Inleiding: Zorg die bij je past
Wat heb je nodig? Die vraag stelde het vorige kabinet in de beleidsagenda van VWS (TK 34 550-XVI, nr 1) voor 2017. Wat heb je nodig om gezond te blijven? Om beter te worden? En als beter worden niet meer gaat, wat heb je dan nodig om zo zelfstandig mogelijk te kunnen blijven, met zo hoog mogelijke kwaliteit van leven?
Die vraag moet leidend zijn in de gezondheidszorg. Want het antwoord is voor iedereen anders en moet daarom door iedereen zélf worden beantwoord, in samenspraak met zorgverleners.
Deze persoonlijke aanpak van zorg en ondersteuning, was de leidraad in het kabinetsbeleid van 2017. Dat zien we in de langdurige zorg, de ggz en de medische zorg, die steeds vaker dichtbij mensen, of zelfs thuis wordt gegeven.
Zorg en ondersteuning zijn er op gericht dat mensen zolang mogelijk de regie over het eigen leven kunnen voeren en zoveel mogelijk zelf doen. Zodat ze het leven kunnen leiden dat zij zelf willen en volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving. Dat heeft een positieve invloed op de gezondheid en helpt eenzaamheid te bestrijden. Sommige mensen kunnen dit op eigen kracht, anderen hebben daarbij ondersteuning nodig.
De meeste mensen willen zo lang mogelijk thuis wonen, ook als ze zorg nodig hebben. Door samenwerking van huisarts, wijkverpleegkundigen, mantelzorgers en andere zorgverleners en ondersteuners in de wijk, kan dat vaak prima worden georganiseerd. Maar als thuis wonen niet meer mogelijk is, moeten mensen kunnen rekenen op goede, warme en persoonlijke zorg in een verpleeghuis. Om de zorg in verpleeghuizen te verbeteren is in 2017 een oplopend bedrag tot € 2,1 miljard beschikbaar gesteld voor de komende jaren. Met dit geld kunnen verpleeghuizen extra personeel aannemen en krijgen zorgverleners meer tijd om hun bewoners persoonlijke aandacht te geven.
Zelf de regie voeren, zelf beslissingen kunnen nemen in goed overleg met zorgprofessionals, is in 2017 voor patiënten makkelijker geworden. Dit komt onder andere door maatschappelijke trends, technologische ontwikkelingen en ontwikkelingen binnen de zorg.
Bovendien maken slimme digitale toepassingen (e-health) de zorg beter en goedkoper.
Nederland heeft op dit terrein inmiddels een voorsprong op veel Europese landen2. Dat blijkt onder andere uit de hoge digitaliseringsgraad van patiëntgegevens.
Persoonlijke zorg en ondersteuning stellen nieuwe eisen aan de mensen die werken in de zorg. Wij hebben grote waardering voor iedereen in de zorg die zich hier voor inzet. Door de toename van het aantal ouderen, die ook steeds ouder worden, is er ook meer vraag naar zorg. Om daaraan te kunnen voldoen, hebben we veel meer mensen nodig die in de zorg werken. Allereerst moeten we er voor zorgen dat de mensen die in de zorg werken, worden behouden. Daarnaast moeten we nieuwe mensen aantrekken en het werk zo organiseren dat het aantrekkelijker wordt.
Om dit mogelijk te maken heeft het kabinet in 2017, samen met onder andere brancheorganisaties, vakbonden en de MBO-raad, de Arbeidsmarktagenda 2023 Aan het werk voor ouderen (TK 29 282, nr 276) opgesteld.
Naast de persoonlijke zorg en ondersteuning door professionals is mantelzorg onmisbaar. Mantelzorgers leveren een onschatbare bijdrage aan liefdevolle, persoonlijke verzorging. Ouderen die hun partners met dementie door de dag heen helpen, ouders die hun zieke kind verzorgen, vrijwilligers die mensen met een beperking ondersteunen en uitstapjes maken met ouderen. Meer dan vier miljoen mensen die ervoor zorgen dat anderen zich kunnen redden, zo lang mogelijk thuis blijven wonen en deelnemen aan de samenleving.
Het betaalbaar houden van zorg was een andere belangrijke prioriteit van het vorige kabinet. Betaalbaarheid is een noodzakelijke voorwaarde om de zorg voor iedereen toegankelijk te houden. In juni 2017 zijn, samen met partijen in de medisch-specialistische zorg, de huisartsenzorg en de wijkverpleging, nieuwe bestuurlijke akkoorden voor 2018 ondertekend. Deze akkoorden bevatten zowel financiële afspraken als afspraken over kwaliteitsverhoging in de zorg. Ook met partijen in de ggz zijn financiële afspraken gemaakt in het actieplan aanpak wachttijden. Dankzij de financiële afspraken is sprake van een beheerste uitgavengroei.
Daarnaast is ingezet op de juiste zorg op de juiste plek. Onder meer door het verschuiven van zorg van het ziekenhuis naar de huisarts en door de wijkverpleging te versterken. Dit moet ertoe leiden dat er geen onnodig beroep wordt gedaan op dure medisch-specialistische zorg.
In dit beleidsverslag presenteren we de resultaten die in 2017 door het vorig kabinet zijn behaald. Ook gaan we in op de eerste stappen die eind 2017 zijn gezet door het huidige kabinet.