Inleiding
Covid-19
Het behoeft nauwelijks betoog dat 2020 een ongekend en bewogen jaar is geweest. In 2020 kreeg de infectieziekte Covid-19 - door de World Health Organization (WHO) in maart bestempeld als pandemie - ook de Caribische landen van het Koninkrijk en Caribisch Nederland in zijn greep, met verstrekkende gevolgen. Vanaf maart 2020 heeft Covid-19 dan ook in grote mate de werkzaamheden gedomineerd.
Zowel de Caribische landen van het Koninkrijk als Caribisch Nederland zijn ongekend hard getroffen door de pandemie. Niet alleen door de uitbraak zelf, maar - met name – ook door de gevolgen daarvan, die zich uitstrekken over vrijwel alle aspecten van de maatschappijen. Niet alleen op medisch en sociaal maatschappelijk gebied, maar tevens op het economische en financiële vlak zijn de Caribische landen van het Koninkrijk en Caribisch Nederland hard geraakt, waarbij de inkomsten van zowel de overheden als de private sectoren uit de belangrijkste economische activiteit, het toerisme, zo goed als volledig zijn weggevallen.
Sinds de uitbraak van Covid-19, in maart 2020, zijn de Caribische landen van het Koninkrijk en (Caribisch) Nederland meer dan ooit op elkaar aangewezen. Onder coördinatie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) hebben onder andere het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Ministerie van Defensie en het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) samengewerkt om vanuit Nederland de eerste acute hulp en bijstand in samenwerking met de partners overzee te leveren. In de beginfase van de uitbraak is direct ingezet op het realiseren van zaken als extra ic-capaciteit, extra beademingsapparatuur en het uitzenden van medisch personeel. Later volgden ook persoonlijke beschermingsmiddelen en testcapaciteit, die worden zolang noodzakelijk geacht structureel geleverd. In 2020 zijn ook de voorbereidingen getroffen voor het vaccinatieprogramma.
Daarnaast is in samenwerking met het Rode Kruis in 2020 voedselhulp geboden in de Caribische landen van het Koninkrijk aan de meest kwetsbare groepen. Dat deed het Rode Kruis in samenwerking met lokale partijen. Zoals ook in de troonrede van dat jaar verwoord: ‘Corona raakt ons allemaal, van Terschelling tot Aruba. (…) Het doel is de bevolking nu te steunen en bij te dragen aan toekomstige economische zekerheid en maatschappelijke stabiliteit.’
Gedurende de Covid-19 pandemie zijn essentiële vliegverbindingen uitgevallen. Het door het Ministerie van BZK opgezette Logistieke Coördinatiecentrum voor de Caribische delen van het Koninkrijk (LCCC) heeft ervoor gezorgd dat de vitale processen in de lucht zijn gebleven door het coördineren van vervoersbewegingen, het inhuren van charters, en het repatriëren van ingezeten.
Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO) en landspakketten
Om de financieel-economische weerbaarheid van de landen voor de toekomst te vergroten is met Aruba, Curaçao en Sint Maarten (eind) 2020 een akkoord bereikt om dit te bewerkstelligen. De landen hebben ingestemd met het voorstel van een consensus Rijkswet tot oprichting van het Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO). Het COHO heeft ten behoeve van het welzijn van de bevolking van de landen de taak ervoor te zorgen dat hervormingen worden doorgevoerd, duurzaam houdbare overheidsfinanciën worden gerealiseerd en de weerbaarheid van de economie wordt versterkt, met inbegrip van de rechtsstatelijke inbedding die daarvoor nodig is.
Onderdeel van de Rijkswet is tevens het aangaan van het zogeheten landspakket: een samenhangend pakket van maatregelen voor de korte termijn en structurele hervormingen voor de langere termijn die noodzakelijk zijn om de landen financieel, economisch en bestuurlijk weerbaar te maken. Het COHO (en vooruitlopend daarop de Tijdelijke werkorganisatie (TWO)) zal belast worden met de ondersteuning van en het toezien op de uitvoering van de landspakketten (Kamerstukken II 2020/21, 35420, nr. 177).
Met de instemming met het Rijkswetvoorstel (dat in 2020 is voorgelegd aan de Raad van State van het Koninkrijk (RvSK)) en de ondertekening van de landspakketten door de regeringen van de vier landen, is in 2020 een nieuw hoofdstuk van vrijwillige, maar niet vrijblijvende meerjarige samenwerking tussen de landen van het Koninkrijk aangebroken. In ruil voor genoemde hervormingen biedt Nederland niet alleen liquiditeitssteun aan de landen, tevens zal Nederland op meerdere terreinen investeren in de ontwikkeling van de landen.
Financiën
Door de pandemie zijn de landen van het Koninkrijk economisch en financieel in dusdanig zwaar weer terechtgekomen dat zij zonder steun niet in staat zijn om hun economieën en daarmee hun maatschappijen draaiende te houden. In 2020 heeft Nederland in april, mei, juli, november en december in (deel)tranches met ‘zachte’ leningen (leningen tegen 0% rente en met een looptijd van twee jaar zonder aflossingen) tijdelijk uitkomst geboden aan de landen zodat zij, ondanks de coronacrisis, over voldoende liquiditeiten konden beschikken om noodzakelijke overheidstaken uit te kunnen voeren en steun te geven aan dat deel van de bevolking dat het zwaarst getroffen was. Alleen aan de eerste tranche liquiditeitssteun van april zijn geen beleidsinhoudelijke voorwaarden verbonden. Bij de tweede tranche liquiditeitssteun zijn aan de liquiditeitssteun voorwaarden ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden van politieke ambtsdragers en werknemers in de (semi)publieke sector verbonden. Sinds juli 2020 zijn aan verdere liquiditeitssteun voorwaarden gesteld die gericht zijn op structurele hervormingen om de weerbaarheid van de landen en de rechtsstaat duurzaam te versterken. Het College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten (Cft) en het College Aruba financieel toezicht (CAft) hebben per tranche liquiditeitssteun hun advies uitgebracht aan de rijksministerraad over het al dan niet voldoen aan de gestelde voorwaarden en de daaraan gekoppelde uit te keren liquiditeitssteun. In 2020 hebben de landen uiteindelijk aan alle gestelde voorwaarden voldoende voldaan om liquiditeitssteun te kunnen ontvangen.
Nu Nederland middels de verstrekte liquiditeitsleningen een langdurige financiële relatie met Aruba aangaat, is het van groot belang dat er gedurende een langere periode financieel toezicht op de begroting van Aruba vanuit het Koninkrijk plaatsvindt. Hierom is het wenselijk dat het financieel toezicht bij Rijkswet wordt geregeld – waar dit tot op heden is geregeld in een Landsverordening en onderlinge regelingen tussen Aruba en Nederland in de vorm van Protocollen. Derhalve is voor Aruba als specifieke voorwaarde voor de derde tranche liquiditeitssteun gesteld dat het land in de rijksministerraad in zou stemmen met een voorstel van een Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft).
Gegeven de substantiële steun vanuit Nederland die de Caribische landen in het Koninkrijk ontvangen sinds de uitbraak van de Covid-19, is daarnaast versteviging van het instrumentarium van extern financieel toezicht gewenst. De landen hebben bij de voorwaarde voor de derde tranche liquiditeitssteun reeds op hoofdlijnen ingestemd met een aantal wijzigingen. Verdere liquiditeitssteun vereist verdere instemming van de landen met een aantal wijzigingen van de Rft en de RAft om deze versteviging te realiseren.
Levensstandaard in Caribisch Nederland
IJkpunt sociaal minimum
De samenwerking tussen de openbare lichamen en de verschillende betrokken Nederlandse vakdepartementen heeft in 2020 geleid tot belangrijke stappen bij het vaststellen van een ijkpunt sociaal minimum en het verhogen van het wettelijk minimumloon en uitkeringen. In 2020 bood het kabinet vanwege de effecten van Covid-19 middels tijdelijke maatregelen ondersteuning aan, zoals via de Tijdelijke subsidieregeling loonkosten- en inkomensverlies Caribisch Nederland en de Regeling subsidie financiering vaste lasten getroffen ondernemingen Covid-19 BES. Tevens zijn de vaste kosten voor het levensonderhoud (tijdelijk) naar beneden gebracht, zoals de kosten voor drinkwater, energie en telecom. Voor de kinderopvang was er een tijdelijke subsidieregeling van kracht waardoor de bijdrage voor ouders lager werd en is de kindertoeslag verhoogd. De tijdelijke maatregelen wachten op een structurele oplossing voor het verlagen van kosten voor de inwoners van Caribisch Nederland.
De levenstandaard van inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba is een belangrijk onderwerp voor het kabinet en heeft daarom logischerwijs in 2020 de nodige aandacht gekregen van de Staatssecretaris van BZK, bijvoorbeeld in debatten met de Tweede Kamer. Tegelijkertijd geldt dat het hier gaat om een coördinerende rol, de verantwoordelijkheid voor de verschillende maatregelen – inclusief de budgettaire verantwoording - ligt bij de betreffende bewindspersonen. Een voorbeeld van deze coördinerende rol in 2020 was het coördineren van de economische steunpakketten Caribisch Nederland als gevolg van de coronacrisis: BZK heeft de besluitvorming hierover in de ministerraad voorbereid, maar daarna waren de betreffende departementen (Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Economische Zaken en Klimaat) verantwoordelijk voor de uitvoering en zijn de budgetten dan ook aan deze begrotingen toegevoegd. Wel is het Ministerie van BZK verantwoordelijk voor de gevolgen voor de financiën van de openbare lichamen (inclusief de luchthavenbelasting voor Bonaire International Airport), waarvoor budgetten aan begrotingshoofdstuk Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) zijn toegevoegd.
Gereduceerd tarief levensonderhoud
Vanwege de gevolgen van Covid-19 zijn de vaste kosten voor het levensonderhoud (tijdelijk) naar beneden gebracht, zoals de kosten voor drinkwater, energie en telecom. Het is 2020 nog niet gelukt deze tijdelijke maatregelen om te zetten in oplossingen die de kosten van levensonderhoud voor de inwoners van Caribisch Nederland structureel kunnen verlagen. Dat is noodzakelijk om zo veel mogelijk inwoners van Caribisch Nederland op het niveau van het vastgestelde ijkpunt sociaal minimum te krijgen.
Op 8 december is het wijzigingswetsvoorstel voor de Wet maatregelen huurwoningmarkt Caribisch Nederland door de Tweede Kamer aangenomen (Kamerstukken II 2020/21, 35516, nr. 7). Met deze wetswijziging wordt de inwerkingtreding per eiland geregeld en worden de verbeteringen met betrekking tot de Verhuurderssubsidie en het sociaal minimum (ijkpunt) doorgevoerd in Caribisch Nederland.
Noodpakketten Caribisch Nederland
De pandemie heeft een enorme impact op de samenleving van Caribisch Nederland. De verschillende noodpakketten in Europees Nederland zijn doorvertaald naar Caribisch Nederland, waarbij zoveel mogelijk een vergelijkbare benadering is toegepast. Belangrijke maatregelen in 2020 hierbij waren de Tijdelijke subsidieregeling loonkosten- en inkomensverlies Caribisch Nederland, de Regeling subsidie financiering vaste lasten getroffen ondernemingen Covid-19 BES en verschillende liquiditeitsregelingen, zoals uitstel van betaling rijksbelastingen.
Meerjarenakkoorden, eilandgerichte aanpak als norm
In 2020 zijn de meerjarenakkoorden zoals het Bestuursakkoord Bonaire en de Saba Package verder doorgelopen. De inzet vanuit het Rijk bij de uitvoering van de akkoorden is ook vorig jaar gecoördineerd door BZK. Het is opnieuw gebleken dat een integrale eilandgerichte aanpak recht doet aan de specifieke context en opgaven van de verschillende openbare lichamen waarbij departementen en lokaal bestuur intensief samenwerken. Bij de uitvoering van het Bestuursakkoord Bonaire wordt onder andere gewerkt aan de organisatieontwikkeling, financieel beheer, en het opzetten van een lokale rekenkamer van Bonaire. Bij de implementatie van de Saba Package wordt onder meer uitvoering gegeven aan door het Ministerie van BZK verstrekte middelen in het kader van ´Goed Bestuur ´. Hier ligt de nadruk op capaciteitsversterking, training en opleiding van ambtenaren en bestuurders en een verbeterde publieke informatievoorziening. Ook wordt geïnvesteerd in ICT-veiligheid en het digitaliseren van interne processen en procedures om de organisatie verder te ontwikkelen en bestendigen.
Tijdelijke wet taakverwaarlozing en Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius
Door middel van de Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius heeft Nederland in 2018 bestuurlijk ingegrepen op Sint Eustatius aangezien sprake was van grove taakverwaarlozing door het lokale bestuur. Om de bestuurlijke en ambtelijke organisatie te verbeteren is in 2018 gestart met de reorganisatie van het ambtelijk apparaat, maar ook infrastructurele projecten zoals de aanleg van de wegen en het aanpakken van de erosieproblematiek.
Op 7 juli 2020 is de Wet herstel voorzieningen Sint Eustatius aangenomen door de Eerste Kamer. Met deze wet wordt de bestuurlijke ingreep op het eiland verlengd en worden tegelijkertijd de huidige voorzieningen die tot stand zijn gekomen op grond van de Tijdelijke wet taakverwaarlozing Sint Eustatius afgebouwd. De eerste stap in deze geleidelijke afbouw was het herstel van de eilandsraad middels eilandsraadsverkiezingen. Op 21 oktober 2020 vonden de verkiezingen plaats waarmee de eerste fase van het herstel op Sint Eustatius is ingeluid. Ondanks Covid-19 verliepen de verkiezingen ordentelijk en zonder incidenten. De nieuwe eilandraadsleden zijn benoemd en daarmee heeft de nieuwe eilandsraad reeds zitting genomen. Door middel van een samenwerking tussen BZK en het Openbaar Lichaam Sint Eustatius is het afgelopen jaar het verouderde verordeningenbestand vernieuwd. De verordeningen zijn gecontroleerd, geactualiseerd, ingetrokken, dan wel herschreven. Voorbeelden zijn de Vlagverordening, het Reglement van orde van het bestuurscollege, het Reglement van orde van de eilandsraad en de Verordening op de eilandsraadscommissie.
Coördinerende verantwoordelijkheid bij interdepartementale samenwerking
Het jaar 2020 bracht met de intrede van Covid-19 veel nieuwe, uitdagende en complexe vraagstukken naar voren op het terrein van Koninkrijksrelaties. De behoefte aan een gecoördineerde en integrale aanpak ten aanzien van de Caribische delen van het Koninkrijk bleek daarmee groter dan ooit. De Stuurgroep Caribisch Nederland, onder voorzitterschap van BZK, heeft zich als gevolg hiervan verbreed tot de Stuurgroep Caribische delen van het Koninkrijk, waar niet alleen de uitdagingen ten aanzien van Bonaire, Sint Eustatius en Saba besproken worden, maar ook de uitdagingen ten aanzien van de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Vanuit haar coördinerende rol heeft BZK zich samen met betrokken departementen ingespannen om de voor de Caribische delen van het Koninkrijk relevante vraagstukken te adresseren en de benodigde samenwerking te coördineren en te faciliteren.
De uitwerking van de aanbevelingen uit de kabinetsreactie naar aanleiding van de Voorlichting van de Raad van State en het IBO-rapport Koninkrijksrelaties (Samen-werken) is in 2020 in nauwe samenwerking met de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en andere betrokken ministeries ter hand genomen (Kamerstukken II 2019/20, 35300 IV, nr. 11). Gekozen is voor een programmatische aanpak, waarbij diverse aanbevelingen in gezamenlijke werkgroepen nader worden uitgewerkt. Wegens tijdelijke herschikking van prioriteiten als gevolg van de pandemie bij zowel openbare lichamen als het Rijk, heeft de uitwerking van de aanbevelingen in met name de eerste helft van 2020 vertraging opgelopen. De samenwerking verliep desalniettemin goed.
Versterken van de rechtsstaat op Aruba, Curaçao en Sint Maarten
Een rechtsstaat waarborgt (grond)rechten en vrijheden, normeert gedrag en legitimeert overheidsoptreden. Met betrouwbaar, lerend en onpartijdig bestuur wordt maatschappelijk vertrouwen gestimuleerd. De landen hebben te kampen met voor hun omvang veel grensoverschrijdende criminaliteit en daarnaast vormt de verwevenheid tussen de boven- en onderwereld een serieuze bedreiging voor het goed functioneren van de democratische rechtsstaat. Hoewel de landen zelf verantwoordelijk zijn voor hun rechtsstaat en de rechtshandhavingsdiensten, zijn de landen (nog) onvoldoende toegerust om deze uitdagingen zelfstandig het hoofd te bieden. In de eerdergenoemde landspakketten zijn daarom ook hervormingen en maatregelen opgenomen die toezien op de rechtsstaat, met als doel die te versterken. Hieronder vallen in ieder geval het versterken van het grenstoezicht, de aanpak van financieel-economische criminaliteit en het verbeteren van het detentiewezen.
Koninklijke Marechaussee
Op 1 januari 2020 is het nieuwe protocol inzake de inzet van personeel vanuit de flexibel inzetbare pool Koninklijke Marechaussee (KMar)1 - waarbij Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten partij zijn - in werking getreden (Kamerstukken II 2018/19, 35000 IV, nr. 40). Na een aantal tijdelijke verlengingen, betreft het deze keer een verlenging voor onbepaalde tijd. Het doel van de flexpool is het verlenen van ondersteuning door Nederland aan de landen in het Caribisch deel van het Koninkrijk door het ter beschikking stellen van medewerkers van de Koninklijke Marechaussee.
Samenwerkingsregeling Waarborg Plannen van Aanpak Landstaken Curaçao en Sint Maarten
Bij besluit van 13 juli 2020 is voor de vijfde maal de Samenwerkingsregeling waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint Maarten verlengd. De verlenging is ingegaan op 1 oktober 2020, opnieuw voor een periode van twee jaar. Met deze samenwerkingsregeling wordt beoogd om in samenwerking tussen Sint Maarten en Nederland voorzieningen te treffen die waarborgen dat landstaken die nog niet door Sint Maarten kunnen worden uitgevoerd op een voldoende niveau worden uitgevoerd en dat Sint Maarten op termijn deze taken wel overeenkomstig de criteria kan uitvoeren. Hoewel Curaçao formeel nog partij is bij deze samenwerkingsregeling, zijn voor Curaçao alle plannen van aanpak uitgevoerd. Voor Sint Maarten resten nog de plannen van aanpak inzake het detentiewezen en de politie.
Versterken van het openbaar bestuur en houden van financieel toezicht
Programma bestuurlijke ontwikkeling
BZK heeft zich het afgelopen jaar gericht op het verhogen van de kwaliteit en uitvoeringskracht van het openbaar bestuur op de eilanden. Tevens is aan de relatie tussen het bestuur en het ambtelijk apparaat gewerkt. Het Talent Ontwikkel Programma (TOP) is het afgelopen jaar gecontinueerd en was opnieuw een groot succes. Net als voorgaande jaren heeft ook in 2020 een grote groep geïnteresseerden zich aangemeld voor het programma en zijn er weer nieuwe deelnemers aangenomen voor het traineeship en het leertraject. Daarnaast blijkt het voortdurende enthousiasme van de Bonairiaanse overheid en overheidsnv’s uit hun bereidheid hun ambtenaren te laten participeren aan het leertraject en posities beschikbaar te stellen voor de TOP-trainees. Bijna alle TOP-pers blijven na afronding van het programma werkzaam op Bonaire. Tevens blijkt dat de TOP-pers op goede posities terechtkomen, zo is de nieuwe griffier van Bonaire een oud TOP deelnemer.
BZK heeft in 2020 tevens diverse trainingen aan ambtenaren en potentiële bestuurders gefaciliteerd en gefinancierd. Zo is in februari 2020 de eerste informatiebijeenkomst op Sint Eustatius georganiseerd om burgers te informeren en enthousiasmeren over de mogelijkheden van de lokale politiek. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), het Nederlands Instituut voor Meerpartijen Democratie (NIMD) en de Kiesraad hebben presentaties verzorgd. Vervolgens zijn meerdere bijeenkomsten georganiseerd met diverse sprekers uit de regio. Ook deze bijeenkomsten hadden als doel burgers te informeren en enthousiasmeren over een eventuele politieke carrière. Vanwege Covid-19 zijn afwisselend digitale en fysieke bijeenkomsten georganiseerd.
Financieel toezicht
Tegen de aanwijzing die in 2019 is gegeven aan Curaçao op grond van de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten heeft Curaçao beroep ingesteld bij de Raad van State van het Koninkrijk. De Raad van State van het Koninkrijk heeft een ontwerp-Koninklijk Besluit opgesteld inzake de beslissing op het beroep. Daarin is het beroep gedeeltelijk gegrond verklaard. De rijkministerraad heeft overeenkomstig dat ontwerp-besluit besloten (Stb. 2020, 537). Een groot deel van de aanwijzing aan Curaçao is daarmee komen te vervallen. Voor de aanwijzing van Sint Maarten geldt dat besluitvorming in de rijksministerraad over verlenging en actualisering heeft plaatsgevonden, maar dat dit besluit mede vanwege de onduidelijkheid over de financiële draagkracht van Sint Maarten voor de compensatie van de begrotingstekorten in de periode 2010-2019 nog niet is geformaliseerd.
Samenwerking binnen het Koninkrijk
Verlenen van hulp en bijstand
Het in 2019 met Curaçao overeengekomen Groeiakkoord - waarin afspraken waren opgenomen die moesten leiden tot duurzame gezonde overheidsfinanciën, structureel hogere economische groei, een efficiënt en slagvaardig overheidsapparaat en duurzame verbetering van de kwaliteit van het leven op Curaçao, is met het uitbreken van de Covid-19 pandemie ingehaald door de situatie en heeft plaatsgemaakt voor de eerder genoemde Landspakketten.
Fondo Desaroyo Aruba (FDA)
In 2020 zijn de laatste middelen van het Fondo Desaroyo Aruba uit 2017 ingezet voor projecten op Aruba. Zie hiervoor ook het instrument Bijdrage aan medeoverheden in artikel 4.1.
Venezuela / ondersteuning Benedenwindse Eilanden
Het kabinet heeft in 2019, mede gelet op de situatie in Venezuela én met het oog op crisisbeheersing in de regio, € 23,8 mln. vrijgemaakt voor ondersteuning van de Benedenwindse Eilanden. Het Ministerie van JenV, het Ministerie van Defensie en het Ministerie van BZK hebben deze ondersteuning geboden. Het Ministerie van BZK heeft in 2020 bijgedragen aan de planvorming ter verbetering van de omstandigheden binnen de vreemdelingenbewaring in Curaçao. Bovendien heeft het Ministerie van BZK een financiële bijdrage geleverd aan diverse bijstandsprojecten in Aruba. Een aantal van deze projecten zijn opgenomen onder het instrument Bijdrage aan medeoverheden in artikel 4.1.
Vertegenwoordiging van Nederland op Aruba, Curaçao en Sint Maarten
Als voorpost van de Nederlandse overheid draagt de vertegenwoordiging van Nederland op Aruba, Curaçao en Sint Maarten (VN-ACS) bij aan een optimale onderlinge samenwerking en een constructieve en transparante politiek-bestuurlijke relatie. Dit jaar heeft VN-ACS een belangrijke rol gespeeld bij het verlenen van hulp en bijstand aan de landen in de eerste maanden na het uitbreken van de Covid-19 pandemie, alsmede in de gesprekken die gevoerd zijn in het kader van de liquiditeitssteun.
In het licht van de doelstelling van het Kleine Projecten Fonds (KPF) heeft VN-ACS in 2020 een bijdrage geleverd aan verschillende sociale, culturele, educatieve en sportieve lokale projecten. Vanwege Covid-19 is de Werkgroep Economische Samenwerking Koninkrijk (WESK), die tot doel heeft economische samenwerking te bevorderen, in 2020 «on hold» gezet.
Wederopbouw Bovenwinden
In 2017 trokken de orkanen Irma en Maria met verwoestende gevolgen over de Bovenwindse Eilanden. Met name het land Sint Maarten werd zwaar getroffen. Hoewel in 2020, evenals in voorgaande jaren, gestaag is doorgewerkt aan de wederopbouw van de eilanden, hebben factoren zoals de verkiezingen in maart en Covid-19, ook vertragingen gecreëerd bij de uitvoering van projecten.
Wederopbouw Sint Maarten
Ook in 2020 heeft Nederland, met inzet van de Wereldbank, Sint Maarten bij de wederopbouw ondersteund. Deze inzet zag niet alleen op het gebied van financiën, maar tevens op de terreinen van technische assistentie bij het uitvoeren van projecten en versterking van het grenstoezicht. In 2020 is de voortgang van de wederopbouw beïnvloed door externe gebeurtenissen, zoals de verkiezingen in januari en de Covid-19 uitbraak in maart. Het laatste resulteerde al snel in beperkingen, zoals het inperken van het vliegverkeer, en lockdowns. Toch zijn er ook resultaten behaald in 2020, waaronder de start van de aanbesteding voor de renovatie van de airportterminal, de oplevering van een aantal schuilplaatsen en de verdere reparaties van huizen en politiebureaus. Daarnaast is in 2020 met een aantal nieuwe projecten gestart, zoals het Enterprise Support Project en een project van VNG International dat zich richt op capaciteitsopbouw van lokale niet-gouvermentele organisaties (NGO’s) die bijdragen aan wederopbouw en het vergroten van de weerbaarheid op Sint Maarten. BZK heeft in 2020 continu gemonitord en gestuurd op de voortgang van de lopende projecten.
Wederopbouw Sint Eustatius
In 2020 is verder gewerkt aan een aantal wederopbouwprojecten op Sint Eustatius. Zo zijn scholen, openbare gebouwen en woningen hersteld. Ook is de stabilisatie van de klif onder Fort Oranje in een vergevorderd stadium.