld bedroeg de tariefverlaging 10%. Daarnaast ontstond financiële ruimte om de kadastrale kaart per 1 januari 2016 als open data aan te bieden.
In 2015 is de wettelijke evaluatie van de Kadaster op grond van artikel 39 van de Kaderwet zbo’s afgerond. De uitkomsten van het onderzoek, dat door een extern bureau is uitgevoerd, zijn aan de Staten-Generaal aangeboden (Kamerstuk 25 268-129).
Het algemene beeld van AEF is dat het Kadaster zijn taken op een kwalitatief hoogwaardige manier uitvoert. De activiteiten in het domein van zowel de rechtszekerheid als de geo-informatie worden professioneel ingevuld, waarbij de dienstverlening te karakteriseren is als deskundig, objectief, nauwkeurig en betrouwbaar. In de afgelopen periode is daarnaast de klantgerichtheid toegenomen. AEF heeft een aantal aanbevelingen gedaan voor zowel Kadaster als IenM voor verdere verbetering, die alle zijn onderschreven en waarvan de uitvoering in 2016 is gestart.
De Minister van IenM heeft in 2015 het invoeringsbesluit Basisregistratie Grootschalige Topgrafie (BGT) genomen. Dit besluit betreft een deel van de Wet BGT, met name de verplichtingen voor de bronhouders en de houder van de landelijke voorziening (het Kadaster). Deze verplichtingen gaan per 1 januari 2016 in.
Naar aanleiding van de wettelijke evaluatie Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) zijn aanpassingen doorgevoerd in kwaliteitszorg en toezicht. Dit heeft geleid tot het beleggen van de centrale kwaliteitsmonitoring en het kwaliteitsmanagement voor de BAG bij het Kadaster.
In 2015 is de heer G. Ensing herbenoemd tot lid van de raad van toezicht van het Kadaster voor een periode van vier jaar.
Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL)
In het jaar 2015 hebben rond LVNL twee thema’s centraal gestaan: het goedkeuringsproces rond het Nederlandse deel van het FABEC performanceplan voor referentieperiode 2 (2015–2019) door de Europese Commissie en het onderzoek naar de arbeidsvoorwaarden en de regeling FLNA (Functioneel Leeftijdsnon-Activiteit) door de commissie-Vreeman.
De Staatssecretaris heeft de begroting 2015–2019 en tarieven voor 2015 van LVNL goedgekeurd. Het terminal verkeersbegeleidingstarief 2015 is t.o.v. 2014 marginaal (0,4%) gestegen en laat daarmee een stabiele ontwikkeling zien. Door het aflopen van de periode van de bevriezing van de en-routetarieven en de overgang naar de tweede referentieperiode van de prestatieplannen in Europees kader steeg het en-routetarief van LVNL met 7%. De begroting is opgesteld onder het voorbehoud van de goedkeuring door de Europese Commissie (EC) van het Nederlandse deel van het FABEC performanceplan voor referentieperiode 2015–2019 2. De EC heeft tot op heden het FABEC capaciteitsdoel noch de nationale cost-efficiencydoelstellingen van de FABEC lidstaten goedgekeurd: De Commissie is van oordeel dat de plannen nog onvoldoende bijdragen aan de EU-brede doelstellingen. Op verzoek van de EC heeft ook Nederland haar cost-efficiencybijdrage licht aangepast. Op het moment van het opstellen van deze bijlage heeft de Commissie nog niet ingestemd met de bijgestelde plannen.
In februari is de commissie-Vreeman begonnen met haar werkzaamheden voor een advies over de arbeidsvoorwaarden en de prepensioenregeling (FLNA). Het rapport van de commissie-Vreeman is eind september aangeboden aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II, 2015–2016, 31 936, nr. 295). Met LVNL wordt nu uitvoering gegeven aan de adviezen van de commissie. In het verlengde hiervan heeft de Tweede Kamer in oktober de motie-Graus aangenomen, waarin een impactassessment is gevraagd naar de gevolgen van de vlucht van luchtverkeersleiders naar het buitenland. Daaraan wordt nu uitvoering gegeven (de Kamer is in april 2016 hierover geïnformeerd).
Het tekort aan luchtverkeersleiders heeft niet geleid tot problemen in de uitvoering van de wettelijke taak. Wel is in 2015 merkbaar geweest dat het tekort invloed heeft op een aantal projecten zoals Lelystad, de vervanging van het luchtverkeersleidingssysteem en enkele EU/FABEC luchtruimprojecten. Vooralsnog lukt het LVNL om de effecten van het tekort te beperken.
In 2015 is de bestuursvoorzitter voor een periode van 1 oktober 2015 tot uiterlijk 1 november 2016 opnieuw benoemd. Inmiddels heeft de bestuursvoorzitter LVNL op 7 april 2016 verlaten. In 2015 is de heer P. van Geel opnieuw benoemd als lid van de raad van toezicht LVNL. Het betreft hier zijn laatste termijn van maximaal 4 jaar.
NIWO
Naar aanleiding van het onderzoek n.a.v. het rapport «Heroverweging zbo’s» is eind 2014 besloten om de NIWO om te vormen van een privaat- naar publiekrechtelijk zbo. Dit is in de voortgangsrapportage van de Minister van Wonen en Rijksdienst in mei 2015 aan de Tweede Kamer gemeld. Het wetsvoorstel daartoe is in procedure gebracht.
ProRail
De Staat houdt 100% van de aandelen van Railinfratrust BV die op haar beurt 100% van de aandelen ProRail houdt. Het aandeelhouderschap ligt bij de Minister van Infrastructuur en Milieu. Het aandeelhouderschap is belegd bij een separate toezichteenheid binnen de hoofddirectie FMC. De sturing vanuit de aandeelhoudersrol is complementair ten opzichte van de sturing als concessie- en als subsidieverlener.
In 2015 zijn twee aandeelhoudersvergaderingen gehouden. De voorjaarsvergadering stond in het teken van de goedkeuring van de jaarrekening en de verantwoording van de directie en de raad van commissarissen richting de aandeelhouder. Tijdens deze vergadering werd de Staat als aandeelhouder vertegenwoordigd door de secretaris-generaal. De aandeelhoudersvergadering van december stond in het teken van de verbeterplannen van ProRail. De Staatssecretaris woonde deze vergadering bij als aandeelhouder namens de Staat.
In het afgelopen jaar zijn er, naar aanleiding van diverse berichten in de media, diverse sets met Kamervragen gesteld en debatten gevoerd met de Staatssecretaris. Dit ging onder andere over PGO pilotcontracten en het financieel beheer. Daarop zijn diverse verbeterplannen gezet die thans worden uitgevoerd.
Het toezicht op ProRail is belegd bij de Autoriteit Consument & Markt (ACM), de Inspectie Leefomgeving en Transport en de Directie Openbaar Vervoer en Spoor van het Directoraat-Generaal Bereikbaarheid van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
In 2015 is de heer P. Eringa benoemd tot president-directeur.
Stichting VAMEX
Naar aanleiding van een onderzoek n.a.v. de uitkomsten van het rapport «Heroverweging zbo’s» is in 2014 besloten om de VAMEX geleidelijk in te laten groeien in het CBR en het tempo hiervan af te laten hangen van de kwaliteit die het CBR kan leveren, het zgn.»Ingroeimodel». Dit is in de voortgangsrapportage van de Minister van Wonen en Rijksdienst in mei 2015 aan de Tweede Kamer gemeld. Synergie en kwaliteitsborging vormen daarbij belangrijke aandachtspunten.
RDW
Het jaar 2015 was een uitstekend financieel jaar voor de RDW. De omzet kwam uit op € 205 miljoen. Bij een gemiddeld aantal medewerkers van 1.422. De tariefontwikkeling bewoog zich grosso modo rond de nullijn. Als gevolg van de meevallende resultaten en het bereiken van de maximum omvang van de reserves is door RDW en IenM een goede bestemming voor deze gelden gezocht. Voor een belangrijk deel zijn deze middelen voor ICT ten behoeve van nieuwe diensten (tractoren) en het upgraden van de interne ICT benut. Voor de benodigde liquiditeiten om deze investeringen te kunnen realiseren alsmede voor extra uitgaven bij de renovatie in Veendam (schokvastheid) is een aanvullende rekening-courantfaciliteit bij het Ministerie van Financiën afgesloten. Bij deze gelegenheid is ook de rekening-courantfaciliteit die de RDW bij een commerciële bank had lopen omgezet in schatkistbankieren.
De exceptionele volumestijging door fiscale maatregelen heeft er onder andere toe geleid dat drie van de clusters van activiteiten boven de toegestane 105% kostendekkendheid uitkwamen. In de begroting 2016 is hierop voor één van de taakclusters al geanticipeerd met een tariefdaling.
Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StAB)
In 2015 zijn voorbereidende werkzaamheden verricht voor het overbrengen van de StAB van het Ministerie van IenM naar het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Het streven is de voorbereidende werkzaamheden in 2016 af te ronden.
Naam organisatie (1) | RWT | ZBO | Functie | Begrotingsartikel(en) | Programmageld | Apparaatgeld | Financiering (realisatiecijfers) Begroting (2) | Realisatie Financiering (realisatiecijfers) Premies (2) | Financiering (realisatiecijfers) Tarieven (3) | Verwijzing naar website RWT/ZBO | Verwijzing naar toezichtsvisies-/arrangementen (4) | Het bestuur en/of de accountant verklaart dat de rechtmatigheid op orde is(5) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
APK-erkenninghouders | X | Keuren motorvoertuigen | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 3 | div. | Toezicht via RDW | Zie opm. 5 | |
College voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) | X | X | Besluitvorming omtrent de toelating van bestrijdingsmiddelen in Nederland | 22.01 | Zie jaarverslag Economische Zaken | Zie jaarverslag Economische Zaken. | 0,561 mln (**) | Zie opm. 2 | Zie jaarverslag Economische Zaken | Toezicht via EZ | Zie opm. 5 | |
Commissie m.e.r. | X | Adviseert over de inhoud en kwaliteit van milieueffectrapporten. | 13.04 | Zie opm. 2 | 8,6 mln | 8,8 mln (*) | Zie opm. 2 | Niet tariefgefinancierd | Zie opm. 4 | Zie opm. 5 | ||
Dienst voor het Kadaster en de openbare registers* | X | X | Het bijhouden van de openbare registers en kadastrale registratie en het cartografisch weergeven van geografische basisgegevens. Het verstrekken van inlichtingen aan belanghebbenden | 13.02 | 19,5 | 16,5 | 34,4 mln IenM 2,2 mln overige departementen | Zie opm. 2 | 238,9 mln | Zie opm. 4 | √ | |
Dienst voor het Wegverkeer (RDW)* | X | X | Keuren en registreren voertuigen/onderdelen | 14 | 38,1 mln | 156,8 mln | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 194,8 mln | Zie opm. 4 | √ | |
Havenbeheerders | X | Zorgdragen voor ontvangstinrichtingen voor scheepsafval | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 3 | div. | Zie opm. 4 | Zie opm. 5 | |
IBKI Branche Kwalificatie Instituut van de stichting VAM * | X | X | Afnemen examen rij-instructeur, APK-keurmeester | n.v.t. | Zie opm. 2 | 4,43 mln (**) | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 4,55 mln (**) | Zie opm. 4 | √(**) | |
Keuringsartsen Scheepvaart | X | Medische keuring | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Tarief wordt bepaald door ILT | Toezicht via de ILT | Zie opm. 5 | ||
Keuringsinstanties Pleziervaartuigen | X | Keuren pleziervaartuigen | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Tarief wordt bepaald door keuringsinstantie | div. | Toezicht via de ILT | Zie opm. 5 | |
Keuringsinstanties Scheepsuitrusting | X | Keuren scheepsuitrusting | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Tarief wordt bepaald door keuringsinstantie | div. | Toezicht via de ILT | Zie opm. 5 | |
KIWA | X | Vergunningverlening voor IVW | div. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Tarief wordt bepaald door de ILT | Toezicht via de ILT | Zie opm. 5 | ||
Klassebureaus art. 6 Schepenwet en art. 6 en 3.1 Schepenbesluit 1965 en Binnenvaart | X | Classificeren van schepen | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Tarief wordt bepaald door klassebureau | div. | Toezicht via de ILT | Zie opm. 5 | |
Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL)* | X | X | Luchtverkeersbegeleiding | 17 | 176,5 mln (**) | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 192,8 mln (*) (**) | Zie opm. 4 | √(**) | |
Nederlands Loodswezen BV | X | Faciliteren beloodsen schepen | 18.01 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 160 mln (*)(**) | Toezicht via NMA | √(**) | ||
Nederlandse Emissieautoriteit (uitsluitend bestuur) | x | Ondersteunen van de uitvoering van emissiehandel en de inzet van hernieuwde energie in het vervoer en transport en het toezicht op de naleving van regels op deze terreinen. | 19.01 | 0,077 mln | Zie opm. 2 | Via agentschapsbegroting | Zie opm. 2 | Zie opm. 3 | Zie opm. 4 | √ | ||
Nederlandse Loodsencorporatie (NLC) | Div. | Div. | Beloodsen van schepen | 18.01 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie Nederlands Loodswezen BV | Toezicht via ACM | √ | |
ProRail | X | Beheren spoorinfrastructuur | HXII, 13.02,07,09 IF | Zie opm. 2 | 399 mln (**) | 1.794 mln (**) | Zie opm. 2 | Begrotingsgefiancierd | Zie opm. 4 | √ | ||
Regionale Loodsencorporaties (RLC’s) | X | X | Beloodsen van schepen | 18.01 | Zie Nederlands Loodswezen BV | Zie Nederlands Loodswezen BV | Zie Nederlands Loodswezen BV | Zie Nederlands Loodswezen BV | Zie Nederlands Loodswezen BV | Toezicht via NMA | √ | |
Rijkshavenmeester Rotterdam | X | X | Havenverkeersleiding | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 3 | Zie opm. 4 | Zie opm. 5 | |
Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StAB) | X | Het op verzoek van de bestuursrechter uitbrengen van onafhankelijke deskundigenberichten op het gebied van milieu, ruimtelijke ordening, water, bouw en schade | 98 | Zie opm. 2 | 4,99 mln | Zie opm. 2 | 4,99 mln | Begrotingsgefinancieerd | Zie opm. 4 | √ | ||
Stichting Airport Coordination Netherlands (SACN)* | X | Slottoewijzing luchtvaart | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 0,615 mln (**) | Zie opm. 4 | √(**) | ||
Stichting Buisleidingenstraat Nederland (LSNed) | x | LSNed beheert een obstakelvrij leidingentracé tussen de industriegebieden van Rotterdam en Moerdijk, in de richting van Vlissingen en Antwerpen. | p.m. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 3,1 mln (*) (**) | Zie opm. 4 | √(**) | ||
Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR)* | X | X | Afnemen div. mobiliteitsexamens | 14.02 | Zie opm. 2 | 119 mln (**) | 3.5 mln (**) | Zie opm. 2 | 119mln (**) | Zie opm. 4 | √(**) | |
Stichting Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie (NIWO)* | X | X | Afgeven vergunningen | 14 | Zie opm. 2 | 3,8 mln (**) | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 3,8 mln (**) | Zie opm. 4 | √(**) | |
Stichting Scheepsafvalstoffen en Vaardocumenten Binnenvaart (SAB) | X | Afgeven olieafgifteboekje | 18 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm 3 | Zie opm.4 | √ | ||
Stichting Vaarbewijs- en Marifoonexamens (VAMEX)* | X | X | Afnemen examen klein vaarbewijs | n.v.t. | Zie opm. 2 | 1,53 mln (**) | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | 1,49mln (**) | Zie opm. 4 | √(**) | |
Cluster van waterleidingbedrijven | X | Drinkwatervoorziening | n.v.t. | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | Zie opm. 2 | n.v.t. | Diversen | Zie opm.4 | Zie opm. 5 |
-
1) Organisaties met een (*) zijn met ingang van 1 januari 2013 onder de werking van de Kaderwet zbo’s gebracht. Een groot aantal organisaties is deeltijd zbo/rwt.
-
2) IenM kent slecht beperkte financiering van zbo’s/rwt’s via haar begroting. IenM kent geen premiegefinancierde rwt’s en zbo’s. Indien er geen getal is ingevuld bij programma- of apparaatgeld, dan zijn deze gegevens niet bij IenM bekend of is het onderscheid tussen apparaat en programma niet goed te maken. Dit komt mede doordat het hier gaat om bijvoorbeeld APK vergunninghouders of artsen. Datzelfde geldt voor de opbrengsten die deze zbo’s/rwt’s verkrijgen uit de uitvoering van hun taken. Het toezicht op deze taken wordt uitgevoerd door bijvoorbeeld de ITL.
-
3) Dit betreft de inkomsten voor de wettelijk uit te voeren taken. Waar dat onderscheid niet is te maken, wordt het totaalbedrag opgenomen. Dit wordt met een (*) gemarkeerd. Daar waar het bedragen uit 2014 betreft is dit met (**) aangegeven. Voor commissies en clusters van organisaties kan niet aangegeven worden wat de inkomsten zijn uit de wettelijke taak. Bovendien zijn de opbrengsten zeer beperkt. Voor de Rijkhavenmeester geldt dat dit een onderdeel is van het Havenbedrijf Rotterdam. De functie van Rijkshavenmeester is zbo/rwt.
-
4) De algemene toezichtvisie en de individuele toezichts- en sturingsvisies zijn gepubliceerd via http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ienm/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/03/07/toezichtvisie-ienm-2013–2017-verantwoorde-uitvoering.html. Niet voor alle zbo’s/rwt’s is een toezichtsvisie opgesteld. Deels vanwege het feit dat het toezicht elders wordt uitgevoerd, deels uit redenen van efficiency omdat de desbetreffende organisatie/taak te beperkt is en er sprake is van deeltijd zbo’s/rwt’s.
-
5) Op het moment van opstellen van dit overzicht was het nog niet mogelijk om per organisatie aan te geven of een rechtmatigheidsverklaring over het jaar 2015 is verkregen. Het betreft hier zowel rechtmatigheidsverklaringen als verklaring van getrouwheid die voor 2015 zijn afgegeven. Daar waar niet is aangegeven dat er geen rechtmatigheidsverklaring beschikbaar is, wordt deze veelal niet gevraagd om redenen van efficiency en kostenbesparing.