Base description which applies to whole site

11. SALDIBALANS

De saldibalans per 31 december 2017 geeft de financiële posten weer die bij de afsluiting van de begrotingsboekhouding aan het einde van 2017 bestonden en meegenomen worden naar volgende begrotingsjaren.

Tabel 11.1 Saldibalans per 31 december 2017 van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (Bedragen x € 1.000)

Activa

     

Passiva

   
   

31-12-2017

31-12-2016

     

31-12-2017

31-12-2016

 

Intra-comptabele posten

             

1

Uitgaven ten laste van de begroting

13.053.108

13.192.066

 

2

Ontvangsten ten gunste van de begroting

1.953.586

2.375.407

3

Liquide middelen

111

137

         

4

Rekening-courant RHB

     

4a

Rekening-courant RHB

10.485.098

10.269.142

5

Rekening-courant RHB begrotingsreserve

128.941

335.867

 

5a

Begrotingsreserves

128.941

335.867

6

Vorderingen buiten begrotingsverband

31.074

44.750

 

7

Schulden buiten begrotingsverband

645.609

592.404

8

Kas-transverschillen

0

0

         

subtotaal intra-comptabel

13.213.234

13.572.820

 

subtotaal intra-comptabel

13.213.234

13.572.820

                 
 

Extra-comptabele posten

             

9

Openstaande rechten

23.852

127.192

 

9a

Tegenrekening openstaande rechten

23.852

127.192

10

Vorderingen

1.381.415

1.284.703

 

10a

Tegenrekening vorderingen

1.381.415

1.284.703

11a

Tegenrekening schulden

0

0

 

11

Schulden

0

0

12

Voorschotten

2.371.436

2.757.833

 

12a

Tegenrekening voorschotten

2.371.436

2.757.833

13a

Tegenrekening garantieverplichtingen

2.407.357

2.931.567

 

13

Garantieverplichtingen

2.407.357

2.931.567

14a

Tegenrekening andere verplichtingen

889.603

946.030

 

14

Andere verplichtingen

889.603

946.030

15

Deelnemingen

     

15a

Tegenrekening deelnemingen

   

subtotaal extra-comptabel

7.073.663

8.047.325

 

subtotaal extra-comptabel

7.073.663

8.047.325

                 

Overall

Totaal

20.286.897

21.620.145

 

Overall

Totaal

20.286.897

21.620.145

Hieronder worden de onderdelen van de saldibalans nader toegelicht. De cijfers die tussen haken achter de tabeltitels staan, verwijzen naar de betreffende post op de saldibalans.

Tabel 11.2 Begrotingsuitgaven (1) (x € 1.000)

Begrotingsuitgaven

2017

2016

     

Uitgaven ten laste van de begroting 2017

13.053.108

0

Uitgaven ten laste van de begroting 2016

0

13.192.066

     

Totaal

13.053.108

13.192.066

Tabel 11.3 Begrotingsontvangsten (2) (x € 1.000)
     

Begrotingsontvangsten

2017

2016

     

Ontvangsten ten gunste van de begroting 2017

1.953.586

0

Ontvangsten ten gunste van de begroting 2016

0

2.375.407

     

Totaal

1.953.586

2.375.407

Onder de post uitgaven en ontvangsten ten laste van de begroting zijn de gerealiseerde begrotingsuitgaven en -ontvangsten van het jaar 2017 opgenomen waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Staten-Generaal is goedgekeurd. De verschillen met de departementale verantwoordingsstaat 2017 betreffen afrondingsverschillen.

Tabel 11.4 Liquide middelen (3) (x € 1.000)

Liquide middelen

2017

2016

Kas

111

137

Saldo liquide middelen

111

137

De post liquide middelen is opgebouwd uit de contante gelden die aanwezig zijn in de kluizen van de kasbeheerders. De belangrijkste kassen zijn: Griffie (€ 50.000), Openbaar Ministerie (€ 37.000) en Dienst Terugkeer & Vertrek (€ 22.000). De kas bij Griffie wordt vooral gebruikt voor de contante betalingen van cliënten voor rechtszaken. De daling van de kassen is veroorzaakt door digitalisering van betalingen.

Tabel 11.5 Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding (4 en 4a) (x € 1.000)

Rekening courant RHB

2017

2016

Rekening-courant RHB

10.485.098

10.269.142

Totaal

10.485.098

10.269.142

Het saldo van deze post geeft de financiële verhouding met het Ministerie van Financiën (MvF) weer. Het saldo sluit aan bij het rekening-courant overzicht van de afdeling Rijkshoofdboekhouding (RHB) van het Ministerie van Financiën.

Tabel 11.6 Begrotingsreserve (5 en 5a) (x € 1.000)

Naam begrotingsreserve

Saldo

31-12-2016

Toevoeging

Onttrekking

Saldo

31-12-2017

Artikel

Asielreserve

335.867

127.500

334.426

128.941

37

Voor onderbouwing en nadere toelichting wordt verwezen naar de toelichting op artikel 37, paragraaf asielreserve.

Tabel 11.7 Vorderingen buiten begrotingsverband (6) (x € 1.000)

Vorderingen Buiten begrotingsverband

2017

2016

Door te belasten uitgaven

28.707

42.639

Salaris- en studievoorschotten

2.367

2.111

     

Totaal

31.074

44.750

De vorderingen buiten begrotingsverband worden als volgt gespecificeerd:

De daling van door te belasten uitgaven betreft:

  • In 2016 waren er ten onrechte dubbel betaalde facturen van APG Algemene Pensioen Groep € 20,3 mln. In 2017 zijn deze facturen verrekend.

  • De uitgaven (ad € 25,2 mln.) voor het product schadevergoedingsmaatregelen (Wet Terwee) van het CJIB zijn met € 6,3 mln. toegenomen. De stijging van 33% is toe te rekenen aan de verhoogde instroom van het afgelopen jaar en hogere toewijzing van schadebedragen. Voorts blijven de zaken met hoog opgelegd bedrag langer open staan.

  • Het saldo van de door de griffier te verrekenen voorgeschoten deskundigenkosten (€ 0,5 mln.) is gedaald ten opzichte van het voorgaand boekjaar.

  • Salaris- en studievoorschotten: Op deze rekeningen worden naast de centrale studievoorschotten van bestuursdepartement ook de salarisvoorschotten verantwoord die door de decentrale diensten zijn verstrekt. Het verstrekte voorschot wordt vervolgens op het salaris van de medewerker ingehouden.

Tabel 11.8 Schulden buiten begrotingsverband (7) (x € 1.000)

Schulden Buiten begrotingsverband

   
 

2017

2016

Af te dragen sociale lasten

63.089

51.602

EU subsidies

56.026

46.354

Door te belasten agentschappen/Raad voor de Rechtspraak via RHB

32.498

26.019

Geinde bedragen voor bestuursorganen door CJIB

207.310

195.599

Af te wikkelen proceskosten Griffie

562

534

Strafrechtelijk beslag OM

88.311

86.028

Conservatoir beslag OM

166.172

157.695

Diversen OM

18.923

18.801

Gedeponeerde geldsommen

6.884

8.061

Noodhulp Sint Maarten

3.670

0

Overig

2.164

1.711

     

Totaal

645.609

592.404

  • Af te dragen sociale lasten: Dit betreft de afdrachten aan de belastingdienst, UWV en Loyalis over de maand december 2017. Deze zijn voldaan in januari 2018. De stijging bij de afdracht loonheffing is grotendeels door de 1,4% CAO compensatie die in december 2017 met terugwerkende kracht over geheel 2017 is uitgevoerd.

  • EU subsidies: De stijging van de EU subsidies (€ 9,7 mln.) betreft onder andere de verhoging van de subsidies van de Verenigde Autoriteit (VA) voor de fondsen ECF, EBFm AMIF en ISF (€ 8,1 mln.), een daling door de uitgaven voor een NCTV project (€ 3,0mln) en een stijging van de uitgaven voor diverse deelprojecten van DT&V (€ 1,7 mln.)). Tevens is er in 2017een nieuw EU project voor DGRR gestart (€ 2,9 mln.). Tevens zijn er kleinere verschuivingen tussen de twee vergelijkende jaren.

  • Door te belasten agentschappen/Raad voor de rechtspraak (via RHB MvF). Deze financiële rekeningen worden gebruikt om maandelijks de diverse uitgaven met de agentschappen en de Raad voor de rechtspraak af te rekenen met een rijksbetaalstuk door tussenkomst van de RHB.

  • Geïnde bedragen voor bestuursorganen door CJIB: Het saldo betreft voornamelijk ontvangen betalingen op vorderingen die het CJIB voor bestuursorganen onder andere Centraal AdministratieKantoor (CAK) en Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid incasseert en nog moet worden doorgestort. De CAK zaken betreffen ongeveer 95% van de inningen voor bestuursorganen. Ondanks een dalende instroom aan CAK zaken is er nog steeds sprake van een stijging van de post nog af te dragen gelden. Dit komt doordat er veelal sprake is van deelbetalingen bij CAK zaken als gevolg van beslag op zorgtoeslag. De stijging is minder hard dan voorgaand jaar doordat er relatief veel zaken definitief zijn geworden als gevolg van de zogenaamde tweede gang deurwaarder.

  • Af te wikkelen proceskosten Griffie: Deze rekening geeft het saldo weer van de proceskosten die nog met partijen moet worden afgerekend.

  • Strafrechtelijk- en Conservatoir beslag: Het creditsaldo op deze rekeningen wordt gevormd door de gelden waarop beslag is gelegd.

  • Diversen OM: Bedragen die in het kader van het «vrijlaten op borgtocht» van een verdachte zijn ontvangen, worden op deze rekening verantwoord. Daarnaast wordt op deze rekening ondermeer het saldo beheerd van de van het Ministerie van Financiën ontvangen profijtrente. Het betreft de rente over de in beslaggenomen gelden waarover door de rechter in de desbetreffende zaak of door het Openbaar Ministerie nog geen beslissing is genomen.

  • Gedeponeerde geldsommen: Betreft ontvangsten van partijen in rechtszaken waarvan de rechter een deskundigenonderzoek heeft gelast. De kosten van het deskundigenonderzoek worden hiermee gefinancierd.

  • Noodhulp Sint Maarten: Voor de noodhulp in Sint Maarten is in totaal € 5,3 mln. ontvangen vanuit Ministerie van Binnenlandse zaken. In 2017 zijn hier reeds kosten uit betaald voor onder ander het kostenbesluit veiligheidswet BES en kosten die gemaakt zijn door DJI en Dienst Terugkeer & Vertrek in verband opvangen van gedetineerden in Nederland. Het saldo dat nog op deze rekening staat betreft de nog uit te betalen kosten aan Nationale Politie en DJI.

Tabel 11.9 Openstaande rechten (9 en 9a) (x € 1.000)
 

2017

2016

Openstaande rechten

23.852

127.192

Totaal

23.852

127.192

Vanaf 2016 verantwoordt VenJ executeerbare ontnemingsmaatregelen die nog niet zijn overgedragen aan het CJIB als een openstaand recht, zodra de betreffende strafzaak en ontnemingszaak onherroepelijk zijn. In 2017 is onduidelijkheid ontstaan over de verantwoording van geldelijke zaken (waaronder bankbeslag, cryptomunten, buitenlands beslag en effecten), waarbij door de rechter of officier (buitengerechtelijke afdoening) een beslissing tot verbeurdverklaren is genomen en waarbij het beslag nog niet heeft geleid tot een ontvangst. De verslaggevingsvoorschriften voor de rijksoverheid (RBV) bieden op dit moment te weinig houvast. In overleg met het Ministerie van Financiën is besloten om voor dit moment vast te houden aan de huidige beleidslijn. In 2018 zal worden bepaald of deze kortstondige situaties rondom geldelijke zaken als recht moeten worden verantwoord en tegen welke waarde.

Daarnaast is onder openstaande rechten de profijtrente opgenomen over 2017. Deze moet nog gevorderd worden bij het Ministerie van Financiën en bedraagt € 1,5 mln.

Tabel 11.10 Vorderingen (10 en 10a) (x € 1.000)

Vorderingen

2017

2016

Vorderingen binnen begrotingsverband

1.381.415

1.284.703

Totaal

1.381.415

1.284.703

Tabel 11.11 Vorderingen (10 en 10a) (x € 1.000)

Onderscheiden naar organisatieonderdeel

2017

2016

CJIB

1.341.340

1.235.869

Griffie

18.656

23.702

OM

11.904

19.051

Bestuursdepartement

6.194

3.801

JustiD

2.806

1.810

Raad voor de kinderbescherming

515

410

Schadefonds geweldsmisdrijven

0

60

     

Totaal

1.381.415

1.284.703

Tabel 11.12 Vorderingen ingedeeld naar aard (10 en 10a)) (x € 1.000)

Ingedeeld naar aard

2017

2016

Salarisvorderingen op ex-personeel

1.233

1.514

Sancties in het kader van Wahv

601.449

633.932

Strafrechtelijke boetes

89.713

86.468

OM-afdoeningen

72.691

72.336

Ontnemingsmaatregelen

574.707

438.036

Overige debiteuren

41.622

52.417

     

Totaal

1.381.415

1.284.703

Bij ontnemingsmaatregelen(+31%) is er sprake van een hogere instroom, vooral bij de vorderingen vanaf € 1 mln. De stijging komt met name door de grote schikking met Talikant (resterend € 97mln.).

Bij de overige debiteuren gaat het onder meer door dalingen van griffierechtszaken (€ 5 mln), dalingen van overige ontnemingsmaatregelen (€ 5 mln.) en een stijging door een openstaande post aan COA (€ 1 mln.).

Tabel 11.13 Vorderingen ingedeeld naar categorie (10 en 10a) (x € 1.000)

Ingedeeld naar categorie

2017

2016

1. Vorderingen uit wettelijke rechten

1.339.793

1.230.772

2. Vorderingen uit eerder gedane voorwaardelijk uitgaven

0

0

3. Vorderingen uit verkoop of uit dienstverlening

0

0

4. Andere vorderingen

41.622

53.931

Totaal

1.381.415

1.284.703

In Tabel 11.13 zijn de vorderingen naar aard (tabel 11.12) verder uitgesplitst. Het grootste bedrag betreft de vorderingen uit wettelijke rechten. De andere vorderingen bestaan uit de salarisvorderingen op ex-personeel en overige debiteuren. Alle vorderingen zijn direct opeisbaar.

Tabel 11.14 Voorschotten (12 en 12a) (x € 1.000)
 

2017

2016

Voorschotten

2.371.436

2.757.833

Totaal voorschotten

2.371.436

2.757.833

Tabel 11.15 Ouderdom van voorschotten (12) (x € 1.000)

Voorschotten

Ontstaansjaar

Stand 1-1-2017

Verstrekt 2017

Afgerekend

Eindstand 2017

< 2011

2.232

 

440

1.792

2011

4.786

 

924

3.862

2012

1.671

 

162

1.509

2013

14.189

 

2.186

12.003

2014

37.772

 

15.499

22.273

2015

170.900

 

154.224

16.676

2016

2.520.446

 

2.349.552

170.894

2017

 

2.131.307

1.110

2.130.197

 

2.751.996

2.131.307

2.524.097

2.359.206

Voorschotten buiten begrotingsverband 2016

5.837

   

5.837

Voorschotten buiten begrotingsverband 2017

 

6.393

 

6.393

 

5.837

6.393

0

12.230

         

Eindtotaal

2.757.833

2.137.700

2.524.097

2.371.436

Tabel 11.16 Openstaande voorschotten per artikel (12). (x € 1.000)

Voorschotten

   
 

Stand 2017

Stand 2016

31 Nationale Politie

482.457

640.319

32 Rechtspleging en recht bestand

459.943

495.592

33 Veiligheid en criminaliteitsbestrijding

41.851

35.444

34 Sanctietoepassing

316.242

344.613

36 Contraterrorisme en Nationaal Veiligheidsbeleid

18.944

16.719

37 Vreemdelingen

1.036.665

1.216.635

91 Apparaat kerndepartement

34

52

93 Geheim

3.070

2.622

Subtotaal

2.359.206

2.751.996

     

Voorschotten buiten begrotingsverband 2016

5.837

5.837

Voorschotten buiten begrotingsverband 2017

6.393

0

Subtotaal

12.230

5.837

Totaal openstaande voorschotten per artikel

2.371.436

2.757.833

  • De daling van € 158 mln. op artikel 31 bij de Nationale Politie (NP) wordt grotendeels veroorzaakt door een daling van € 38 mln. bij de Nationale Politie en een daling van € 112 mln. bij de Politieacademie (PA). De voorschotten aan het deel van de PA dat per 1-1-2017 is overgegaan in de NP zijn afgewikkeld. De uitgaven voor 2017 zijn opgenomen in de algemene bijdrage aan NP, die niet als voorschot wordt verwerkt.

  • De afname van de voorschotten op artikel 32 Rechtspleging en rechtsbijstand (€ 36 mln.) wordt veroorzaakt door de voorschotten aan de Raad voor Rechtsbijstand. De dalingen zijn veroorzaakt door hogere verstrekte bijdragen in 2016, welke in 2017 zijn afgerekend. De lage bijdrage in 2017 is veroorzaakt door de herijking stelstel gesubsidieerde rechtsbijstand

  • De toename van de voorschotten op artikel 33 (€ 6 mln.) is veroorzaakt door nog niet afgerekende voorschotten voor 2017 bij de RUPS regeling (€ 1,9 mln.) en een verschuiving van een openstaand voorschot uit 2014 van artikel 34 naar artikel 33 (€ 3,1 mln.) Het betreft een voorschot aan het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid.

  • De daling van de voorschotten op artikel 34 (€ 28 mln.) is veroorzaakt door een lagere stand bij Stichting van Leger des Heils van € 19,6 mln. Deze daling komt doordat per ultimo 2016 de voorschotten van de jaren 2015 en 2016 open stonden en per ultimo 2017 alleen de posten over 2017. Datzelfde geldt voor Stichting Halt (- € 10 mln). Bij Stichting Slachtofferhulp is er een stijging van € 4 mln. Tevens de eerder genoemde verschuiving van artikel 34 naar 33 (daling € 3,1 mln).

  • De daling op artikel 37 (€ 180 mln.) Vreemdelingen wordt veroorzaakt door lagere voorschotten aan het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (– € 178 mln.). De dalingen zijn veroorzaakt door hogere verstrekte bijdragen in 2016, welke in 2017 zijn afgerekend.

De voorschotten buiten begrotingsverband zijn voor subsidies die zijn verstrekt door Dienst Terugkeer en Vertrek en NCTV.

Tabel 11.17 Garantieverplichtingen (13 en 13a) (x € 1.000)

Openstaande verplichtingen

2017

2016

Garantieverplichtingen

2.407.357

2.931.567

Totaal

2.407.357

2.931.567

Dit is het totaal van de «Uitstaande garanties 2017» uit tabel 3.3 en de «Uitstaande leningen 2017» en rekening-courant limieten uit tabel 3.5. Voor de onderbouwing en nadere toelichting op de garantieverplichtingen wordt verwezen naar deze tabellen.

Tabel 11.18 Andere verplichtingen (14 en 14a) (x € 1.000)
 

2017

2016

Andere verplichtingen

889.603

946.030

Totaal

889.603

946.030

Tabel 11.19 Verloopstaat verplichtingen (14 en 14a) (x € 1.000)

Andere verplichtingen per artikel

Stand per 31-12-2016

Aangegane verplichtingen in 2017

Tot betaling gekomen in 2017

Stand verplichtingen per 31 december 2017

31 Nationale Politie

12.435

6.038.522

6.020.984

29.973

32 Rechtspleging en rechtsbijstand

3.441

1.452.199

1.451.422

4.218

33 Veiligheid en criminaliteitsbestrijding

163.604

645.994

731.596

78.002

34 Sanctietoepassing

278.840

2.668.602

2.639.310

308.132

36 Contraterrorisme en Nationaal Veiligheidsbeleid

231.468

258.157

255.711

233.914

37 Vreemdelingen

151.313

1.513.580

1.526.382

138.511

91 Apparaat kerndepartement

98.031

417.493

424.386

91.138

93 Geheim

0

3.317

3.317

0

         

Subtotaal

939.132

12.997.864

13.053.108

883.888

         

Verplichtingen buiten begrotingsverband

6.898

7.782

8.965

5.715

         

Eindtotaal

946.030

13.005.646

13.062.073

889.603

De stand van de openstaande verplichtingen is gedaald met 57 mln. ten opzichte van 2016. Hieronder volgen de verklaring van de verschillen per artikel:

  • Artikel 31: Stijging met € 17 mln. Deze stijging is te relateren aan verplichtingen voor de 5 grote telecomproviders voor de telecommunicatiewet. De verplichting is, in tegenstelling tot voorgaande jaren, meerjarig vastgelegd voor de jaren 2018 t/m 2020.

  • Artikel 33: Daling met € 85,6 mln.: De verplichting voor verkeershandhaving is gedaald met € 76,1 mln. door de overname van de flitspalen in 2017 door het Openbaar Ministerie van het CJIB in 2017. Het restant ad € 8 mln. wordt verklaard door de daling van de verplichtingen voor de automatisering vanwege de overgang naar een andere leverancier in 2018. Tevens is er een daling van de RUPSII regeling met € 2,6 mln.

  • Artikel 34: stijging 30 mln.: Reclassering Nederland (+ € 3,5 mln.), Stichting Slachtofferhulp (– € 1,4 mln.), Verslavingsreclassering (– € 1,5mln.), Stichting Halt (+ € 11,7 mln.). De oorzaak bij Stg. Halt is dat de subsidietoekenning in 2017 in plaats van 2016, zodoende zijn er voor Stg. Halt twee jaarbedragen (2017 en 2018) vastgelegd. Daarnaast is de n aangegane verplichting voor r G4Ss abonnement pas in 2017 volledig vastgelegd voor de jaren 2018 t/m 2022 voor een bedrag van € 7,6 mln. Verder zijn er verplichtingen voor outsourcing en ICT contracten bij Raad voor de Kinderbescherming (€ 4 mln.)

  • Artikel 37: Daling met € 12,8 mln.: De stichting Nidos heeft voor de betalingen in 2018 een verlaging in de verplichtingen ten opzichte van 2016 van € 27,6 mln., te verklaren door de vermindering van instroom van asielzoekers. Datzelfde geldt voor IOM (- € 4,8 mln.) en ICTU (– € 3,6 mln.) Verder is er een stijging van € 8 mln. voor de Nationale Politie vanwege ICT diensten. Voor Vluchtelingenwerk Nederland is er ten opzichte van 2016 een stijging van € 9,4 mln., de ERIN regeling heeft een stijging van € 3,0 mln. en de Stg Barka van € 0,7mln. Verder een aantal stijgingen bij leveranciers die oplopen tot € 2 mln.

  • Artikel 91: Daling met 7 mln. De daling is veroorzaakt door de verplichting aan Fujitsu die in 2017 is afgenomen met 11,6 mln. en een stijging van servicekosten van P- Direkt (€ 2 mln.).

De verplichtingen buiten begrotingsverband betreffen de verplichtingen die gemaakt zijn op de derdenrekeningen van DGVZ/Dienst Terugkeer en Vertrek en NCTV.

Tabel 11.20 Niet uit de balans blijkende verplichtingen en bestuurlijke verplichtingen (x € 1 mln.)

Omschrijving

(Inschatting)

Bedrag

Raad voor Rechtsbijstand

244,6

Raad voor Rechtspraak vakantiegelden

21,1

Schikkingen en transacties OM

0,8

Transactieovereenkomst OM

228,2

Vennootschapsbelasting

n.n.b.

Bezit van aandelen in Besloten Vennootschap

n.n.b.

Raad voor Rechtsbijstand

De Raad voor Rechtsbijstand heeft ultimo 2016 een vordering van € 244.563.842 op het Ministerie van VenJ die samenhangt met de verplichting in haar balans voor het deel van de afgegeven toevoegingen dat nog niet is vastgesteld. (Bron: Raad voor Rechtsbijstand Jaarrekening 2016). Het cijfer per ultimo 2017 is nog niet beschikbaar.

Raad voor de Rechtspraak

De Raad voor de rechtspraak heeft sinds het boekjaar 2005 een vordering op het Ministerie inzake de financiering van de te betalen vakantiegelden en sociale lasten. Bij het inwerking treden van het baten-lastenstelsel per 1 januari 2005 is overeengekomen dat ter financiering van deze verplichting op de openingsbalans van de RvdR een separate vordering wordt opgenomen en er door het Ministerie van VenJ geen aflossing op deze vordering zal plaatsvinden. Het betreft hier louter een boekhoudkundige vordering. De vordering bedraagt € 21,1 mln.

Schikkingen en transacties OM

Grote schikkingen en transacties van het Openbaar Ministerie worden met ingang van het boekjaar 2014 verantwoord op het moment van ontvangst van het kasbedrag. Mocht in de toekomst blijken dat ofwel in het kader van een artikel 12-procedure het OM over zal moeten gaan tot vervolgen en dat de transactie of schikking terugbetaald moet worden, ofwel naar de mening van het OM voldoende vaststaat dat in rechte afdwingbare rechten van derden voorgaan, dan zal het OM het betreffende bedrag onverwijld terugbetalen. Op 31 december 2017 bedroeg het maximale risico van terugbetalen van schikkingen en transacties een bedrag van € 760.532.

Transactie overeenkomst OM

Het Openbaar Ministerie heeft in 2017 een transactieovereenkomst gesloten met een rechtspersoon, waarin een ontbindende voorwaarde is opgenomen. Deze ontbindende voorwaarde kan resulteren in het terugbetalen van een bedrag van in totaal € 228 mln. (ontvangst OM € 145 mln. & ontvangst CJIB € 83 mln.) aan de advocaat van de rechtspersoon waarmee de transactieovereenkomst is gesloten. Voorgenoemde valt niet onder de niet uit de balans blijkende verplichten a.g.v. de artikel 12-procedure.

Vennootschapsbelasting

Bij JenV heeft onderzoek plaatsgevonden naar activiteiten die al dan niet onder de vennootschapsbelasting (Vpb) vallen. De activiteiten zijn in beeld en besproken met de Belastingdienst. JenV heeft voor 2016 uitstel van aangifte gevraagd, omdat het in afwachting is van beslissing van het Ministerie van Financiën op ingediend verzoek, dat vraagt om hardheidsclausule voor de onderlinge dienstverlening tussen Ministerie en Nationale Politie. Voor 2017 moet proces nog worden doorlopen.

Bezit van aandelen in Besloten Vennootschap

Bij rechterlijke uitspraak van de rechtbank Amsterdam in 2016 zijn 6% aandelen in een Nederlandse vennootschap verbeurd verklaard. Dit vonnis is onherroepelijk geworden en vanaf dat moment zijn de aandelen van rechtswege eigendom van de Staat der Nederlanden. Nu het gaat om een incourant minderheidsbelang zonder beursnotering is thans niet te voorspellen op welke termijn de verkoop geëffectueerd kan worden, noch wat de opbrengst zal zijn. Per 31/12/2017 zijn deze aandelen niet verkocht en is de waardering niet mogelijk.

Licence