Base description which applies to whole site

8.1 Saldibalans Nationale Schuld IXA

Saldibalans per 31 december 2018 Nationale Schuld (bedragen x € 1.000)

Activa

 

Passiva

 

31-12-2018

31-12-2017

   

31-12-2018

31-12-2017

 

Intra-comptabele posten

       

Intra-comptabele posten

   

1)

Uitgaven ten laste van de begroting

48.781.992

55.827.407

 

2)

Ontvangsten ten gunste van de begroting

43.286.212

41.591.165

3)

Liquide middelen

0

0

         

4)

Rekening-courant RHB

3.744.518

(1.135.541)

         

6)

Vorderingen buiten

begrotingsverband

1.708.702

2.599.273

 

7)

Schulden buiten

begrotingsverband

22.660.927

27.318.977

8)

Kas-transverschillen

11.711.927

11.619.003

         
 

Subtotaal intra-comptabel

65.947.139

68.910.142

   

Subtotaal intra-comptabel

65.947.139

68.910.142

 

Extra-comptabele posten

       

Extra-comptabele posten

   

10)

Vorderingen

12.765.820

11.829.283

 

10a)

Tegenrekening vorderingen

12.765.820

11.829.283

11a)

Tegenrekening schulden

332.575.729

335.698.909

 

11)

Schulden

332.575.729

335.698.909

12)

Voorschotten

0

0

 

12a)

Tegenrekening voorschotten

0

0

 

Subtotaal extra-comptabel

345.341.549

347.528.192

   

Subtotaal extra-comptabel

345.341.549

347.528.192

 

Overall Totaal

411.288.688

416.438.334

   

Overall Totaal

411.288.688

416.438.334

Algemene toelichting

Alle bedragen zijn opgenomen tegen nominale waarden en vermeld in duizenden euro’s tenzij anders aangegeven. Relevante posten worden hieronder nader toegelicht. Hierbij is de nummering van de saldibalans aangehouden. Door afronding van bedragen kan het voorkomen dat totaaltellingen niet aansluiten bij de som der delen.

1. Uitgaven ten laste van de begroting

Deze post bevat de nog niet met het Ministerie van Financiën (Rijkshoofdboekhouding, RHB) verrekende begrotingsuitgaven 2018. Verrekening van de begrotingsuitgaven zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

Deze post betreft de nog niet met het Ministerie van Financiën (RHB) verrekende begrotingsontvangsten 2018. Verrekening van de begrotingsontvangsten zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

3. Liquide middelen

De liquide middelen bestaan uit de saldi op bankrekeningen en de bij de kasbeheerders aanwezige kasgelden.

4. Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

Deze post geeft de financiële verhouding met de RHB weer. Er zijn twee rekening-courant verhoudingen: het Agentschap (artikel 11) en het geïntegreerd middelen beheer (GMB, artikel 12). De bedragen zijn per 31 december 2018 in overeenstemming met de opgaven van de RHB.

6. Vorderingen buiten begrotingsverband

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Vorderingen buiten begrotingsverband (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2018

Ultimo 2017

Te ontvangen renteswaps

1.679.291

2.560.243

Vooruitbetaalde disconto

– 27.562

– 27.480

Te ontvangen rente vlottende schuld

9.950

11.584

CO2-veiling

0

0

Te ontvangen rente m.b.t. GMB

47.022

54.926

Totaal

1.708.702

2.599.273

Te ontvangen renteswaps

Deze post betreft de opgelopen rente die de Staat nog tegoed heeft van de tegenpartijen. Als gevolg van de huidige samenstelling van de swapportefeuille en de lage rentestanden ontvangt de Staat per saldo rente op de swapportefeuille.

7. Schulden buiten begrotingsverband

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Schulden buiten begrotingsverband (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2018

Ultimo 2017

Te realiseren agio

8.141.901

7.442.930

Te betalen rente onderhandse leningen

8.193

13.421

Te betalen rente openbare schuld

4.879.193

5.171.868

Te betalen renteswaps

955.690

1.713.219

Te betalen rente vlottende schuld

– 41.990

– 36.982

Derden van het Agentschap

8.711.180

13.007.770

Te betalen rente m.b.t. GMB

6.760

6.751

Totaal

22.660.927

27.318.977

Te realiseren agio

Het uitstaande saldo (€ 8,1 mld.) heeft betrekking op in het verleden gerealiseerde agio bij uitgifte vaste schuld. In 2018 lag bij het merendeel van de nieuwe uitgiftes het effectieve rendement onder de couponrente van leningen, waardoor de Staat agio heeft ontvangen en de post «Te realiseren agio» verder is opgelopen.

Te betalen renteswaps

De omvang van de totale hoeveelheid payerswaps is in 2018 afgenomen doordat van een deel van deze swaps de looptijd was verstreken en geen nieuwe payerswaps zijn afgesloten. Hierdoor hoeft minder rente betaald te worden op de resterende portefeuille.

Derden van het Agentschap

Het gestalde onderpand is in 2018 afgenomen doordat voor een aanzienlijk bedrag aan receiverswaps voortijdig is beëindigd. Daarnaast is het onderpand gedaald door de ontwikkeling van de marktwaarde van de resterende swapportefeuille als gevolg van renteontwikkelingen.

8. Kas-transverschillen

Op deze rekening zijn de bedragen opgenomen welke zijn verantwoord in de uitgaven en ontvangsten, maar nog niet daadwerkelijk in de kas zijn uitgegeven of ontvangen. Deze verschillen ontstaan doordat rentebaten en rentelasten worden verantwoord op transactiebasis. Hierdoor worden transacties administratief verwerkt op het moment dat ze zich voordoen. Bij het kasstelsel is het moment van betaling en ontvangst leidend. Het verschil dat ontstaat tussen beide verantwoordingsmethoden wordt op deze rekening opgenomen. Met de registratie van rente op transactiebasis wordt aangesloten bij Europese voorschriften van het ESR 2010. Sinds 2002 wordt deze werkwijze toegepast. Dit bedrag is het saldo van alle posten in de tabellen «Vorderingen buiten begrotingsverband» en «Schulden buiten begrotingsverband» van het voorgaande jaar, behalve het gestalde onderpand dat in de post Derden van het Agentschap is opgenomen. De onderpanden worden niet meegenomen in het kas-transverschil omdat voor deze post alle boekingen op kasbasis zijn waardoor geen kas-transverschillen ontstaan.

Kas-transverschillen (bedragen x € 1 mln.)

Vorderingen buiten begrotingsverband ultimo 2017

2.599

Te ontvangen renteswaps

2.560

Vooruitbetaalde disconto

– 27

Te ontvangen rente vlottende schuld

12

Te ontvangen rente m.b.t. GMB

55

Schulden buiten begrotingsverband ultimo 2017

14.311

Te realiseren agio

7.443

Te betalen rente onderhandse leningen

13

Te betalen rente openbare schuld

5.172

Te betalen renteswaps

1.713

Te betalen rente vlottende schuld

– 37

Te betalen rente m.b.t. GMB

7

Totaal kas-transverschillen 2018

11.712

10. Vorderingen

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Vorderingen (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2018

Ultimo 2017

Loans

800.000

800.000

GCP Basket

400.000

0

Deposit Lend

450.000

0

Verstrekte leningen Agentschappen

6.625.636

6.448.711

Verstrekte leningen RWT’s en derden

4.490.182

4.580.572

Overige

2

0

Totaal

12.765.820

11.829.283

De grootste vorderingen zijn verstrekte leningen aan Agentschappen, RWT’s en derden: instellingen die deelnemen aan het geïntegreerd middelenbeheer. De afgesloten leningen zijn vorderingen van de Staat op de deelnemers. De vorderingen bedragen ultimo 2018 € 11,1 mld. Aan de Agentschappen is € 6,6 mld. uitgeleend, een stijging van € 0,2 mld. ten opzichte van de stand ultimo 2017. Aan RWT’s en derden is € 4,5 mld. uitgeleend, een daling van € 0,1 mld. ten opzichte van 2017. De gewogen gemiddelde looptijd van de leningen bedraagt bij de Agentschappen circa 19,7 jaar en bij RWT’s circa 18,4 jaar. Daarnaast zijn er nog enkele kleinere vorderingen van in totaal € 1,7 mld. «Loans» betreft de vordering die de Nederlandse Staat nog op ABN AMRO heeft. GCP Basket en Deposit Lend zijn geldmarktinstrumenten – dit betreft vorderingen met een zeer korte looptijd die op 31 december 2018 nog op de geldmarkt uitstonden.

Opeisbaarheid van de vorderingen

Het volgend overzicht geeft inzicht in de mate van opeisbaarheid van de vorderingen.

Opeisbaarheid van de vorderingen (bedragen x € 1.000)

Opeisbaarheid

Bedrag

Direct opeisbare vorderingen

2

Op termijn opeisbare vorderingen

12.765.818

Totaal

12.765.820

11. Schulden

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Schulden (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2018

Ultimo 2017

Vaste schuld 1

   

Staatsschuld

297.912.447

313.818.764

Propertize MTN’s

600.000

600.000

     

Vlottende schuld

   

Dutch treasury certificates

19.650.000

16.950.000

Deposit borrow

950.000

1.320.000

Sell/Buy backtransacties

0

0

Cash Depo USD in EUR

418.728

0

CP foreign currency in EUR

2.241.575

0

RC Agentschappen

2.469.959

2.251.100

RC RWT’s en derden

7.921.523

5.883.930

RC decentrale overheden

7.748.689

8.455.112

RC sociale fondsen

– 8.514.666

– 14.791.587

     

Deposito’s

   

Deposito’s Agentschappen

0

10.000

Deposito’s RWT’s en derden

98.998

121.800

Deposito’s decentrale overheden

1.078.476

1.079.790

Totaal

332.575.729

335.698.909

1

De vaste schuld bestaat uit financiële transacties met een oorspronkelijke looptijd van > 1 jaar.

De schulden hebben betrekking op in het verleden binnen begrotingsverband geboekte ontvangsten, waarvan op termijn nog verrekening met derden zal plaatsvinden. Deze post betreft voornamelijk de vaste staatsschuld (€ 298,5 mld.) en vlottende staatsschuld (€ 23,3 mld.) en daarnaast bevatten de schulden ook de schulden die betrekking hebben op de verhoudingen tussen het Rijk en de deelnemers aan geïntegreerd middelenbeheer.

Deelnemers aan het geïntegreerd middelenbeheer houden middelen aan op hun rekening-courant bij de Schatkist (rekening-courant = RC in bovenstaande tabel). Deze tegoeden vallen onder de vlottende schuld omdat ze direct opvraagbaar zijn. Deelnemers kunnen echter ook deposito’s plaatsen. De uitstaande deposito’s zijn voor het overgrote deel kortlopend. De Agentschappen hielden eind 2018 € 2,5 mld. aan op hun rekeningen-courant, ze hadden geen deposito’s. RWT’s en derden hielden € 7,9 mld. aan in rekening-courant en € 0,1 mld. in deposito’s. Het rekening-courantsaldo van de decentrale overheden nam in 2018 af met € 0,7 mld. naar € 7,7 mld., maar het bedrag aan uitstaande deposito’s bleef grotendeels gelijk op € 1,1 mld. De gewogen gemiddelde looptijd van de eind 2018 uitstaande deposito’s was bij de RWT’s circa 3,7 jaar en bij decentrale overheden 11,4 jaar.

Sociale Fondsen

De saldi van de sociale fondsen lopen sterk uiteen hetgeen met name toe te schrijven is aan de mate van onderdekking en overdekking van de desbetreffende premies. Het saldo van UWV bedraagt € 1,6 mld. negatief, het saldo van SVB € 3,8 mld. positief en het saldo van Zorginstituut Nederland € 10,7 mld. negatief. Gecumuleerd levert dit het saldo van € 8,5 mld. negatief op. Het saldo eind 2018 is € 6,3 mld. minder negatief dan de stand eind 2017.

Voor een specificatie naar uitgiftejaar van de stand van de vaste schuld per 31 december 2018 wordt verwezen naar het onderstaande overzicht.

Specificatie van de vaste schuld naar jaar van uitgifte1 per 31 december 2018 (bedragen x € 1 mln.)

Jaar van uitgifte

Openbaar

Onderhands

Totaal

Vóór 1999

22.847,52

191,9

23.039,4

1999 / t/m 2004

0

0

0

2005

15.723,4

0

15.723,4

2006

4.263,0

0

4.263,0

2007

0

0

0

2008

0

0

0

2009

13.974,4

0

13.974,4

2010

31.133,5

232,53

31.366,0

2011

16.494,0

0

16.494,0

2012

28.808,0

0

28.808,0

2013

30.752,2

0

30.752,2

2014

44.642,5

0

44.642,5

2015

15.220,2

0

15.220,2

2016

30.493,2

0

30.493,2

2017

30.759,2

0

30.759,2

2018

12.376,9

0

12.376,90

Totaal

297.488,0

424,4

297.912,4

1

Jaar van eerste uitgifte betekent dat ingeval van een heropening van een lening, het bedrag wordt opgenomen bij het oorspronkelijke jaar van eerste uitgifte van de (heropende) lening.

2

GBK € 12,2 mln., DSL uitgifte 1993 € 9.806,5 mln., DSL uitgifte 1998 € 13.028,8 mln.

3

Verplichtingen uit hoofde van schuldtitels uitgegeven door het land Nederlandse Antillen en het eilandgebied Curaçao, overgenomen door de Nederlandse Staat per 10 oktober 2010.

Propertize Medium Term Notes (MTN’s)

Op 27 september 2016 heeft de Nederlandse Staat de uitstaande staatsgegarandeerde schuld van Propertize overgenomen. Een met de Tweede Kamer gecommuniceerde voorwaarde voor de verkoop van Propertize was dat het risico op de door de Staat afgegeven garantie op de financiering van Propertize af moest nemen of tenminste gelijk moest blijven. Om aan deze voorwaarde te voldoen heeft de Staat de gehele uitstaande schuld van Propertize ter waarde van € 2,35 mld. overgenomen. In 2017 is € 1,75 mld. afgelost en in 2018 heeft geen aflossing plaatsgevonden, waardoor de uitstaande schuld ultimo 2018 nog € 0,6 mld. bedraagt.

In de tabel hieronder wordt de resterende schuld als gevolg van de overname van Propertize gespecificeerd.

Specificatie MTN’s naar jaar van aflossing per 31 december 2018 (bedragen x € 1.000)

Instrument

Aflosdatum

Bedrag

MTN

18 februari 2019

600.000

Totaal

 

600.000

Licence