Defensie informeert de Kamer twee keer per jaar, bij de begroting en in het jaarverslag, over de inzetbaarheid en gereedheid van de krijgsmacht. Deze inzetbaarheidsrapportage bestaat uit twee delen:
-
1. de mate waarin Defensie in staat is aan de inzetbaarheidsdoelstellingen te voldoen;
-
2. de gereedheid van de operationele eenheden en het algemene beeld daarvan.
In de doelstellingenmatrices bij de beleidsartikelen van de verschillende operationele commando’s wordt ingegaan op de gereedheid per eenheid. Om het inzicht in de voortgang van het herstel van de inzetbaarheid en gereedheid van de eenheden te verbeteren, is in de begroting 2017 een prognose opgenomen van het jaar waarin Defensie verwacht dat eenheden aan de gereedheidsnorm zullen voldoen.
Met dat einddoel voor ogen geeft de rapportage in dit jaarverslag een tussenstand weer. Zoals eerder en vaker gemeld, zal het enige jaren duren alvorens het effect van de inspanningen ter verbetering van de gereedheid in volle omvang merkbaar is. In 2016 zijn er belangrijke stappen voorwaarts gezet. Zo is bijvoorbeeld munitie aangevuld voor training en inzet en zijn de voorraden reservedelen en kleding uitgebreid. Het spreekt voor zich dat het totale gereedstellingsproces mede afhankelijk is van de inzet van eenheden, voldoende en toereikende (gevechts)ondersteuning evenals ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Voor de gereedheid op lange termijn is het tevens van belang dat de benodigde vernieuwingen, instandhoudingsprogramma’s en vervangingen tijdig worden gerealiseerd en dat hiervoor voldoende budget beschikbaar is. Het totaalbeeld van 2016 is hiermee in overeenstemming.